Fysiotherapeut op avontuur met expeditie Spitsbergen Bouw gaat gebukt onder slecht imago bij jongeren Reportage Zorgen over gezondheid bouwvakkers Nederlandse rabbijnen ontzet over religieus extremisme PAGINA 14 DONDERDAG 14 AUGUSTUS 1986 Het meest ziet hij op tegen de vier dagen durende toendra-tocht. Ploeteren door een brij waarin ze wel tot hun knieën kun nen wegzakken. Honderd twintig kilometer lang. Dat is nog niet alles. Voor Ton van Olphen staat het vast. Ze zullen op die bar re tocht ijsberen ontmoe ten. door Jan Westerlaken Om die grote, witte, kolossen uit hun buurt te houden, heeft hy vuurwerk gekocht. Strikers. Zoiets als een rotje. Ze lijken op een grote lucifer. De kop is van zwavel. Even langs een lucifers doosje halen is genoeg om hem te laten knallen. Alle andere expeditiegangers hebben dat vuurwerk trouwens ook aangeschaft. Want, weet Ton, voor lawaai zijn de beren bang. Wanneer de strikers weige ren om dienst te doen? Niet écht een punt. De bagage bevat daar om een paar ratels waarmee je eveneens kabaal kunt maken. En als ook die niet helpen? Dan moeten twee verdovingsgeweren de ijsberen op veilige afstand houden. Toch zijn het juist de beren, die de tocht over de toendra voor Ton van Olphen zo aantrekkelijk maken. Hij kent de geweldige kracht van het dier en het gevaar dat dreigt wanneer de expeditie er een - óf meer - op haar weg ontmoet. Een keer in je leven, zegt hij, maak je zoiets maar mee. Voor geen goud wil hij die kans missen. Twaalf kilometer zitten de Woubrugs/Leidse fysiotherapeut en de andere leden van de expe ditie van de eeuwige ijsgrens. Wat moet een para-medicus daar eigenlijk bij doen? Ton van Olphen: "Natuurlijk trekt mij in de eerste plaats het avontuurlijke. Je kunt op Spits bergen honderdvijftig kilometer ver zien. Zo schoon is de lucht. Infecties komen er niet voor. Je slaapt - in een tent - op een matje van enkele millimeters dik dat alleen de kou tegenhoudt. Alle maal dingen die ik gewoon eens wil meemaken". Blessures Zijn taak? Ton van Olphen: "Eigenlijk ga ik mee als parame- disch-begeleider. Het is bekend, dat er vrij veel blessures tijdens zo'n expeditie kunnen voorko men. Vooral knieën en enkels hebben het zwaar te verduren. Soms kun je op de toendra's wel tot je knieën wegzakken. Nou, dat vergt nogal wat van je ge wrichten. Ik heb, dankzij de handbal en andere takken van sport, zoals het begeleiden van de Amerikaanse profs bij de we reldkampioenschappen fiets- cross in Slagharen, behoorlijk wat ervaring met acute letsels opgedaan. Letsels die zodanig moeten worden behandeld, dat de geblesseerde kan doorgaan. Zeker wat Spitsbergen betreft. Want achterblijven is uitgeslo ten. Die kennis heeft er mede toe bijgedragen, dat ik ben uitgeno digd om met de expeditie mee te gaan. Dankzij myn broer die by de organisatie van het gebeuren naar Spitsbergen was betrokken. Verder? Niets. Gewoon een deel van de groep. Zelf potje koken, corveedienst draaien. Alle voor komende werkzaamheden ver richten. Duimen draaien is er be paald niet bij". DEN HAAG - De bouw is jaren lang het zorgenkindje in de werk loosheidsstatistieken. Wie verstan dig was, koos een ander vak. Dat hebben er inmiddels te veel ge daan. De bedrijfstak kampt met een ernstig tekort aan vakbe kwaam personeel. Straks is het door Runa Hellinga i timmerlie den voor goed geld door de concur rent worden weggekocht. Onder jongeren heeft de bedrijfs tak een slecht imago. Daardoor melden zich veel te weinig leerlin gen aan. Jammer, vond minister De Koning (Sociale Zaken) on langs tijdens een toespraak in Ber- kel-Enschot. Jammer, vindt met hem directeur J.L.M. Koekoek van de Stichting Vakopleiding Bouw bedrijf: „Want de bouw is een mooi bedrijf. Een bedrijf waar je kunt zeggen: kijk, dat heb ik gemaakt, waar je trots kunt wezen op je werk. Je bent ergens constructief mee bezig en het staat er jaren later nog". Dat doet denken aan vervlogen tijden toen vaklieden nog de tijd hadden om een huis hier met een gemetseld boogje en daar met een witte rand in het donkere baksteen te versieren. De meeste woningen worden tegenwoordig verregaand in de fabriek voorgeproduceerd. Koekoek: „Mensen vragen zich af of vakbekwaamheid met de huidi ge bouwmethoden nog wel nodig is. Maar er is wel degelijk een grote behoefte aan". Dat blijkt ook uit de cijfers. On danks de klachten over personeel stekort staan er nog altijd meer dan 60.000 werkloze bouwvakkers in geschreven. Voor een groot deel gaat dat om mensen die tijdens de bloeitijd van de bedrijfstak binnen zijn gehaald en aan het werk zijn gezet zonder hen een behoorlijke opleiding te geven. De afgestu deerde leerlingbouwvakkers daar entegen kwamen volgens Koekoek vorig jaar allemaal aan de slag. In het Bouwberaad (een overleg tussen werkgevers en werkne mers) is daarom enige tijd geleden al afgesproken dat het werklozen- bestand geschoond moet worden. Wie geen opleiding wil volgen, wordt eruit gehaald. Vaklieden Jaarlijks zijn er zo'n 6.000 nieuwe vaklieden nodig. De bedrijfstak doet dan ook hard zijn best om jon geren ervan te overtuigen dat de bouw best een baan voor hen heeft. Maar het enthousiasme is niet groot. Dat begint al op de LTS. Het aantal LTS'ers is teruggelopen. En de jongeren die nog een technische opleiding volgen, kiezen niet voor de bouw. Vorig jaar konden er in het totaal 3.300 jongeren op de opledingen geplaatst worden. Uiteindelijk meldden zich er 2.700 aan. Er zo'n tekort aan leerlingen, dat een aan tal leerlingbouwplaatsen, projec ten die door jongeren in opleiding worden gebouwd onder toezicht van ervaren vaklieden, niet door konden gaan wegens gebrek aan leerling-timmerlieden. Koekoek denkt dat de kosten van de opleiding daar misschien ook een rol by spelen. Jongeren vanaf 18 jaar moeten schoolgeld betalen en de leerlingen bovendien boeken kopen. Om de kosten te verlagen, krygen ze tegenwoordig een deel van de boeken gratis. Ove rigens krygt een leerling in de bouw in tegenstelling tot andere opleidingen na de eerste maanden een salaris, omdat hy een groot deel van de week gewoon werkt. Dit jaar is er plaats voor 3.500 leerlingen, maar Koekoek ver wacht niet dat alle plaatsen vol zul len komen. Omdat te weinig LTS'ers voor de bouw kiezen, richt men zich de laatste jaren ook op leerlingen van de Mavo. De bouw heeft, geeft Koekoek toe, niet alleen een slecht imago vanwege de hoge werkloosheid. Het is zwaar werk met een hoog percentage afgekeurden. Boven dien lykt de toekomst van een jon gere die er nu aan de slag gaat, toch vry onzeker. Koekoek is echter optimistisch over de komende jaren: „Het socia le woningbouwprogramma wordt wel verlaagd, maar daar staat te genover dat er waarschijnlijk meer woningen in de vrije sector ge bouwd zullen worden. Die huizen zijn duurder en arbeidsintensiever. En vooral, ze vragen meer vakbe kwaamheid". AMSTERDAM (GPD) - Uit perio diek gehouden enquêtes onder bouwvakkers in Amsterdam is ge bleken dat nog slechts 15 procent van hen plezier in het werk heeft. Een zorgwekkende situatie, waar voor gemeenten en rijk nauwelijks oog hebben, aldus de arts Ton Lut- door Huub Klompenhouwer tik van de bedrijfsgezondheids dienst Amsterdam Oostenburg. Hoewel die cijfers slechts die sig nalerende functie hebben, spreekt met name de onvrede over het be roep boekdelen. Ton Luttik: „De positie van de bouwvakker in Am sterdam is ronduit beroerd. Eigen lijk durven ze nauwelijks hun mond open te doen, want er zou den zwarte lijsten circuleren onder de aannemers waarop iedereen te recht kan komen, die maar even een grote mond heeft. De meeste bouwvakkers worden tegenwoor dig per projekt aangenomen. Ze riskeren niet graag zo'n grote mond, omdat ze dan niet meer aan de bak kunnen komen". Volgens de bedrijfsarts wordt er bij de inschrijving op bouwwerken door de aannemers zo krap gecal culeerd en ingeschreven, dat er aan alle kanten bezuinigd moet wor den. „Als bedrijfsartsen krijgen we de verhalen te horen van schilders die als vakmensen nu zoveel moe ten doen, dat ze van tevoren weten dat de verf al na drie jaar zal gaan bladderen. Die mensen werken dan niet meer met voldoening. Metselaars kunnen alleen aan het werk bly ven als ze erin slagen vol doende meters per dag te metse len. Halen ze het niet, dan vliegen ze eruit". Schadelijk Luttik: „Geen mens staat erby stil dat veel van die keiharde zwoe gers na hun vijfendertigste, of eer der al, in de raken. Versleten rug bijvoorbeeld". Zeker zo kwalijk is de signale ring dat door die krappe calcula ties veiligheidsnormen niet nage leefd worden. Steigers voldoen niet aan de eisen van de arbeidsin spectie, tapytlymers moeten werken met explosieve lijmen, die niet alleen schadelijk voor de ge zondheid zijn, maar ook nog tot on gevallen kunnen leiden. Een bus veiliger lijm die een paar dubbel tjes duurder is, levert felle discus sies op, omdat dan het budget overschreden dreigt te worden". „Onlangs nog een stukje in de krant. Een bouwvakker die een val van 11 meter van een dak niet over leeft. Die man moest dakpannen controleren. Maar een verplichte leuning langs dat dak om wegstap- pen te voorkomen ontbrak. De baas van die man kreeg by de rech ter een geldboete van 5.000 gulden. Blijkbaar is dat de prijs van een bouwvakker, zou je bijna cynisch kunnen zeggen". Volgens Luttik is het nu al zo dat onder de bouwvakkers een ware schifting is ontstaan van sterke en minder sterke bouwvakkers. „De verhoogde eisen aan de produkti- viteit is er de oorzaak van geweest dat de zwakkere broeders het al hebben moeten laten afweten. Wie het tempo niet vol kan houden en teveel ziek is, vliegt eruit. En dan is er nog een categorie die zich ten koste van alles aan het werk houdt. Daar kun je op wachten dat ze ook in de problemen raken". De rabbijnen L. B. van de Kamp (Den Haag), J. S. Jacobs (Utrecht) en E. van Voolen (Arn hem) zijn ontzet over recente ui tingen van religieuze tweespalt in Israël. Van de Kamp en Ja cobs zijn orthodox, Van Voolen is liberaal. De aanvallen van orthodoxe jo den op zogenaamde 'onzedelijke' reclames op bushaltes en van joodse jongeren op een synagoge in Tel Aviv zien zij als 'extremis me van twee kanten'. "Dat is in strijd met het wezen van de jood se staat, die fanatisme en tyran- nie dient uit te bannen", schrij ven zij in het laatste nummer van 'Israël Nieuwsbrief, een uitgave van het Centrum voor Informatie en Documentatie Israël. De weg van de tora (wet) is niet een weg van dwang, zegt Van de Kamp. Naar zijn mening zijn in Israël te veel jongeren opge groeid zonder dat de morele en ethische waarden van hun eigen jodendom him zijn bijgebracht. "Een synagoge is hun net zo vreemd als ieder ander bede huis". "Daarom dienen beide groeperingen, orthodox en niet- orthodox, hun verantwoordelijk heid te beseffen voor de opvoe ding, opdat de joodse staat een symbool zal zijn van ware joodse eenheid". De orthodoxie, zo erkent rab bijn Van de Kamp, heeft als uit eindelijk religieus ideaal dat Is raël een theocratie wordt, geen staat dus met een democratisch karakter. De orthodoxe jood is ervan overtuigd, dat dit geen ij- dele hoop is maar concrete toe komstverwachting. De Utrechtse rabbijn Jacobs wijt de excessen in Israël aan het verschil tussen theorie en prak tijk. "Praktisch raken de extre misten van de een slaags met die van de ander, hoe mooi de theo rie van onderlinge verdraag zaamheid ook mag zijn". Privé draagt ieder zijn eigen verant woordelijkheid, vindt Jacobs, maar publieke vraagstukken die nen omwille van de eenheid niet tegen de joodse wet in te gaan. "Het besmeuren van de synago ge van Tel Aviv is even onaan vaardbaar als het gooien van ste nen naar sabbatsovertreders". "Wél moet de joodse staat zo joods mogelijk zijn, want Israël zonder tora is gelijk een ontzield lichaam". Het respecteren van religieuze voorschriften is geleidelijk ont aard in de dwingelandij van een minderheid, constateert rabbijn Van Voolen. Het religieuze con servatisme heeft zijns inziens tot gevolg dat de doorsnee israëli zich afvraagt: "als dét jodendom is, wie wil er dan nog iets van we ten?" Wat zich nu in Israël als joods presenteert is, volgens Van Voo len, niet in staat het respect van de meerderheid af te dwingen. "Jodendom heeft in zijn kern te maken met medemenselijkheid en tolerantie". "Niet de vijand van buiten maar de vijand van binnen bedreigt Israëls bestaan als staat van joden en als staat die joodse waarden kan uitdra gen". Vredésweek In afwijking van de laatste twee jaar zal bisschop Bar van Rotterdam dit jaar geen Icto-in- formatie meezenden by het ma teriaal van 'Pax Christi' voor de Vredesweek-collecte. (Icto is het Interkerkelijk Comité Tweezijdi ge Ontwapening en 'Pax Christi' is de rooms-katholieke vredesbe weging). Wel zal voor het eerst de vredeskrant van de Stichting Vredespolitiek worden meege zonden. Secretaris J. Verheijen van het bisdom liet doorschemeren, dat de bestuurslijke problemen bin nen het Icto hiervan de oorzaak zijn. Deze zomer stapte ongeveer de helft van het Icto-bestuur op uit onvrede met het beleid van voorzitter mr. J. L. Janssen van Raay. Elk jaar wordt in de Rooms- Katholieke Kerk op de eerste zondag van de Vredesweek (sep tember) gecollecteerd voor 'Pax Christi'. Dat staat de helft van de opbrengst af aan het Interkerke lijk Vredesberaad (IKV). 'In vredesnaam'. Onder die titel gaat de stichting Teleac een serie tv-programma's maken over het onderwerp 'vrede'. Een van de uitzendingen over 'jonge ren-en vrede' gebeurt in nauwe samenwerking met het Christe lijk Jongeren-Verbond (CJV). Voor deze uitzending kunnen jongeren foto's inzenden waar mee zy hun mening over 'vrede' verbeelden. Twintig inzendingen zullen in het programma worden vertoond. De inzenders van de gekozen foto's krijgen een uitno diging om op 31 oktober naar de studio te komen voor het bijwo nen van de opname en een rond leiding. Een aantal inzenders wordt gevraagd, in het program ma zelf hun inzending toe te lich ten en mee te doen aan een ge sprek. Wie hierop wil ingaan, kan foto en toelichting vóór 1 oktober stu ren naar CJV, postbus 115, 3970 AC Driebergen, met vermelding 'Jongeren en vrede'. De redactie van Teleac is verantwoordelijk voor de keuze van 20 inzendin gen. De inzenders krijgen uiter lijk 13 oktober bericht. Op zaterdag 25 oktober zullen deze 20 en alle andere inzendin gen worden tentoongesteld op een landelijke startdag van het CJV in de Ernst Sillem-Hoeve te Lage Vuursche. Opdracht. In september be gint het Instituut voor Evangeli satie in Doorn weer met 'Grote Opdracht Scholen' in een aantal plaatsen, waaronder Nieuw-Ven- nep. Dit is een eeryarige vrije- tijdsopleiding over hoe iemand het evangelie kan uitleggen aan een ander. Voor nadere inlichtingen is hier het adres van het instituut: postbus 271, 3940 AG Doorn, te lefoon 03430-15741. Hervormde Kerk: beroepen te Nieuwer ter Aa kandidaat A. L. van Zwet Katwijk aan Zee; beroepbaar H. J. W. Bakker Maasdijk, T. T. van Leeuwen Rotterdam en A. L. van Zwet Katwijk aan Zee; toegelaten tot de evangeliebediening C. 't Hart Oegstgeest. Gereformeerde Kerken Vrij gemaakt: beroepen te Monster C. J. de Ruyter Rotterdam-cen trum. Tegen sancties. De 110.000 leden tellende joodse gemeen schap in Zuid-Afrika heeft zich unaniem gekeerd tegen econo mische strafmaatregelen ter af schaffing van het apartheidssys teem. Opperrabbijn B. M. Casper zegt in een toelichting, dat een politiek van 'constructieve be trokkenheid', zoals president Ro nald Raegan die propageert, het begeerde doel dichterbij zal brengen. Voorzitter dr. I. Abramovitz van de Zuidafrikaanse Joodse Raad noemt strafmaatregelen geen oplossing maar vernieti ging. Ze zouden het joodse za kenleven noodzaken zwarte werknemers te ontslaan. "En wie zal daarvan de schuld krygen? Juist, de joden". Risico Soppen in de polder en sjok ken door het mulle zand zijn nog geen gletsjers of toendra's. De temperatuur in Spitsbergen ver schilt duidelijk met die in ons land. Was die voorbereiding dan tóch voldoende? Ton van.Olphen: "Er zijn hier weinig plekjes waar je tot je knieën in de modder zakt. Dat is wel zo. De lichamelijke conditie die ik in al die maanden heb op gebouwd, is wel goed. Waar het mij aan ontbreekt, is dat ik geen ervaring heb met onbekende gletsjertochten. Risico? Ja, he laas wel. Maar er gaan wel een paar heel ervaren alpinisten mee die al meer van soortgelijke expedities hebben gemaakt. Zor gen maak ik me zeker niet. Ten slotte ben je uiterst geconcen treerd bezig. Dus kan er prak tisch niets gebeuren. Wat wil je zeg? Zo'n kans krijg je maar een keer. Die pak je toch met met beide handen?" Eruit breken voor een langere periode. Levert dat geen onover- komenlijke problemen op voor zyn praktijk? Ton van Olphen: "De een gaat een paar weken naar Torremoli- nos, de ander naar Zuid-Frank rijk. Ik ga naar Spitsbergen. De expeditie duurt vijftien dagen. Al zou die reis langer hebben ge duurd, dan was dat geen enkel punt geweest. Een plaatsvervan ger neemt mijn praktijk waar. Anders gezegd: de behandeling van mijn patiënten gaat gewoon door. Alleen, je moet de zaken van tevoren wel goed organise ren. Doe je dat niet, tja, dan kan de een en ander behoorlijk in het honderd lopen". De expeditie zelf. Wat is het Fysiotherapeut Ton van Olphen: vuurwerk om de ijsberen op de vlucht doel ervan? Ton van Olphen te jagen.... (foto win» Dijkman) Ondanks het feit dat de pool reis niet langer dan twee weken duurt, is de fysiotherapeut van mening, dat de wetenschappers hieraan voldoende tijd hebben om die informatie te verzamelen die zij voor hun onderzoek den ken nodig te hebben. In feite heeft de expeditie vier weken. Ton van Olphen: "Kyk, de zon gaat niet onder, 's Nachts is het net zo helder als overdag. Waar mee ik niet wil zeggen, dat er dag in, dag uit, vierentwintig uur zal worden gewerkt. Maar je kunt wel wat langer doorgaan. Het is tenslotte licht. Van slapen zal, ze ker wat mij betreft, weinig te recht komen. Zo'n dun dekje ligt niet zó comfortabel. Overigens, we treffen het wel. Op het mo ment dat wy op Spitsbergen zijn, maken we de middernachtzon mee. Dat is op 26 augustus. Die zon verdwijnt achter de horizon. Na ruim vier maanden is er dan weer verschil tussen dag en nacht". De twintig leden van de groep worden met de 'Plancius' - een expeditieschip - naar Spitsber gen gebracht. Voor de vier dagen durende gletsjertocht en de even lange tocht over de toendra, zet zij de deelnemers aan de expedi tie aan wal. De Plancius pikt hen later op de afgesproken plekken weer op. De Woubrugs/Leidse fysiotherapeut Ton van Olphen gaat voor de tweede keer op avontuur. Twee jaar gele den - in 1984 - zat hij vijf maanden in de Verenigde Staten. Als enige niet-Amerikaanse fysiotherapeut werd hij aangezocht het VS-handbalteam tijdens de Olympische Spelen in Los Angeles te begeleiden. Een ervaring op zich zelf Vandaag vertrekt hij met twintig man voor een we tenschappelijke expeditie naar Spitsbergen. De expedi tie doet in het hoge noorden een eiland aan waar nog nooit eerder Nederlanders voet aan wal hebben gezet. Wat moet een fysiotherapeut tussen ornithologen (vo geldeskundigen) en biologen? Zo vanuit zijn fysiotherapie- praktijk naar de pool. Kan dat zonder enige vorm van voorbe reiding? Ton van Olphen schudt heftig met z'n hoofd. "Je moetje danig voorbereiden. Ik ben daarmee al in maart begonnen. Soppen door de weilanden. Af en toe langs het strand door het mulle zand. De laatste weken zelfs met m'n rug zak om. Die moet je zelf tijdens de tocht dragen. Altijd nog een gewicht van vijfentwintig kilo. Ik heb met zo'n kilo of achten twintig lopen sjouwen. Oefenen met wat overgewicht kan geen kwaad. Daar kun je alleen maar profijt van hebben wanneer het er werkelijk op aan komt". Trainen met volle bepakking. Hartje zomer. Fietsers die hem voorbijreden keken soms wel drie keer achterom als ze Ton za gen beulen. Niet zo zeer vanwege de last die hy op z'n rug droeg, dat hadden ze wel meer gezien. Maar die grote, zware rubberen laarzen waarop hij liep. Bloed heet en dan met zulke dingen aan je voeten rondlopen. Zoiets deed je toch niet? Tons vriendin vertelt, dat je de mensen die voorbijkwamen als het ware kon horen denken.... merkte het al eerder op: de groep gaat een stukje noordpool ver kennen waar tot nu toe nog geen Nederlander is geweest. De aan dacht zal vooral uitgaan naar de dertig vogelsoorten die hier voorkomen en de honderdtwin tig verschillende planten en bo men die er groeien. Hoewel je nauwelijks over bo men - althans naar Nederlandse begrippen - kunt spreken. De hoogste boom die op heel Spits bergen te vinden is, is nauwelijks hoger dan een decimeter. Eén van een centimeter of vijftien kan tot de forsere exemplaren worden gerekend.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 14