Een dagje 'ouderwets' snoeken met aasvisjes Dammen Bridge VISSPORT ZATERDAG 20 SEPTEMBER 1986 EXTRA PAGINA 31 DOOR BRAM VAN LEEUWEN Snoeken kun je op vele verschil lende manieren. Maaje moet er wel enige moeite voor doen. Want zittend in een luie leunstoel langs het water heb je niet zo erg veel kans op de vangst van een paar flinke snoeken. (foto ap> Regen en zuidwesten wind, windkracht 6 had de weerman 'savonds in het NOS-journaal voorspeld. Dat klopte exact toen we de volgende ochtend zo rond de klok van acht de vispullen uit de laadruimte van de auto haal den. Via een zompig door koeien omgeploegd pad en na een klau- terpartij over een schouderhoog houten hek. stonden we waar we zijn wilden. Aan de oever van een brede vaart met aan weers kanten een gulle rietkraag die duidelijk met de gebruikelijke aftakeling in de nazomer was be gonnen. De wind die recht de vaart in blies zwiepte het water op tot for se kammen en boog de rietsten gels ver door. Daar in die vaart en in de reeks aansluitende veel smallere polderslootjes zouden we die dag proberen de snoek te belagen. Niet met allerlei glim mend kunstaasgereedschap, maar op de oude traditionele ma nier: met aasvisjes. In het groene plastic aasketel tje doet het door batterijtjes ge voede pompje borrelend zijn best om de ongeveer 20 onder maatse voorntjes van voldoende zuurstof te voorzien. Aangeko men bij een boompartij die enige bescherming biedt tegen de ele menten tuigen we onze hengels op. Een bijna 4 meter lange stok met een soepel draaiend molèn- tje waarop een lijn van 30 hon derdste is gezet. Op de lijn zitten in aflopende grootte een drietal groen-witte drijvertjes terwijl onderaan de lijn een flinke roundbendhaak bungelt. Daarop zal even later het voorntje worden gezet dat als grote verleider dienst moet doen voor de roofvis die luistert naar de bijna poëtische naam Esox Lucius. Nieuwlichters vinden dat vis sen met levend aas maar niks. Ze zijn verslingerd aan alles wat glimt, draait, waggelt en slingert en vinden dat meeslepen van een akertjes met visjes alleen maar lastig. Nee, dan liever zo'n han dig doosjes vol spinners, lepels, jigs, turblers, wobblers of hoe al dat blikkerende kunstaasspul ook mag heten. Maar ik ben nu eenmaal ie mand die hecht aan tradities. Ook in de hengelsport. Vandaar dat ik het ernstig zou betreuren wanneer de levendaasvisserij zou verdwijnen. Juist die visserij is namelijk de pure nabootsing van wat in de natuur ook ge woonlijk gebeurt. De roofvis die op zoek is naar buit en daarvoor een visje uitkiest dat een afwij kend gedrag vertoont. Of dat nu komt omdat het visje ziek is, verwondingen heeft of in zijn bewegingen wordt beperkt doordat hij aan een vislijn is be vestigd maakt niets uit. Hij is de prooi voor een vissoort die er da- gelijk vele duizenden verslindt. Voor al te sentimenteel gedoe op dat punt ben ik niet erg gevoelig. Dat heeft niets te maken on weidelijk vissen of zoiets. In mijn vistas bevindt zich altijd voldoende apparatuur om een snoek na de vangst snel en vak kundig te onthaken zodat de vis daarvan geen nadelige gevolgen ondervindt. Als ik daar aan twij fel verlos ik de vis liever direct uit zijn lijden. Dat is beter dan hem weken te laten verloederen. De hengel produceert door de strakke wind een gierend geluid als we het visje in het water wer pen. Even later is de blik gefi xeerd op de drijvertjes die als een stel jonge eendjes keurig achter elkaar liggen. De voorste duikt zo nu en dan even onder ten teken dat het visje zijn ani merende rol goed vervult. Op die manier zullen we die dag de vaart en de zijslootjes af stropen. Na ongeveer een half uur verdwijnen de eerste twee kurkjes met een resolute ruk on der water. De laatste blijft even onder de oppervlak goed zicht baar en beweegt zich wat op en neer. De snoek die heeft toegehapt is kennelijk bezig het visje in een zodanige positie te manoeuvre ren dat het hem straks makkelijk zal afgaan het visje naar binnen te werken. Maar voor het zover is heb ik al aangeslagen. Liever een paar missers meer dan het risico te lopen dat de snoek de aasvis al heeft geslikt. Over het drillen van snoeken doen heroïsche verhalen de ron- de.Er zijn snoekvïssers die met de nodige visserslatijn vertellen dat ze ruim een half uur bezig zijn geweest om een snoek van 80 of 90 centimeter binnen te krijgen. Ik heb geen zin om aan die ophemelarij van de snoek mee te doen. Gelooft u me, een forse maats- noek, in ons polderwater gevan gen is met het gebruikelijk mate riaal zeker binnen de 10 minuten naar het landingsnet te drillen. Vaak is er slechts.enkele minu ten voor nodig om de vis zo af te matten dat hij zich gewillig naar de kant laat dirigeren. Snoek is een sterke vis, dat wel, maar we moeten daar niet overdreven over doen. Zeker in vergelijking met een werkelijke krachtpatser als een gezonde uit de kluiten gewassen karper steekt de vechtlust van de snoek maar magertjes af. De snoek die even later met de staart klapperend aan de opper vlakte verschijnt is zeker geen recordexemplaar. Zeven decime ter op de maatlaat zal hij wel ha len, maar daarmee houdt het wel op. Die dag vang ik nog twee ex emplaren, eentje die nog iets gro ter is en eentje die nauwelijks de maat haalt. Mijn vismaat steekt me met vier exemplaren net de loef af. Geen opzienbarende vangst voor een dag lang ploeteren door doorweekte weilanden onder herfstachtige omstandigheden. Desondanks voldaanheid na een dagje elementen trotseren, vrij zijn in de natuur. En reden voor een positieve vaststelling dat de snoekstand in tegenstelling tot de bewering van velen in ons land toch nog niet helemaal naar de knoppen is. Snoek: het is en zal altijd een vissoort blijven die tot onze ver beelding blijft spreken. Ook al berusten de verhalen over zijn tomeloze vraatzucht op misplaat ste verzinsels. Het is en blijft een vis die met zijn gemarmerde schubbenpantser en zijn slanke vorm die snelheid en souplesse verraadt een van de fraaiste vis sen de we kennen. Dat hij toch slechts weinig wordt gevangen vindt zijn oor zaak denk ik voor een belangrijk deel in de gehaastheid waarmee op snoek wordt gevist. Meestal zie je hengelaars kunstaas met een snelheid binnenvissen die het voor een snoek onmogelijk maakt om te kunnen toehappen. Het is hetzelfde als iemand uit nodigen in een snel rijdende trein te stappen. Verder nemen slechts weinig hengelaars de moeite om een viswater echt goed af te vissen, dus op de juiste diepte. En verder ontbreekt nog al eens het gevoel voor de plekjes waar de snoek bij voorkeur do micilie kiest. Die verkeerde gehaastheid geldt zeker ook voor het vissen met levend aas. Je ziet henge laars vaak in een hoog tempo een sloot afvissen waarbij de aasvis in rap tempo door het water wordt getrokken. Een doorge winterde snoekvisser heb ik het eens zo horen zeggen: snoek moetje wakker en lekker maken. De eerste keer dat hij de aasvis in het oog krijgt zal hij ontwa ken, de tweede keer zal zijn eet lust worden opgewekt en pas de derde keer zal hij toehappen. Maar daar moet de snoek wel de gelegenheid toe krijgen. En een snel wegbenende hengelaar geeft de snoek die kans niet. Tina Turner overbodig De oude dame van de popmu ziek heeft op haar nieuwste LP, 'Break every rule' het risico ge spreid. Vier verschillende produ centen zijn er aan te pas geko men en samen hebben ze Tina Turner verder naar 'the middle of the road' gedreven. Verzorgde muziek, waarin niets meer herin nert aan de tijden van Ike en de Ikettes. Voor kant één heeft Turner een beroep gedaan op Terry Britten, de man bij wie Cliff Richard vaak zijn toevlucht zocht. In sa menwerking met Graham Lyle schreef Britten nummers die ook moeiteloos aan het repertoire van Cliff kunnen worden toege voegd. Leuk maar vluchtig. Het beklijft niet. Kant twee opent met een por tie krachtvoer dat Bryan Adams haar toediende. Een onverteer bare geluidsbrij. Ten slotte heb ben ook Rupert Hine en Mark Knopfler hun handen laten wap peren. De laatste ontfermde zich over 'Paradise is here', een balla de van Paul Brady waarmee Tina Turner goed uit de voeten kan. Eén van de weinig memorabele momenten van een plaat die net zo goed niet gemaakt had hoeven worden. BJ McCartney moet eens ophouden Onlangs wist hij bij de BBC nog een tv-special los te ritselen, en ter ondersteuning van zijn nieu we lp maakte hij in de afgelopen weken ook nog eens.tweemaal zijn opwachting in het program ma Breakfast-tv. Kortom, McCartney ziet nog steeds kans de schijn op te houden dat hij POP Bijdragen: Bart Jungmann Wim Koevoet Willem Schrama Paul McCartney met z'n 43 jaren niet kapot is te krijgen. De feiten wijzen helaas in een andere richting. Een enke le uitzondering daargelaten, lijkt zo langzamerhand niets meer op wat hij in zijn hoogtijdagen al of niet samen met Lennon klaar- stoofde. 'Press to play' behelst, om kort te gaan, weinig méér dan het na komen van zijn contractuele ver plichting elk jaar een langspeler het licht te doen zien. Over de ti telsong zullen we maar goed deels zwijgen (leuk soundje, maar aftandse deun) en evenzo over het lelijk geëlektronificeer- de vulsel dat op deze plaat in meerderheid aanwezig is. Reste ren drie redelijke stukken, die toch weer bijna blauwdrukken zijn van eerder opgenomen werk. Het niet onaardige 'Foot prints' ademt geheel en al de sfeer van 'London Town' (1978): de ballad 'Only love remains' lijkt een muzikaal verlengde van 'Here today' (zijn eerbetoon aan Lennon op 'Tug of war') en dan is nog slechts 'However absurd', het sluitstuk van dit album, een opmerking waard. Typisch McCartney, apart ook, maar het mondt weldra uit in een pijnlijke langdradigheid. Wie, zoals ondergetekende, vanuit een verdwaasde trouw aan een groot musicus al die rommel van de laatste jaren met de mantel der liefde placht te be- dékken, dient thans de ogen te openen. Voor mij is hoe dan ook de maat vol. WS Talking Heads met cowboyhoed Zo zoetjes aan trekken de New Yorkse Talking Heads van de stadsjungle naar de woestijn en de prairie. Een tendens die sinds 'Little Creatures' duidelijk waar neembaar en op 'True Stories' uitmondt in heuse country westernsongs met pedal steel gi taar en (hoogstwaarschijnlijk iro nisch) teksten over hoe fijn vrije mensen het met elkaar kunnen hebben ('People like us'). 'True stories' is ook de titel van een op uitkomen staande, nieuwe TH- film, door opperhoofd David Byrne geregisseerd. Onderhavig album moet echter niet worden beschouwd als de soundtrack, meldt Byrne met klem op de bin nenhoes, waarop voorts een foto van een desolate indruk achterla tend podium op een dito zand vlakte is te zien. 'True stories' is wat mij betreft het zoveelste magnifieke TH-al- bum. Country and western, zei ik al, maar ook gospel, smartlappen en meebrullers staan erop en voor alle nummers geldt dat ze door niemand anders dan Byrne geschreven hadden kunnen zijn. Van Byrne goes Johnny Cash is geen sprake. Daarvoor hebben de stukken te veel TH-kenmer- ken in zich. Hoewel de andere Heads zeer gedegen musiceren en ook heel -nadrukkelijk van dé partij zijn, is dit toch ook weer een Byrne- plaat. Bij mijn weten heeft hij nog nooit zo mooi en gevoelig ge zongen als op het meeslepende 'Dream operator' en is hij nog nooit zo vreselijk te keer gegaan als in de fantastische gospel 'Puzzlin' evidence'. Opzwepend tegenspel krijgt hij hier van een onvermoeibaar koortje. Na lang afwegen en veel draai en wil ik tot slot ook wat negatie ve kritiek kwijt: ik mis de jungle en de Afro-injecties en hoop stie kem dat Byrne en de zijnen snel genoeg krijgen van Texas en Dal las, waar de plaat is opgenomen, en voor hun volgende plaat te rugkeren naar het broeierige New York. WK Murphy wil alles tegelijk Peter Murphy: 'Should the world fail to fall apart'. (Beg gars Banquet). Op zijn eerste solo-plaat wil ex- Bauhaus- en ex-Dalis Car- (de groep van Japan's bassist Mick Karn) zanger Peter Murphy te veel tegelijk. De plaat is zo onge controleerd veelkleurig dat ge- zichts- en karakterloosheid over heersen. We horen' een beetje Da vid Bowie, een beetje Cure, een beetje Bauhaus en een beetje Da- lis Car. Al het andere zal Murphy dan zelf wel zijn maar dat is toch te weinig om er, één uitzonde ring daargelaten, wat voor con clusie dan ook aan te verbinden. Die ene conclusie, namelijk dat hij zelf niet weet wat hij wil, moet helaas als overeind geble ven worden beschouwd. Dat is - welgemeend - jammer, want van zijn stemgeluid kan ik maar geen genoeg krijgen. Zijn geflirt met decadente voordracht plus dito teksten zullen bij wel meer mensen een glimlach rond de mond toveren. De kitsch ligt er bij Murphy zo duimendik bo venop dat het geen kitsch meer is maar humor. Maar daarmee hebben we de pluspunten wel gehad. De veel koppige gelegenheidsgroep die hem begeleidt, is to degelijk als Zeeuws meisje waardoor alles heel gewoon klinkt en je kramp in je oren krijgt, zo goed moet je luisteren wil je die pluspunten kunnen onderscheiden. WK In de schaduw van de landelijke top- en subtopspelers mocht de score van Henk van Putten tij dens de open Nederlandse kam pioenschappen in Dieren niet in drukwekkend heten \2yi uit 9). Desondanks produceerde de LSG-er enkele onderhoudende partijen. In de tweede ronde le verde Van Putten een goede prestatie af tegen de uiteindelij ke nummer twee in de eindklas sering: Albert Blees van Amstel veen. Beide kemphanen produ ceerden een tweesnijdige partij, waarin het balletje alle kanten op kon rollen. Wit: Blees. Zwart: Van Put ten. 1. d2-d4; g7-g6, 2. c2-c4; d7-d6, 3. Pbl-c3; Lf8-g7, 4. Pgl-f3; LfB- g4. Van Putten wil al te geijkte wegen uit de weg gaan en kiest daarom een minder reguliere weg, die hij overigens wel terde ge heeft voorbereid. 5. e2-e3; Pb8-c6, 6. Lfl-e2; e7-e5, 7. d4-d5; Pc6-e7, 8. e3-e4; Lg4xf3, 9. Le2xLf3; f7-f5,10. h2-h4; Pg8-h6. Een versterking, hoopte de zwartspeler: 10. ...Pg8-f6 is na 11. h4-h5 immers een niet echt aan genaam alternatief. 11 h4-h5; Ph6-f7, 12. g2-g4! Deze zet had Van Putten in de voorbereiding overzien. Vanwege het nu ge dwongen f4-f5 valt er voor zwart weinig eer meer op de konings vleugel te behalen. 12. ...f4-f5,13. Lf3-e2; 0-0, 14. f2-f3; c7-c6, 15. Lcl-d2; a7-a5, 16. Ddl-c2; Dd8- b8, 17. Kel-fl; Tf8-c8, 18. Dc2- b3?! Hier staat de dame niet echt goed, direct Lel lijkt sterker. 18. ..Da7-b8, 19. Ld2-el; a5-a4, 20. Db3-dl; a4-a3, 21. b2-b3; c6xd5, 22. c4xd5; Da7-d4, 23. Tal-cl; Tc8-c5. Een zet met een zeker portie blufpoker. Na 24. Lel-f2; Tc5xPc3, 25. Lf2xDd4; e5xd4 heeft zwart zeker compensatie voor de dame, het is echter de vraag of die voldoende is. Wit durft dat avontuur niet aan en speelt het stellig ook kansriike: 24. Le2-c4. 24....Pf7-g5, 25. Kfl- De jaarlijkse ontmoeting tussen de sterkste dam-naties Neder land en de Sowjet-Unie is dit jaar min of meer een afgang gewor den voor het Nederlandse team. De uitslag was overduidelijk: 46- 34. Van velen kanten hoort men dan dat dat komt omdat Wiersma en Sijbrands niet mee deden. Mijn inziens is dat een te eenvou dige kijk op de zaak. De oorzaak van dit verlies moet ergens an ders in worden gezocht. De be- Pakistan heeft zich bij het we reldkampioenschap bridge voor teams in Miami als laatste ge voegd bij de drie Amerikaanse teams, die zich reeds eerder voor de halve finales hadden ge plaatst. De Pakistani met de kaartvir- tuoos Zia Mahmood in de gelede ren, wonnen de herkansing, waarin acht teams uitkwamen. Daarbij waren opnieuw drie Amerikaanse teams, die evenwel direct in de eerste confrontatie werden uitgeschakeld. In een spannende strijd versloeg Pakis tan vervolgens titelhouder Frankrijk met een verschil ER IS EEN klein wonder ge beurd. Dat kunnen we gerust zeggen. Wat is dan wel het geval? De cataloguscommissie van de NVPH blijkt na jaren toch over realiteitszin te beschikken en ze heeft nu de Speciale Catalogus van de ene uitgave op de andere omgetoverd van een "sprookjes boek" tot een "nettocatalogus". Jarenlang zijn de prijzen in de catalogus, als conjunctureel uit vloeisel en als gevolg van de ver schijning van speculanten op de markt, veel te hoog geweest. De handel zat daardoor met de han den in het haar en verkocht ze gels 40 tot 50 procent onder de catalogusprijs en verstokte fila telisten, die nog wel eens een rondzendboekje willen samen stellen, wisten niet meer wat ze moesten vragen. Aan alle onzekerheid is nu ech ter in één keer een einde ge maakt. In de 46e editie van de Speciale NVPH-catalogus van de postzegels van Nederland en overzeese rijksdelen voor 1987 zijn de prijzen met 30, 40 tot 50 procent teruggebracht tot een peil waarmee zowel de handel als de verzamelaar kan werken. In één klap weten we nu weer waar we aan toe zijn. We kunnen ei genlijk zeggen dat we een netto catalogus in handen hebben, het geen wil zeggen dat als een zegel voor een gulden staat genoteerd, dat er op moet worden gerekend dat er ook ongeveer evenzoveel voor moet worden betaald en niet meer 55 of 60 cent, zoals tot nu toe het geval was, en ook bij de postzegelverenigingen weten ze weer waar ze aan toe zijn. Hoe wordt deze enorme prijs- val, want zo mogen we deze prijs dalingen wel noemen, in de cata logus ingeleid. In het Ten Gelei de staat: "De commissie die be langrijkste reden is zijns inziens het meedoen van een jeugd- en dame speler. Een simpel reken sommetje: Van der Zee (jeugd speler) verloor met 5-3 aan bord 10 en Van Lith (dame) verloor met 6-2 aan bord 9. Vorig jaar wonnen we aan bord 9 met 5-3 en bord 10 met 6-2. Dit jaar zou dat resultaat 40-40 opgeleverd heb ben Diagram 1 Mitsjanski - Bies tweede ronde. Hier speelde Bies met zwart 20-24? Na de partij ver telde Bies dat hij enkele secon den na deze zet gedaan te hebben zag dat 25-30!! een stuk beter was: 34x3, 13-18, 3x17. 11x42, 23- xl2, 42-47 en met de dreiging 21- 27 is de winst niet ver meer. Ove- O g2; Tc5xLc4. Zwart moet wat doen om in de race te blijven. 26. b3xc4; Dd4xc4, 27. Ddl-e2; Dc4- c7,28. Lel-h4; Lg7-f6,29. Pc3-b5; Dc7-b6, 30. Lh4-f2; Dc7-d8, 31. Tcl-c7; Ta8-a4, 32. h5xg6? Wit trapt met open ogen in de val van zijn tegenstander, die in wezen niet meer is dan een opzichtige muizenklem. De2-d2 had vrijwel direkt tot winst geleid. Nu ont spint zich een tweesnijdig duel. 32. ...Ta4xe4, 33. De2-c2 (nemen kan natuurlijk niet); Te4-b4, 34. g6xh7 schaak; Kg8-h8, 35. Pb5- xa3. Te gulzig, Thl-cl of nog be ter Thl-h6! hadden wit met een scherpe aanval alle troeven in handen laten houden. Nu krijgt zwart met een centrale opmars tegenkansen. 35e5-e4, 36. Thl-h6; Tb4-b2,37. Dc2-c4; e4-e3, 38. Th6xf6; Tb2xf2 schaak, 39. Kg2-hl; Pg5xf3,40. Tf6-h6; e3-e2, zie diagram. Een stelling als een tombola, wiens aanval is door slaggevend? 41. Tc7xPe7; Tf2-fl schaak, 42. Khl-g2; Pf6-el schaak. Deze zet houdt de balans precies in evenwicht en leidde in de partij na 43 Kg2-h2; Tfl-f2 schaak, 44. Khl-h2 direkt tot re mise. De alternatieven? 42. ...e2- el paard schaak lijkt creatief, maar verliest op Txel. 42. ...Pf3- e5 is echter kansrijk. Een moge lijke variant is 43. Te7xPe5; d6- xe5, 44. Pa3-c2; f4-f3, 45. Kh2-g3; Dd8-fB!, 46. Th6-h2; f3-f2! en wint. Gemiste kansen dus voor Van Putten. rigens werd de partij later remise hoewel Bies nog dicht bij de winst kwam. Dat ook Internationale groot meesters blunders kunnen ma ken laat diagram 2 zien: Kore- nevski - Jansen. Hier had wit als laatste zet 30-25 gespeeld, de rest kunt u wel raden. Overigens is dit de eerste nederlaag buiten Rusland van Korenevski. Vol gende week meer over USSR- Nederland. slechts drie punten, waarna de fi nale tegen Zweden niet meer dan een formaliteit was. Daarmee waren tevens alle Europese lan den uit de strijd. Voor het eerst in de geschiedenis zal een niet- Europees team de titel opeisen. In de groep, waarin om de res- last is met het samenstellen van de prijzen heeft zich door de eco nomische recessie in de laatste vijf jaar voor een haast onmoge lijke taak geplaatst gezien om de juiste handelsprijzen te noteren. Zij heeft zich ditmaal uiterst con sequent opgesteld en de noterin gen verricht volgens de markt waarde van dit moment, met in het achterhoofd dat door deze prijsstelling bij volgende jaren, de mogelijkheid bestaat dat de prijzen weer wat kunnen oplo pen". Het is nu dus gebeurd. Jaren te laat, dat wel. Die groep van de cataloguscommissie, die jaren lang tevergeefs voor een reële prijsstelling heeft geijverd heeft nu dan toch eindelijk aan het langste eind getrokken. Opvallend is dat de prijzen van de eerste-dagenenveloppen zich hebben gestabiliseerd. Van 1950 (El) tot 1977 (E157) zit er geen be weging in. Maar dan breken er voor de Nederlandse filatelie de zo roerige jaren aan. De doorlo pers worden ontdekt, de konin ginnezegels blijken opeens schaars te worden en de specu lanten storten zich massaal op de markt. De oplagen stijgen en stijgen. Die van de zegels schieten via de 10 miljoen door naar de 16 a 17 miljoen en die van de FDC's ver heffen zich van ongeveer 250.000 in 1977 tot zelfs boven de 600.000 in 1980. Het zijn dan ook de prij zen van de FDC's uit die jaren die nu zijn gedaald. Tot zover de nieuwe catalogus en de prijzen. Er zijn ieder jaar weer mensen die zeggen dat de terende ere-plaatsen wordt ge speeld, doen de Nederlanders goed mee. Het damesteam (Jet Pasman, Anneke Simons, Bep Vriens, Truus van der Spek, Elly Schippers en Marijke van der Pas) behaalde acht achtereenvol gende overwinningen en schoof op naar de veertiende plaats van de 164 teams, die nog in de strijd zijn. Landskampioen CPP is 27s- te. Twee plaatsen beter staat het team van Piet Borst met zijn Amerikaanse partner Gerrit Bouman en de Eindhovenaren Holzscherer-Lucassen. De junio ren zijn afgezakt naar de 113e plaats. bespreking van de catalogus niet "des filatelies" is. Wij geloven daar niet zo in. Men dient toch eigenlijk te weten hoeveel de De zestigste serie kinderzegels zal tot en met 31 december te koop zijn. Het thema is dit jaar "kind en cultuur" en de ontwer pen zijn van René van Raalte uit Den Haag. Debuteerden Irene Klinkenberg en Nicole Schou wenburg met de Delta-zegels, René van Raalte heeft al heel wat zegels op zijn naam staan. Tot nu toe had Van Raalte echter bijna steeds de gewoonte zoveel moge lijk op de zegels uit te beelden. Deze keer heeft hij het evenwel. veel rustiger aangedaan en zich tot één onderwerp bepaald. Het zijn fijn uitgevoerde zegels ge worden, maar niettemin, in het licht van het jubileumjaar" ge zien, te obligaat. Deze serie kinderzegels is ove rigens het slachtoffer geworden van de tariefsverhoging die op 1 juli inging. Door de serieprijs niet. op te drijven heeft men zich genoodzaakt gezien het aantal zegels van vier tot drie terug te brengen. Waarden, voorstellin gen en kleuren zijn: 55 25 cent, muziek en literatuur, geel, cyaan, zwart, rood, oranje en violet; 65 35 cent, beeldende kunsten en bouwkunst, geel, magente, cyaan en zwart en 75 35 cent, podiumkunsten, geel, magente en zwart. De prijs van de serie bedraagt 2,90. Uiteraard kunnen we nu ook weer een velletje tegemoetzien. Het 22e in successie. In het vel letje zitten één zegel van 55 25 cent, twee van 65 35 cent en twee van 75 35 cent. Prijs: 5,-. Zolang de velletjes bestaan is het nog niet eerder voorgekomen dat alle zegels van de serie ook in het velletje voorkomen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 31