'Reclamewereld houdt vrouwen liever in de keuken' Naar een betere kijk op ons taalgebruik Leiden heeft een hoogleraar lexicologie ZATERDAG 5 JULI 1986 EXTRA PAGINA 21 van Van Sterkenburg. Hoewel je nor men moet aanhouden, vindt hij dat aan het woordenboek te veel autoriteit wordt toegekend. In zijn rede 'Werk ma ken van woorden', zei Van Sterkenburg: "Zoals bekend staan er duizenden woor den die wèl bestaan niet in een woorden boek, en, doordat redacteuren van woor denboeken almaar van elkaar over schrijven, staan er duizenden woorden wèl in een woordenboek die niet meer bestaan, of die alleen in woordenboeken hebben bestaan". Hij legt dat wat nader uit: "Woorden boeken worden in studeerkamervertrek- ken gemaakt door een handjevol men sen uit een bepaalde maatschappelijke klasse. Eigenlijk zou je over het helë land zegslieden moeten hebben uit allé geledingen van de samenleving. Je krijgt dan een veel betere kijk op het taalgebruik". Lat-relatie en voordeurdeler zijn woor den die in de hedendaagse Van Dale zijó opgenomen. Ook de driedelige Grote Van Dale (elfde druk) kent zo'n 10.000 woorden meer dan de vorige editie. In totaal staan er nu zo'n 230.000 trefwoor den in. En dat terwijl in de dagelijkse omgang de meeste mensen niet meer dan 1000 tot 1500 woorden actief schij nen te gebruiken. Schrik niet, het aantal woorden in de Nederlandse taal wordt geschat op zo'n vijf miljoen. En elke dag konien er weer nieuwe woorden bij. Computer Maar ook hier, zo weet Van Sterken burg, is er een taak voor de computer weggelegd. Hij heeft het over de oprich ting van taaidatabanken. Zijn instituut dat zich ook bezighoudt met de ontwik keling van het hedendaagse Nederlands maakt daar eigenlijk al gebruik van. Teksten vanaf 1970 worden verzameld en gelezen door de leescomputer, die woorden kan tellen en alfabetisch kan rangschikken. "Zo kunnen we precies nagaan hoe vaak (nieuwe) woorden wor den gebruikt en hoe gangbare woorden een nieuwe betekenis krijgen. Het is de bedoeling dat de computer binnenkort ook wordt gevoed met pagina's van kranten". 1 Dat de woordenaars zich meer moeten verdiepen in de gebruiker van het woor denboek staat bjj de hoogleraar hoog in het vaandel. Hij zal daar tijdens zijn col leges maar al te graag over praten. Het ontwapenende briefje van een brugklas leerling is daarbij niet eens zo'n slecht voorbeeld. Dat luidt als volgt: Beste mensen van Van Dale, Ik heet Marieke W. en zit in de brugklas. Wij moeten wel eens dingen opzoeken in het woordenboek. Ik dacht bij mezelf wat betekent natuur nou ei-i genlijk, toen heb ik dat opgezocht. Toen stond er dit: 'natuur' (Lat) v., 1. aangebo ren gestel van levende wezens, waardoor zij ten opzichte van hun lichaam ver-! schillen van andere wezens. Daarna kwamen er allemaal spreekwoorden en gezegden De woorden met twee of drie strepen zijn de woorden die ik niet begrijp. (De hele omschrijving is twee maal onderstreept). Wilt u er als u weer een woordenboek maakt voortaan reke ning mee houden dat er mensen zijn die net Nederlands leren". door Saskia Stoelinga .1984 5 van de 145. Vooral de Reclame raad lijkt er eerder te zijn voor het afhou den van de boot dan voor het in behan deling nemen van de klachten. De mees te klachten stranden al bij de secretaris. En-is een klacht eenmaal afgewezen dan kan zo'n soort klacht nooit meer worden ingediend". Seksobject Els Wolters doet in haar boekje de aan beveling om te komen tot een herbezin ning op de code, die voor reclame-uitin gen dient te gelden. In een vernieuwde code zouden bepalingen moeten worden opgenomen die gericht zijn op de geeste lijke volksgezondheid in het algemeen en die van vrouwen in het bijzonder. Im mers, 80 procent van alle reclame richt zich op vrouwen. Nieuwe bepalingen zouden de stereotypering en infantilise- ring van mannen en vrouwen, het ge bruik van vrouwen als seksobject en voor de versiering van Rrodukten in re clameboodschappen moeten uitsluiten. Zij vindt dat bij het opstellen van de nieuwe code vrouwelijke emancipatie deskundigen zouden moeten worden 'betrokken. Verder doet Els Wolters de suggestie alle informatie voor de consu ment, reclame betreffende, vanuit één centraal adres te verstrekken alwaar ook de klachten voor verdere afwikkeling in ontvangst genomen kunnen worden. Els Wolters hoopt dat de komende an- ti-discriminatiewet houvast biedt voor het aanpakken van vrouw-vernederende reclames. "Hopenlijk wordt in de nieu we wet het onderwerp 'Vrouwen in dé reclame' niet vergeten. Reclamemakers zijn huiverig voor wettelijke maatrege len, dat zien ze helemaal niet zitten. Con sumenten zouden recht moeten krijgen op inspraak bij het maken van reclame. Ze betalen die kosten zelf want alle uit gaven voor promotie worden uiteinde lijk doorberekend en omgeslagen op de te verkopen produkten. Dat geldt zowel voor het zegeltje van de zogenaamde gratis artikelen bij koffie en margarine als voor de dure STER-reclames". "Per jaar wordt nu al meer dan drie-* honderd gulden per hoofd van de bevolk king voor reclamedoeleinden uitgege-r- ven. De reclamemakers proberen elkaar weg te drukken, het is een concurrentie-: slag over de hoofden van de consumen ten heen die de meeste reclame best kunnen missen. Trouwens, de reclame wereld maakt er zelf ook geen geheim van dat ze de consument gewoon in een valkuil wil laten lopen. De meeste recla me is gebral, kretologie, levert geen be-j hoorlijke informatie. Als je verantwoord wilt kopen moet je naar consumenten bladen grijpen. Dan vraag ik me af: waarom zouden mensen al die ergernis accepteren?" Het boekje 'STER vrouw is geen licht' kan worden verkregen door overmaking van 4,75 op postgiro 2363211 tJi.v. MVM-Merk, postbus 384, Hengelo onder vermelding STER- vrouw. Hoe gebruiken we een woordenboek? Hoe vaak slaan ze de plank mis? Wat is de status van dat misschien wel meest gezaghebbende boek in Nederland? Dr. P.G.J. van Sterkenburg, directeur van het Instituut voor Nederlandse Lexicologie in Leiden, zou daar veel meer zicht op willen hebben. Met zijn benoeming aan de Leidse universiteit als bijzonder hoogleraar in de lexicologie - de eerste hooggeleerde in Nederland en België op dit gebied - gaat er een nieuw tijdperk voor het woordenboek in. "Als hoofdredacteur van de Hedendaagse Van Dale mag ik met stenen gooien naar mijn eigen product". "Woorden, woorden, je krijgt er af en toe een kunsthoofd van. Ja, kunstkop mag ook". Van Sterken burg zegt dat als hij een uur lang allerlei voorbeelden uit de Neder landse taal heeft aangehaald om zijn betoog over de mogelijkheden om andersoortige woordenboeken op de markt te brengen, kracht bij te zetten. "Bed, sponde, nest; hoe komt het dat er voor dat begrip verschillende namen zijn? Kun je 'sponde' in elk gesprek ge bruiken? Mag 'nest' in een parlementai re toespraak? Is het eerste te formeel of het tweede te vulgair?" "Vaste voorzet sels bij werkwoorden: refereren aan, re lateren aan en niet refereren naar. Vaste onderwerpen of lijdende voorwerpen bij werkwoorden: een gans gakt, en alleen een ezel balkt, terwijl men daarnaast al leen haar kan toeperen, weefsels of orga nen transplanteren en alleen vloeistof kan hozen. Dergelijke regels in onze taal zijn nog nooit uitputtend geïnventari seerd, zijn ook niet in één boek te vin den. We hebben niet eens een bijgehou den verzameling van spreekwoorden, gezegden of varianten daarop". "Alleen in de negentiende eeuw is er verdienstelijk onderzoek naar gedaan en dat praten we nog steeds na. Eerlijk ge zegd kan er best wat meer gebeuren. Je kunt bij de samenstelling van je woor denboek rekening houden met je doel groep. Puzzelaars hebben vast en zeker andere verlangens dan scHblieren. En wetenschappers stellen weer andere ei sen dan journalisten of lieden die zich met reclametaal bezighouden. Een woordenboek kan daarop inspelen". "Over de ontwikkeling van de beteke nis van woorden is ook iets leuks te ma ken. Maarschalk is nu een voorname functie. Vroeger hoorde bii deze titel een eenvoudige paardeknecht. 'Schalk' be tekende knecht en 'Maar' stond voor paard". Workaholic In het instituut van Van Sterkenburg dët gehuisvest is in de nieuwbouw van de Leidse letterenfaculteit aan de Witte Singel, wordt het Woordenboek der Ne- derlandsche Taal gemaakt. De twee af delingen van het instituut hebben tien tallen dikke woordenboeken uitgege ven, waarin miljoenen verschillende woorden staan. Aan dit indrukwekken de wetenschappelijke werk, aan dit Ne derlands Woordarchief wordt al meer dan 130 jaar gewerkt en alleen het mid deleeuwse woordgebruik - uit de perio de van 1300 tot 1500 - wordt voorlopig als voltooid beschouwd. 'Werk maken van woorden', zo luidde de titel van de rede die Van Sterkenburg vorige maand hield bij de aanvaarding van zijn leerstoel, die is ingesteld door het Leids Universiteits-Fonds. Het hoogleraarschap, denkt hij, valt goéd te combineren met de werkzaamheden op het instituut. Als je Van Sterkenburg tijdens zijn oratie hoorde praten over modieuze leenwoorden weten we ook wat er met hem aan de hand is. "Mijn kinderen spreken uitsluitend van floppy, format teren, disk, joystick, printen en softwa re; ook het Engelse tennisjargon beheer sen zij feilloos en van hun moeder heb ben ze geleerd wie in ons gezin een wor kaholic is". Als hoogleraar gaat hij proberen geïn teresseerde studenten óp te leiden tot woordenaar. Volgens 'Van Dale' zijn dat mensen die zich bezighouden met het schrijven van een woordenboek. Van Sterkenburg is het met de grote uitge vers eens: voor dit karwei moeten ge kwalificeerde mensen komen. Zeker nu de computer ook zo'n belangrijke rol kan gaan spelen in de totstandkoming van woordenboeken. De woordenaars gaan zich op com mercieel terrein begeven? "Waarom niet? Het is een professioneel vak waar geen romantisch waas omheen moet hangen. We moeten produkten maken voor alle geledingen en de culturele na latenschap veiligstellen. Dat doet de uni versiteit van Honoloeloe niet voor je. Ons instituut heeft een prachtige infra structuur met goed materiaal. Daarvan moeten de uitgevers gebruik maken en zij moeten ons wetenschappers het lexi cografisch werk laten doen. Onderling moeten ze ook maar uitmaken wie wat uitgeeft. Daar bemoeien we ons beslist niet mee". Verlangens Maar voordat het zover is, zou Van Sterkenburg eerst onderzoek willen ver richten naar de verlangens van de ge bruikers. Het NIPO heeft ooit eens vast gesteld dat 63 procent van de Neder landse gezinshuishoudens een verkla rend woordenboek van het Nederlands bezat. "Wat wij vermoeden is dat de ge bruikers die een woordenboek raadple gen dat meestal doen om de betekenis van een woord of om de juiste schrijfwij ze ervan te achterhalen. O^er de functie die het woordenboek heeft voor taalpro- duktie worden wij nauwelijks of niet geïnformeerd. "Ik noem maar eens wat: je kunt een woordenboek gebruiken om de beteke nis van verstokte (vrijgezel) op te zoe ken. Maar voor hetzelfde geld zit je met het woord vrijgezel in je hoofd, waarvan je vaag weet dat daarbij een vast woord hoort, je komt alleen niet op verstokte. Maar hoe kom je daar achter? Op dit mo ment geven de Nederlandse woorden boeken daarover geen systematisch uit sluitsel". Een willekeurige STER-spot van een aantal jaren geleden. Op het tv- scherm ontrolt zich een filmpje waarin jenever aan de man wordt gebracht. Een mannenstem meldt: merkwaardig dat zelfs harde man nen de voorkeur geven aan iets dat fluweelzacht is, zachte jonge jene ver. Een 'guitige' vrouwenstem ver volgt met: Harry toch.... Ondertus sen wordt op het scherm een vrou wengezicht getoond. De camera zakt langzaam af naar een weids de colleté met gedeeltelijk zichtbare vrouwenborsten. Daarnaast duikt dan plotseling een fles jenever op en een behaarde mannenhand die naar de fles grijpt. Het is één van de vele STER-spots die de afgelopen jaren boosheid en weerzin losmaakten bij de aktiegroep Man Vrouw Maatschappij, en meer in het bij zonder bij de media-werkgroep (de zoge naamde Meld- en Regelkamer). Een bij de Reclameraad ingediend protest ('Wij zijn van mening dat de tekst in combina tie met het beeld dubbelzinnig is, de vrouw in deze reclamespot verlaagd wordt tot een kijk-grijp-object, dat maar met zich moet laten sollen. Hopende dat u de bezwaren deelt en er zodoende aan meewerkt dat de reclame nu eindelijk eens ophoudt het vrouwenlichaam als lokeend te gebruiken') had geen effect. De Reclameraad - een instantie die ge dragsregels t.a.v. etherreclame moet controleren - liet weten dat het gebruik van sekssymboliek of het maken van be paalde toespelingen een STER-reclame niet ontoelaatbaar hoeft te maken. En dus wordt de tv-kijker tijdens het recla meblok nog steeds geconfronteerd met schaars geklede dames die schalks kij kend het geheim verraden waarom hun soep zo pittig is of met dames in een strak gesneden turnpakje die vrolijk rondhuppelen dankzij hééééle hazel noot. Volgens Els Wolters van de Meld- en 1 Regelkamer blijft de reclame het stereo type man- en vrouwbeeld benadrukken. Vrouwen worden vooral afgebeeld als aantrekkelijk, mooi en sexy. Ze vervul len de rol van echtgenote en moeder, zijn liefhebbend, bewonderend, geluk kig en worden aangesproken op de zorg die zij voor anderen behoren te hebben. Als bijvoorbeeld zoonlief met een vuile bloes het huis komt binnenrennen staat moeder al glimlachend klaar bij de was machine. Onderzoek Mannen zijn stoer, sportief, bescher mend, stabiel. De man treft bijvoorbeeld zijn vrouw huilend bij de kapotte koel kast aan en vertelt dat het tijd is om een nieuwe te kopen. Het staat voor hem vast dat het nieuwe produkt het beste is. Een onzekere man in een realistische si tuatie komt niet voor. Dr. van Sterkenburg: "Woordenbc waar geen romantisch waas omht De komst van de computer betekent voor Van Sterkenburg en zijn collega's dat er veel systematischer kan worden gewerkt. Het ergert de kersverse hoogle raar dat een Nederlands woordenboek de verbinding 'de vinger op de wonde plek leggen' op drie verschillende plaat sen en op drie verschillende manieren wordt verklaard. Onder vinger lezen wij 'de wonde (fig.) het gebrek juist aanwij zen'; onder wonde staat (fig) 'precies aangeven waar de moeilijkheden, de problemen liggen' en onder leggen note ren wij 'het verkeerde in iets aanwijzen'. Overschrijven "Systematiek zou zijn: deze verbin ding neem ik op onder het eerste zelf standig naamwoord en bij de andere woorden verwijzingen. Dat is niet alleen duidelijker, maar scheelt ook in ruimte", constateert hij praktisch. "De mens is niet consequent. De computer wel, die cen maken is een professioneel vak n moeten hangen" (foto Klaas Koppe> bewaakt dat, mits je een goed systeem hebt ontwikkeld. En dat is weer een taak voor de woordenaar". Als een gedrevene gaat Van Sterken burg verder: "Als je dat allemaal voor el kaar hebt, als je die systematiek zo ver mogelijk hebt doorgevoerd, kun je keu zes maken. Om maar eens wat te noe men: je zou het politieke - of het weten schappelijke jargon eruit kunnen halen of alleen de woorden met een vast voor zetsel, of je zou alleen met het heden daagse Nederlands iéts kunnen doen en ga zo maar door". Ook aan de eisen van de uitgevers, die zeggen: in dit boek wil ik niet méér dan 90.000 woorden en 1600 bladzijden, is volgens Van Sterkenburg gemakkelij ker te voldoen. "Door de computer heb je veel meer zicht op je werk". De techniek staat voor niets, toch blijft de woordenaar altijd zitten met de vraag: wat past (mag) wel in een woor denboek en wat niet. Koren op de molen Vrouwen worden in reclame-uitingen veelal voorgesteld als mooie maar tamelijk onnozele wezens die zich uiterst gelukkig voelen in de rol van huisvrouw en verzorgster. Deze niet met de werkelijkheid overeenstemmende typering wordt aan de kaak gesteld in het boekje 'STER vrouw is geen licht', samengesteld door Els Wolters van de aktiegroep Man Vrouw Maatschappij. Zij vindt het hoog tijd dat er een nieuwe gedragscode voor reclame wordt ontwikkeld. "De huidige voorschriften zijn te slap en te rekbaar". door Bert Paauw 'Wat maakt jouw soep zo pittigzo krachtig?' Je zingtje speeltje springtmet hééééle hazelnoot'. (foto-s mvmi In de afgelopen vier jaar is op initiatief van de Meld- en Regelkamer een onder zoek gedaan naar de rol van de vrouw in de STER-reclame. Dat onderzoek werd uitgevoerd door de Wetenschapswinkel van de Nijmeegse universiteit en resul teerde in een rapport dat door (oud-jour naliste) Els Wolters is bewerkt tot een heel leesbaar boekje onder de titel 'STER vrouw is geen licht'. Dat boekje werd onlangs gepresenteerd. Volgens Els Wolters is het nut van het onderzoek vooral daarin gelegen dat nu eens wetenschappelijk is vastgelegd wat men eigenlijk al'-vermoedde: namelijk dat het opgehangen beeld van de vrouw niet overeenkomt met de werkelijkheid. "De reclamewereld is een echt mannen- bolwerk. Kritische geluiden horen ze niet graag, zeker niet van vrouwen. Ze vinden zichzelf een soort artiesten, je mag niets zeggen van hun werk. We heb ben heel vaak naar ons hoofd gekregen dat we ons bemoeiden met dingen waar van we locn geen verstand neDDen "Emancipatie zien ze al helemaal niet zitten, ze houden vrouwen liever in de keuken. Geemancipeerde vrouwen zijn kritisch, geloven niet in anti-rimpel crè mes, die hoeven er niet zo jong uit te zien als hun dochter, die accepteren zichzelf zoals ze zijn. Kortom, door emancipatie dunt de doelgroep uit Van de kant van de reclamewereld is er een doelbewuste tegenwerking van de emancipatie. Zelf ontkennen ze dat en zeggen: wij zijn geen trendsetters maar trendvolgers. Dat is helemaal niet waar want wie zit er nou te wachten op elektrische tanden borstels of luiers met een piasgootje". Ergernis "Reclamemensen zijn erg betuttelend, de reclames werken infantiliserend, ze schilderen vrouwen af als wezens met een laag bevattingsvermogen. Uit onder zoek is gebleken dat op vrouwen gerich te reclame qua bevattingsvermogen ligt op het niveau van kinderen van tien jaar". Reclamemakers, die worden aange haald in het boekje 'STER vrouw is geen licht'. Ui ken zich weinig aan te trekken van de ergernis van anderen. Eén van hen: "Het gekke is dat juist de reclames waar mensen zich aan ergeren het beste werken, als ietsje irriteert onthoud je de naam beter. Op welke wijze men zich de reclame-uiting herinnert is niet belang rijk, het gaat erom dat men het produkt koopt. Juist als iemand denkt in de trant van 'dat vervelende afwasmiddel met die stomme reclame' zal ie in de super markt bij het passeren van dat afwas middel denken: o ja, dat had ik nog no dig". Een andere reclamemaker merkt op dat het doel van reclame nu eenmaal verkoopbevordering is en het er niet om gaat de consument in te lichten over de eigenschappen van de goederen en dien sten. Volgens Els Wolters kan de recla mewereld vrijwel naar eigen goeddun ken de normen bepalen. Over de rol van de Reclame Code Commissie (voor de gedrukte media) en de Reclameraad (voor de etherreclame) is ze uiterst nega tief. "Die organen moeten het publiek beschermen tegen misleiding en de goe de smaak in reclame-uitingen bevorde ren". "De moeilijkheid bij die organen zit hem in het feit dat ze twee heren moeten dienen, ze moeten zowel met de belan gen van de reclamewereld als met de be langen van de consumenten rekening houden. Nou, dat is een onmogelijkheid. Aangezien de meerderheid van de com missieleden banden heeft met de recla mewereld laten ze hun oren meestal hangen naar de reclamejongens. Er wor den waanzinnig weinig klachten ge grond verklaard: in 1982 slechts 5 van de 122 klachten, in 1983 7 van de 109 en in

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 21