Vervanging voor lood is moeilijk te vinden Dammen Bridge Filatelie VISSPORT ►Vistip ZATERDAG 5 JULI 1986 EXTRA PAGINA 23 DOOR BRAM VAN LEEUWEN Een van de aangeprezen ver vangingsmiddelen voor het tra ditionele lood. Dit Engelse pro- dukt is ook in ons land verkrijg baar. (foto pr) Vorige week stelde ik in deze ru briek de vraag wat we zouden moeten doen wanneer er in de hengelsportzaken geen lood meer te koop zou zijn. Zo on waarschijnlijk als dat feit nu lijkt is het echter niet. Kijken we bij voorbeeld eens naar Engeland en volgen we wat zich daar voor dis cussies afspelen in gezaghebben de hengelsportbladen als Ang ling Times dan zou het best eens kunnen gebeuren dat in de toe komst een verbod om lood nog langer te gebruiken tot de moge lijkheden behoort. Een jaar geleden stond de Brit se hengelsportbladen vol over een door het parlementslid Barnsley in de publiciteit ge brachte zaak. Hy stelde de minis ter van milieuzaken William Wal- degrave schriftelijke vragen over de sterfte van zwanen. Die zou veroorzaakt zijn door het feit dat de zwanen loodhagels hadden binnengekregen die hengelaars achteloos langs de waterkant hadden laten slingeren. De bewindsman kondigde aan dat als de feiten inderdaad bewe zen zouden kunnen worden er dit jaar nog een loodverbod zou worden afgekondigd binnen de hengelsport. Een ander Brits parlementslid Roy Mason uit Yorkshire zorgde ervoor dat de soep niet zo heet werd gegeten als ze werd opgediend en wist de regering ertoe te bewegen niet eerder met zo'n maatregel te ko men dan nadat er acceptabele vervangingsmiddelen op de markt waren gebracht. Inderdaad verschenen er het afgelopen jaar diverse andere 'verzwaarders' in de Britse hen gelsportzaken. Zeker één ervan, het zogenaamde Anglers Weight van Evode kwam ook op de Ne derlandse markt terecht. De nieuwe materialen werden in Groot-Brittanniê uitgetest, maar kregen daarbij niet erg veel waardering. In de eerste plaats was het een stuk duurder dan het traditione le lood en in de tweede plaats was het veel lichter dan lood waardoor de omvang veel groter moest zijn. En in de derde plaats liet het zich veel moeilijker op de lijn bevestigen. Bij harde en ver re worpen schoof het direct naar het uiteinde van de lijn bij de haak. Koolstofspiraaltj es Een ander alternatief waren de zogenaamde koolstofspiraaltjes. Nadeel hiervan is dat het door mensen met een minder goed ge zichtsvermogen moeilijk op de lijn kan worden gezet en dat het kinken of beschadigen van de lijn erdoor in de hand wordt ge werkt. En verder was er ook nog een loodvervanging vervaardigd van wolfram. De kritiek op dit mid del richtte zich vooral op de on aangename geur van het produkt en het feit dat er resten op die vingers achterblijven die moei lijk te verwijderen zijn. Ook dit middel glijdt gemakkelijk langs de lijn naar beneden. Kort en goed: van een werkelijk bruikbaar substituut is nog geen sprake. Vandaar dat ik u nog op een paar mogelijkheden met het traditionele lood wijs. Dat is in de eerste plaats een ant woord op de vraag waar we de loodhagels op de lijn zetten. Vis sen we op ruisvoorn tussen wa ter en wind tegen een rietkraag dan is het zaak de broodvlok of het dotje maden zo natuurlijk mogelijk aan te bieden. Dan is het van belang de loodverzwa- ring vlak onder het pennetje te bevestigen. De vlok of de maden zweven dan als het ware naar beneden totdat de vereiste diepte is be reikt. Nadeel van een dergeljke loodmontage is dat het inwerpen erdoor wordt bemoeilijkt. Vooral wanneer er een beetje tegenwind staat zal de lijn snel in de war ra ken doordat het zwaartepunt in het midden en niet aan het eind ligt. Vandaar dat bij het vissen langs of op de bodem op voorn, brasem en blei op ruime afstand van de wal een ander montage de voorkeur verdient. We plaatsen het lood nu op ongeveer 15 centi meter van de haak en wel zo dat het zwaarste loodje het dichtst bij de haak komt te zitten. Is het water ruw door wind of stroming en willen we het aas toch stilliggend op de bodem aanbieden dan kan het noodza kelijk zijn de ruimte tussen haak en lood ruimer te nemen. Op uit gestrekt water kan dat zelfs wel 30 tot 40 centimeter zijn. Een en ander is sterk afhanke lijk van de bijtlust van de vis. De ene keer wil de vis juist geacti veerd worden en hapt de voorn of brasem pas toe wanneer het aas in beweging wordt gebracht door de werking van de golfslag of de stroming op de lijn. De an dere keer schrikt hem dat juist af en geeft de vis de voorkeur aan een rustige aasaanbieding. Eeri beetje experimenteren is hier de opdracht om goede vangstresul taten te bereiken. Een loodsoort die nogal veel wordt toegepast in ons land is het zogenaamde schuiflood. Een langwerpig loodje met een gaatje overlangs waardoor de lijn wordt gehaald. Een ideaal werpgewicht en volgens veel hengelaars bij zonder uitgekiend omdat een wegzwemmende vis de lijn ge makkelijk door het schuiflood kan trekken. In theorie klinkt dat allemaal prachtig, maar nu de praktijk. Om dat doorschuiven van de lijn mogelijk te maken moet het schuiflood wel precies in de lengterichting van de lijn komen te liggen en boven op een vlakke bodem. Beide voorwaarden ko men slechts zelden voor. Resul taat is dan ook dat het schuiflood hetzelfde nadeel heeft als het pa- ternosterlood en dat de vis het hele gewicht moet meesjouwen. De minste weerstand in combi natie met een flink werpgewicht wordt bereikt met het zogenaam de wartellood, of vanwege zijn Engelse origine ook wel Arlesy bomb. Het is een druppelvormig lood met in de punt een ingego ten wartel. Wanneer men die op de lijn bevestigd met stoppertjes aan weerskanten op redelijke af stand krijgt de vis de nodige ruimte om ongehinderd weg te zwemmen terwijl de aanbeet op de lijn en de hengeltop toch goed kan worden waargenomen. Zeevisserij Dan nog iets over de loodver- zwaringen bij de zeevisserij. Ge zien de stromingen die zich door de wisseling van de getijden en en de wind kunnen voordoen is het noodzakelijk een flink arse naal lood op zak te hebben tij dens een dagje ter zoute. Als er met te weinig lood wordt gevist dan is de kans groot dat het aas de bodem niet haalt. Staand op een visserijschip met vele uitstaande hengels loop je dan ook het risico ruzie te krij gen met collega's omdat de hele zaak in een kluwen verward raakt. De meest gebruikte loodver- zwaring is het zogenaamde ringlood dat alleen kan worden toegepast wanneer het water weinig of helemaal niet in bewe ging is. Bij iets meer stroming wordt meestal torpedolood ge bruikt. Naarmate de stroming sterker is worden zwaardere ge wichten toegepast en worden ook de ankers gebruikt om weg stromen van de het aas te voor komen. Dat zijn drie of vier me talen uitsteeksels aan het uitein de van het lood die zo kunnen worden omgebogen dat ze zich in de zanderige bodem vastgrij pen en zoals de haam al zegt het aas verankeren. Die uitsteeksels zijn weer uit den boze wanneer er in de buurt van wrakken of havenhoofden wordt gevist. Dan is het verstan diger gebruik te maken van lood dat bij het indraaien snel om hoog komt, dus lood dat plat van Bewaar pennen nooit zo maar los in een vistas of koffèr. U beschadigt de beschermende verflagen en op een kwade dag breekt de antenne eraf. Koop daarom een houten of plastic pennendoos voor de pennen van normaal formaat en maak van pvc-buis een koker voor de langste exemplaren. Riet vervult een belangrijke functie. Zowel voor het biologi sche leven als voor de natuurlij ke bescherming van de oevers. Verder kan een rietkraag een goede windvanger zijn voor de hengelaar. Trap daarom riet nooit plat en blijf met uw boot uit de buurt en vaar heel lang- Het in uw leefnet bewaren van ondermaatse vis is straf baar. Tenzij u het om wat blankvoorntjes gaat die be stemd zijn om te worden ge bruikt als aas bij de visserij op bijvoorbeeld snoek of snoek baars. U moet dan wel de ver eiste vergunningen tonen, want anders bent u toch in overtre ding. Vissen met een drijvende vlok op karper kan een fascine rende bezigheid zijn. Vooral wanneer zo'n stuk brood plotse ling van het wateroppervlak wordt weggezogen door zo'n zoetwatervarken. Let er wel op dat er geen vogels in de buurt zijn. Een eend of meeuw weet niet dat er haak in het brood verborgen ziet. Oude opnamen aantrekkelijk bijgeschaafd Jelly Roll Morton: 'Doctor Jazz' (RCA) Django Reinhardt: 'Djan- go's Castle (RCA) Shorty Ro gers: 'Greatest Hits' (RCA). De platenmaatschappij RCA heeft onder de noemer 'Jazz Edi tion' weer eens een nieuwe serie op de rails gezet. Het zijn over wegend herpersingen van oude opnamen, die ten opzichtè van de oorspronkelijke versies op een aantrekkelijke manier zijn bijgeschaafd. De traditionele ruis- en golfeffecten zijn zoveel mogelijk weggepoetst, de instru mentatie is enigszins versterkt, en bovendien is de uitvoering nog steeds mono, waardoor de authenticiteit in elk geval in één opzicht intact is gebleven. De eerste aflevering bevat twaalf platen, waarvan hier drie ter bespreking: Doctor Jazz van Jelly Roll Morton, Django's Cast- Ie van Django Reinhardt en Shorty's Greatest Hits van Shor ty Rogers. De LP van pianist Jelly Roll Morton is een aanwinst. De op namen dateren van 1926 tot en met 1930 en zijn op een uitste kende manier geretoucheerd. Morton (geboren in 1885 en overleden in 1941) speelt op deze plaat in verschillende bezettin gen, met illustere grootheden als Edward Kid Ory, Barney Bigard, Johnny Dodds, Baby Dodds en Wilbur De Paris. Morton wijdde zich met deze heren volledig aan de inmiddels stukgespeelde New Orleans muziek. Op de plaat staan twaalf stukken, waaronder Dead Man Blues, Doctor Jazz, Wild Man Blues, Kansas City Stomps en Red Hot Pepper. Django's Castle met de gitarist Django Reinhardt (1919-'53) be vat eveneens twaalf stukken, die dateren van 1949 en 1950. De le gendarische gitarist vertolkte de ze stukken samen met de nog steeds in lever zijnde, hoogbe- Django Reinhardt (archieffoto) jaarde violist Stéphane Grappelli in het kwintet van de Hot Club de France, en (in 1950) met de alt saxofonist/klarinettist André Ekyan. Bekende stukken: Mi nor's Swing, I saw Stars, Nuages. Djangologie, After you've gone en Honeysuckle Rose De 'Greatest Hits' van trompet tist Shorty Rogers is samenge steld uit opnamen die zijn ge maakt in de jaren vijftig. Rogers maakte toen naam met verschil lende combo's en orkesten die zich beurtelings onledig hielden met Westcoast jazz, Bebop en brave big-bandmuziek met keu rige riet- en kopersecties. Beken de namen ook, zoals Maynard Ferguson, Art Pepper, Bud Shank, Shelly Manne, Russ Free man en Frank Rosolino. Een af wisselende plaat op een kwalita tief hoog niveau. Cobham meester van de fusion Drummer Billy Cobham is een prominent aanhanger van de fu sion (een mengvorm van pop en jazz), die zeer perfectionistisch te werk gaat. Zijn stukken zijn vol strekt af en laten weinig of geen ruimte voor spontane intervallen of losse eindjes. Ze zijn logisch van opbouw, veelal in streng af gebakende blokken verdeeld, maar nimmer sfeerloos. De LP Power Play bevat zeven stukken, waarvan het 'Summit Afrique' in vier onderdelen uit eenvalt. Cobham vertolkt deze stukken samen met gitarist Dean Brown, bassist Baron Brown, slagwerker Sa Davis, toetsenist Gerry Etkins en idem-bespeler Onaje Allan Gumbs, op een ma nier die bewondering afdwingt. De strakke instrumentatie laat zich afwisselen door soepele overgangen die aangenaam wor den beïnvloed door gevarieerde elektronische effecten. De im provisaties lijken soms uitge breid te zijn voorgekookt, maar zijn daardoor, niet minder knap. Vooral de muzikale verrichtin gen van gitarist Dean Brown zijn prachtig. Cobham vormt in dit muzikale geweld de absolute uitblinker, niet alleen als componist/arran geur, maar vooral ook als drum mer. Hij maakt van zijn instru mentarium een compleet orkest dat aanzienlijk meer voortbrengt dan het louter ondersteunende geluid van trommels en bekkens. Bamboefluit en snarenbox In het omvangrijke randgebied van de jazz en de folklore ver schijnen soms aardige platen die doorgaans weinig of geen aan dacht krijgen ofschoon ze die wel verdienen. Zo'n plaat is bij voorbeeld 'Ocean' van Stephan Micus. Op deze LP bedient Mi- cus zich van zes geluidsbronnen: de menselijke stem, de 'Hamme red Dulcimer', de 'Sho', de 'Sha-' kuhachi', de 'Nay' en de citer. De 'Hammered Dulcimer' is de Amerikaanse versie van een in strument dat in tal van, vooral oostelijke delen van de wereld erkenning heeft gekregen (Iran, China). Het is een soort box waarboven 62 metalen snaren zijn gespannen, die worden be speeld met behulp van kleine houten hamers. Zo ontstaat er een citer-achtig geluid met een klankkleur. De 'Sho' is een Japans mon dorgel uit de tijd van de oude keizerlijke dynastieën, dat be staat uit zeventien bamboe pij pen met gaatjes, die - voorzien van een gemeenschappelijk mondstuk rechtstandig om hoog worden volgeblazen en zo een ononderbroken harmonica achtig geluid voortbrengen. De 'Shakuhachi' en de 'Nay' zijn res pectievelijk een Japanse bam boefluit en een Egyptische riet fluit. Stephan Micus brengt al deze instrumenten in verschillende combinaties bij elkaar. Dat leidt tot een grappige mengeling van oosterse elementen, westerse kneuterigheid en modernisti sche vondsten. ADVERTENTIE OP ZOEK NAAR COMPACTDISCS KOM EENS LANGS BIJ CD-CENTRUM DE GROOTSTE COLLECTIE CD S ALLE GENRES VOORRADIG LAGE PRIJZEN VOLOP PARKEERGELEGENHEID BIJ MOLEN OE VALK Het Nederlands kampioenschap werd dit jaar weer in Hilversum gehouden. Natuurlijk was Van der Wiel de grote favoriet, maar ook de kampioen van vorig jaar Paul van der Sterren zou een goede kans maken. Zo is het in derdaad ook uitgekomen en op het moment dat ik dit schrijf zal de laatste partij waarin Van der Wiel wit heeft tegen Van der Sterren (hoe kunnen ze zo'n lo ting verzinnen) de beslissing moeten brengen. De overige deelnemers staan ïr achterop en vooral de klasse ring van Hans Ree valt tegen. Te gen hem speelde ik juist mijn beste partij. (Diagram 1). Dit was de stelling na de dertigste zet van wit, 30 g2-g4 was de enige metho de om de pion op g2 te dekken. Nu volgde echter: 30 ,...e5ü Deze zet ligt op zich voor de hand want er dreigt dodelijk lxg4, doch na de voor de hand liggen de parade 31 f5 (31 lf5 lxf5 32 gxf5 exf4 wint zwart een pion) ...e4 32 lc2 moet zwart wel re- O kening houden met 33 pc5 ge volgd door lb3 en de pion op d5 is niet te dekken. Ik speelde 32- g6! en na 33 hxg6 fxg6 34 pc5 gxf5 35 lb3 f4! 36 lxd5 kh8 37 lxe4 lxg4 bleek de witte koning in groot gevaar te zijn. Het witte antwoord lf3 was gedwongen maar toen kon zwart als volgt ge bruik maken van de overbelas ting van de witte dame: 38 lf3 lxe3 39 Kd3 Dbl 40 Kc3 Del 41 Kb4 Dd2 en wit gaf het op want hij verliest een stuk na 42 Dxd2 lxd2 en lxf3. Ook na 41 Kb3 Dc4! zou wit een stuk verliezen. Een nieuw facet in dit kam pioenschap is de invoering van het door de Fide vastgesteld Enige tijd geleden heb ik ge schreven dat ik in de toekomst wat meer wilde schrijven over de Leidse regio. Dat kan echter al leen als daar aan meewerkt, door iets van uzelf of wat dan ook op te sturen naar ondergete kende. Het adres is: Hans Ver min Weiermattstrasse 28 3027 Bern Zwitserland. Helaas heb ik nog geen partij en van de OLympiade in Valken burg, binnen. Wel kan ik u mel den dat de Surinamer Eduardo Autar de verrassing van het toer nooi was, door aan het eerste bord maar liefst 17 punten te ha len uit 11 partijen net zoveel als Anatoli Gantwarg. Ondermeer door deze prestatie is Autar na het toernooi benoemd tot Inter nationaal Grootmeester. Absolu te topscorer werd Ton Sij brands met 19 punten uit 10 wedstrij den, waarmee hij nog eens aan gaf nog altijd tot de besten ter wereld te behoren. Zelf vind ik de partijen van Sijbrands vaak een lust voor het oog. Met name Het Océ-toernooi werd een Pools onderonsje. Winnaars werden Klukowski-Tuszynski met 65% voor Martens-Przybora met 61,6%. Zij namen de vette geld prijzen mee naar Warschau en lieten de kruimels over voor de Nederlandse topparen. De gele genheidscombinatie Hans Ver goed met Cees Kaiser werd knap 3e, Jaap Trouwborst en Heinz Vi vat eindigden op de 4e plaats. De Poolse voorsprong was zo groot dat één der paren zich zelfs de vergissing kon veroorloven om de laatste ronde over te slaan in de veronderstelling dat het toer nooi al was afgelopen. De winnaars boden een fraaie 7 Sch op het volgende spel: B762 A 7 6 4 O 10642 V «98 N *54 9 H V B 10 9 3j n O 8 5 2 O 8 7 3 O H V B 5 4,97 Z HB86 A H V 10 3 O - O A 9 4> A 10 5 4 3 2 Zuid NZ. Zuid opende 1 KI (sterk), noord 1 Ru, zuid 1 Sch, DE SAMENWERKING tussen de noordelijke landen, te weten Denemarken, Finland, Noorwe gen, IJsland en Zweden, heeft er tot nu toe onder andere toe ge leid dat eens in de driejaar series zegels worden uitgegeven met een gemeenschappelijk thema. De gezamenlijke uitgifte 1986 heeft op 27 mei haar beslag ge kregen en het thema in de vijf landen is deze keer "de noorde lijke zustersteden". De zegels to nen een beeld van tien steden en plaatsen en in totaal komen op de tien zegels (in elk land twee) 35 plaatsnamen voor. Denemarken laat op een zegel van 2,80 kroon de haven van Aal- borg zien en op een 3,80 kr.-zegel staan kerk en raadhuis van This- Een zegel van 1,60 mark van Finland toont het nieuwé open luchttheater van Joensuus, als mede een deel van het stadswa pen en de andere zegel in de waarde van 2,80 mark combi neert op symbolische wijze de "treden in kennis" en het univer siteitsembleem van Jyvaskyla. de zelfverzekerheid en de preci sie waarmee hij zijn partijen placht te spelen is enorm. Zon der overdrijving kan men m.i. stellen dat iedereen nog veel le ren kan van Sijbrands zijn partij en. Een aardig voorbeeld is de partij Sijbrands-Der (Coupe du Monde 1985) 1. 32-28 19-23 28x19 14x23 37-32 10-14 41-37 14-19 46-41 5-10 6. 35- 30 20-25 40-35 15-20 44-40 20-24 50-44 10-14 34-29 23x34 11. 40x20 25x34 39x30 14x34 44-39 16-21 39- x30 21-26 45-40 ll-16(niet erg consequent als men eerst schijf 16 ontwikkelt) 16. 40-34 6-11 43- 39 1-6 31-27 17-21 49-44 11-17 33- 28 19-23 (schakelt over op de ver dediging) 21. 28x19 13x24 30x19 18-22 27x18 12x14 32-28 7-11 37- O speeltempo van 40 zetten in 2 uur en aansluitend 20 in een uur in plaats Van het gebruikelijke 40 in 2Vz uur. Het beoogde voordeel van dit snellere tempo, het be perken van afgebroken partijen kwam ook in dit kampioenschap tot uitdrukking. Het is echter de vraag of dit opweegt tegen de mindere kwaliteit van de partij en. Vooral door de af en toe zeer grote tijdnood werden er veel blunders gemaakt. door Hans Vermin 32 8-13 26.41-37 13-18 37-31 42x31 21-26 47-42 26x37 42x31 17-21 31. 48-42 21-26 31-27 (langzaam maar zeker wordt de zwart stelling on der druk gezet) 9-13 39-33 3-9 44- 39 14-19 34-29 2-8 36. 29-24 19x30 35x24 42-37 4-10 39-34 14-19 34-29 19x30 41. 29-23 18x29 33x35 10-14 38-33 11-17 33-29 17-21 29-24 6-11 35-38 11-17 28-23 8-12 30-25 13-18 24-19 18x29 19x10 29-33 51. 10-4! 33-39 4-10! en zwart gaf op 37-31 dreigt nl. en op 12-18 volgt 10- door Ton Schipperheyn noord 2 Sch, waarop de Polen vlot het groot slem boden. Dat contract wordt (hartenstart) ge maakt door drie klaveren in noord te troeven, maar dat is nog wel langs de rand van de af grond; jammer voor west had hij niet een derde troefje, waarmee hij het NZ-schip had kunnen tor pederen. Overigens scoorde ook 6 Sch, met een overslag gemaakt, uit stekend: 148 van de 192 punten; 6 Sch precies gemaakt leverde 111 punten op, 7 Sch was goed voor 184 punten. Voorafgaand aan het toernooi werd een serie demonstratiewed strijden gespeeld tussen vier sterke deelnemers: Engeland, Denemarken, Polen en lands kampioen CPP. Ook hier won nen de Polen, met overmacht zelfs, waarmee zij opnieuw be wezen tot de.absolute wereldtop te behoren. Het volgende spel is afkomstig uit de wedstrijd CPP-Denemar- ken, waarbij de Denen het meest agressieve viertal in de strijd hadden dat waarschijnlijk ooit op Nederlandse bodem heeft ge opereerd. H 10 8 O 9 8 7 4 O AH V 853 9542 N *AB63 <?6 w 0 <?VB O 10 9 8 7 6 5 O 4 3 4b A B Z H 10 9 4 2 V 7 A H 10 5 3 2 OB2 *V7 6 Oost, niemand. Oost opende 1 KI, zuid 2 Ha, west pas, noord 3 Ru, oost pas, zuid 3 SA. Noords 3 Ru was de aanzet tot een wat minder voor de hand liggend eindcontract. Noord paste daar op, vanwege zijn 4-3-3-3-verde- ling en kreeg dit keer het gelijk aan zijn zijde. Zelfs schoppen start en klaveren na brandt 3 SA niet down. Aan de andere tafel eindigden onze landgenoten het normale 4 Ha-contract. Start KI A, KI B voor de heer en klave ren getroefd. Nu volgde schop pen voor het aas en nogmaals klaveren. De leider troefde met de heer en verloor vervolgens nog een troefslag voor twee down. door Hero Wit De zegels van Noorwegen la ten delen zien van de steden Moss (2,50 kr., oplage 10 miljoen) en Alesund (4 kr., oplage 4 mil joen), alsmede de wapens van de andere zustersteden. Dan komen we bij IJsland. Daar zien we op de zegels beel den van de plaatsen Stykkishol- mur (10,00 kr.) en Seydisfjördur (12,00 kr.). Tot slot komen we aan bij Zweden. Een zegel van 2,10 kroon geeft een beeld van Upp sala, de zetel van de aartsbis schop en tevens de oudste en grootste universiteit van het land. Een 2,90 kr.-zegel verbeeldt een deel van Eskilstuna, de 17e eeuwse stad tussen Malaren en Hjalmaren, twee meren. Behalve de noordelijke emis sies "zustersteden" zijn er in vier van de vijf landen nog wel een paar uitgiften geweest. We begin nen weer bij Denemarken waar op 26 mei ter gelegenheid van de 18e verjaardag van kroonprins Frederik een 2,80 kr.-portretze- gel werd uitgegeven. Op 27 mei werd de opening van het station Höje Tastrup ge markeerd door de uitgifte var een 2,80 kr.-zegel. Het 125-jarig bestaan van de Deense Schiet-, Turn- en Sport bond (10 februari 1861) is op 27 mei postaal herdacht met 2,80 kr.-zegel. Op 19 juni bracht Denemarken een fraaie serie van vijf 2,80 kr.- zegels in omloop, waarop Deense vogels staan afgebeeld: een raaf, drie sterns in de vlucht, knobbelzwaan, een kievit en veldleeuwerik. De Finse Europa-CEPT-zegels verschenen op 10 april: 1,60 mark (oplage 8 miljoen) met daarop een zeehond en 2,10 mark (oplage 4 miljoeh) met een land schap. Op 19 april werd met als thema "nieuwe Finse architectuur" boeKje (oplage 1,5 miljoen) met zes zegels van 1,60 mark uitge bracht. De Europa-CEPT-zegels IJsland staan voor 5 mei geno teerd, twee stuks (10 en 12 kr.) beide laten beelden zien van i tionale parken. Tot slot de Europa-CEPT- gels (twee stuks in waarden v 2,10 en 2,90 kr.) van Zweden die op 27 mei verschenen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 23