Zeeuwse roem moet het van de export hebben Honderd hartige hapjes met kaas Maak weer eens echte kippesoep NOG LANG NIET IEDEREEN HEEFT MOSSELEN ALS LEKKERNIJ ONTDEKT "De witte Limburger" een wijn met karakter Snijplan met 'trechter' De rettich, het blekere broertje van de ramenas VRIJDAG 17 OKTOBER 1986 ETEN EN DRINKEN PAGINA IK De Zeeuwse mosselboer in Yerseke kijkt even verstoord op. Kwaliteitsaanduidingen op de verpakking van de mosse len. Gezeur, lijkt hij te willen zeggen. „Alle mosselen die bij ons de deur uitgaan zijn kwali teitsmosselen. Alleen, wij we ten niet wat er gebeurt, nadat die mosselen Mier weg zijn. Als ze bij een visboer een halve dag in de zon liggen, zal de consu ment terecht klagen. Of als hij niet de goede maatregelen ge nomen heeft om het restant van de vorige dag te verwer ken, dan ook heb je kans dat er klachten komen. Maar dat soort ervaringen voorkom je niet door een aparte kwaliteits aanduiding op het pak of de zak". Mosselen en Yerseke. Het kan niet anders. De mosselkwekers, de mosselhandelaren en de verwer kende industrieën van Yerseke Zeeuwse roem een belangrijk exportprodukt. hebben de Zeeuwse mossel tot een internationaal topprodukt ge maakt. Nederland is echt niet het enige mosselverwerkende land. De Denen, Duitsers, Belgen en de Fransen weten er ook wel raad mee. Maar geen van die landen produceert een zo constante kwali teit als de Zeeuwse mosselboeren. Derhalve is de vraag naar Zeeuwse mosselen vooral uit het buitenland zo groot, dat er dit jaar, door wat storm- en winterschade zelfs mos selen uit Duitsland en Denemar ken geimporteerd nloesten wor den. Die mosselen worden dan wel in het water van de Oosterschelde verwaterd en bewaard. Als het wa re gedoopt tot Zeeuwse mossel. Waddenzee De Waddenzee is de belangrijk ste leverancier van het mosselzaad. Er is maar een klein percentage mosselzaad nog afkomstig uit de Zeeuwse wateren. De jaarlijkse massale voortplanting gebeurt in het vooijaar. Tot dan toe zwemmen de mossellarven aanvankelijk vrij rond, om zich daarna massaal vast te hechten aan allerlei materiaal op de bodem 'Zaadval'. Zo vormen ze complete matten van jonge schel pen. De mosselzaadvisserij mag maar een paar weken per jaar du ren. Met 'korren', sleepnetten met fijne mazen die over de bodem ge sleept worden. Eenmaal geoogst, is het zaak de jonge mosselaanplant zo snel mo gelijk weer uit te zetten. Dat ge beurt op waterpercelen die van de staat worden gepacht. Iedere mos selkweker heeft zijn eigen percelen in zowel de Waddenzee als de Oos terschelde. Op die percelen groeien de mosselen op tot half wasmosselen van zo'n 4 5 centi meter. De mosselen gaan zich ver- trossen, ze klitten aan elkaar. De kwekers vissen de mosselen daar na opnieuw op om ze in een ander perceel weer verder te laten groeien. De mosselen worden als ze zo'n twee jaar oud en voldoende groot zijn opnieuw opgevist. Via de vei ling in Yerseke worden ze ver- r Mosselen klaarmaken is vrij eenvoudig; veel hangt af van de kwaliteit. kocht aan de handelaar, die zijn ei gen waterpercelen heeft. Daar wor den ze opnieuw te water gelaten om tot rust te komen en het inmid dels opgedane slib en zand weer uit de schelp te werken. Die verwa terplaatsen moeten een harde bo dem hebben om te voorkomen dat ze bij het voor de laatste maal op vissen opnieuw vol slib en zand ko men. Die verwaterplaatsen liggen op een steenworp afstand van Yer seke, zodat ze na twee weken in mum van tijd bij de verwerkende bedrijven gebracht kunnen wor den. Maar de verwaterplaatsen zijn natuurlijk ook de ideale voorraad schuren voor de handelaren. De verwerking daarna in de be drijven concentreert zich op het een laatste maal schoonspoelen van de mosselen, het verwijderen van de baarden, waarmee de mos selen zich vertrost hebben, en het afsteken van het aangroeisel aan de schelpen. Voor de consument, het moet nog maar eens gezegd worden, is het nog altijd een gok, het kopen van mosselen. Het succes van de maaltijd valt of staat met de kwali teit van de vishandel waar ze wor den gekocht. Want of u een partij kleine mosselen of juist die grote exemplaren krijgt, valt nauwelijks aan de verpakking te zien. Er is in dat eerder genoemde Yerseke ook een handelaar die handig de bena ming supermosselen op zijn ver pakking heeft gedrukt, terwijl de mossel zeker niet groter is dan van collega handelaren. Toch is het ontbreken van de kwaliteitsaan duiding niet alleen de onwil van de handelaren. Voorzitter A. P. Rarhmeloo van de mosselsector van de Zevibel (de belangenvereniging van zeevis sers): „Het is juist de moeilijkheid om die mossel te kwalificeren. De schelpgrootte zegt niet alles. In een grote schelp kan een kleine mossel huizen. En hoewel we by de veiling steeds steekproeven nemen en bij voorbeeld het netto gewicht probe ren aan te duiden, zegt ook dat per centage niet alles. De ene schelp is veel zwaarder dan de andere schelp. Heb je een zware schelp met een normale mossel, dan valt dat netto vleespercentage veel la ger uit. Omgekeerd, een hele lichte schelp met eenzelfde mossel, zo weer een veel hoger percentage ge ven". Een mosselhandelaar: „We heb ben het voornemen ook de voor lichting aan de vishandelaren te verbeteren. Een informatiedag bij voorbeeld, waarbij we dan de vis handelaren uitnodigen. Want wij blijven van mening dat er aan de kwaliteit van de mossel hier in Zeeland niks mankeert". En eerlijk is eerlijk. De Zeeuwse mossel is ook dit jaar weer een lek kernij, die eigenlijk nog steeds wordt ondergewaardeerd in de Ne derlandse huishoudens. Gekookt, gepaneerd, gefrituurd, of met een lekkere kruidenboter onder de gril, het aantal toepassingen is legio. En daarbij is de mossel superge- zond. Per gewicht bevat de mossel net zoveel eiwit als een biefstuk, maar is veel minder vet, en veel rij ker aan mineralen, ijzer, kalk en vi taminen. Wie alle achterhaalde keukengeheimen als het meeko ken van een zilveren gulden over boord gooit en een zak zandvrije mosselen niet uren laat spoelen, maar uit de zak in de pan doet, die zal soms nog wel een korreltje zand terugvinden, maar vervolgens wel een voortreffelijke mossel proe ven. Zeker als de mossel niet te lang doorgekookt wordt. Wetenschappers trokken een denkbeeldige lijn over de wereld kaart. Dat noemen ze de wijngrens. Ten noorden daarvan is het te koud voor de wijnstok die om te gedijen immers veel zonneschijn nodig heeft. Die lijn loopt even ten noorden van Parijs richting Lu xemburg. Uiteraard valt ons land boven de lijn: het is hier te guur. De wijnstok is een houtachtig ge was dat zeer diep wortelt. Van vele meters diep - soms meer dan tien - zuigen de wortels voedsel naar bo ven dat de vruchten hun smaak geeft. Water dus, maar daarin opge lost allerlei mineralen en spoorele- menten. Het is vooral de bodemge steldheid die het karakter van de druif bepaalt, en dus de kwaliteit van de wijn. Nederland is een bijna plat land. Bergen kennen we niet. Alleen in het uiterste zuiden van Limburg zit er steen in de bodem en zijn er wat heuveltjes, die wij bergen noemen. Echte harde rotsgrond is het niet. Het is kalk en zand, ontstaan uit de resten van planten en dieren die miljoenen jaren geleden leefden in de zee die er toen was. Mergel noe men we die betrekkelijk zachte steen. Er zijn heel wat fossiele res ten van voorhistorisch gedierte in te vinden. Mergelsteen leent zich heel goed voor het bouwen van huizen. Sinds de Romeinse tijd wordt er steen ge houwen uit de Sint-Pietersberg bij Maastricht. Er ontstonden gangen die tientallen meters diep de berg inlopen. Het totale gangenstelsel is enkele honderden kilometers lang. Sinds de Romeinse tijd wordt er, bovenop die Sint-Pietersberg, wijn verbouwd. Het kan dus niet, maar het gebeurt wel, en met succes. De wijnstok doet het goed op de mine- raalrijke mergelgrond. Op wel zes tig plaatsen ontstonden wijngaar den. Van oudsher zijn het vooral de monniken die zich met wijnbouw bezig hielden. Op één bepaalde helling, die heel toepasselijk de Wijngaertsberg heet, is tot zo'n an derhalve eeuw geleden behoorlijk wat wijnbouw geweest. Niet interessant Gangen worden er nu niet meer gehakt in de Sint-Pietersberg. Dat zou te gevaarlijk zijn, het is al zo'n labyrinth, en er is al heel wat inge stort. Nee, het winnen van mergel (grondstof voor de cementindus- trie) wordt nu grootschalig aange pakt. Een deel van de berg wordt compleet afgegraven. Zowel com mercieel als uit een oogpunt van werkgelegenheid een belangrijke industrie voor Maastricht. Commercieel is wijnbouw in Ne derland nauwelijks interessant, en werkgelegenheid biedt het natuur lijk ook niet. In de tijd van de Ro meinen, en later de monniken, was dat wel anders. Daarom juist is het zo aardig dat in deze tijd van groot schalige industrialisatie weer wijn bouw uit liefhebberij wordt bedre ven, daar bovenop de Sint-Pieter. In dezelfde bodem waarin een uit gebreid gangenstelsel is gehakt, zoekt het omvangrijke wortelstel sel van de wijnstok zijn weg. De Apostelhoeve is het grootste Limburgse wijngoed. Slavante is kleiner, maar daar begon het weer, nu twintig jaar geleden. En er zijn nog wat kleinere wijngaarden van pionierende amateurs. Er zijn natuurlijk nog wel meer plekken in Nederland waar drui ven worden gekweekt. Vroeger, was er veel druiventeelt in kassen, in het Westland. Sinds we zo goed koop druiven kunnen eten die uit landen rond de Middellandse Zee komen, is het daar in de Glazen Stad bijna gebeurd met de druif. Dat waren trouwens geen druiven om wijn van te maken, maar om als handfruit te eten. Hetzelfde is het geval met de trosjes die amateur-tuiniers in het late najaar oogsten. Maar er zijn ook amateur-wijnmakers di$ een echte wijnstok koesteren, een drui- vesoort dus die speciaal geschikt is voor wijn. De hobby van het zelf Soms blijkt er zelfs aan een op het oog volkomen volwassen produkt als een snijplank nog wat te verbe teren. Natuurlijk, er zijn in de loop der tijd wel eens wat andere mate rialen uitgeprobeerd, maar aan de vorm veranderde weinig. Toch kleefde er aan die traditionele rechttoe-rechtaanvorm wel een be zwaar. Wanneer je bijvoorbeeld de gesneden prei vanaf de plank in de soep wilde schuiven liep je wel het risico dat de helft aan de verkeerde kant van de plank viel en tussen de gloeiende pannen op het fornuis terecht kwam. De Zi-zac maakt een eind aan dit euvel. Het snijvlak gaat namelijk over in een soort trechter waarmee je alle ingrediënten loepzuiver in de pan mikt. Zoals te verwachten was deze vorm alleen mogelijk door gebruik te maken van kunst stof. Nu bestonden er al langer planken van kunststof die dan wel als nadeel hadden dat ze op het gladde aanrecht onder je handen alle kanten opschoten. De Zi-zac Met de nieuwe snijplank hoeft er niets meer naast de pan te vallen. (foto GPD) heeft deze onhebbelijkheid niet omdat hij op vier antislipdopjes staat. De plank die wordt geimpor teerd door de firma HABO uit Veldhoven ligt voor rond de 14 gul den in de winkel. r Een houtsnede van druivenplukken in de middeleeuwen. wijn maken benut trouwens ook wel ander fruit dan alleen druiven. Er worden hele competities mee uitgevochten. Een leuke liefhebbe rij, maar in de ogen en in de smaak van een wijnkenner blijft dat ama teurisme. Karakter Toch haalt die echte wijnkenner niet zijn neus op voor de Limburg se wijn. Dat is een drank met ka rakter. Iets tussen de fruitige en beslist niet zoete Luxemburgse wijn van de Moezel, en de zoetere Duitse Ahrwijn in. In goede jaren fris en fruitig, maar na een slecht nauwelijks de moeite waard. Want wijnoogst blijft een grote gok, in ons wisselvallige kli maat. Maar hoe dan ook, inmiddels is wel bewezen dat het kan - alle wetenschappers met hun wijn- de Müller-Thurgau, druivenrassen die op een kalkrijke bodem goed aarden, bleken het meest geschikt. Rode wijn, waar voor dus blauwe wijndruiven no dig zijn, zal in ons land nooit ge maakt kunnen worden. „De witte Limburger" prijkt op de wijnkaarten van het betere res taurant. Daar waar ze u beslist geen eenvoudige landwijn schen ken. De soepkip moet terug naar de ere plaats die dit dier vanouds in de va derlandse keuken innam. Was in het verleden de soeppot de laatste gelegenheid waar Barnevelder of Leghorn na een welgedane legtijd de familie een goede en smakelijke dienst mocht bewijzen, in de loop der jaren moest het beest het toch afleggen tegen pakje, bouillonblok of andere flitsend snel klare soe pingrediënten. Wat dat betreft werd de soepkip in de race om on ze culinaire gunst links en rechts ingehaald door poulardes, haan tjes, braadkippen en andere ge vleugelde vleesleveranciers. In 1984 was hetgebruik per hoofd van de bevolking 9,9 kilo braadkip. Deze populariteit is on dermeer te verklaren uit het histo rische feit dat kip en kalkoen rela tief goedkoop zijn. Het is bijvoor beeld niet zonder reden dat "Le bon roi Henri" het Franse volk als welvaartsstreven voorhield dat zij elke zondag een kippetje in de pot zouden hebben. Maar ook in de oosterse keukens is de kip altijd populair geweest al was het maar omdat zelfs de allerarmsten wel een paar kippen konden houden. Is de braadkip in zijn vele ge daanten dus onmiskenbaar popu lair, de andere pluimvee-produk- ten blijven daarbij enigszins ach ter. Aan soepkip, kalkoen, eend en dergelijke verorberden we in 1'984 bijvoorbeeld slechts 900 gram per persoon. Nu gaat zeker de liefde voor de soepkip door de maag, zo dat de beste methode om dit culi naire vuurtje aan te wakkeren het leveren van goede recepten is. Het klinkt wel interessant om te vertel len dat het belangrijkste ingrediënt van een Vlaamse Waterzooi de soepkip is, maar waarschijnlijk heeft u meer aan een simpel recept om de kennismaking met de echte kippesoep te vernieuwen. Voor de volledigheid repeteren we eerst nog even de standaard kippebouillon. U heeft daarvoor nodig 1 soepkip, 1.2 liter water, 1.5 theelepel zout, foelie, 1 theelepel gekneusde peperkorrels, een ui, eventueel een blaadje lavas en wat peterselie en selderij. Het geheel brengt u aan de kook en laat dit vervolgens twee tot drie uur trek ken. Zeefyde bouillon, haal het vlees van de botjes en laat de bouil lon enige tijd afkoelen zodat u het gestolde vet er afkunt scheppen. U heeft nu een prima magere basis bouillon waarmee u bijvoorbeeld een kippesoep met prei en paprika kunt maken. U heeft daarvoor nodig de bouil lon, het gare kippevlees, 1 prei, 1 rode paprika, 50g bloem, 2 theele pels kerrie, 25g boter, peterselie, zout en peper. Verwarm de boter in een pan en fruit hierin de fijnge sneden prei met de kerrie. Voeg vervolgens de bloem toe en roer het geheel tot één geheel. Giet de bouillon scheutje voor scheutje in de pan en breng het geheel al roe rende aan de kook. Voeg de klein gesneden paprika, fijngeknipte pe terselie en kleingesneden kippe vlees toe. Maak de soep op smaak af met peper en zout. Eventueel kan de soep met, wat ketjap of sam bal een oosters accentje worden gegeven. Mocht u interesse hebben in meer kip en kalkoenrecepten, Er- die Burema stelde een boekje sa men dat u bestellen kunt bij het Produktschap voor Pluimvee en Eieren door 5,25 over te maken op postgiro 487790 t.n.v. PPE Zeist onder de vermelding kiprepepten- boekie. Was is een snack? Een hartig hapje (vaak afkomstig uit een snelbuffet) antwoordt Van Dales Hedendaags Nederlands. Het Nederlands Zui- velbureau is het wat die hartigheid betreft helemaal eens met het woordenboek. De driehonderd re cepten die in het pas verschenen boekje 'Kaassnacks' zijn verza meld zijn evenzoveel virtuoze va riaties op het thema hartig. Dat boekje is voor f4,95 te koop en het maakt een goede kans weer een bestseller van het NZB te worden. Onderzoek wijst namelijk uit, dat kaas het meest wordt genoemd als wordt gevraagd naar de voorkeur voor bepaalde hapjes. Landelijk gezien genieten kale stukjes kaas onbetwist de voor keur. Wat dat betreft kan het recep tenboekje dus nog pionierswerk verrichten. De Nederlandse consu ment is erg gesteld op 'kleine, soms feestelijke hapjes voor trek en gezelligheid' (de definitie is van het Zuivelbureau). Maar dat wil nog niet zeggen dat hij of zij daar van ook blijk geeft in de praktijk van alle dag. Dan komen toch een voudige zaken zoals noten, pinda's en chips en de simpele stukjes KAAS - Als Nederlanders kunnen we het in Duitsland nog altijd goed doen met onze zuivelprodukten. Vooral met kaas. Hollandse kaas is een geliefd artikel. Het Nederlands Zuivelbureau geeft er op de Neder landse zuivel gerichte kookboeken uit. Frau Antjes Grosses Kochbuch werd binnen de kortste keren een succes. Daar is nu een vervolg op: 'So kocht Frau Antje Heute'. En merkwaardig genoeg zouden we in Nederland nog heel wat kunnen le ren van die Frau Antje, want het boek bevat met name op het ge bied van salades en taarten nog on gekende mogelijkheden met zui vel. naakte kaas het eerst aan bod. Dat is dés te opmerkelijker, omdat juist chips en dergelijke produkten het laagst scoren als wordt gevraagd aan welke hapjes men de voorkeur geeft. Smaakverschillen Zelfs in een klein land als het on ze zijn er toch duidelijke smaak verschillen per regio te registreren. Dat is met veel voedings- en genot middelen het geval, dus ook met snacks. In het noorden prefereert men snacks die samengesteld zijn uit combinaties van fruit met iets hartigs. Plakjes ham, cervelaat en rosbief staan dan ook heel goed aange schreven. In het oosten echter heeft men liever aangeklede stuk jes kaas. In het zuiden zijn snacks waaraan eieren te pas komen meer in trek dan gemiddeld. Alleen het westen onderscheidt zich niet. Daar komt de smaak overeen met die van de gemiddelde Nederlan der. Voorkeur Verschillen tussen man en vrouw blijken ook by snacks. Vrouwen vinden fruit gecombi neerd met hartig doorgaans lekker der dan mannen, zijn meer gesteld op aangeklede stukjes bleekselde rij, komkommer en radijsjes, stuk jes kaas in allerlei toepassingen en belegde toastjes. Mannen hebben een grotere voorkeur voor ham en cervelaat, maar ook voor kiphapjes en in zeer sterke mate voor bitter ballen, miniloempia's en dergelijke lekkernijen. Mensen tussen de achttien en de vierentwintig jaar zijn meer dan gemiddeld gesteld op bitterballen, loempia's en chips enz. Stukjes kaas zijn bij die groep veel minder in trek. Vijfenzestigplussers zijn meer dan gemiddeld gesteld op vleeswarensnacks en kiphapjs. Wat bleekjes liggen ze op de markt in de groentekramen. Wie niet be ter weet denkt dat er even wat mis is gegaan met de winterwortels en Moedertje Natuur de voorraad ca- roteen voortijdig heeft opgesou peerd. Niets van dit al, de rettich, zoals onze oosterburen deze bleke peen noemen, is het witte broertje van de zwarte ramenas en ze zijn ze weer geparenteerd aan de radijs, het troetelgewas van alle begin nende moestuinliefhebbers. Rettich en ramenas kunnen te rugkijken op een historie die terug gaat tot 2000 voor Christus bij de Egyptenaren. Grieken en Romei nen sloegen dit gewas zelfs zo hoog aan dat er reprodukties van lieten maken in goud. zilver en... lood. Zoals het zo vaak gaat met een bepaalde groente raakte de tettich daarna lange tijd uit de gratie bij het publiek. Aan de Duitsers is het te danken dat deze groente aan de vergetelheid werd ontrukt en in middels heeft de witte ramenas een vaste plaats veroverd in de Duitse keuken. Ook in ons land groeit de vraag naar de rettich, die wij inclusief de naam hebben geïmporteerd van onze Oosterburen. De witte rame nas komt in nogal wat vormen, soorten en afmetingen voor. Zo zijn er exemplaren van een halve meter maar ook van 20 centimeter lang. Deze laatste soort zie je meestal op de Nederlandse mark ten. Daarnaast zijn er ook vormen met halflange of ronde wortels, stomp of spits aan de punt en soms rood of blauwachtig van kleur. Zoals we wel vaker by broers zien verschillen ook de witte en de zwarte ramenas nog wel wat in ka rakter. De rettich is wat minder scherp in smaak dan zijn zwarte evenbeeld maar wat pittiger dan de radijs. Een ander verschil met de ramenas is dat de rettich slechts beperkt houdbaar is. Net als by ra dijsjes kunnen deze wortels bij te lang bewaren voos worden. Dit kan vooral gebeuren bij tempera turen boven de 25 graden. Het bes te kun je rettich dus bewaren in de groentela van de koelkast in een open geperforeerde plastic zak tff in rekfolie. Het bereiden van rettich leveö niet al te veel problemen op. MocljJ er nog blad aanzitten dan snijd je dat er als eerste af samen met ongës veer een centimeter van de kots Vervolgens de wortel schillen; goed wassen en in plakes snijden of raspen. Geraspte rettich is eegd stuk scherper van smaak. Voor g€£; bruik in een salade kun je wortel:, grof raspen op in hele fijne reepjes of dunne plalyes snijden. Maar je kunt de rettich natuurlijk ook n$| als de Duitsers in schijven serves; ren bij een koel glas bier. Voor een nadere kennismaking kun je misschien eens deze salade^ met appel en wortel proberen. Hei recept is voor twee personen. Ingrediënten: 1 rettich, 150 gram worteltjes1 appel, halve kleine uh 1 citroen, 2 eetl. mayonaise, 3 eets crème fraiche, zout en peper, 2 theel. suiker. Si Schil en was de rettich. Schrag en was de worteltjes. Rasp rettich en worteltjes grof. Schil en snipper de appel. Voor het sausje rasp je ui heel fijn. Desnoods haal je de fijn gesneden uit nog een keer door de knoflookknyper. Pers de citroen uit. Doe de geraspte ui samen met het citroensap, de mayonaise, crè me fraiche, suiker, zout en peper in een kommetje eri roer dit samen tot een saus. Doe in een saladekom de geraspte rettich, wortel en appel en schep hier luchtig het sausje door. Eet smakelijk.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 17