Zwarte piano- ;oetsen klinken witte' Frizzle Sizzle gaat naar Noorwegen Songfestival op 1 april: virus en verraad [ark Hollis van Talk Talk als een Neanderthaler de studio in l Jury voor s Nobelprijs ;j op zoek naar l niet-Europese l schrijver 191 ■—Woensdag 2 april 1986 KUNST pagina 21 HILVERSUM (GPD) - Enkele honderden radioluisteraars heb ben gisteren telefonisch gerea geerd op de 1 april-grap die AVRO-presentator Gerrit den Braber lanceerde in zijn weke lijkse programma 'Uit Studio en Theater'. Den Braber gebruikte zijn complete zendtijd voor het verspreiden van het 'nieuws' dat het merendeel van de deelneem sters aan de Nationale Songfesti val-finale geveld was door het zo geheten 'Koppelstock-virus'. Hij liet een vermeende medicus meedelen dat de zangeressen die nog op de been waren gevaar zouden lopen tijdens de recht streekse uitzending 'opeens om te vallen'. Derhalve raadde hij deel name ten sterkste af. Den Braber verwierf zich voor het uitvoeren van deze grap de steun van een groot aantal artiesten en om roepmedewerkers. Stuk voor stuk speelden zij het spelletje mee. In de slotfase van de uitzen ding kwamen ook oud-gedienden als Greetje Kauffeld en Teddy Scholten aan het woord. Zij rea geerden opmerkelijk overtuigend op het verzoek door de opengeval len plaatsen van de gevelde zan geressen in te nemen. Teddy Schollen: „Ja, maar ik heb twin tig jaar niet gezongen". Den Bra ber: „Ja, dat begrijp ik, maar je doet het natuurlijk voor het va derland". Van de mensen die reageerden op de radio-uitzending had onge veer de helft in de gaten dat het hier een grap betrof. Zij zeiden er vrijwel unaniem van te hebben genoten. De overigen hadden de onheilstijding serieus genomen. Onder hen bevond zich de beken de zangpedagoge Elisabeth Ooms. Zij zag er een pracht van een gelegeheid in om een talent rijke leerling in het blikveld van de tv-camera's te schuiven. Het VARA-radioprogramma 'De steen en been show' maakte gistermiddag veel mensen kwaad door net te doen alsof het één van de liedjes voor het Song festival in handen had gekregen. Presentator Jack Spijkerman liet een aantal mensen via de tele foon het liedje 'Curqao, ik hou van jou' horen en vroeg hun om een oordeel over dit liedje. Daar na vertelde hij hun dat dit een inzending voor het festival zou zijn. De juryleden Nico Scheep maker en Jacques d'Ancona rea geerden zeer verontwaardigd op de grap. 1(2) Jeanny - Falco 2 (1) The promise you made - Cock Robin 3(4) Conga - Miami Sound Machine 4(3) Borderline - Madonna 5 (6) Harlem shuffle - Rol ling Stones 6 (12) Absolute beginners - David Bowie 7(5) When the going gets touch - Billy Ocean 8 (10) Zonder jou - Erik Me- sie 9(7) Burning heart - Survi vor 10 (18) Kiss - Prince en The Revolution 11 8) Kyrie - Mr. Mister 12 (13) Cry to heaven - Elton John 13 9) Alice I want hou just for me - Full Force 14 (14) Tonight - Ken Lazslo 15 (28) Just bug gin' Whistle 16 (11) In a lifetime - Clan- nad 17 (23) Don't waste my time - Paul Hardcastle 18 (21) Jericho - Simply Red 19 (15) How will I know - Whitney Houston 20 (20) Brother Louie - Mo dern Talking 21 (22) Move awaty - Culture Club 22 A different corner - George Michael 23 (34) A kind of magic - Queen 24 (16) I am a lover Andrea 25 (38) A love bizarre - Sheila 26 (24) It was love - Frank Duval en Kalina Ma- loyer 27 (29) Living in another world - Talk Talk 28 (17) The sun always shines on tv - Aha 29 (19) Girlie girlie - Sophia George 30 (32) Just can't stand it - Matt Bianco 31 )Suspicious minds - Fine Young Cannibals 32 (37) Island of love - Demis Roussos 33 (27) I still remember - Frank Aston 34 (25) Destiny - Jennifer Rush 35 (26) You little thief - Fear- gal Sharkey 36 (35) Pien in de kop - Nor maal 37 (33) Sara - Starship 38 (31) Rock me baby - John ny Nash 39 Ik wil een baan/De eer ste kus - Jantje Koop- mans 40 Two fools in love - Lori Speel Gary Broocker (Stichting Ned. Top 40) Frizzle Sizzle op blote voeten naar de finale, net als twintig jaar geleden Sandie Shaw. (foto anp» i t i NEW YORK (AP) - Mikhail Ba- o'r, ryshnikov (rechts) en Rudolf Nu- hq reyev, twee van de grootste ballet- ejj dansers van het moment, zullen in I juli voor het eerst na tien jaar weer samen op de planken staan, In het Metropolitan Opera in New York wordt op 8 juli een gala lij gehouden om geld. in te zamelen voor het Parijse Opera Ballet en het American Ballet Theatre, ,e\ waarvan respectievelijk Baryshni- tj kov en Nureyev artistiek directeur ai zijn. (foto ap» STOCKHOLM (RTR) - Voor de No- belprijs voor letterkunde van 1986 1 komen ongeveer 150 schrijvers in v aanmerking. Twee leden van de Zweedse academie zeiden gisteren dat zij de tijd rijp achtten om ie- mand van buiten Europa te bekro nen. De aftredend secretaris van de 1 academie, Lars Gyllensten, zei op een persconferentie dat het tijd werd dat men een Aziaat of Afri- Mark Hollis is de sleutelfiguur in het furore makende Brit se trio Talk Talk. Hij zingt met een direct herkenbare, hoge jongenstenor, speelt op een onbeholpen manier orgel en piano, heeft een zeer minieme muzikale kennis, maar maakt toch prachtig-beeldende, zij het bepaald niet baan brekende popmuziek. Talk Talk opereert in 'projectvorm', dat wil zeggen: tijdens de studio-opnamen huren Mark Hollis, bassist Paul Webb en drummer Lee Harris een keur van muzikanten in, en werken ze nauw samen met een producer/arrangeur. Twee maanden geleden verscheen Talk Talk's derde el pee: The Colour of Spring. Na The Party's Over (1982) en It's my Life (1984) lijkt het er op dat The Colour of Spring zowel de artistieke als de commerciële doorbraak van Talk Talk inluidt. Het vooijaar in hartje Enge land is misschien wel groener, fris ser en mooier dan waar ook in West-Europa. Niet iedereen heeft daar oog voor. Wel Mark Hollis, een kleine, licht stotterende en ver legen Brit die gekluisterd zat aan zijn televisie. Met stijgende verba zing zat hij te kijken naar een tv- serie die liet zien wat mensen had den gemaakt van de naoorlogse lente, die zo beloftevol in mei 1945 was aangebroken. Tv-camera's zwenken brutaal weg flats binnen en tonen het grau we, uitzichtsloze, vaak werkloze le ven van alledag in het Groot-Brit- tannië van vandaag de dag. De mensen die we er aantreffen herin neren zich nog de propagandafilms van de oorlogtijd, die vertelden hoe mooi, groen en fris het leven straks zou worden. De tv laat het verschil tussen propaganda en werkelijkheid zien. Dromerige dorpjes met een geromantiseerd plattelandsleven aan de ene kant, een tochtige flatgalerij aan de an dere kant. Mark Hollis is geen wereldverbe teraar. Hij schrijft gevoelige songs over direct herkenbare situaties, soms zo gevoelig dat je niet dade lijk in de gaten hebt waar hij zo ge voelig over doet. The Colour of Spring is de titel van de derde el pee van zijn band Talk Talk en het liedje dat zijn belevenissen als tv- kijker samenvat heet I don't belie ve in You. Maar als je de fleurige platenhoes nog eens door je han den laat gaan of het nummer op zet, dan heb je niet het idee dat het over een tegenvallende voorjaars ervaring gaat - of het moest om liefdesverdriet gaan. Hollis houdt niet van te harde teksten, en is bovendien een onver beterlijke optimist. „Ik vond dat tv-programma shockerend. Maar vergeet niet, zo zit de realiteit in el kaar. De dag waarop je een rege ring krijgt die je vertelt hoe het le ven werkelijk in elkaar zit, kun je maar beter droompilletjes gaan slikken, want de werkelijkheid is altijd shockerend". Hij trekt voor het gemak maar even zelf de vergelijking met de muziekindustrie. „Ik kan me nu ik het gemaakt heb wel heel gelukkig achten en gerespecteerd weten, maar ik behoor maar tot het kleine kringetje van musici dat zich de lu- door John Oomkes xe kan permitteren om een jaar in de studio te zitten en zelf kan bepa len wat er op een plaat verschijnt". Mark Hollis is een realist én een simplist. „Ik heb geluk gehad", zegt hij eenvoudig. „Ik ervaar dus ook geen stress, maar vrijheid. Ik kan heel grappig mijn eigen weg kiezen. Heel gek is dat. De vraag die me het meest gesteld is nadat ik twee jaar geleden een wereldhit kreeg met It's my Life, is: wordt je leven en je werk r.u meer door an deren bepaald? Integendeel. Nee, ik maak me daar niet druk over. Als mensen net zo'n nummer wil len horen als Such a Shame, nou, dan kopen ze die plaat nog maar een keertje". Simplist Hollis kiest dus zijn eigen weg, kruipt een jaar in de studio en komt er ten slotte uit tevoorschijn met mooie, filmische en gevoelige songs, die meestal over zijn leven handelen, maar soms over dat van de minder gelukkigen. De simplist in hem maakt de dingen niet moei- (foto PR) Mark schildert zichzelf als een kluizenaar in de opnamestudio. Een soort Neanderthaler tussen moderne apparatuur. „Ik werk graag samen met Tim Friese-Gree- ne. onze producer. We kijken op een zelfde manier tegen de werkelijkheid aan, zou je kunnen zeggen. We denken ongeveer het zelfde over de manier waarop we te werk willen gaan. Maar qua trai ning en ervaring zijn we volstrekt verschillende mensen. Hij weet wat een akkoord is, hoe het is sa mengesteld. Ik niet". Hollis werkt dus hoofdzakelijk afgaande op zijn intuitie. Hij is be reid om alle ruimte te geven aan de toevalsfactor, de gelukstreffer. „Ik vind dat het leukste. Volgens mij moet dat ook over komen. Het kan toch niet anders dan wanneer je onze plaat hoort, je ook weet dat mijn muzikale peil qua kennis erg laag is, zeer laag. Onbekwaam zou misschien wel het beste woord zijn om aan te geven wat ik kan. Maar er is een grens die ik niet wil over schrijden. Een punt waarna ik niet verder wil leren. Ik denk dat de theorie die ik verder zou opsteken me alleen maar zou teleurstellen". Hij zwakt zijn excentriciteit iets je af. Ietsje. „Ik weet wel wat. Nog niet zo gek lang geleden heb ik de beschikking gekregen over een mellotron (een vrij simpele voorlo per van de analoge synthesizer; J.O.). Je hebt voor elke toon een tape-je ter beschikking. Je slaat een toets aan en een bandje gaat lopen dat die ene toon reprodu ceert. Ik heb die tapes verwisseld en veranderd. Als ik dus een C aan sla, krijg ik dus geen C, maar God mag weten wat. Het is alsof je een vijfjarig kind voor het eerst op een piano laat spelen. Ik heb alleen een groter geheugen. Dan is het leuk om samen te werken met iemand van wie je zo mag aan rotzooien, terwijl hij zélf begrijpt wat ik laat horen. Zo combineren we twee ui tersten: kennis en chaos". „Als je zo werkt en bovendien het uiteindelijke resultaat heel pre cies wilt arrangeren, dan zit je een jaar in de studio. Zo werkt dat nou eenmaal. Ik wil de studio niet in terwijl ik al weet wat we daar gaan opnemen. Dat wil ik niet. Nou, dan werk je dus een jaar keihard". - kaan met de prijs onderscheidde. De overgrote meerderheid van bekroonde schrijvers en dichters is Europees geweest sinds de acade- mie de letterkundeprijs in 1901 be- gon toe te kennen met geld dat was nagelaten door de uitvinder van het dynamiet, de Zweed Alfred No- bel. De academie viert deze week j haar 200-jarig bestaan en er is ge speculeerd dat zij haar jubileum zou vieren met het voor het eerst toekennen van de letterkundeprijs aan een Afrikaanse schrijver. De Zuidafrikaanse Nadine Gordimer en de Nigeriaan Wole Soyinka zijn beiden oude kandidaten. „Een van de problemen is de voordracht van kandidaten uit af- gelegen delen van de wereld", zei Kjell Espmark, een lid van de aca- demie die een boek over de Nobel- J prijs voor literatuur heeft geschre ven. De academie doet volgens hem erg haar best om nieuwe cul turen binnen te dringen, maar bij voorbeeld uit China en Japan is al tijd maar een heel klein aantal no minaties ontvangen. Een handvol Latijnsamerikaanse schrijvers heeft de prijs gewonnen, maar van de 82 begiftigden is de enige Indiër geweest Rabindra- nath Tagore in 1913. In 1968 ging de prijs voor het eerst naar Oost- Azië, naar de Japanner Yasunari Kabawata. De winnaar van vorig jaar was de Fransman Claude Si- lijker dan het leven al is. Mark: „Hoewel ik geloof dat een beetje techniek van pas kan komen, zal het voor mij nooit het belangrijkste muzikale element worden. Daarom houd ik van de traditie van de soul- en gospelmuziek, omdat het daarin bijna uitsluitend draait om het tast baar maken van de gevoelens die in de muziek verborgen zijn. Daar gaat het bij zingen en ritme uitein delijk altijd om". Concreet is dat niet, daarom ver telt hij uit zichzelf over zijn directe invloeden. „Er zijn twee, drie din gen naast het uiten van gevoelens belangrijk voor mij. Een daarvan is het schrijven van songs. Ik sta de laatste maanden sterk onder in vloed van Gil Evans, de jazzarran- geur. Zijn periode bij Miles Davis, met platen als Porgy and Bess en Sketches of Spain, spreekt me erg aan. De precisie waarmee hij werkt, doet me voortdurend den ken aan de wijze waarop wij te werk gaan". „Een ander belangrijk aspect voor mij is het visuele karakter dat muziek kan hebben. Zeg maar: het idee dat je naar een film kijkt als je een liedje hoort. Wat dat betreft waardeer ik de impressionistische muziek uit het begin van deze eeuw: componisten als Delius, Sa- tie en Debussy. Ik houd ook van de manier waarop Bartök je oren an ders doet staan. Daar identificeer ik me mee. De noten zelf hebben geen waarde voor mij. Het enige wat ik daarvan weet is dat de zwar te toetsen op een piano beter klin ken dan de witte. Dat is wat ik weet en dat is ook alles wat ik wil weten. Zo denk ik daar over". Hollis, een dertiger al, maar met het jongensachtige puberlichaam van een zestienjarige, trekt zijn be nen onder zijn lijf en droomt weg. „Ik denk dat ik niet meer zo in me zelf gekeerd ben als vroeger. Als je de teksten van The Colour of Spring bekijkt, het nummer Hap piness is Easy... dan gaat dat over de wijze waarop er een samenhang bestaat tussen het geloof en het oorlogvoeren. Oorlogen worden gevoerd in de naam van religies. Terwijl religie op zich een goede zaak is, en oorlog een kwaadaardi ge aangelegenheid. Eigenlijk zijn het twee uitersten". Happiness is Easy is van een een voudige schoonheid, waarin hier en daar de overdadigheid van de symfonische rock doorklinkt. Mark: „Ik heb een klasje van de zondagschool gevraagd om het koortje te zingen in Happiness is Easy. Zoiets vormt een schril com mentaar op de manier waaop je zelf bent opgegroeid. Wat moet ik nog verder zeggen? Het lied zegt het zelf duidelijker dan ik nu kan ver woorden: teach these kids to un derstand what's good and what's bad. Maar het is niet tegen het ge loof gekant. Ik behoor zelf niet tot een kerk, maar tegen geloven heb ik niets. Ik houd alleen niet van de wijze waarop sommige mensen proberen geloof te misbruiken voor de verkeerde zaken". Hij staart wat voor zich uit. Raad selachtig mijmert hij: „Ik zou zelf gelovend door het leven willen gaan. Ik hoop dat er een God is. weet je". Babbelen Mark Hollis is zich bewust van zijn gemoed - hij is wat zwaar op de hand. In twee van zijn nieuwe songs, Life's what you make it en Time It's Time (to live) praat hij over het leven op optimistische manier. „Ik schrijf de teksten pas op het allerlaatste moment. Daar om zit ik er ook zo op te zwoegen. Voor mij is het belangrijk dat de inhoud niet botst met de vorm. De dynamiek en de sound van een nummer moeten kloppen. Anders kun je babbelen wat je wilt, maar het slaat nergens op. Je moet dus, als je de teksten pas op het laatste moment schrijft, werken vanuit de melodische beperking van het lied. „De enige manier waarop ik het voor mekaar krijg, is door mezelf een paar maanden op te sluiten in een kamer zonder telefoon, en zon der kennissen om me heen. En dan nog loop ik met mijn kop tegen de muren aan". Het resultaat is soms bijzonder fraai. De normale songs tructuur (vers-chorus) is op The Colour of Spring tweemaal door broken. In zowel Chameleon Day als It's Time levert dat impressio nistische liedjes op, op muziek ge zette invallen zou je kunnen zeg gen. AMERSFOORT (GPD) - Terwijl de laatste provincie-jury nog aan het doorgeven van de punten moest beginnen maakten vier meisjes zich los uit de achter de schermen verzamelde groep arties ten. Als uitgelaten jonge honden renden zij gillend van de pret door de gang van het Amersfoortse theater De Flint, sloten zich op in hun kleedkamer en riepen daar in koor: „We hebben ze verslagen!" Frizzle Sizzle gaat ons land op 3 mei in Noorwegen vertegenwoor digen op het Eurovisie Songfesti val. Met grote overmacht won de groep dinsdagavond de nationale finale. Met het door Peter Schön gecomponeerde en door Rob ten Bokert van tekst voorziene liedje 'Alles heeft een ritme' verzamelden de uit VARA's Kinderen voor Kin deren voortgekomen meisjes 117 punten. Op een afstand van maar liefst 21 punten volgde de gedood verfde winnares Dee Dee met haar bijdrage 'Fata Morgana'. De Frizzle Sizzle-meisjes, die zich gedurende de repetities het minst druk leken te maken over de afloop van de strijd en alleen al met volle teugen genoten van de entou rage, waren na afloop geruime tijd volkomen door het dolle heen. Na dat ze zich uitbundig hadden laten fotograferen vertelde hun manager Willem-Jan van de Wetering dat er absoluut niet op was gerekend dat de groep zou winnen. „De gram mofoonplaatjes moeten nog wor den geperst. Bovendien moeten we ook nog paspoorten voor de meis jes gaan aanvragen, want ze staan nog inschreven in de paspoorten van hun ouders". Karin Vlasblom, met haar 18 jaar de oudste van het viertal: „Fantas tisch dat we naar Noorwegen gaan! Een weekje leuk in een hotel, lek ker met zijn vieren op één kamer!" Of Frizzle Sizzle straks in Noorwe gen, evenals gisteravond, bloots voets het internationale strijdperk zal betreden is nog niet duidelijk. Karin: „Dat we dit liedje op blote voeten zongen lijkt misschien heel spontaan, maar we konden ge woon geen leuke schoenen bij die jurken vinden. Het is dus uit nood geboren". De winnaressen zitten stuk voor stuk nog op school en hebben alle voorbereidingen in hun vrije tijd moeten doen. Op de vraag of ze straks in mei wel vrij van school kunnen krijgen antwoordden de meisjes: „Dat hopen we". Dat Frizzle Sizzle hoge ogen zou gaan gooien stond al vrij snel na het begin van de jurering vast. Ook het tweede liedje 'Eenmaal jong' kreeg veel punten toegewezen. Ook de beide bijdragen van de zan geres Dee Dee scoorden goed, maar in de slotfase moesten zowel het sterk gepresenteerde 'Ik speel de clown' als 'Fata Morgana' het onderspit delven. Deze liedjes ein digden tenslotte respectievelijk als derde en tweede. Haar manager Eddy Ouwens, die de hand had in beide bijdragen, maakte na afloop een duidelijk aangeslagen indruk. „De grootste verrassing voor mij is eigenlijk nog dat 'Fata Morgana' uiteindelijk ho ger scoorde dan 'Ik speel de clown', terwijl we toch duidelijk op dat laatste nummer hadden ge gokt. We kunnen nu alleen nog maar hopen dat we aan dit festival een hit overhouden", aldus Ou wens. Jody Pijper behaalde een vierde plaats met het liedje 'Sam', terwijl Frizzle Sizzle met 'Eenmaal jong' vijfde werd.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 21