Wachten in Traiskirchen kan jaren duren
Even weg uit de sleur van een
Oostenrijks vluchtelingenkamp
TERDAG 23 AUGUSTUS 1986
1
EXTRA
BIJLAG^/AJUlEmiDS^^
PAGINA 19
Nooit was de
vluchtelingenstroom op
de luchthaven van
Wenen zo groot als de
afgelopen maanden.
Sinds het begin van dit
jaar meldden zich in
Oostenrijk ruim 4000
asielzoekers; dat is ruim
een kwart meer dan in
dezelfde periode van
1985. Velen van hen
worden ondergebracht
in het troosteloze kamp
Traiskirchen, een
voormalige kazerne die
nauwelijks uitzicht biedt
op een nieuwe toekomst.
De jubilerende Stichting
Europa-Kinderhulp
haalde vorige week
in Wenen en Keulen
honderd kinderen op,
met het doel ze hier in
Nederland een paar
weken op
vakantieadressen onder
te brengen. Dick Horst
reisde mee en nam een
kijkje tussen het grauwe
beton van Traiskirchen.
door Dick Horst
Zijn donkerbruine kijkers blikken
melancholiek de wereld in. Ang
stig, argwanend en onzeker. Kamil
Daher is een twaalfjarig vluchte-
lingetje. Afkomstig uit Jordanië en
met zijn ouders een aantal jaren
geleden voor oorlogsge weld en po
litieke intriges in het Midden-Oos
ten op de loop gegaan. Via allerlei
omzwervingen en ontberingen in
het Oostblok terechtgekomen om
vandaaruit ten slotte via Tsjecho-
slowakije in Oostenrijk te belan
den.
Kinderen van vluchtelingen in het Oostenrijkse kamp Traiskirchen.
Inzet: de aankomst in Nederland, waar honderd van hen in gastgezin
nen drie weken vakantie genieten. (foto's gpdi
Samen met vele honderden andere
kinderen van vluchtelingen zit hij nu al
enkele jaren in het troosteloze vluchte
lingenkamp Traiskirchen in Neder-
Oostenrijk, 25 kilometer ten zuiden
van Wenen. Zonder een sprankje reëel
uitzicht op een betere toekomst. Al
blijven vele vluchtelingenouders daar
op nog hopen, vaak tegen beter weten
municatieproblemen op. De meesten
spreken een Arabische, Slavische of
andere Oosteuropese taal. De kinde
ren, die meestal wel Duits spreken, tre
den als tolk op. Dat is niet nodig in de
„woonkamer" van de 34-jarige uit Hon
garije afkomstige zigeuner Joseph
Gaspar. Joseph is niet thuis, maar zijn
vrouw laat een van de kinderen snel
een familielid ophalen, de 48-jarige
Hongaarse zigeunermusicus Elef La-
katos. Hij vertelt in perfect Duits dat
het gezin Gaspar, man vrouw en drie
kinderen, wil emigreren naar Canada.
Ze zijn pas vorige maand in Traiskir
chen aangekomen nadat ze om politie
ke redenen Hongarije de rug toe had
den gekeerd. Werk vinden in het kamp
is nog niet gelukt.
Zelf is de musicus - hij speelt cym-
baal - eveneens om politieke redenen
uit Hongarije vertrokken. Samen met
zijn vrouw en 18-jarige zoon die ook als
musicus - hij speelt klassiek piano -
zijn brood wil verdienen. Elef: „Ik
speelde in Hongarije in zigeuneror
kestjes. Voornamelijk „Unterhaltungs-
musik", maar ik ben geen communist
en daarom kon ik in Hongarije nergens
meer werk vinden. We willen graag
emigreren naar Amerika".
Intussen wordt elders in het immen
se kamp bij diverse gezinnen alles in
gereedheid gebracht voor het vertrek
van de kinderen naar Holland. Een be
langrijke rol daarbij speelt de Oosten
rijkse mevrouw Karin Wackerlich, zo
vertelt ir. Jan Schrieken uit het Over
ijsselse Goor, die als „motor" achter de
hele organisatie van het kinder-vakan-
tietransport al vele maanden in touw is
en er al zijn vrije tijd en het nodige geld
in heeft gestoken. „Karin Wackerlich
heeft hier in Oostenrijk de hele papier
winkel voor haar rekening genomen.
Het verzorgen van paspoorten en visa,
overleg met tal van instanties en auto
riteiten en alle andere formaliteiten die
erbij horen".
Stimulans
- Na drie weken komen al die vluchte-
lingenkindertjes weer terug in hun ei
gen sombere kampsituatie. Is dat niet
frustrerend? Worden er geen valse ver
wachtingen gewekt? Organisator Jan
Schrieken: „We hopen dat de vakantie
ervaringen in de toekomst een stimu
lans voor de kinderen zullen zijn om
wat makkelijker uit die uitzichtloze
thuissituatie te komen. Ze leren een
voor hen onbekende wereld en een
echt gezinsleven kennen. Ze zien hoe
er ook anders geleefd kan worden. Be
rusting kan dan worden omgezet in ac
tie om ook een dergelijk beter leven te
bereiken".
riekazerne uit de vorige eeuw. Veel van
de kinderen zijn er geboren. Ze kennen
alleen het kamp en weten niets van de
buitenwereld.
In het asiel-land Oostenrijk kwamen
sedert het einde van de T\veede We
reldoorlog al twee miljoen vluchtelin
gen binnen. Ze worden allemaal door
gestuurd naar het vluchtenlingenkamp
Traiskirchen. Daar worden ze onderge
bracht in wat met wrange humor het
„Hiltonhotel" wordt genoemd.
Dagenlang worden ze verhoord door
veiligheidsdiensten die erachter moe
ten komen of zich onder de vluchtelin
gen geen vermomde spionnen of gehei
me agenten bevinden. Daarbij komt
voor iedere vluchteling, bonafide of
niet, nog eens het zeer langdurig en
massaal wachten om in quarantaine te
worden genomen en een serie inentin
gen te krijgen.
Wachten
Indien een asielaanvraag eenmaal
ontvankelijk is verklaard, wordt de
vluchteling overgeplaatst naar een van
de andere troosteloze onderkomens op
het oude kazernecomplex. In de grau
we betonnen kolossen bevinden zich
afzonderlijke woonvertrekken. Een
voorbeeldje: een gezin van man, vrouw
en twee kinderen beschikt over één ka
mertje van 3,5 bij hooguit 5 meter
waarin zij moeten leven, wonen en sla
pen. In het kamertje staat een tweeper
soonsbed, een éénpersoonsbed, een
slaapbank, een eenvoudige houten ta
fel met vier stoelen en een paar kasten.
Er zijn geen eigen wc's of andere sa
nitaire voorzieningen. Die vindt men
op elke verdieping in de gang, centraal
gelegen en voor gemeenschappelijk
gebruik. Van enige privacy is nauwe
lijks sprake. Voedsel wordt verstrekt
door de centrale keuken. Driemaal per
week een warme maaltijd. Keuze uit
twee menu's omdat moslims bijvoor
beeld geen varkensvlees eten.
De vluchtelingen brengen hun tijd
door met rondhangen en wachten op
een al of niet gunstige beslissing over
hun asielaanvraag. Dat kan jaren du
ren. „In ons kamp zitten vluchtelingen
van 38 verschillende nationaliteiten",
vertelt Lagerführer Norbert Fischer,
de kampleider die ons er een kijkje laat
gen trieste verhaal. Zoals bijvoorbeeld
de 26-jarige politieke vluchteling Reg-
jaj Shaban uit Joegoslavië, die lopend
vanuit zijn geboorteland naar Wenen
kwam en nu al een half jaar in het
vluchtenlingenkamp vergeefs wacht
op emigratie naar Amerika. Joegosla-
ven hebben daarop geen kans, vertel
len de uit Albanië afkomstige en daar
na jarenlang in Joegoslavië woonachti
ge studenten Shala Sefedin (23) en
Xhafer Zegirat (25), die al een jaar in
het kamp zitten.
Shala, die wiskunde studeerde, heeft
politiek asiel aangevraagd. Bij terug
keer in Joegoslavië wacht hem de ge
vangenis. Xhafer (student-economie)
wacht bij terugkeer hetzelfde lot. Zijn
broer zit in Joegoslavië al in het gevang
en de rest van de achtergebleven fami
lie loopt ook gevaar.
Opstandig
Opstandig is het verhaal van de 29-
jarige buschauffeur Haxhi Morina uit
Joegoslavië. Droevig kijkend vanach
ter de spijlen van het stalen hek dat één
zijde van het kamp afsluit, vertelt hij in
nagenoeg vlekkeloos Engels dat hij al
bijna twee jaar in Traiskirchen door
brengt. Samen met zijn vrouw, lerares
Engels, en hun in het kamp geboren
tweeling van 22 maanden. Ook hij en
zijn vrouw hebben om politieke rede
nen Joegoslavië verlaten en zijn ille
gaal Oostenrijk binnengekomen. Hij
heeft nu weliswaar al veertien maan
den politiek asiel, maar zijn kans op
emigratie naar de VS of Canada is ni
hil.
„We leven hier als paria's. Sommigen
moeten de straat op om geld te verdie
nen. Je leeft als een prostituée omdat je
voor geld dingen doet tegen je zin. Als
je buiten het kamp een job zoekt, moet
je soms drie uur in de rij staan om te
horen dat er niets voor je is. En hier in
het kamp? Drie dagen achter elkaar
hetzelfde eten. Aardappelen en witte
bonen. Gelukkig krijgen mijn kinde
ren elke dag een halve liter melk".
Bij hem aan het hek staan drie kinde
ren uit het Joegoslavische gezin Zefï.
Veronica van dertien doet het woord,
mede voor haar broertje Luigj van
twaalf en het 9-jarige vriendje Ahmet
Haxha uit Albanië. „Al viereneenhalf
jaar wonen wij nu in dit kamp. Mijn
ouders hebben vanwege de politiek
ons vaderland verlaten. Vader is uit
voerder in de bouw. Hij wacht hier op
het Oostenrijkse staatsburgerschap".
Naar Canada
Het praten met vluchtelingen levert
in dit kamp vol ellende nogal wat com
De jubilerende Stichting Europa-
Kinderhulp, een Nederlandse organi
satie die 25 jaar bestaat, heeft zich het
lot aangetrokken van Kamil en nog 99
andere kinderen van vluchtelingen in
Oostenrijk en West-Duitsland. Drie
bussen brachten vorige week in totaal
honderd kinderen van vluchtelingen
vanuit Wenen en Keulen naar ons land.
Drie weken lang zullen die vluchtelin-
getjes bij Nederlandse gastgezinnen
hun vakantie doorbrengen. Even uit de
sleur van hun trieste bestaan. Om na
die vakantie helaas weer terug te vallen
in hun uitzichtloze leventje.
Dan begint weer het gevecht van hun
ouders om politiek asiel in West-Euro
pa. De strijd om de status van vluchte
ling en het steeds opnieuw blijven pro
beren te emigreren naar Amerika, Ca
nada of Australië. De eindeloze weg
van bureaucratische papierwinkels.
Keer op keer nul op het rekest. Ten
slotte uitmondend in de doffe berus
ting, gedoemd te zijn tot jaren wachten
en rondhangen in een vluchtelingen
kamp. Zonder werk, zonder uitzicht,
ellendig en afhankelijk van het mede
dogen en de charitatieve hulp van hen
die in een heel wat fortuinlijker wieg
zijn geboren.
Record
Het probleem is actueler dan ooit.
Dagelijks berichten de media over de
enorme vluchtelingenstroom van Oost-
naar West-Berlijn. Vorige maand alleen
al ruim tienduizend. Een triest record.
Niet alleen mensen die vanuit de Oost
bloklanden naar het Westen uitwijken,
maar ook vluchtelingen uit de Derde
Wereld en het Midden-Oosten. In de
meeste gevallen vluchtelingen die om
politieke redenen hun geboortegrond
verlaten. Niet zelden na gevangen
schap en martelingen.
Het leven in het Oostenrijkse vluch
tenlingenkamp Traiskirchen, 25 kilo
meter ten zuiden van Wenen is in-triest
Het is een al jaren afgeschreven cavale-
Vanachter het hek rond Traiskirchen vertelt de Joegoslavische
buschauffeur Haxhi Morina zijn verhaal aan de verslaggever: "We leven
hier als paria's".
Zwart werken
Het kamp heeft een klein ziekenzaal
tje en een eigen kampwacht. De „Si-
cherheitsdirektion" probeert alle ante-
cendenten van de vluchtelingen te ach
terhalen. De Oostenrijkers houden zich
nauwgezet aan de afspraken van de
Geneefse conventie wat het vluchtelin
genprobleem betreft.
Slechts een beperkt aantal vluchte
lingen kan in het kamp meewerken als
keukenhulp, stratenmaker of schoon
maker. Velen verkiezen zwart te
werken buiten het kamp door wijnboe
ren te assisteren bij de druivenoogst.
Het kamp herbergt opvallend veel
Tsjechen, Polen en Joegoslaven. Velen
volgen Engelse en Duitse taalcursus
sen. De kinderen zijn onderworpen aan
de Oostenrijkse schoolplicht en leren
spelenderwijs Duits.
Elke vluchteling heeft zijn of haar ei
nemen. Wijzend op een paar oude La-
da's met Oosteuropese kentekenplaten
verzoekt hij ons er geen foto's van te
maken. „Vanwege mogelijke represail
les tegen de achtergebleven familie...".
De vluchtelingen blijven hier mini
maal negen maanden met het oog op
een eventuele gezinshereniging. "Mo
gelijk dat aanvankelijk achtergebleven
familieleden van de vluchtelingen als
nog ook hier arriveren. Daarna hopen
wij op hun vertrek naar elders, maar
dat kan nog jaren duren", aldus Fi
scher. Intussen constateert hij terloops
een „vluchtelingen-vijandigheid" in
zijn land als gevolg van de nu al tiental
len jaren voortdurende (financiële)
druk op Oostenrijk door de thans weer
aanzwellende stroom ontheemden.