Baanbrekende 'No. 48' van Wisman bij Krisztina de Chatel PODIUMBLIK 'Thelonious Monk is voor mij een herhalingsoefening' DINSDAG 28 OKTOBER 1986 KUNST PAGINA 21 Redactie Pieter C. Rosier Dans, toneel en show deze week in de Leidse theaters. De Leidse Schouwburg haalt achtereenvol gens het Folkloristich Dansthea ter, de Haagse Comedie, Jenny Arean en het duo Liesbeth List en Ramses Shaffy in huis. Boven dien verzorgt Theater de Giraffe er maandagmiddag een lunch- voorstelling. In het LAK verzorgt de dansgroep van Krisztina de Chatel twee avonden en wordt een aan Samuel Beckett gewijd project in première gebracht. Kriszt de Chatel Wat Krisztina de Chatel be treft, haar groep heeft zich in de afgelopen tien jaar ontwikkeld tot een toonaangevend modern gezelschap, waarvan het gezicht tot nog toe door de choreografe zelf werd bepaald. Met de nieuw ste produktie, 'Nummer achten veertig', is een andere weg dan die van de herhaling met varia ties ingeslagen. Voor het eerst heeft de Chatel een gastchoreo- graaf in de arm genomen, die een geheel andere stijl heeft. Deze choreograaf heet John Wisman, danser bij het Nationale Ballet. Bij hem krijgt de individuele danser veel aandacht en boven dien te maken met een andere stijl van bewegen. Elders op deze pagina meer over deze nieuwe dansproduktie, die woensdag-en donderdagavond in het LAK is te zien. Samuel Beckett Samuel Beckett staat centraal in het door Tom Pompert geleide LAK-project, dat vrijdag-en za terdagavond aan de openbaar heid prijs wordt gegeven. Tot voor kort werden er bij het LAK jaarlijks drie of vier produkties gemaakt door cursisten. Daarbij was het leerproces van de deelne mers minstens even belangrijk als het uiteindelijke resultaat. De produkties werden een paar keer in eigen huis gespeeld en daar mee was de kous af. Dit seizoen wordt bij hel LAK maar één zon procesgerichte produktie opge zet. Een produktie. die veel tijd en aandacht vereist en goed ge noeg moet zijn om er ook buiten de kring van het LAK mee op te treden. Deze eerste LAK-produktie- nieuwe-stijl is dus gebaseerd op leven en werk van Nobelprijs winnaar Samuel Beckett. Een eerste aanzet in het streven de LAK-produkties kwalitatief op een hoger plan te brengen. In 'Where What', zoals de titel van deze produktie luidt, heeft Rot terdammer Tom Pompert er naar gestreefd de (wrange) hu mor van Becketts teksten te be lichten. Als inspiratie hebben en kele recente, kortere toneelteksten gediend. Hoewel Where What' naar vorm een collage kan wor den genoemd, ademt de voorstel ling als geheel een onmiskenbare Beckettiaanse sfeer uit, zo laten de makers weten. Een sfeer, die het midden houdt tussen melan cholie en absurdisme. Kapitein Pizarro De toneelgroep 'La Terrazza' komt zondagmiddag naar het LAK met 'Kapitein Pizarro', waarvan het verhaal zich af speelt in de avontuurlijke wereld van de Spaanse ontdekkingsrei zen en de mysterieuze Inca's in Zuid-Amerika. In zijn zucht naar goud weet kapitein Pizarro met een handvol Spaanse solda len weerstand te bieden tegen de duizenden Inca-indianen door hun leider Athaualpa te gijzelen. Tijdens de langdurige gevangen- Hongaars duet in het pro gramma 'Seizoenen' van het Folkloristisch Danstehater. schap die daarop volgt leren hij ten Pizarro elkaar onverwacht beter kennen. Voor kinderen van af acht jaar. Aanvang 15.00 uur. Folk Danstheater Het Folkloristisch Danstheater is een sympathiek gezelschap, dat al heel wat te lijden heeft ge had door het spook van de bezui- ningen. Het blijft echter dapper vechten voor zijn recht van be staan. Een vijfentwintigjarig be staan, dat in 1987 zal worden ge vierd. Vanavond komt het gezel schap, dat zowel een artistieke als een educatieve functie ver vult, naar Leiden met het van vo rig jaar daterende programma SeizoenenDe titel is ontleend aan de eeuwige kringloop van lente, zomer, herfst en winter, van jeugd, puberteit, volwassen heid en ouderdom. Categorieën die in het leven weliswaar vloeiend in elkaar overlopen, maar in folklore-uitingen duide lijk worden gescheiden. In Sei zoenen' baseert het Folkloristisch Danstheater zich op de klassieke vierdeling, die van middeleeuws getijdenboek tot Enkhuizer alma nak gahanteerd werd en wordt. Met succes overigens, zoals men vanavond in de schouwburg zelf kan constateren. Bruid in de morgen De Haagse Comedie zei mor genavond 'Een bruid in de mor gen' van Hugo Claus op de plan ken van het theater aan de Oude Vest. Dat de Haagse Comedie van Claus' veertig toneelstukken juist hel eerste stuk heeft uitgeko zen, kapotgeslagen als het is door vrijwel alle amateurverenigin gen, heeft de schrijver zelf, blij kens een interview, enigszins ver baasd. Die uitdaging is volgens een al eerder in deze krant afge drukte recensie geheel en al waargemaakt. De kracht van de voorstelling ligt namelijk daar in, dat de speelbaarheid en de poëtische zeggingskracht van dit stuk uit het begin van de jaren vijftig is teruggevonden. Het gezin van een mislukt mu sicus bevindt zich in grote finan ciële moeilijkheden. Om uit deze situatie te komen wordt gepro beerd om de simpele Thomas aan een rijke nicht uit te huwelijken. Dat huwelijk betekent echter het einde van de hechte band tussen Thomas en zijn zuster Andrea, die zich dan ook heftig verzet. Elk huiskamer-realisme dat op de loer ligt wordt door vormgeving, aankleding en spel angstvallig gemeden. Dé ruimte, waarin de personages zich bevinden, heeft nauwelijks iets van een woning, maar roept eerder associaties met een dierenkooi op. Zoals de vader en de moeder met hun overeind staande haren in hun versleten kleding vol van verga ne glorie zich gedragen, doen zij Maria Stiegelis (links) en Car- line Brouwer in 'Een bruid in de morgen'. tfoto Pan Sok» nog het meest aan gewonde die ren denken. Vooral ook hun doch ter Andrea klautert en loopt als een katachtig wezen, dat vecht voor zijn bezit, de ongetwijfeld incestueuze band met haar broer. En deze wat kinderlijke, simpele jongen is dan de speelbal van het gevecht, dat om hem wordt gele verd. Deze voorstelling maakt het vrij concrete verhaalgegeven vol gens de recensent op een interes sante manier- weer raadselach tig. Door hét haast abstracte de cor en een geraffineerde belich ting speelt het drama zich af in een niemandsland tussen werkelijkheid en droom. Aan het slagen van deze voorstellingen werken o.a. Anne-Wil Blankers en Carline Brouwer-in sterke ma te mee. Jenny Arean Jenny Arean heeft na het suc ces van 'Gescheiden vrouw op oorlogspad' de smaak kennelijk te pakken. 'Een voort gaat ie weer', zo luidt nogal toepasselijk de titel van haar tweede solopro gramma. Een programma met teksten van o.a. Robert Long, Di- mitri Frenkel Frank en Willem Wilmink. Jenny Arean verschijnt er donderdag- en vrijdagavond mee op de planken van de Leidse Schouwburg, begeleid door Cor Bakker toestenen Paul van Vlodrop (snaarinstrumenten). Liesbeth Ramses Liesbeth List en Ramses Shaffy lijken niet buiten elkaar te kun nen. Na enkele jaren ieder hun ei gen weg te zijn gegaan staan bei den nu weer samen op het toneel met een nieuw muziekprogram ma. getiteld 'Kussen'. Wie nieuwsgierig is naar wat hier mee precies wordt bedoeld en wie zich tot de bewonderaars van het zingende en acterende duo rekent zal de weg naar het Oude-Vest- theater zaterdag- en maandag avond zeker weten te vinden. Lunchvoorstelling Theater de Giraffe verzorgt maandagmiddag in de schouw burg een lunchvoorstelling. Het betreft de eerste openbare voor stelling van 'Kent U die van die ambtenaar...' De voorstelling werd tot nog toe in min of meer besloten kring, zoals op congres sen, gespeeld. Ze geeft volgens de programma-aankondiging een vrolijke, ietwat ironische kijk op het verschijnsel reorganisatie, waarmee de ambtenarij te ma ken schijnt te hebben. 'Een pro gramma over de zegening van de vernieuwingen binnen het amb telijk apparaat', zo staat in de aankondiging te lezen. Boter hammetje mee en proesten van hel lachen, dat moet de bedoeling van deze lunchvoorstelling zijn. Aanvang 12.45 uur. I mperium geeft vrijdag- en za terdagavond in het eigen Micro- theater weer voorstellingen van Willem Jan Oltens 'Een Aanvang 20.30 uur. AMSTERDAM - Met hard en nauwgezet werken heeft de dansgroep van Krisztina de Chatel zich in tien jaar tijd vanuit de marge weten op te werken tot een toonaange vend modern dansgezel schap met een direct herken baar eigen gezicht, dat ook over de grenzen naar waarde wordt geschat. Dat gezicht werd tot op heden nadrukke lijk bepaald door de choreo grafieën van De Chatel zelf. Door de jaren heen nam wel iswaar de mathematische ge strengheid van haar dansen af: ze ging het keurslijf van haar dansers beproeven door hen bloot te stellen aan na tuurlijke tegenstand: een aar den wal in 'Föld' en windma- chines in 'Typhoon'. Maar al tijd blijft haar .choreografie gebaseerd op herhalingen met variaties; de Nederland se evenknie van Lucinda Childs. 'Nummer achtenveertig' is in een aantal opzichten een belangrijke produktie. Voor het eerst heeft de Chatel een gastchoreograaf aan het werk gezet die een reso luut andere stijl hanteert. John Wisman is danser bij het Natio nale Ballet en maakte daar de balletten 'Masse' (1982) en 'Say it again, louder' (1984).. Daarnaast maakte hij regelmatig dansen voor Scapino en een pas de deux voor het concours voor jonge dansers in Reggio Emilia. Een opvallende ontwikkeling in de danswereld is, dat de schei ding tussen 'grote' en 'kleine' ge zelschappen steeds minder abso luut wordt. Hans van Manen van het Nationale Ballet maakte de afgelopen jaren choreografieën voor Dansproduktie en Pauline Daniels. Ed Wubbe is een voor beeld van de omgekeerde weg; hij begon bij kleinere gezel schappen als Werkcentrum Dans en Intro-dans en gaat nu voor het Nederlands Dans Theater een ballet maken. Telkens levert dat interessante werken op. De cho reografen worden gedwongen op een andere schaal te werken, de dansers maken kennis met een andere stijl van bewegen. 'Nummer Achtenveertig' is daarvan een prachtige proeve. In tegenstelling met de dans van De Chatel krijgt hier de individuele danser veel aandacht. Het achttal dat 'Nummer Achteenveertig' uitvoert gedijt daar wonderwel bij. Ieder van hen heeft een ster ke présence. die veel bijdraagt tot het welslagen van de voor stelling. De voorstelling doet wat sfeer betreft enigszins denken aan de beroemde film 'Metropolis' van Fritz Lang. De dansers zijn ge kleed in sobere blauwe 'werk- 'pakken. Vaak is hun gedrag me chanisch, alsof ze deel uitmaken van een produktieproces. Hun bewegingen lijken gedachteloos en doen ook denken aan rituelen, die als ze te vaak worden her haald immers hun oorspronkelij ke betekenis verliezen en loze formules worden. De neurose sluimert vlak onder de opper vlakte. Stellage Maai* telkens zijn er episodes waarin dansers zich van de groep onderscheiden. Met armen en benen tasten ze de denkbeeldige grenzen van hun ruimte af. of gaan tijdelijk een relatie aan met een ander. Vooral uit die duetten spreekt het choreografisch talent van Wisman. Lyrische, vitale dansen, die balanceren op het scherp van liefde en geweld en sterk contrasteren met de massa liteit van de amorfe groep. John Wisman hanteert een rij ke en grillige danstaal, die gaat van eenvoudige, karakteristieke loopjes tot flitsend grondwerk. Bewegingen kunnen bij hem plotseling worden onderbroken en tal van klassieke elementen Fragment uit 'Nummer Achtenveertig' door dansgroep Krisztina de Chatel. zijn in de dans verweven. Het tempo ligt doorlopend hoog, zon der geforceerd aan te doen. Ken merkend is de felle nadruk waar mee alles wordt uitgevoerd. Het decor, ontworpen door Henk Schut met wie Wisman al tijd samenwerkt, bestaat uit een brede baan in een halve cirkel, die naar het midden geleidelijk oploopt tot een hoogte van zo'n twee meter. In het deel voor de pauze is de open kant van die baan van het publiek afgewend, na de pauze is de stellage een hal ve slag gedraaid, waardoor een soort arena ontstaat die de dan sers veel meer bewegingsruimte geeft. Het decor wordt niet vaak bij de dans betrokken, maar er zijn momenten waarop de dan sers over de baan lopen, erop knielen of liggen. Soms ook ma ken ze gebruik van hét stalen raamwerk, waarop de construc tie rust. Juist op die momenten ligt de pathetiek op de loer en krijgt Wisman de neiging het ri tuele karakter te zwaar aan te zet ten. Ook de keuze van de muziek is interessant. De jonge Nederland se componist schreef muziek die net als de dans uit episodes be staat en even rijk geschakeerd en uitgesproken is. Percussie en strijkinstrumenten collage met natuurlijke geluiden en stemmen. De eveneens ge bruikte muziek van John Cage en Robert Ashley sluit naadloos op zijn composities aan. 'Nummer Achtenveertig' is een zeer geslaagde dansvoorstel ling, waarin John Wisman laat zien een avondvullende choreo grafie aan te kunnen en dans groep Krisztina de Chatel een ni veau van uitvoering bereikt, dat in het zogenaamde tweede cir cuit zeldzaam is. Woensdag en donderdag in het LAK-theater in Leiden te zien. ARIEJAN KORTEWEG LEIDEN - Misha Mengelbergs In stant Composers Pool speelt van avond in de Burcht een program ma van Thelonious Monk-stukken. Na een zeer geslaagd soortgelijk Herbie-Nicholsproject zijn de ver wachtingen hoog gespannen. Men gelberg (51) is namelijk in Neder land misschien wel de grootste Monk-kenner en vertolker. Vooraf daarom een vraaggesprek met de eigenzinnige en invloedrijke pia nist. door Ken Vos "Monks oude opnamen op Blue Note en Prestige hebben mijn ka rakter gevormd destijds (De opna men, gemaakt in de periode '47-'54, maakten Monk voor het eerst bij een 'breed' publiek bekend). Als je ze hoort blijft vooral de indruk dal ze zijn gemaakt uit een grote kwaadheid. Die woede is er voor mij nu een beetje af. In de eerste plaats zijn zijn stukken voor mij in teressante constructies. Hij had er zijn woede in vertaald. De invloed van Monk op mij is altijd belang rijk gebleven." Wie een beetje bekend is met de logische constructies die Monks composities zijn en wel eens zijn wat tegendraadse pianospel heeft gehoord, zal begrijpen waarom de ze Amerikaan Mengelberg zo heeft beïnvloed. Mengelberg zelf zette, samen met slagwerker Han Ben- nink en Willem Breuker, Neder land voor het eerst op de jazz-kaart. Door het initiatief van het ICP, zo als het toen al heette, werden soort gelijke groeperingen in de Bonds republiek (onder leiding var* saxo fonist Peter Brötzmann) en Enge Misha Mengelberg met zijn Instant Composers Pool vanavond in de Burcht land (gitarist Derek Bailey en saxo fonist Evan Parker) gestimuleerd. In die tijd (rond 1966) scheidde zich een Europese muziekvorm van de Afro-Ameiïkaanse hoofd stroom af en werd 'geïmproviseer de muziek' genoemd. Naast Monk hebben andere com ponisten en stromingen Mengel berg beïnvloed zoals Anton We- bern en Dada. Mengelberg: "Het is moeilijk te zeggen hoe die invloe den op elkaar inwerken." Over het programma van dit seizoen: "Voor mij is Monk een herhalingsoefe ning, maar voor de jongere leden van het orkest is het ten dele een kennismaking". Het project werd begin dit jaar opgezet, als een soort vervolg op het geslaagde Nichols- program ma, waarvan een cassette op het eigen ICP-label is uitge bracht. Nichols is ook zo iemand, Monk en hij kenden elkaar, want ze woonden niet ver van elkaar. Hun geschiedenissen lopen grotendeels parallel". Nichols was, evenals Monk, een geniale componist en bovendien een uitstekende pianist. Individua lisme wordt bij het grote publiek en de platenmanagers niet gewaar deerd en Nichols stierf op zijn vie renveertigste in 1963, vrijwel onbe kend gebleven. Mengelberg: "Monk kwam iemand tegen die er voor zorgde dat platencontracten en optredens georganiseerd wer Misha Mengelberg: 'Alles krijgt den. Dat geluk heeft Nichols nooit gehad. Die erkenning voor Nichols zal nog wel komen". Wellicht als belangrijkste in vloed noemt Mengelberg Duke El lington: "Je moet duidelijk bepaal de eisen aan je composities stellen onder bepaalde condities. Elling ton paste zijn stukken aan de indi viduele mogelijkheden van zijn bandleden aan. In de tijd waarin hij zijn orkest had, was ook van be lang de wijze waarop hij die groep mensen bijeen hield. Hij had een geweldig inzicht in wat hij met de zijn band kon doen". Wieringa) Mengelberg speelt in duo's en grotere formaties vrijwel alleen met Han Bennink, van wie gezegd moet worden dat. hij de publieke aandacht naar zich toetrekt. Soms slaagt deze er wel in in zijn eentje een heel orkest te overstem men. Heeft Mengelberg ooit over wogen met een andere drummer te spelen? "Ik heb deze lente in Mid delburg met veel genoegen met (de Amerikaan) Sunny Murray ge speeld. De dichtsbijzijnde drum mer hier in Europa voor mij woont echter in London, dat is Louis Mo- holo. Han Bennink is hier gewoon de beste. Dat hij onevenredig veel aandacht opeist, heeft mij jaren lang niet gehinderd. Ik was toen ook niet zo vreselijk geïnteresseerd in het op een directe wijze over brengen van informatie. Dat even wicht in het duo is wel onderhevig geweest aan wijzingen, maar de laatste tijd. is dat wat mij betreft wat gelijker verdeeld. Bennink is flexibeler geworden. Mengelberg over zijn eigen ont wikkeling: "Enerzijds ben ik wat milder, anderzijds helemaal niet. Hier heb je niet dié misstanden waaronder Monk inAmerika moest lijden (racisme en dergelij ke). In dit land kan ik me onder meer kwaad maken om het feit hoe van alles een religie gemaakt moet worden. Ook al heb je het over con sumptiegoederen. alles krijgt een gewicht dat het niet verdient. Die loodzware ernst wordt hier geasso cieerd met een soort degelijkheid". Iets soorgelijks ziet de componist/ pianist ook bij het grootste deel van de jonge jazzmuzikanten: "In die bop-muziek zoals zij die spelen heb je ook vaak iets heel zwaars. Vooral die heilige ijver waarmee de bebop weer tot leven wordt gewekt doet denken aan 'de catechismus van het real book" (dat bewuste boek bevat clandestien opgeschre ven jazz-stukken die de laatste ja ren populair geacht worden). "Dat gedoe van die akkoordenschema's heeft natuurlijk wel zijdelings met de jazzbronnen te maken, maar voor mij is improvisatie een bevrij ding, geen nieuw soort gevange- Zijn er dan wel jonge musici waarnaa Mengelberg luistert? "Na tuurlijk zijn die er wel. Veelal hoor ik de' mogelijkheden in mensen, maar vaak denk ik op zo'n mo ment: "Wat jammer dat ze zich zo verslingerd hebben aan één soort muziek, bebop". Ik heb er zelf ook mee te maken, ik geel' les aan het conservatorium, maar ik probeer ze geen boodschap mee te geven. Het is les in contrapunt, wat me vrijwaart van de wereld van de ak koordenschema's. Er zijn per gene ratie altijd mensen die zich onder scheiden, zoals Wolter Wierbos of Marcel Cuypers. Ik luister heel weinig; je hebt consumenten en producenten. Als producent is het niet erg van belang naar veel din gen te luisteren. Mijn produktie mag er niet onder lijden". Wat heeft het ICP als label bin nen afzienbare tijd in petto? "Er zal een bandje gemaakt worden van het orkest van het Monk-project. Er komt ook een plaat uit met ei gen stukken". Op de vraag of hij er ooit aan gedacht heeft een ander instrument te bespelen antwoordt Mengelberg: "Ik kan heel weinig. Ik vind het al heel mooi dat ik een beetje piano kan spelen. Als ik maar kan spelen wat ik bedenk. Voor pianisten is de behoefte zelf iets te maken niet altijd even groot. Ik vind dat iets maken voorop Rondtheater subtiel en geloofwaardig 'Je moei er mee leven' naar een tekst van het Werkteater door het Rond theater. Met: Robert Strijk, Sabien de Bruijne, Eric Pul, Menno Bent veld, Erik Jansonius, Joke van Bil- en Nick van Leeuwen. Regie: Bert Jonk. Gezien op 27 oktober in de Leidse Schouwburg. Op 31 oktober en 1 november nog de Vlietschans te zien. LEIDEN - De naam is nieuw, de kwaliteit is als vanouds. De le den van het Rondtheater zijn leerling geweest van scholenge meenschap de Vlietschans en hebben daar deel uitgemaakt van toneelgroep De Jonkies. Na I het eindexamen is een vaste kern als Ex-Jonkies met succes door gegaan. Maar ja, een naam met er in klink zo naar een voor bije periode, terwijl de leden van de groep hun hechte samenwer king nog steeds willen voortzet ten; vandaar die naamsverande ring. Aan de voorstelling is weer eens duidelijk te merken, dat' men al geruime tijd in groepsver band werkt. De spelers zijn goed op elkaar ingespeeld en geven el kaar ook de ruimte. Daarbij komt een enorme inzet en een grote affinitiet met toneelspelen. Dat moet ook wel, want anders kun je nooit een dergelijk be wonderenswaardig niveau van subtiele geloofwaardigheid be reiken. De opgave, die de groep zich onder de vertrouwde leiding van regisseur Bert Jonk gesteld heeft, is moeilijker dan ooit. 'Je moet er mee leven' gaat over twee kankerpatiënten; de acht tienjarige Rick en de achtenvijf tigjarige De Waal proberen de ze kerheid van een naderende dood voor zich zelf en tegenover de naaste omgeving te verwerken. Een dergelijk gegeven levert voor het spel talrijke problemen op. Hoe kunnen bijvoorbeeld twea jonge, ongeveer even oude spelers zo'n leeftijdsverschil van veertig jaar geloofwaardig ma ken - om nog maar te zwijgen van de moeilijkheidsgraad van deze rollen? Hoe moet mevrouw De Waal reageren, wanneer zij door de arts over de toestand van haar man ingelicht wordt? Hoe rea geert een goedbedoelende, maar onbeholpen vader van Rick? Hoe bereik je, dat arts en verple gend personeel menselijk zijn en| niet vervallen in clichématige personages? Hoe blijven emoties aannemelijk en vermijd je senti mentaliteit? Zo zijn er nog tal van dit soort vragen op te sommen, waarvoor een oplossing gezocht moest worden. Die ligt zeker niet de hand, en vergt dan ook veel inspanning en het nodige ge duld. Het resultaat is er naar; de groep heeft geloofwaardige op lossingen gevonden. Ongeveer driehonderd mensen zaten gis teravond vrijwel voortdurend muisstil te kijken en te luisteren - alleen al daaruit blijkt de indrin gende en subtiele spelprestatie van het Rondtheater. WIJNAND ZEILSTRA. Aanmoedigingsprijzen AMSTERDAM (ANP) - Aan de danseressen Marieke Simons en Roxane Huilmand is de aanmoedi gingsprijs 1986 van het Dansers fonds '79 toegekend. Roxane Huilmand is verbonden aan het in België gevestigde dans gezelschap van Anne Teresa de Keersmaeker. Marieke Simons stu deert nog aan de Nel Roos Balleta- kademie in Amsterdam. De prijsuitreiking is op 18 no vember in de Amsterdamse Stads schouwburg. moet staan, ik voel rr ponist dan pianist. Impri stel ik in dat geval gelijk aan com poneren, vandaar dat eens de term 'instant composing' werd bedacht. Het is inmiddels al zo'n twintig jaar geleden dat er zich iets funda menteels wijzigde in de jazz c.q. geïmproviseerde muziek. Hetzelfde geldt ook voor de sa menleving en de politiek in het bij zonder. Mengelberg hierover: "In de jaren zestig was er een soort eu forie waar ik'geen deel aan had. Ik werd niet zoals mijn tijdgenoten plotseling communist. Ik was het al in de jaren vijftig töen heel Ne derland zo nodig zeer anti-commu nistisch moest zijn. Aangezien de CPN zo'n ongevaarlijk partijtje is, ben ik het nog steeds". Zo ook is er volgens Mengelberg weinig gebeurd op muzikaal ge bied. De laatste Amerikaan die iets nieuws deed was Albert Ayler. Hij kan wel waardering opbrengen voor sommige jonge Amerikanen, bijvoorbeeld Joe Bowie. "De meest interessante geïmproviseer de muziek wordt tegenwoordig ei genlijk in Europa gemaakt door mensen als Derek Bailey of Evan Parker. Er is een tweede generatie Europeanen (Steve Beresford. Paul Cusack) die iets interessants doet. Amerikanen als John Zorn sluiten meer aan op Europese tra dities. In Japan is er ook een Euro pees gerichte tweede generatie". Toen het ICP daar op tournee was, heeft Mengelberg met enkelen van hen gespeeld. Wat vooral nieuw is in deze mu ziek is dat byna iedereen op de we reld er mee in contact kan komen. Mengelberg: "Op dit moment is de geïmproviseerde muziek een vol strekt internationale aangelegen heid".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 21