Concurrentie slikt en snikt
'De grote prijs van
de vluchtheuvels'
Van ster tot knecht
Harde klappen voor
ploeg van Schuiten
Renners vinden de Tour levensgevaarlijk
Tour begint voortvarend voor Fignon
Tourmalet te
beklimmen
Wielerjeugd vierde in tijdrit
Winterkoning Heiden op de fiets
MAANDAG 7 JULI 1986
SPORT
PAGINA 13
LIEVIN (GPD) Dat er klappen
zouden vallen in de ploegentijdrit
van zaterdag, lag voor de hand.
Niet echter dat ze voor een groot
deel terechtkwamen bij de PDM-
ploeg van Roy Schuiten. Hy moest
in Saint-Quentin-en-Yvelines met
pijn in het hart afscheid nemen van
drie van zijn renners, de neo-profs
Marc van Orsouw, Jan Siemons en
Wim Arras. Het trio, dat zijn ploeg-
makkers niet kon volgen, kwam te
laat binnen.
Ondanks een vriendelijk, doch
dringend beroep van PDM-mana-
ger Harrie Jansen, die in zijn beste
Frans om clementie voor de 'jon
kies' verzocht, was de Tourdirectie
onverbiddelijk. Van Orsouw, Sie
mons en de Belgische sprinter Ar
ras konden vertrekken. Opge
ruimd staat netjes, zeker in een
overcompleet peloton, dat zater
dag met twaalf man werd uitge
dund. Zij konden hun achterstand
op de winnende equipe van Lau
rent Fignon niet beperken tot
twaalf minuten en veertig secon
den, zijnde achttien procent van de
beste score.
Het spreekt voor zich dat de
druiven zuur waren voor het duo
Jansen-Schuiten. Aanvankelijk
dacht de laatste dat de schade voor
zijn drie lossers nog wel mee zou
vallen, uitgaande van een toptijd
rond de 1.12 over de 56 kilometer.
De Franse equipe van Système U
liet onder de impulsen van Fignon
en gele-truidrager Thierry Marie
1.10.27 klokken en was er op die
manier verantwoordelijk voor dat
Schuiten het met drie man minder
moet doen, voordat het spel goed
en wel is begonnen.
Onrechtvaardig, sprak manager
Jansen, terwijl hij wachtte om door
adjunct-directeur Xavier Loey in
audiëntie te kunnen worden ont
vangen. „Wij worden nu gestraft
omdat we een zo snel mogelijke
tijd neer wilden zetten. Als we als
ploeg wat langzamer hadden gere
den, dan hadden die jongens bij
kunnen blijven. We hadden dan
weliswaar een minuut of zo extra
verloren, maar zouden geen ren
ners zijn kwijtgeraakt. De Colom-
bianen verliezen acht minuten op
de winnende ploeg, maar krijgen
er slechts vijf aangerekend. Spor
tief gezien klopt dit reglement niet.
Dat heb ik ook tegen Loey gezegd,
maar hij zei dat de Tour nu een
maal zijn eigen wetten heeft en die
zijn hard. Dat is ook de charme van
de Tour, zei hij er nog bij".
Wat heet charme. Voor een jon
gen als Marc van Orsouw was strik
te toepassing van het wedstrij
dreglement een drama (in zakfor
maat). Speciaal voor de Ronde van
Frankrijk was hij gestrikt door
Schuiten en dan kon hij na een
kleine drie en een half uur Tour in
pakken. Dat is nog eens een mis
kleun van de eerste orde. En de
niet goed genoeg geachte Zeeuw
Hoondert (eerste reserve) maar la
chen in zijn vuistje. Schuiten wilde
echter niet van een spijtbetuiging
weten. „Waarom? Van Orsouw is
een goede renner. Hij zat toch niet
voor niets in de amateurselectie
voor de 100-kilometer-ploegentijd-
rit. Ik denk dat hy aan de spanning
kapot is gegaan".
Hetgeen door Van Orsouw min
of meer werd bevestigd. „Ik had
een hele slechte dag en moest er al
snel af. Ik wist wel dat we niet te
veel tijd mochten verspelen, maar
we zaten met z'n drieën goed
stuk". Zo zeer zelfs, dat het geloste
PDM-trio niet eens een moyenne
van veertig kilometer (39,9) kon ha
len. Schuiten: „Wat wil je in zo'n
ploegentijdrit. Als je wordt gelost,
ben je gelijk gezien".
„God, wat een slecht begin van
mijn profcarrière", verzuchtte Van
Orsouw, alias 'de rooie van Oyen'.
„Dat komt hard aan, hoor. Maar we
moeten door, het is niet anders. Ik
hoop dat ik gauw iets anders kan
laten zien".
Ook Jan Siemons, veertien da
gen geleden nog uitblinker in het
Nederlands kampioenschap, kon
er niet over uit dat hij terug naar
huis moest. „Ik heb geen oog dicht
gedaan", zei de Brabander gister
morgen met een lang gezicht. „Ik
ben een beetje kapot gegaan door
Veldscholten, waarachter ik reed.
Het kostte me veel moeite om hem
af te lossen. Je wilt het tempo niet
laten zakken als hij van kop afging,
maar die extra inspanningen heb
ben me wel parten gespeeld".
Aan al die excuses had Gerrie
Knetemann geen boodschap. Met
het cynisme dat een Amsterdam
mer eigen is, zei de routinier: „De
ze ploeg is overal te licht voor".
Waarmee hij liet blijken, dat hij het
'aankoopbeleid' van Schuiten niet
helemaal kan volgen.
Daar doet de tweede plaats van
Henk Boeve gisteren in Liévin
niets aan af. De Nijverdaller beves
tigde slechts een kleine pleister op
een grote wonde. Boeve, ook al een
eerstejaars prof (zij het van rijpere
leeftijd - 28), kon zich ook niet op
winden over deze troostprijs, die
slechts enkele centimeters van de
roos was gelegen. „Maar ja", zucht
te Boeve alle inspanningen van
zich af, „vlakbij is er niet bij".
LIEVIN (GPD) - Als het op schijnheiligheid aankomt, blaast de directie van de Tour de
France een aardig partijtje mee. Om het negeren van de reglementen rond de fiets van
proloogwinnaar Thierry Marie te rechtvaardigen klom de 81-jarige Jacques Goddet nog
maar eens in de pen. „We mogen de vooruitgang niet tegengaan, omdat het een gouden
regel is de vindingrijke geesten een kans te geven. Henri Desgrange zou er vandaag de
dag ook niet meer aan denken om het gebruik van de derailleur te verbieden. Het enige
dat we in het oog moeten houden is het probleem van de veiligheid...".
Overbevolking in het peloton kan i
ongelukken leiden.
Om die reden, meent Goddet, mo
gen futuristische rijwielen met een
heuse carrosserie eromheen, spe
ciaal ontwikkeld om op de baan re
cords aan te vallen, niet gebruikt
worden. De stabiliteit is daarvan,
zeker bij slecht weer, niet gewaar
borgd. Een opmerkelijke bezorgd
heid over het welzijn van wielren
ners, die bij de atleten lachwek
kend overkomt. Want dezelfde
Tour-directie, die renners op een
verder verlaten weg tijdens een in
dividuele tijdrit, niet aan dergelijk
„groot gevaar" wil blootstellen,
stuurt een peloton van 210 renners
wel dwars door de buitenwijken
van Parijs.
„De grote prijs van de vluchtheu
vels", beet Bernard Hinault na af
loop van die doldwaze rit de geïn
teresseerden toe. „Het was abso
luut gekkenwerk", liet de falende
Gerrit Solleveld, uit de ploeg van
Jan Raas, weten. „Iedere keer als je
met dat enorme peloton bij een
vluchtheuvel kwam, moest je van
de fiets. De eerste helft kon er nog
net door, maar daarna zorgde de
flessehals voor een opstopping.
Vanaf het midden van de groep,
moest iedereen de toeclips losma
ken", aldus Solleveld.
Slachtoffer
En Nederlands kampioen Jos
Lammertink, van de Post-ploeg,
vroeg zich vertwijfeld af: „Er zijn
hier in de buurt toch ook wel brede
wegen...?". Maarten Ducrot ten
LIEVIN (GPD) - Het weekeinde van de grote schoonmaak
nam niet echt flinke happen uit het peloton. Toch werden
er diepe wonden geslagen. In het Colombiaanse team van
Luis Herrera bijvoorbeeld, dat vier man richting Bogota
kon sturen. Maar de klap kwam vooral hard aan voor Ber
nard Hinault, die in de ploegentijdrit bijna twee minuten
verspeelde op zijn concurrent Laurent Fignon. Die stelde
gniffelend vast dat de start van deze Tour zijn stoutste
dromen overtrof. „Ik was ervan uitgegaan dat wjj hard
moesten werken om zonder achterstand bij de bergen te
komen. Nu heb ik al zoveel voorsprong".
30hm La Vieille Lyre
LIEVIN (AFP) - Het renners-
veld van de Tour de France zal
op 16 juli tijdens de dertiende
rit van Pau naar Superbagne-
res toch de bekende col de
Tourmalet kunnen passeren.
Dat maakte de wedstrijdlei
ding gisteravond in Lievin be
kend. De vrees bestond, dat de
route omgelegd zou moeten
worden wegens een aardver
schuiving op 27 juni. Daarbij
werd zestig ton rotsen en bo
men verplaatst. De oprui-
mings-werkzaamheden zijn
vlotter verlopen, dan aanvan
kelijk werd voorzien. Mochten
de risico's de komende dagen
toch nog te groot zijn, dan zal
het parkoers voor de etappe
alsnog verlegd moeten wor
den.
De Ronde van Frankrijk kreeg
daarmee een onverwacht sensatio
nele opening, waaruit de équipe
van Fignon als grote winnaar te
voorschijn kwam. Moreel vooral,
omdat twee minuten voorsprong
met nog drie weken te gaan een
peuleschil zijn. Het zegt meer over
de homogeniteit van de ploeg-Gui-
mard, de ploegleider die erom be
kend staat een voorliefde te heb
ben voor tijdryders, dan over de
mogelijke zwakte van Hinault en
zijn wereldformatie. Want een
ploegentijdrit is meer dan domweg
hard fietsen. De balans van kracht
en gelijkwaardigheid moet in even
wicht zijn.
In de ploeg van Hinault was die
danig verstoord. De Breton, knor
rig na de nederlaag, had het excuus
bij de hand. Zaterdag in de ochten-
drit viel de Zwitser Guido Winter
berg tegen het wegdek en liep een
beenwond op. In de ploegentijdrit
konden Hinault, Lemond en Bauer
daarom niet vol gas geven. „Ik kan
Winterberg niet missen, straks in
de cols. Daarom hebben we het
rustig aan gedaan. De anderhalve
minuut die we er mee hebben ver
speeld staat in geen verhouding tot
het verlies dat we zouden hebben
geboekt als we hem er af hadden
gereden", bedacht hij zich.
Hinault waarschuwde voor voor
barige conclusies. Een dag later, in
de rit van Levallois-Perret naar
Liévin in het naargeestige noorden
van Frankrijk, wilde hij laten zien
nog de patron van het peloton te
zijn. De eerste vijftien van de 214
kilometer reed hij aan de leiding
van het peloton. Een wel erg kin
derlijke demonstratie, want de fei
ten spraken die heerschappij even
later krachtig tegen. In de ontsnap
ping van twaalf renners, had Hi
nault geen vertegenwoordiger. In
tegenstelling tot Fignon, die met
Charly Mottet wel een controleur
in de frontlijn had. Mottet verover
de twaalf seconden bonificatie,
maar greep net naast de gele trui,
die met een paar honderdsten van
een seconde om de schouders van
ploeggenoot Thierry Marie -
slechts een uurtje leider-af geweest
- bleef.
Hinault moest een paar keer slik
ken na de ploegentijdrit, de Co-
lumbianen bleven snikken. Vier
ploegmaats (Acevedo, Lopez, Ron
do en Soler) van Luis Herrera over
schreden de tijdslimiet en werden
zonder pardon naar huis gestuurd.
Twee landgenoten uit het andere
kamp (Jamarillo en Acosta) wacht
te een zelfde lot, evenals twee Ne
derlanders (Siemons en Van Or
souw), twee Fransen (Barteau en
Jules) en twee Belgen (Lurquin en
Arras).
Vooral voor Herrera is de klap
enorm, al mag hij de voorzienige
blik van Félix Lévitan dankbaar
zijn. Die liet in het reglement opne
men dat vijf minuten het maximale
verlies zou mogen zijn. Een ca
deautje van drie minuten en zes
tien seconden, want in werkelijk
heid reden Herrera en zijn vijf
ploegmaats ruim acht minuten
langzamer dan de ontketende trein
van Guimard. „Het maakt allemaal
geen verschil. Al begin ik met tien
minuten achterstand aan de berge
tappes. Daar kun je zulke verschil
len gemakkelijk goed maken",
snoefde Herrera.
Andere „kanshebbers" leverden
al evenzeer in. De Schot Robert
Millar koos voor de ploeg van Pe
ter Post, omdat hij meende met
een sterk collectief een grotere
winstkans te hebben in belangrijke
etappekoersen. Maar de macht van
dat team is tanende. De interne
verhoudingen zijn verstoord, de
kracht geringer dan vroeger. Ze
nuwachtig beende Peter Post met
een stopwatch in de hand rond bij
de finish van de ploegentijdrit. Hij
zette grote ogen op toen Fignon de
streep passeerde. ,,Hoe bestaat het,
hoe bestaat het...?", riep hij ont
hutst uit. Zijn ploeg en daarmee
kopman Millar leverde een minuut
in en bezette uiteindelijk de derde
plaats. Het reduceerde ook de kan
sen op de gele trui van Eric Vande-
raerden.
Waar het bij de Panasonic-briga
de aan lag? Niet aan de ene zwakke
schakel, Johan van der Velde, die
kilometerslang aan het laatste wiel
zwabberde en het gelijk van de
twijfels die er over zijn Tour-deel
name waren, bevestigde. Het is een
gebrek aan kracht. Net als de ploeg
van Hinault was de Post-equipe
gisteren niet vertegenwoordigd in
de kopgroep, die het gezicht van de
rit bepaalde. Geen teken van over
macht en het is maar goed dat er
een paar dagen windstilte aanko
men, waarop de kledingcollectie
van de firma Lévitan een paar keer
van eigenaar zal wisselen. Tenzij
Bernard Hinault zijn verstand
weer eens uitschakelt en in een
wanhoopspoging zijn meester
schap wil bewijzen, zoals hij dat
ook 1984 in de ongelijke strijd met
de uiteindelijke winnaar Fignon
deed.
Chaos troef tijdens de derde Touretappe. Joop Zoetemelk kon de lol er nog van inzien ondanks dat hij in het
weekeinde werd beroofd van zo'n 600 gulden. (foto ANP)
CASABLANCA (ANP) - De Neder
landse junioren wielerploeg is za
terdag vierde geworden bij de tijd
rit om het wereldkampioenschap.
In Casablanca verdedigde Italië
zijn titel met succes. De Zuideuro
peanen bleven net als vorig jaar de
Sowjet-Unie voor. Oost-Duitsland
werd derde.
Nederland begon in Settat met
een drastisch vernieuwde ploeg.
Alleen Zanoli zat vorig jaar al in de
ploeg. Tijdens de trainingen in Ma
rokko bleek, dat de formatie on
danks de hitte een redelijke tijd
zou kunnen neerzetten. Met Arthur
van Dongen, Richard Luppes en
Robert van der Vin legde Zanoli de
71 kilometer af in een uur, 39 minu
ten en 2,54 seconden. Daarmee was
het Nederlandse kwartet bijna vijf
minuten langzamer dan Italië, dat
op zijn beurt negentien seconden
sneller was dan de Sowjets en ruim
vier minuten dan de Oostduitsers.
Aan de wegwedstrijd namen vijf
entwintig landen deel. Nederland
bleef onder meer Tsjecho-Slowa-
kije (vijfde), Polen (zevende),
Frankrijk (negende) en België (zes
tiende) voor. De wereldtitelstrijd
voor junioren wordt 12 juli voort
gezet.
Hennie Kuiper heeft zaterdag
de koppositie ingenomen in de rit-
tenreeks om de internationale wie-
Iertrofee voor profs in West-Duits-
land. De Nederlander, die met zijn
ploeg was uitgesloten van deelne
ming aan de Tour de France, ver
sloeg in Sindelfingen de Westduit
sers Rigobert Matt en Rolf Gölz,
winnaar van de eerste etappe. De
wedstrijd telt twaalf etappes.
De Westduitser Didi Thurau
bracht gisteren de derde etappe op
zijn naam. Zijn landgenoot Peter
Hilse werd tweede en een andere
Westduitser, Stefan Schröpfer, ein
digde als derde. Hennie Kuiper
kwam dit keer niet in het stuk voor
en moest de leiding in het tussen-
klassement afstaan aan de West-
duitser Rolf Gölz, eerder winnaar
in een tijdrit. Kuiper is nu met 24
punten derde.
slotte, de psychologie-student,
klaagde zaterdagmiddag over pijn
lijke polsen. „Van het verkrampt
sturen tijdens de ochtendrit", leg
de hij uit.
Veel kritiek bij de renners over
de combinatie van groot deelne
mersveld en smalle wegen. „Het
kan inderdaad gevaarlijk zijn, zelfs
als de Tour-directie alle voorzor
gen neemt. Want we rijden over se
cundaire wegen, die niet echt
breed zijn", aldus Goddet. De af
weging van het verschil in gevaar
tussen een individuele tijdrit op
een speciale met carrosserie om
bouwde fiets of een groot peloton
op kleine weggetjes, maakte hij
niet. Want dan komen de commer
ciële belangen om de hoek kijken.
En dan kijkt men niet op een risi-
coolje meer of minder.
Soms houden renners er reke
ning mee. Als het ongeluk hen zo
toegrijnst als zaterdagochtend, ge
beuren er meestal geen grote val
partijen (het waren er slechts drie),
maar als straks de waakzaamheid
wat afneemt liggen de ernstige on
gevallen op de loer. Gisteren was
er al een grote valpartij te noteren,
met onder anderen Jelle Nijdam en
de Zwitser Guido Winterberg, uit
de ploeg van Hinault, als slachtof
fer zonder daarbij ernstig gewond
te raken. Jan Raas: „Je kunt ze er
wel voor waarschuwen, maar het
helpt niets. Als ze eenmaal aan het
rijden zijn, vergeten ze die risico's.
Dan telt alleen nog het feit dat ze
een goede uitslag kunnen maken
in de Tour de France".
Maar zelfs als daar fanatiek op
wordt gejaagd vinden de aanwijzi-
gingen van Jan Raas niet altijd ge
hoor bij zijn renners. Zo vergooide
Gerrit Solleveld zaterdagochtend
in de 85 kilometer korte rit van
Meudon naar Saint-Quentin-en-
Yvelines zijn kansen door te af
wachtend te rijden. Na een solo
de Canadees Alex Stieda, slo
ten Solleveld, Phil Anderson, Pol
Verschuere, Michel Dernies en Pa
trick Guyot bij de vluchter aan.
Dernies en Solleveld sprongen
weg uit die groep, werkten aanvan
kelijk goed samen maar de Neder
lander weigerde met het finish-
doek in zicht nog zijn aandeel in de
ontsnapping te leveren. De achter
volgers kwamen terug en Solleveld
pakte mis. „Ze moeten kennelijk
allemaal de fout maken die Twan
Poels heeft begaan in Gent-Wevel-
gem. Afwachten op het verkeerde
moment", treurde Raas.
Dan had Pol Verschuere het be
ter bekeken. De 31-jarige profiteur
uit Kortrijk liet Phil Anderson het
gat dichten en sprong toen weg. In
de vier keer dat hij de Tour de
France reed was het zijn derde
etappe-winst, na eerder op de
Champs Elysees (1980) en in Con-
carneau (1982) te hebben gewon
nen. „Geen slechte score voor een
renner van mijn kaliber", glunder
de Verschuere, die in 1984 in zijn
land het middelpunt was van een
geruchtmakende dopingzaak. Hij
pleegde fraude bij een controle na
een kermiskoers in Bavikhove,
werd voor drie maanden geschorst
maar kreeg steun van de wieler
bond, die zijn straf wilde vermin
deren om zijn Tour-deelname mo
gelijk te maken. De toenmalige
ploegleider van Verschuere, Ron-
ny Dewitte, vond dat te gortig en
liet hem thuis.
LIEVIN (GPD) - Van superster tot
knecht. Oftewel de omgekeerde
wereld. Die is opgegaan voor nie
mand minder dan Eric Heiden, de
absolute winterkoning van Lake
Placid, waar hij in 1980 al schaat
send een feilloze olympische gol-
drush ten beste gaf. Met vijf gou
den plakken in zijn draagtas keer
de Heiden de internationale
schaatsarena's de rug toe. Nadat
hij de gladde ijzers op 22-jarige
leeftijd voorgoed in het vet had ge
zet, sprong de Amerikaan op de ra
cefiets. En gelijk meldde 'meneer'
zich maar bij de profs. Inmiddels
duurt zijn wielercarrière al langer
dan zijn schaatsloopbaan.
Tot een vedettenrol in deze stiel
heeft Heiden het echter niet kun
nen brengen. In de Tour de France
rijdt hy tamelijk anoniem rond in
de 7-Eleven-formatie, al was zijn
25e plaats in de proloog niet onver
dienstelijk. Zeker niet voor de Ne
derlandse journalisten in Levitan's
mallemolen. Maar het grote (Fran
se) publiek, dat van schaatsen
evenveel weet als een hond van
wielrennen, is nagenoeg onbekend
met het rijke sportverleden van
Eric Heiden.
Niet dat hij daaronder gebukt
gaat. Integendeel zelfs, de in ons
land graag geziene Yank geniet
volop van het leven op zijn 'bike'.
Frank en vrij zoekt hij zijn weg in
een groot Tour-peloton en nog al
tijd houdt hij er buitengewoon
■prettige omgangsvormen op na.
Een interview? Geen enkel pro
bleem. Heiden stapt, na samen met
zijn maat Ron Kiefel van het par
cours van aankomst te zijn geko
men, van zijn fiets, klimt op een
warm muurtje bij zijn hotel en de
verslaggever kan zijn gang gaan.
De Belgische gelegenheidsmecani
cien was, in de korte tijd dat hij
dienst doet bij het Amerikaanse ra-
cingteam, ook al opgevallen dat
Eric Heiden zo'n sympathieke jon
gen is. „Heiden... da's een goeie hè,
pas op. Ik kan hem dan wel niet
verstaan, maar dat voel je zo aan,
hè. Een bijzonder aangenaam
mens om mee te werken, dat kan ik
u verzekeren i
Een droom
Van binnen mag Heiden dan
niets zyn veranderd, uiterlijk ziet
de Heiden anno 1986 er heel anders
uit dan die van zijn gouden
schaatsjaren. Het lange haar is eraf
en vervangen door een korte, snel
le 'rennerscoup', waaronder een
mager 'koppie' schuilt. Op zijn ge
bronsde benen zijn opgezette ade
ren te zien die veel collega-profs
ook hebben en tijdens de koers
verbergt hij zijn ogen achter een
zonnebril met grote glazen, een
snel uitdijende modegrill in het pe
loton.
Waaruit blijkt dat Heiden zich
moeiteloos aanpast in het wereldje.
Al is er een groot verschil ten op
zichte van het gros van zijn colle
ga's. Eric Heiden hoeft niet zo no
dig. „Het wielrennen is voor mij
een pure hobby, al verdien ik er
meer mee dan met het schaatsen.
Ik pakte pas een hoop geld nadat
ik als olympisch kampioen was ge
stopt. Maar als topsporter heb ik
mijn tijd gehad. Ik moet trouwens
wel zeggen dat ik nog nooit zo goed
heb gefietst als dit seizoen, binnen
mijn mogelijkheden wel te ver
staan. Dat geeft je toch wel veel
zelfvertrouwen. Misschien kan ik
dit jaar nog wel iets leuks winnen,
wie weet".
In de Tour zal Heiden, die vorig
jaar de Giro d'Italia uitreed (131e)
zich voornamelijk richten op het
verlenen van hand- en spandien
sten voor zijn ploeggenoten. Hei
den: „Ik ben eën echte domesti-
que, die met name in de vlakke rit
ten van nut hoopt te kunnen zijn.
Ik denk daarbij aan het voorberei
den van de sprint. Daar ben ik aar
dig bedreven in. Verder zie ik wel.
Mijn enige doel is de Champs Ely
sees halen. Dan ben ik al dik tevre
den. Voor mij is het rijden van de
Tour al een realisering van een
droom. Als je wielrenner bent, wil
je zo iets toch een keer hebben
meegemaakt".
Meevallers
Het betere werk in zijn ploeg zal
moeten worden geleverd door de
bij Post mislukte Alexi Grewal en
de bij Raas uitgerangeerde Doug
Shapiro. Heiden: „Dat zijn onze
kopmannen. Zij kunnen goed
klimmen en hebben al enige Euro
pese ervaring.
De eerste meevallers voor de
ploeg van Eric heiden zijn overi
gens al binnen, want zaterdagmor
gen deed de Canadees Alex Stieda
een bewonderenswaardige greep
naar het geel, dat hij enkele uren
later overigens weer kon inleveren
en gisteren ging Davis Phinney als
eerste over de meet voor de Nijver
daller Henk Boeve. Heiden: „Ik
had verwacht dat de eerste dagen
van de Tour voor ons moeilijk zou
den worden doordat we een paar
maanden met onze ploeg uit de Eu
ropese competitie zijn geweest
Thuis hebben we wel hard ge
traind, maar de beste manier om in
vorm te komen blijft het rijden van
wedstrijden. Daar kun je niet te
genop trainen".
Dat Heiden c.s. het wielerfront in
de oude wereld even hebben gela
ten voor wat het was, had te maken
met het loerende gevaar vanuit de
terroristische hoek. Gevaar, dat
nog altijd niet is bezworen sinds de
dag dat 7-Eleven zich op het laatste
moment terugtrok uit de Ronde
van Spanje, eind april. Heiden be
seft dat ook, maar zegt hij: „Ik voel
me hier toch wel veilig. Je moet er
ook niet te veel aan denken, want
dat is slecht voor je concentratie.
We zullen met de dreiging van het
terrorisme moeten leven. Heel ver
velend, maar het is niet anders".
Ondanks de prestaties van Greg
Lemond en coming-man Andy
Hampst en, lopen er nog maar wei
nig Amerikanen echt warm voor
het wielrennen. „Toch zit er groei
in", weet Heiden. „En als Lemond
of Hampsten een keer de Tour win
nen, dan wordt die stap gezet die
het fietsen bij ons tot een grote
sport zal maken. Dan gaan jonge
atleten op de fiets zitten en niet au
tomatisch meer basketballer, foot
baller of honkballer worden. Je
merkt al duidelijk dat de mensen
bij ons van fietsen gaan houden.
Nee, het gaat echt niet dezelfde
kant als soccer op. Fietsen kan ie
dereen doen, voetballen niet. Daar
heb je toch een bepaalde techni
sche gave voor nodig".
Zelf zal Heiden nog maar korte
tijd intensief actief zijn in het mé
tier du cyclisme. Vanaf september
trekt hy zich terug op de Stamford-
universiteit in Califomië. Heiden:
„Dan ga ik mijn studie medicijnen
afmaken en zal er van wielrennen
.niet veel meer terechtkomen. Mis
schien dat ik af en toe nog een cri-
teriumpje rijdt, maar dan houdt
het ook op. Ik heb een paar hele
mooie jaren achter de rug, maar zal
nu weer verder moeten werken aan
mijn toekomst".
Wel blijft Heiden op freelance-
basis voor het TV-station CBS (ook
in de Tour aanwezig) werken. Voor
CBS verleent Heiden zijn mede
werking aan schaats- en wielerre-
portages. „Op die manier hou ik
nog een beetje contact met de
schaatswereld, waaraan ik veel
goede vrienden heb overgehou
den. Als ik voor CBS naar het
schaatsen ga, trek ik zelf ook nog
even wat baantjes. Nee, de behoef
te aan een rentree heb ik in het ge
heel niet. Alleen de Elfstedentocht
bij jullie, die zou ik ooit nog eens
willen rijden. Wat voor een wiel
renner de Tour de France is, is voor
een schaatser de Elfstedentocht.