Concurrentie slikt en snikt 'De grote prijs van de vluchtheuvels' Van ster tot knecht Harde klappen voor ploeg van Schuiten Renners vinden de Tour levensgevaarlijk Tour begint voortvarend voor Fignon Tourmalet te beklimmen Wielerjeugd vierde in tijdrit Winterkoning Heiden op de fiets MAANDAG 7 JULI 1986 SPORT PAGINA 13 LIEVIN (GPD) Dat er klappen zouden vallen in de ploegentijdrit van zaterdag, lag voor de hand. Niet echter dat ze voor een groot deel terechtkwamen bij de PDM- ploeg van Roy Schuiten. Hy moest in Saint-Quentin-en-Yvelines met pijn in het hart afscheid nemen van drie van zijn renners, de neo-profs Marc van Orsouw, Jan Siemons en Wim Arras. Het trio, dat zijn ploeg- makkers niet kon volgen, kwam te laat binnen. Ondanks een vriendelijk, doch dringend beroep van PDM-mana- ger Harrie Jansen, die in zijn beste Frans om clementie voor de 'jon kies' verzocht, was de Tourdirectie onverbiddelijk. Van Orsouw, Sie mons en de Belgische sprinter Ar ras konden vertrekken. Opge ruimd staat netjes, zeker in een overcompleet peloton, dat zater dag met twaalf man werd uitge dund. Zij konden hun achterstand op de winnende equipe van Lau rent Fignon niet beperken tot twaalf minuten en veertig secon den, zijnde achttien procent van de beste score. Het spreekt voor zich dat de druiven zuur waren voor het duo Jansen-Schuiten. Aanvankelijk dacht de laatste dat de schade voor zijn drie lossers nog wel mee zou vallen, uitgaande van een toptijd rond de 1.12 over de 56 kilometer. De Franse equipe van Système U liet onder de impulsen van Fignon en gele-truidrager Thierry Marie 1.10.27 klokken en was er op die manier verantwoordelijk voor dat Schuiten het met drie man minder moet doen, voordat het spel goed en wel is begonnen. Onrechtvaardig, sprak manager Jansen, terwijl hij wachtte om door adjunct-directeur Xavier Loey in audiëntie te kunnen worden ont vangen. „Wij worden nu gestraft omdat we een zo snel mogelijke tijd neer wilden zetten. Als we als ploeg wat langzamer hadden gere den, dan hadden die jongens bij kunnen blijven. We hadden dan weliswaar een minuut of zo extra verloren, maar zouden geen ren ners zijn kwijtgeraakt. De Colom- bianen verliezen acht minuten op de winnende ploeg, maar krijgen er slechts vijf aangerekend. Spor tief gezien klopt dit reglement niet. Dat heb ik ook tegen Loey gezegd, maar hij zei dat de Tour nu een maal zijn eigen wetten heeft en die zijn hard. Dat is ook de charme van de Tour, zei hij er nog bij". Wat heet charme. Voor een jon gen als Marc van Orsouw was strik te toepassing van het wedstrij dreglement een drama (in zakfor maat). Speciaal voor de Ronde van Frankrijk was hij gestrikt door Schuiten en dan kon hij na een kleine drie en een half uur Tour in pakken. Dat is nog eens een mis kleun van de eerste orde. En de niet goed genoeg geachte Zeeuw Hoondert (eerste reserve) maar la chen in zijn vuistje. Schuiten wilde echter niet van een spijtbetuiging weten. „Waarom? Van Orsouw is een goede renner. Hij zat toch niet voor niets in de amateurselectie voor de 100-kilometer-ploegentijd- rit. Ik denk dat hy aan de spanning kapot is gegaan". Hetgeen door Van Orsouw min of meer werd bevestigd. „Ik had een hele slechte dag en moest er al snel af. Ik wist wel dat we niet te veel tijd mochten verspelen, maar we zaten met z'n drieën goed stuk". Zo zeer zelfs, dat het geloste PDM-trio niet eens een moyenne van veertig kilometer (39,9) kon ha len. Schuiten: „Wat wil je in zo'n ploegentijdrit. Als je wordt gelost, ben je gelijk gezien". „God, wat een slecht begin van mijn profcarrière", verzuchtte Van Orsouw, alias 'de rooie van Oyen'. „Dat komt hard aan, hoor. Maar we moeten door, het is niet anders. Ik hoop dat ik gauw iets anders kan laten zien". Ook Jan Siemons, veertien da gen geleden nog uitblinker in het Nederlands kampioenschap, kon er niet over uit dat hij terug naar huis moest. „Ik heb geen oog dicht gedaan", zei de Brabander gister morgen met een lang gezicht. „Ik ben een beetje kapot gegaan door Veldscholten, waarachter ik reed. Het kostte me veel moeite om hem af te lossen. Je wilt het tempo niet laten zakken als hij van kop afging, maar die extra inspanningen heb ben me wel parten gespeeld". Aan al die excuses had Gerrie Knetemann geen boodschap. Met het cynisme dat een Amsterdam mer eigen is, zei de routinier: „De ze ploeg is overal te licht voor". Waarmee hij liet blijken, dat hij het 'aankoopbeleid' van Schuiten niet helemaal kan volgen. Daar doet de tweede plaats van Henk Boeve gisteren in Liévin niets aan af. De Nijverdaller beves tigde slechts een kleine pleister op een grote wonde. Boeve, ook al een eerstejaars prof (zij het van rijpere leeftijd - 28), kon zich ook niet op winden over deze troostprijs, die slechts enkele centimeters van de roos was gelegen. „Maar ja", zucht te Boeve alle inspanningen van zich af, „vlakbij is er niet bij". LIEVIN (GPD) - Als het op schijnheiligheid aankomt, blaast de directie van de Tour de France een aardig partijtje mee. Om het negeren van de reglementen rond de fiets van proloogwinnaar Thierry Marie te rechtvaardigen klom de 81-jarige Jacques Goddet nog maar eens in de pen. „We mogen de vooruitgang niet tegengaan, omdat het een gouden regel is de vindingrijke geesten een kans te geven. Henri Desgrange zou er vandaag de dag ook niet meer aan denken om het gebruik van de derailleur te verbieden. Het enige dat we in het oog moeten houden is het probleem van de veiligheid...". Overbevolking in het peloton kan i ongelukken leiden. Om die reden, meent Goddet, mo gen futuristische rijwielen met een heuse carrosserie eromheen, spe ciaal ontwikkeld om op de baan re cords aan te vallen, niet gebruikt worden. De stabiliteit is daarvan, zeker bij slecht weer, niet gewaar borgd. Een opmerkelijke bezorgd heid over het welzijn van wielren ners, die bij de atleten lachwek kend overkomt. Want dezelfde Tour-directie, die renners op een verder verlaten weg tijdens een in dividuele tijdrit, niet aan dergelijk „groot gevaar" wil blootstellen, stuurt een peloton van 210 renners wel dwars door de buitenwijken van Parijs. „De grote prijs van de vluchtheu vels", beet Bernard Hinault na af loop van die doldwaze rit de geïn teresseerden toe. „Het was abso luut gekkenwerk", liet de falende Gerrit Solleveld, uit de ploeg van Jan Raas, weten. „Iedere keer als je met dat enorme peloton bij een vluchtheuvel kwam, moest je van de fiets. De eerste helft kon er nog net door, maar daarna zorgde de flessehals voor een opstopping. Vanaf het midden van de groep, moest iedereen de toeclips losma ken", aldus Solleveld. Slachtoffer En Nederlands kampioen Jos Lammertink, van de Post-ploeg, vroeg zich vertwijfeld af: „Er zijn hier in de buurt toch ook wel brede wegen...?". Maarten Ducrot ten LIEVIN (GPD) - Het weekeinde van de grote schoonmaak nam niet echt flinke happen uit het peloton. Toch werden er diepe wonden geslagen. In het Colombiaanse team van Luis Herrera bijvoorbeeld, dat vier man richting Bogota kon sturen. Maar de klap kwam vooral hard aan voor Ber nard Hinault, die in de ploegentijdrit bijna twee minuten verspeelde op zijn concurrent Laurent Fignon. Die stelde gniffelend vast dat de start van deze Tour zijn stoutste dromen overtrof. „Ik was ervan uitgegaan dat wjj hard moesten werken om zonder achterstand bij de bergen te komen. Nu heb ik al zoveel voorsprong". 30hm La Vieille Lyre LIEVIN (AFP) - Het renners- veld van de Tour de France zal op 16 juli tijdens de dertiende rit van Pau naar Superbagne- res toch de bekende col de Tourmalet kunnen passeren. Dat maakte de wedstrijdlei ding gisteravond in Lievin be kend. De vrees bestond, dat de route omgelegd zou moeten worden wegens een aardver schuiving op 27 juni. Daarbij werd zestig ton rotsen en bo men verplaatst. De oprui- mings-werkzaamheden zijn vlotter verlopen, dan aanvan kelijk werd voorzien. Mochten de risico's de komende dagen toch nog te groot zijn, dan zal het parkoers voor de etappe alsnog verlegd moeten wor den. De Ronde van Frankrijk kreeg daarmee een onverwacht sensatio nele opening, waaruit de équipe van Fignon als grote winnaar te voorschijn kwam. Moreel vooral, omdat twee minuten voorsprong met nog drie weken te gaan een peuleschil zijn. Het zegt meer over de homogeniteit van de ploeg-Gui- mard, de ploegleider die erom be kend staat een voorliefde te heb ben voor tijdryders, dan over de mogelijke zwakte van Hinault en zijn wereldformatie. Want een ploegentijdrit is meer dan domweg hard fietsen. De balans van kracht en gelijkwaardigheid moet in even wicht zijn. In de ploeg van Hinault was die danig verstoord. De Breton, knor rig na de nederlaag, had het excuus bij de hand. Zaterdag in de ochten- drit viel de Zwitser Guido Winter berg tegen het wegdek en liep een beenwond op. In de ploegentijdrit konden Hinault, Lemond en Bauer daarom niet vol gas geven. „Ik kan Winterberg niet missen, straks in de cols. Daarom hebben we het rustig aan gedaan. De anderhalve minuut die we er mee hebben ver speeld staat in geen verhouding tot het verlies dat we zouden hebben geboekt als we hem er af hadden gereden", bedacht hij zich. Hinault waarschuwde voor voor barige conclusies. Een dag later, in de rit van Levallois-Perret naar Liévin in het naargeestige noorden van Frankrijk, wilde hij laten zien nog de patron van het peloton te zijn. De eerste vijftien van de 214 kilometer reed hij aan de leiding van het peloton. Een wel erg kin derlijke demonstratie, want de fei ten spraken die heerschappij even later krachtig tegen. In de ontsnap ping van twaalf renners, had Hi nault geen vertegenwoordiger. In tegenstelling tot Fignon, die met Charly Mottet wel een controleur in de frontlijn had. Mottet verover de twaalf seconden bonificatie, maar greep net naast de gele trui, die met een paar honderdsten van een seconde om de schouders van ploeggenoot Thierry Marie - slechts een uurtje leider-af geweest - bleef. Hinault moest een paar keer slik ken na de ploegentijdrit, de Co- lumbianen bleven snikken. Vier ploegmaats (Acevedo, Lopez, Ron do en Soler) van Luis Herrera over schreden de tijdslimiet en werden zonder pardon naar huis gestuurd. Twee landgenoten uit het andere kamp (Jamarillo en Acosta) wacht te een zelfde lot, evenals twee Ne derlanders (Siemons en Van Or souw), twee Fransen (Barteau en Jules) en twee Belgen (Lurquin en Arras). Vooral voor Herrera is de klap enorm, al mag hij de voorzienige blik van Félix Lévitan dankbaar zijn. Die liet in het reglement opne men dat vijf minuten het maximale verlies zou mogen zijn. Een ca deautje van drie minuten en zes tien seconden, want in werkelijk heid reden Herrera en zijn vijf ploegmaats ruim acht minuten langzamer dan de ontketende trein van Guimard. „Het maakt allemaal geen verschil. Al begin ik met tien minuten achterstand aan de berge tappes. Daar kun je zulke verschil len gemakkelijk goed maken", snoefde Herrera. Andere „kanshebbers" leverden al evenzeer in. De Schot Robert Millar koos voor de ploeg van Pe ter Post, omdat hij meende met een sterk collectief een grotere winstkans te hebben in belangrijke etappekoersen. Maar de macht van dat team is tanende. De interne verhoudingen zijn verstoord, de kracht geringer dan vroeger. Ze nuwachtig beende Peter Post met een stopwatch in de hand rond bij de finish van de ploegentijdrit. Hij zette grote ogen op toen Fignon de streep passeerde. ,,Hoe bestaat het, hoe bestaat het...?", riep hij ont hutst uit. Zijn ploeg en daarmee kopman Millar leverde een minuut in en bezette uiteindelijk de derde plaats. Het reduceerde ook de kan sen op de gele trui van Eric Vande- raerden. Waar het bij de Panasonic-briga de aan lag? Niet aan de ene zwakke schakel, Johan van der Velde, die kilometerslang aan het laatste wiel zwabberde en het gelijk van de twijfels die er over zijn Tour-deel name waren, bevestigde. Het is een gebrek aan kracht. Net als de ploeg van Hinault was de Post-equipe gisteren niet vertegenwoordigd in de kopgroep, die het gezicht van de rit bepaalde. Geen teken van over macht en het is maar goed dat er een paar dagen windstilte aanko men, waarop de kledingcollectie van de firma Lévitan een paar keer van eigenaar zal wisselen. Tenzij Bernard Hinault zijn verstand weer eens uitschakelt en in een wanhoopspoging zijn meester schap wil bewijzen, zoals hij dat ook 1984 in de ongelijke strijd met de uiteindelijke winnaar Fignon deed. Chaos troef tijdens de derde Touretappe. Joop Zoetemelk kon de lol er nog van inzien ondanks dat hij in het weekeinde werd beroofd van zo'n 600 gulden. (foto ANP) CASABLANCA (ANP) - De Neder landse junioren wielerploeg is za terdag vierde geworden bij de tijd rit om het wereldkampioenschap. In Casablanca verdedigde Italië zijn titel met succes. De Zuideuro peanen bleven net als vorig jaar de Sowjet-Unie voor. Oost-Duitsland werd derde. Nederland begon in Settat met een drastisch vernieuwde ploeg. Alleen Zanoli zat vorig jaar al in de ploeg. Tijdens de trainingen in Ma rokko bleek, dat de formatie on danks de hitte een redelijke tijd zou kunnen neerzetten. Met Arthur van Dongen, Richard Luppes en Robert van der Vin legde Zanoli de 71 kilometer af in een uur, 39 minu ten en 2,54 seconden. Daarmee was het Nederlandse kwartet bijna vijf minuten langzamer dan Italië, dat op zijn beurt negentien seconden sneller was dan de Sowjets en ruim vier minuten dan de Oostduitsers. Aan de wegwedstrijd namen vijf entwintig landen deel. Nederland bleef onder meer Tsjecho-Slowa- kije (vijfde), Polen (zevende), Frankrijk (negende) en België (zes tiende) voor. De wereldtitelstrijd voor junioren wordt 12 juli voort gezet. Hennie Kuiper heeft zaterdag de koppositie ingenomen in de rit- tenreeks om de internationale wie- Iertrofee voor profs in West-Duits- land. De Nederlander, die met zijn ploeg was uitgesloten van deelne ming aan de Tour de France, ver sloeg in Sindelfingen de Westduit sers Rigobert Matt en Rolf Gölz, winnaar van de eerste etappe. De wedstrijd telt twaalf etappes. De Westduitser Didi Thurau bracht gisteren de derde etappe op zijn naam. Zijn landgenoot Peter Hilse werd tweede en een andere Westduitser, Stefan Schröpfer, ein digde als derde. Hennie Kuiper kwam dit keer niet in het stuk voor en moest de leiding in het tussen- klassement afstaan aan de West- duitser Rolf Gölz, eerder winnaar in een tijdrit. Kuiper is nu met 24 punten derde. slotte, de psychologie-student, klaagde zaterdagmiddag over pijn lijke polsen. „Van het verkrampt sturen tijdens de ochtendrit", leg de hij uit. Veel kritiek bij de renners over de combinatie van groot deelne mersveld en smalle wegen. „Het kan inderdaad gevaarlijk zijn, zelfs als de Tour-directie alle voorzor gen neemt. Want we rijden over se cundaire wegen, die niet echt breed zijn", aldus Goddet. De af weging van het verschil in gevaar tussen een individuele tijdrit op een speciale met carrosserie om bouwde fiets of een groot peloton op kleine weggetjes, maakte hij niet. Want dan komen de commer ciële belangen om de hoek kijken. En dan kijkt men niet op een risi- coolje meer of minder. Soms houden renners er reke ning mee. Als het ongeluk hen zo toegrijnst als zaterdagochtend, ge beuren er meestal geen grote val partijen (het waren er slechts drie), maar als straks de waakzaamheid wat afneemt liggen de ernstige on gevallen op de loer. Gisteren was er al een grote valpartij te noteren, met onder anderen Jelle Nijdam en de Zwitser Guido Winterberg, uit de ploeg van Hinault, als slachtof fer zonder daarbij ernstig gewond te raken. Jan Raas: „Je kunt ze er wel voor waarschuwen, maar het helpt niets. Als ze eenmaal aan het rijden zijn, vergeten ze die risico's. Dan telt alleen nog het feit dat ze een goede uitslag kunnen maken in de Tour de France". Maar zelfs als daar fanatiek op wordt gejaagd vinden de aanwijzi- gingen van Jan Raas niet altijd ge hoor bij zijn renners. Zo vergooide Gerrit Solleveld zaterdagochtend in de 85 kilometer korte rit van Meudon naar Saint-Quentin-en- Yvelines zijn kansen door te af wachtend te rijden. Na een solo de Canadees Alex Stieda, slo ten Solleveld, Phil Anderson, Pol Verschuere, Michel Dernies en Pa trick Guyot bij de vluchter aan. Dernies en Solleveld sprongen weg uit die groep, werkten aanvan kelijk goed samen maar de Neder lander weigerde met het finish- doek in zicht nog zijn aandeel in de ontsnapping te leveren. De achter volgers kwamen terug en Solleveld pakte mis. „Ze moeten kennelijk allemaal de fout maken die Twan Poels heeft begaan in Gent-Wevel- gem. Afwachten op het verkeerde moment", treurde Raas. Dan had Pol Verschuere het be ter bekeken. De 31-jarige profiteur uit Kortrijk liet Phil Anderson het gat dichten en sprong toen weg. In de vier keer dat hij de Tour de France reed was het zijn derde etappe-winst, na eerder op de Champs Elysees (1980) en in Con- carneau (1982) te hebben gewon nen. „Geen slechte score voor een renner van mijn kaliber", glunder de Verschuere, die in 1984 in zijn land het middelpunt was van een geruchtmakende dopingzaak. Hij pleegde fraude bij een controle na een kermiskoers in Bavikhove, werd voor drie maanden geschorst maar kreeg steun van de wieler bond, die zijn straf wilde vermin deren om zijn Tour-deelname mo gelijk te maken. De toenmalige ploegleider van Verschuere, Ron- ny Dewitte, vond dat te gortig en liet hem thuis. LIEVIN (GPD) - Van superster tot knecht. Oftewel de omgekeerde wereld. Die is opgegaan voor nie mand minder dan Eric Heiden, de absolute winterkoning van Lake Placid, waar hij in 1980 al schaat send een feilloze olympische gol- drush ten beste gaf. Met vijf gou den plakken in zijn draagtas keer de Heiden de internationale schaatsarena's de rug toe. Nadat hij de gladde ijzers op 22-jarige leeftijd voorgoed in het vet had ge zet, sprong de Amerikaan op de ra cefiets. En gelijk meldde 'meneer' zich maar bij de profs. Inmiddels duurt zijn wielercarrière al langer dan zijn schaatsloopbaan. Tot een vedettenrol in deze stiel heeft Heiden het echter niet kun nen brengen. In de Tour de France rijdt hy tamelijk anoniem rond in de 7-Eleven-formatie, al was zijn 25e plaats in de proloog niet onver dienstelijk. Zeker niet voor de Ne derlandse journalisten in Levitan's mallemolen. Maar het grote (Fran se) publiek, dat van schaatsen evenveel weet als een hond van wielrennen, is nagenoeg onbekend met het rijke sportverleden van Eric Heiden. Niet dat hij daaronder gebukt gaat. Integendeel zelfs, de in ons land graag geziene Yank geniet volop van het leven op zijn 'bike'. Frank en vrij zoekt hij zijn weg in een groot Tour-peloton en nog al tijd houdt hij er buitengewoon ■prettige omgangsvormen op na. Een interview? Geen enkel pro bleem. Heiden stapt, na samen met zijn maat Ron Kiefel van het par cours van aankomst te zijn geko men, van zijn fiets, klimt op een warm muurtje bij zijn hotel en de verslaggever kan zijn gang gaan. De Belgische gelegenheidsmecani cien was, in de korte tijd dat hij dienst doet bij het Amerikaanse ra- cingteam, ook al opgevallen dat Eric Heiden zo'n sympathieke jon gen is. „Heiden... da's een goeie hè, pas op. Ik kan hem dan wel niet verstaan, maar dat voel je zo aan, hè. Een bijzonder aangenaam mens om mee te werken, dat kan ik u verzekeren i Een droom Van binnen mag Heiden dan niets zyn veranderd, uiterlijk ziet de Heiden anno 1986 er heel anders uit dan die van zijn gouden schaatsjaren. Het lange haar is eraf en vervangen door een korte, snel le 'rennerscoup', waaronder een mager 'koppie' schuilt. Op zijn ge bronsde benen zijn opgezette ade ren te zien die veel collega-profs ook hebben en tijdens de koers verbergt hij zijn ogen achter een zonnebril met grote glazen, een snel uitdijende modegrill in het pe loton. Waaruit blijkt dat Heiden zich moeiteloos aanpast in het wereldje. Al is er een groot verschil ten op zichte van het gros van zijn colle ga's. Eric Heiden hoeft niet zo no dig. „Het wielrennen is voor mij een pure hobby, al verdien ik er meer mee dan met het schaatsen. Ik pakte pas een hoop geld nadat ik als olympisch kampioen was ge stopt. Maar als topsporter heb ik mijn tijd gehad. Ik moet trouwens wel zeggen dat ik nog nooit zo goed heb gefietst als dit seizoen, binnen mijn mogelijkheden wel te ver staan. Dat geeft je toch wel veel zelfvertrouwen. Misschien kan ik dit jaar nog wel iets leuks winnen, wie weet". In de Tour zal Heiden, die vorig jaar de Giro d'Italia uitreed (131e) zich voornamelijk richten op het verlenen van hand- en spandien sten voor zijn ploeggenoten. Hei den: „Ik ben eën echte domesti- que, die met name in de vlakke rit ten van nut hoopt te kunnen zijn. Ik denk daarbij aan het voorberei den van de sprint. Daar ben ik aar dig bedreven in. Verder zie ik wel. Mijn enige doel is de Champs Ely sees halen. Dan ben ik al dik tevre den. Voor mij is het rijden van de Tour al een realisering van een droom. Als je wielrenner bent, wil je zo iets toch een keer hebben meegemaakt". Meevallers Het betere werk in zijn ploeg zal moeten worden geleverd door de bij Post mislukte Alexi Grewal en de bij Raas uitgerangeerde Doug Shapiro. Heiden: „Dat zijn onze kopmannen. Zij kunnen goed klimmen en hebben al enige Euro pese ervaring. De eerste meevallers voor de ploeg van Eric heiden zijn overi gens al binnen, want zaterdagmor gen deed de Canadees Alex Stieda een bewonderenswaardige greep naar het geel, dat hij enkele uren later overigens weer kon inleveren en gisteren ging Davis Phinney als eerste over de meet voor de Nijver daller Henk Boeve. Heiden: „Ik had verwacht dat de eerste dagen van de Tour voor ons moeilijk zou den worden doordat we een paar maanden met onze ploeg uit de Eu ropese competitie zijn geweest Thuis hebben we wel hard ge traind, maar de beste manier om in vorm te komen blijft het rijden van wedstrijden. Daar kun je niet te genop trainen". Dat Heiden c.s. het wielerfront in de oude wereld even hebben gela ten voor wat het was, had te maken met het loerende gevaar vanuit de terroristische hoek. Gevaar, dat nog altijd niet is bezworen sinds de dag dat 7-Eleven zich op het laatste moment terugtrok uit de Ronde van Spanje, eind april. Heiden be seft dat ook, maar zegt hij: „Ik voel me hier toch wel veilig. Je moet er ook niet te veel aan denken, want dat is slecht voor je concentratie. We zullen met de dreiging van het terrorisme moeten leven. Heel ver velend, maar het is niet anders". Ondanks de prestaties van Greg Lemond en coming-man Andy Hampst en, lopen er nog maar wei nig Amerikanen echt warm voor het wielrennen. „Toch zit er groei in", weet Heiden. „En als Lemond of Hampsten een keer de Tour win nen, dan wordt die stap gezet die het fietsen bij ons tot een grote sport zal maken. Dan gaan jonge atleten op de fiets zitten en niet au tomatisch meer basketballer, foot baller of honkballer worden. Je merkt al duidelijk dat de mensen bij ons van fietsen gaan houden. Nee, het gaat echt niet dezelfde kant als soccer op. Fietsen kan ie dereen doen, voetballen niet. Daar heb je toch een bepaalde techni sche gave voor nodig". Zelf zal Heiden nog maar korte tijd intensief actief zijn in het mé tier du cyclisme. Vanaf september trekt hy zich terug op de Stamford- universiteit in Califomië. Heiden: „Dan ga ik mijn studie medicijnen afmaken en zal er van wielrennen .niet veel meer terechtkomen. Mis schien dat ik af en toe nog een cri- teriumpje rijdt, maar dan houdt het ook op. Ik heb een paar hele mooie jaren achter de rug, maar zal nu weer verder moeten werken aan mijn toekomst". Wel blijft Heiden op freelance- basis voor het TV-station CBS (ook in de Tour aanwezig) werken. Voor CBS verleent Heiden zijn mede werking aan schaats- en wielerre- portages. „Op die manier hou ik nog een beetje contact met de schaatswereld, waaraan ik veel goede vrienden heb overgehou den. Als ik voor CBS naar het schaatsen ga, trek ik zelf ook nog even wat baantjes. Nee, de behoef te aan een rentree heb ik in het ge heel niet. Alleen de Elfstedentocht bij jullie, die zou ik ooit nog eens willen rijden. Wat voor een wiel renner de Tour de France is, is voor een schaatser de Elfstedentocht.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 13