Volvo 480 ES werd geboren in tijd van malaise A *U Een aparte wagen van bijzondere allure ers voor Leiden e.o. volvö Deal (êï1y© (l(§0e)(kb) h°ge 352 T O Nederlandse ontwerpers moesten kwart eeuw vooruit kijken RIJ-IMPRESSIE 071-899307 A. Mulder B.V. VRIJDAG 11 JULI 1986 PAGINA 17 Jan Boudewijn. Nog elke dag genieten de mensen van Volvo Car in Helmond van de reacties op de nieuwe Volvo 480 ES. De wagen werd begin maart geïntroduceerd op de Autosalon van Genève, half mei neergezet bij de Nederlandse Volvo-deaiers, de laatste weken onderworpen aan de kritische oordelen van autojournalisten uit vele Europese landen. De 480 ES doorstond het allemaal prima. Veel lof werd uitgestort, weinig kritiek bleef over. Volvo's nieuwe heeft de vuurdoop goed doorstaan. door Martin Huppertz Vooral de ontwerpers van die Volvo kunnen er nu epht van genieten. Want ruim zes jaar geleden werd door Volvo in Zweden aan de kleine ontwerp afdeling van Volvo in Helmond de op dracht gegund de nieuwe Volvo verder te ontwikkelen. Zij konden toen echt aan de slag, konden al hun ideeën uit werken en vorm geven, al hun energie kwijt aan een nieuw project. Maar...de zekerheid dat die auto ook echt ge bouwd zou worden kon niemand hun geven. Volvo Car immers, de Nederlandse au tofabrikant, zat toen diep in de put. Mil- joenenverliezen als gevolg van twee olie crises drukten zwaar op het bedryf. In Born werden zelfs mensen ontslagen. Er was geen geld voor de dure ontwikke ling van een ander model, er was nauwe lijks geld om de bestaande 340-serie de noodzakelijke face-lift te geven. De toe komst voor Volvo Car zag er somber uit. Totdat de Nederlandse regering - samen met Volvo Zweden - bereid bleek het noodlijdende bedrijf nog één keer te hulp te schieten. In die sfeer van malaise, doemdenken en wanhoop moesten de ontwerpers aan de slag. Dat daaruit een auto is ontstaan, zó mooi is als de 480 ES, zo apart en an ders, die zoveel lovende woorden oogst te in een paar weken tijd, dat mag op zichzelf al een wonder heten. Professioneel „We zaten in een diep dal, maar we hebben ons daardoor niet laten beïn vloeden. Je bent nu eenmaal professio neel bezig en dan moet je niet door toe vallige. omstandigheden anders gaan werken dan je zou moeten". Dat zegt ir. Jan Maes, als hoofd van de afdeling Product Planning bij Volvo Car verantwoordelijk voor de hele ontwik keling van de nieuwe Volvo, met veel overtuiging. Jan Maes en zijn team be paalden in 1978 en 1979 al de hoofdken merken van de 480 ES, de basismaten, de hoogte, de doelgroep, het maximum gewicht en het motorvermogen. Pas ze ven jaar later kon hij uit reacties van pers en publiek constateren, dat die eer ste lijnen juist waren gekozen. Rob Koch, hoofd van de styling-groep bij Volvo en op zyn beurt dus verant woordelijk voor de gladde, ronde, vloeiende lijnen van de Volvo 480 ES, ziet zelfs voordelen in het feit, dat Volvo in het begin van de jaren tachtig in de put zat. "Daardoor hebben we van het begin af uit een ander vaatje getapt. We hebben niet voor zekerheid gekozen, geen opvolger voor een bestaand model gemaakt, maar het risico durven nemen een totaal andere auto te ontwerpen voor een totaal andere groep mensen dan onze huidige klanten. Dat toen ge nomen risico zal op langere termijn de juiste beslissing blijken, denk ik. En dat is mede voortgekomen uit de moeilijke tijden die Volvo Car toen doormaakte". En ir. Jan Boudewijn, hoofd afdeling Ontwikkeling Compleet Voertuig, ook vanaf het prille begin betrokken bij de nieuwe Volvo, ziet als technicus nog een groot voordeel. „We hebben voor Volvo de veiligheid een geheel ander gezicht gegeven. Door andere wegen te zoeken, bewust een geheel andere auto te willen ontwerpen hebben we laten zien, dat veiligheid niet hoeft te betekenen dat een auto op een tank moet lijken. Veilig heid kan ook onder zachte vormen ver borgen zitten, kan ook voor honderd procent worden ingebouwd in een auto die uiterlijk klein lijkt". Concurrent Bertone De ontwikkeling van de nieuwe Volvo begon in 1979. Toen werd in samen spraak met Volvo Zweden bepaald, dat in Nederland een nieuw model zou wor den ontwikkeld en gebouwd. Het moest een sportieve, exclusieve auto worden, niet direct een opvolger voor de 340, wel een aanvulling op de al bestaande Vol- vo-lijn. Volvo koos - zoals al eerder verteld - voor een kleine competitie tussen een aantal ontwerpers. Daaraan werd deel genomen door de huisstylist van Volvo Zweden Jan Wilsgard en zijn team, de vermaarde Italiaanse carrosseriebouwer Bertone (met wie Volvo veel samen werkt), verder het carrosserie-prototype- bedrijf Coggiola uit Turijn en als vierde het team van Volvo Nederland onder lei ding van stylist Rob Koch. Koch liet zijn mensen in Helmond ook vrij aan de slag gaan en gaf ieder de kans ideeën op papier te zetten. Daaruit kwam een Nederlands ontwerp, dat in 1980 in Zweden werd gepresenteerd en dat uiteindelijk in 1981 gekozen werd om verder aan te werken. De Nederlan ders hadden dus de Italiaanse stylisten verslagen. Veiligheid Nadat de keuze op het Nederlandse ontwerp was gevallen, begon de lange periode van inpassen, bijschaven, nieu we technieken uitvinden en uitprobe ren. Jan Boudewijn noemt als voorbeeld een detail dat vele hoofdbrekens heeft gekost: de achterzijde van de nieuwe Volvo. Die moest niet alleen zo markant worden als hij nu is, maar moest vooral veilig zijn. „Wij willen een crashveiligheid van 35 mijl per uur. De huidige Amerikaanse norm is een aanrijding van achteren met 30 mijl per uur, maar wij wilden meer. Echter met een korte achterkant is dat erg moeilijk te realiseren. Er zit geen kofferruimte achter die een flink stuk van de klap opvangt. Dat heeft heel wat hoofdbrekens gekost en de oplossing is bereikt door onder andere de toepassing van dure, hoogwaardige staalsoorten in de bumpers en een speciale constructie van het raam waarin de glasruit van de achterklep zit. Maar we voldoen wel aan de door ons gestelde normen". Jan Maes haakt daarop in: „Zo is het met de hele ontwikkeling gegaan. Als team werd elk probleem aangepakt en bekeken, er werd vooral gezocht naar originele oplossingen. Niet voor niets is onze Volvo in Genève vele honderden keren van binnen en buiten gefotogra feerd, vooral door Japanners. Neem de toch leuke oplossing die we hebben ge vonden voor de plaats van het deurslot. Niet onder of naast de handgreep, maar in een klein driehoekje tussen zijraam en deurstijl. Die oplossing is er gekomen omdat we het zijraam een lange geleide- baan wilden geven voor een zo groot mo gelijke stevigheid. Consequentie was dat er een klein driehoekje ontstond en dat hebben we nu gebruikt voor het slot. Geen andere auto heeft het nu nog, maar ik ben er vast van overtuigd dat volgend jaar meer auto's het slot op die plaats zullen hebben". Kwart eeuw Maar heel weinigen zullen zich realise ren dat het ontwerp van een auto, als het goed is, zeker 25 jaar moet meegaan. Een kwart eeuw. Een nieuw model heeft ge middeld al vijf of zes jaar aan ontwikke- lingstijd nodig. Dan wordt zo'n model in produktie genomen. Om op langere ter mijn rendabel te kunnen produceren moet een auto toch een jaar of tien in produktie blijven. Tussentijds kan er aan het uiterlijk en interieur wel wat wat worden vernieuwd en verbeterd, maar het basismodel blijft jarenlang ongewij zigd. Duidelijk zichtbaar is" dat bij de 340/ 360-serie van Volvo, die nu bijna tieft jaar in produktie is en waarvan de grote verkoopsuccessen eigenlijk pas de laat ste jaren zijn gekomen. En Volvo-baas ir. A.Deleye heeft pas nog gezegd, dat dit type zeker tot 1990 in produktie zal blij- „Een kwart eeuw, dat betekent dat je heel goed moet nadenken wat je gaat maken", zegt Jan Maes. „Je moet trends in de gaten houden, weten wat de klant over zes jaar zal eisen, weten welke ont wikkelingen er op het gebied van nieu we materialen zijn. Je moet modegevoe- lig zijn. Vooruit denken. En al die tijd hoop je dan maar dat de concurrentie je niet vóór is en een half jaar eerder met net zo'n auto op de markt komt als waar jij en je team al die jaren aan hebben ge werkt". Trends Trends die bij de ontwikkeling van de Volvo 480 ES een rol hebben gespeeld zijn herkenbaar. De oliecrisis zorgde er voor, dat het een auto moest worden die zuinig met de brandstof omspringt en die niet vaak in de garage hoeft te ko men. Maar die zuinigheid mocht niet blijken aan de uitstraling en uitmonste ring van de auto zelf. Maes: „Er is een groeiende categorie mensen die best veel geld wil uitgeven bij de aanschaffing van een auto. Mits die auto iets aparts heeft, iets uitstraalt, hun status ondersteunt. Toch denken die mensen ook economisch en wanneer ze die auto eenmaal hebben willen ze daar verder zo weinig mogelijk geld aan besteden. Die gedachte heeft bij ons ont werp sterk meegespeeld. Je kunt zeggen dat we nagenoeg niets hebben gespaard hebben aan deze Volvo 480 en dat vind je terug in de prijs: 44.500 gulden is niet niks. Maar men krijgt er een heleboel Volvo-mensen noemen niet graag een andere auto, waarmee de 480 ES is te vergelijken. Na lang aarzelen valt de naam Mercedes 190, de 'kleine' Merce des. Rob Koch: „Het is natuurlijk een heel andere auto, maar qua comfort, aan tallen passagiers en veiligheid met onze Volvo vergelijkbaar. Wij durven dan wel te stellen dat een Mercedes 190, zo com pleet als wij onze auto afleveren, zeker 30.000 gulden meer kost. En dan is de pittige prijs van de Volvo 480 erg rela tief'. Nieuw model Voor Volvo's ontwerpers in Helmond is praten over de 480 ES eigenlijk praten over het verleden. De auto is, een jaar of twee geleden in feite bij de styling- en produktievoorbereiding weg gegaan. Op weg naar de echte produktie in Bom. In Helmond wordt alweer aan andere pro jecten gewerkt. Geheime projecten. Nu worden ook de lijnen uitgezet voor de opvolger van de 300-serie. Hoe die er zal uitzien wil men in dit prille stadium ze ker niet kwijt. Wel schetsen Rob Koch, Jan Maes en Jan Boudewijn hoe zij de auto van de komende generatie zien: - met een conventionele motor op benzi ne of diesel; - een lage voorkant zonder grille met de aanzuiging van lucht onder de brede bumpers; - een hoge achterkant vanwege de aëro dynamica, met als voordeel dat de ach terpassagiers ook nog hoofdruimte heb ben; - veel glas rondom, maar daarbij zoeken naar lichter glas of een bruikbare, helde re kunststof; - nog meer elektronica, maar dan echt verborgen in allerlei zwarte dozen en al leen maar dienend ter controle, bijstu ring en informatie; - spoilers en andere lapmiddelen ter ver betering van de wegligging zullen ver dwijnen; - comfort voor bestuurder wordt nog be langrijker en daar wordt nog meer aan gedaan; - de grote auto's hebben weinig toe komst. Als het ANWB-blad Autokam pioen spreekt van 'NeerlandS trots', als Autovisie zegt dat het gaat om 'een auto, waarop alle Nederlanders behoorlijk trots mogen zijn' en als het KNAC- blad De Auto daar nog een fik se schep bovenop doet door te spreken over 'een aanwinst, niet alleen voor Volvo, maar voor het gehele automo bielaanbod', dan ziet het er naar uit dat elk woord van kri tiek op de nieuwe Nederlandse voorwielaandrijver van Volvo - de 480 ES - een vorm van hei ligschennis is. Maar vooruit, een tikkeltje natio naal chauvinisme mag best en het in Helmond getekende en ontwik kelde en in Bom gebouwde model biedt daar alle aanleiding toe. Over vormgeving en prijs kan men wel licht nog van mening verschillen, maar voor het overige is iedereen het eens: er staat een zeer aparte wagen van uitgesproken allure op de weg. Om te zien een blitzkikker eerste klas. Maar niet iedereen vindt hem echt mooi. Zeker, het front met de knipoog-lichten wordt algemeen gewaardeerd, maar over die recht afgehakte, geheel glazen achter wand zijn de meningen zeer ver deeld. Maar die lang doorlopende daklijn is praktisch (meer hoofdruimte achterin) en juist dat praktische is een kenmerk, waar van het gehele ontwerp is door trokken. De automobilist(e) vindt in deze auto nagenoeg elk gemak dat haar of hem kan bekoren. Rij-eigenschappen De rij-eigenschappen zijn formi dabel. De wagen kleeft als het ware aan de weg, trekt een loodrecht spoor, kan verrassend snel door de bocht worden gejaagd en verwerkt ondanks de wat klassieke starre achteras de oneffenheden van het wegdek zeer comfortabel: De stuurbekrachtiging doet onopval lend haar werk, maar is op de daar toe geëigende momenten nadruk kelijk aanwezig. De vijfbak scha kelt soepel en gemakkelijk. Motor Onder die lage motorkap gaat de 1,7 liter motor schuil, die we al in diverse Renaults hebben leren waarderen. Maar Volvo heeft deze krachtbron van een inspuiting voorzien en verder aangepast, waardoor hij niet minder dan 109 paardekrachten op de wielen kan brengen. Toegegeven, men moet er in de net duizend kilo wegende wa gen flink wat voor doen, maar met diep doortrekken en veel schake len is hij ook in de lagere toerental len redelijk pittig te bespelen. Hy blijft vrolijk brommend, opvallend rustig zijn werk doen. De geluids- produktie neemt pas wat minder aangename proporties aan als men de naald van de snelheidsmeter op getallen heeft staan, die vele auto mobilisten niet eens willen halen. Pas bij een snelheid van pakweg 160 km/uur wordt de motor luid ruchtiger. En ook duurder. Normaal kan men aan de super-benzinepomp gemakkelijk een gemiddelde van één op elf tot twaalf halen, maar als men de snelheidsmeter naar zijn top van ongeveer 190 jaagt kost dat een stevig slokie meer. Interieur Hét interieur van de Volvo 480 De 480 ES: een auto barstensvol snufjes. ES is waarlijk grandioos afge werkt. Zeer gedegen zonder saai te zijn. Met zorg gekozen bekleding. Voortreffelijke in diverse standen verstelbare stoelen sluiten nauw om het lichaam. Het Helmondse team heeft geen bank, maar twee stoelen (ook met verstelbare leu ningen) achterin geplaatst. Een uit stekende gedachte. Deze achter- stoelen zijn ook helemaal neer te klappen, zodat men een kolossale kofferruimte kan creëren als men met zijn tweeën rijdt. Zo niet, dan is er maar een beperkte pakjes ruimte achterin, die bovendien al leen kan worden afgedekt met een zeer zielig zeiltje. Dat moet dan worden vastgezet met akelig kwetsbare haakjes. Jammer ook, dat de zijruitjes achterin niet zijn te openen. Vaak geeft dat een prettige luchtstroom in de auto en hoewel de (luidruch tige) aanjager veel verse lucht geeft, valt niet te ontkennen dat de ze lage carrosserie met veel glas erg warm is. Vooral op zonnige da lfoto GPD) gen zoals we de afgelopen tijd heb ben gehad. Een te openen achter ruitje zou dan best aangenaam zijn geweest. Vondsten Heeft de Helmondse inventivi teit op bovengenoemde puntjes even verstek laten gaan, wat er ver der aan voortreffelijke vondsten is verzonnen grenst aan het ongeloof lijke. De wagen zakt om zo te zeg gen zowat door zijn (starre) achter- Samengesteld door Koos Post as door de berg snufjes, die men erin kan vinden. Al ingeburgerde zaken als cen trale vergrendeling, elektrisch be- dienbare portierruiten en buiten spiegels (de knopjes zitten alleen akelig dicht bij elkaar), verlichte sloten, verstelbaar stuur en derge lijke zijn natuurlijk van de partij, maar daarnaast ook dingen, die be wijzen dat men in Helmond heel diep heeft doorgedacht voor men deze wagen op de mensheid losliet. Een strip om inregenen tegen te gaan. Het sleutelgat in een hoekje van de ruit. Ingebouwd alarm stan daard (en ik heb aan den lijve on dervonden dat het verschrikkelijk veel kabaal maakt) en een 'zelfden kende' ruitenwisser achterop, om- enkele paar dingen te noemen. Heel opvallend is ook de 'klok' op het dashboard, die fungeert als boordcomputer. Met een knop kan men naar diverse sectoren schake len, waarop men kan zien wat men op dat moment verbruikt, wat het gemiddelde verbruik is, hoever men nog kan gaan met de benzine- rest in de tank, wat de buitentem peratuur is, wat de temperatuur van olie én water. Als er iets niet in orde is, schakelt deze computer zelf een waarschuwing in. Duide lijk zichtbaar, maar minder sto rend dan zo'n metalen stem van een juffrouw of mijnheer onder het dashboard. Men moet natuurlijk wel actie nemen, maar men heeft geen gezeur aan het hoofd. Naar VS Een dijk van een auto, maar ook een dijk van een prijs. Een bedrag van 44.355 gulden is niet niks voor zo'n niet al te grote wagen met een 1,7 liter motor. Maar het is een fraaie, prachtig rijdend sportcoupé met een berg luxe aan boord. Vol gend jaar komt er een turboversie. Natuurlijk nog duurder. Maar te zijner tijd zal de serie nog verder worden uitgebouwd. Volgens Vol vo's politiek ook naar beneden. Er zullen dus kostbaarder en goedko pere versies komen. De nu zo po pulaire 300-serie begon ook eens als een schier onbetaalbare auto. Bovendien: deze 480 ES is - men heeft daar nooit omheen gedraaid - in de eerste plaats bestemd voor de markt in Amerika, waar het ver keer wat gezapiger is, maar waar meer prijs wordt gesteld op luxe. Het lijkt dat het Helmondse team dat al zes jaar geleden perfect heeft aangevoeld. Ongetwijfeld zijn er in zijn prijs klasse ook andere aantrekkelijk automobielen te koop. Maar Volvo mikt op jonge, succesvolle mana gers, die wel eens wat anders wil len. Die kunnen beslist niet om de ze Volvo 480 ES heen. Massaal zal hij nooit worden verkocht. Dat wil len ze bij Volvo niet eens. Neder lands directeur Deleye: 'We willen geen volumefabrikant worden, we moeten ons van anderen onder scheiden'. Nou, en dat doen ze ze ker met deze kostelijke sportcou pé. Technische gegevens Volvo 480 ES. Dwars geplaatste viercilinder motor. Inhoud 1721 cc. Elektronische benzine inspuiting. Compressieverhouding 10,5:1. Vermogen 109 pk. Voorwielaan drijving. Vijf versnellingen. Onafhan kelijke voorwielophanging, starre achteras. Rondom schijfremmen. Tandheugelbesturing met bekrachti ging. Lengte 4,26 m. Gewicht 1008 kg. Aanhanger geremd 1000 kg. Accelera tie 0-100 km/uur 9,5 sec. Topsnelheid 190 km/uur. Prijs 44.355,-. ADVERTENTIE RIJNSBURGERWEG 88

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 17