Kille flarden van een wonder
Expositie 'Wenen 1880-1938' in Parijse Centre Pompidou
Nieuw beraad over P.C. Hooftprijs
Intiem concert Sonderlyc ensemble
Pianiste Kho na pauze overtuigend
In de ban van de pump
Conny Stuart blikt terug
DONDERDAG 27 FEBRUARI 1986
KUNST
PAGINA 27
PARIJS (GPD) - De expositie
'Wenen 1880-1938' in het Parij
se Centre Pompidou toont flar
den van een wonder. Kenners
van het Oostenrijk in die perio
de hebben proberen uit te leg-
gen hoe het kon gebeuren, dat
binnen het tijdsbestek van een
mensenleven een land plotse
ling zoveel originele kunste
naars en denkers voortbracht,
dat de wereld daar een eeuw la
ter nog op teert. Schilders als
Klimt, Schiele en Kokoschka,
schrijvers als Schnitzler, Musil
en von Hofmannsthal, een na-
pj tuurkundige als Mach, compo-
ij nisten van Mahler tot Schön-
n\ berg, een architect als Loos, en
Sigmund Freud als de vader
Vi van de psycho-analyse, zij allen
JH leefden op de dreigende vul-
kaan van de Oostenrijkse mid
delmatigheid, waaruit in 1938
I Adolf Hitler tevoorschijn
kwam, die zijn land omdoopte
tot 'Ostmark'. Het wonder
werd verdreven en over de we
reld verstrooid.
door
Rudolph Bakker
De typisch-Oostenrykse verkla-
ring voor de uitbarsting aan origi
naliteit gaat ook al niet helemaal
op, omdat het eind van de vorige
Zelfportret van Egon Schiele (1911).
i ondergang. De schrijver
lemist Karl Kraus noemde zijn tijd
gebeeld. Het waren schrijvers ook, socialisten formeerden zich rond
als Schnitzler, die met zijn zeden- Victor Adler, de rechtse nationalis- Hitler
werd Schiele door de Oostenrij
kers als zedenschenner gearres
teerd en gingen zijn erotische teke
ningen in vlammen op. Dat ge
beurde precies een kwart eeuw
voor Hitier opdracht gaf tot het ho
nend tentoonstellen van wat hij
omschreef als 'Entartete Kunst'.
Schiele was een tijdgenoot van
Kokoschka, die het geluk had niet
door de Spaanse griep van '18 te
worden geveld. Kokoschka sprak
ook voor een componist als Schön-
berg, toen hij vond dat 'de moder
ne mens gedoemd is tot het her
scheppen van zijn eigen univer
sum'. Het is in alles duidelijk dat
de Weners niet de temperende in
vloed van het impressionisme on
dergingen, om de eenvoudige re
den dat het impressionisme niet
tot Oostenrijk was doorgedrongen.
(Op zijn beurt kreeg de Weense
kunst in Parijs geen voet aan de
grond omdat ze - figuratief of ex
pressionistisch - niet in de Parijse
avant-garde paste). Een grote in
vloed daarentegen had het werk
van de Noorse schilder Edvard
Munch, met name op een schilder
als Klimt.
Als motto voor zijn 'Nuda Veri
tas' leende Klimt Schiller's wijs
heid dat je met kunst het nu een
maal niet iedereen naar de zin kunt
maken: 'Mach es wenigen recht.
Vielen gefallen ist schlimm', zo
luidt Schiller's uitspraak. Toch wa
ren er in Oostenrijk teveel Leder-
hosen. De strijd was ongelijk.
heel West-Europa wonde- 'het laboratorium voor een apoca- schilderingen de verlorenheid ^en. onder van Schonerer
ren te zien gaf. In Engeland
ei Frankrijk gebeurde ook van alles
en nog wat en zonder de Britten
Morris en Ruskin en de Belg Henry
van de Velde was de Weense Ju-
gendstil ondenkbaar geweest.
lyps'.
Zelfs met de modernste midde
len van de museologie blijft het
moeilijk een atmosfeer in beeld te
brengen. Reukloos en smaakloos
staan - ondanks alle goede bedoe-
steunpunten
(„Het natuurlijke i
de
bourgeoisie die zijn christen-socialisten onder Lüger.
kwijtgeraakt.
In het Centre Pompidou ontstaat lingen - de voorwerpen tentoonge-
op de tentoonstelling 'Wenen 1880- steld die de 'apocalyps' van de Oos-
1938' te veel de indruk dat de stad terijkse Hitleijaren ten bate van
van Franz-Josef als een eiland in het gewaarschuwde, maar niet
de Stille Zuidzee dreef, waar kunst luisterende, nageslacht achterliet,
en wetenschap autonoom ontston- Symbolen zijn het, signalen, een
den op een regionaal moeras. Want spijkerschrift voor ingewijden. Het
ons is de cha-
aldus de de Noorse schilder
Munch). In 1900 publiceerde Freud
zijn theorieën over het duiden van
Uit het samengaan van Schonerer
en Lüger zou de beweging ont
staan die leidde tot de 'Anchluss'
van '38. De socialisten leden in een
eerder stadium schipbreuk. Het
anti-semitisme nam toe. Theodor
t-v; cnni-ocuuusmc iidui iue. niet
°le kwamen met Herzl, die zijn jood-zijn altijd
Munch s opvatting overeen. zich had afgezet veranderde van
Zwarte vleugel
'4 daar is iedereen het over eens: de
ri niet meer normale produktie aan
ij nieuwe ideeën ontstond in een we-
y reld van overgang, en een gevoel
gerommel van het naderend
:r, de eerste aardschokken, kon
mening na de Dreyfus-affaire
werd de stichter van de joodse
staat door zijn acties en geschrif
ten. Het joodse genie in Wenen, dat
er ver in de meerderheid was, en de
kunstenaars in het algemeen, von
den bij deze massabeweging geen
DEN HAAG (GPD) - De voorzitter
van de Afdeling Letteren van de
Raad voor de Kunst, prof. dr. Ger-
rit Borgers, wil dat de schrijver Hu-
go Brandt Corstius alsnog de P C.
In diezelfde tijd werd het liberale
Wenen van de gloednieuwe Rings-
trasse voor het eerst bedréigd door
massabewegingen, waarin de zo
den waarschijnlijk alleen door hogelijk gekoesterde individuali-
schrijvers doeltreffend worden uit- teit dreigde ten onder te gaan De aansluiting.
Het is deze 'broeikas' die het
Centre Pompidou aanschouwelijk
probeert te maken. Het resultaat is
indrukwekkend door de inspan
ning en de inzet aan middelen, al
blijft de temperatuur er die van een
koelkast. Als de entree wordt ge
markeerd door 'een triptiek
raad 1
de Raad voor de Kunst oude Afdeling Letteren uit protest Nietzsche, keizer Franz-Joseph l
staatsprysprocedu- over de gang van zaken (het kabi- Wagner' vereist deze intellectualis-
jj TT—. net weigerde op grond van
fe*-" o nua aiouug j.
J' Hooftprijs 1985, de hoogste staats-
ei prijs voor letterkunde, krijgt. Op
e'l de eerstvolgende vergadering van
- de Afdeling Letteren op 27 maart
aanstaande wordt een besluit in
deze zin genomen.
Een grote meerderheid van de
Tweede Kamer heeft zich vóór een
motie van PvdA-cultuurspecialist
uitgesproken, waarin het
bestaande systeem van toekenning
van staatsprijzen om de drie jaar
>e gehandhaafd blijft. Eerder had het
ei kabinet een voorstel van de Kern-
re in te voeren ondersteund. Het
voorstel van de Kernraad werd ge
daan zonder ruggespraak' met de
Afdeling Letteren.
Prof. dr. Borgers verklaart thans
l het begin af nieuwe afdeling was onder meer staat met
„Wij hebben ons
aan tegen zo'n nieuw plan verzet,
Het zou hebben betekend dat er
nog maar eens in de 16 jaar een
staatsprijs naar een prozaist of een
dichter zou gaan. Dat is veel te wei
nig. Het bestaande systeem vol
deed tot het rumoer rond Brandt werk, maar dan moet
Corstius altijd uitstekend". deze kwestie alsnog
De huidige Afdeling Letteren is
onder strikte voorwaarden haar
werk vorig jaar begonnen, nadat de
tische aanpak een uitleg die
unaniem positief juryrapport de de rest van het af te leggen par-
prijs aan de omstreden Brandt Cor-
stius uit te reiken) was afgetreden,
Een van de voorwaarden
de
het ergste doet vermoeden.
In de tweede zaal krijgt deze vrees
voedsel als men oog in oog
gigantische e
dat Brandt Corstius de P.C. Hooft
prijs wordt toegekend,
Borgers:„Wij hebben steeds dui- zijn "kaken öp"elkaar,
delijk gemaakt dat wij solidair zijn
met deze schrijver. Wij hebben ge
zegd: we willen doorgaan met ons
ieder geval
orde wor-
le kanten gesloten zwarte vleugel
hongerende krokodil met
Toch is ook dit duistere instru
ment een symbool, een hiëroglief,
in de verbeelding van de makers
van de tentoonstelling: „De piano
Op de tentoonstelling in het Cen
tre Pompidou hangen ook een paar
'kunstwerken' van Adolf Hitler,
brave stadsgezichten als prent
briefkaarten, met de tong tussen
de tanden van de werkelijkheid af
gekeken. Dat was de wereld die dit
Centraaleuropese landvolk be
greep. In '38 werd Adolf met vlag
en wimpel binnengehaald. De 'frat
senmakers' - meestal ook nog
'joodse fratsenmakers' - moesten
vluchten voor hun leven. De in
drukwekkendste plek op de ten
toonstelling komt aan het eind, als
op een meer dan levensgroot
scherm de portretten worden ge
toond van de mannen en vrouwen
die in al hun genialiteit dit volk van
middelmatigheid tot hinder gewor
den waren. De emigranten-lijst
loopt van filmers als Pabst, Von
Stroheim, Wilder en Preminger
over schrijvers als Josef Roth, Ro
bert Musil, Stefan Zweig en Franz
Werfel, tot filosofen als Popper en
Wittgenstein, psycho-analysten als
Freud, Reich en Bettelheim, om
nog niet te spreken van de automo
bielbouwer Porsche en de schilder
Kokoschka.
Bij het uitgaan van de openings
plechtigheid op de vijfde etage van
het Centre Pompidou stond daar
eenzaam tussen de menigte 's we
relds grootse levende kunsthistori
cus Ernst Gombrich, leunend op
een gelakte wandelstok, een plas
tic-zak van het Centre torsend met
de zo'n vier kilo wegende catalo
gus er in, waarvoor hij zelf i
den gemaakt. Welnu, aanvaarding ^ie ^oor Ludwig Bosendorfer tweetal bijdragen geleverd had.
Het Sonderlijc ensemble bestaande uit: Barbara Borden,
sopraan, Robert Coupe, tenor, Kees-Jan de Koning, bas
en blokfluit, Mieneke van der Velden, gamba, Koosje
Kiezenbrink, harp portatief en Arnold Riesthuis, blok
fluit, zink.
Met werken van: Guillaume Dufay en Jacobus Cle
mens non Papa. Gehoord op 26 februari, in het Rijksmu
seum van Oudheden in Leiden.
LEIDEN - In de serie 'Oude Muziek in Oudheden'
vertolkte gisteravond het Sonderlijc ensemble mu
ziek uit de Renaissance en Vroegbarok in de Taf-
fehzaal. Daarbij stonden instrumenten als: porta
tief, harp, zink en gamba borg voor de reproduktie
van een zo authentiek mogelijke klank. De Neder
landse componist Guillaume Dufay (1398-1474)
mag ontegenzeglijk een van de grootste van zijn
generatie genoemd worden. Muziek die ooit geka
rakteriseerd werd als "een bijna uitgebloeide
roos". Maar dan wel een die aan het eind van haar
leven op het toppunt is van haar schoonheid.
Zoals al direct opviel in de eenvoud en schoon
heid van de Nieuwsjaarsliederen 'Ce jour de l'an'
en 'Se le face ay pale' en het melancholieke 'Entre
vous, gentils amoureux', waarin de sopraan Barba
ra Borden op ontwapende wijze haar geliefde be
zingt.
Dezelfde persoonlijke en intieme sfeer wist het
Sonderlijc ensemble wederom op te roepen in drie
cantilenen gewijd qan de Maagd Maria, waarin zij
op onorthodoxe wijze wordt bezongen als zon en
sterren of, zoals in 'flos forum', als bloem der bloe
men wordt verheerlijkt.
Zeer vast, integer en vooral zuiver vertolkt door
sopraan, tenor en bas in een omlijsting van renais-
sance-blokfluiten.
Meer dan een eeuw later, en ook vrolijker klon
ken daarna de werken van Clemens non Papa
(1510-1557-58), een andere grote Nederlandse com
ponist tussen Josquin en Palestrina. Pittige en
soms pikante werkjes waarin trouw en ontrouw op
bijzonder speelse manier door de zangers werd ten
toongesteld.
Totaal anders van sfeer klonken vervolgens ver
volgens diens geestelijke werken, welke in schoon
heid niets onderdoen voor de cantilenen van Du
fay. 'Beata es Virgo Maria', waar het Sonderlijc en
semble opnieuw een verbluffende homogeniteit
wist te bereiken.
Hoe wonderlijk er in de Herfsttij der Middeleeu
wen met bekende volksliedjes werd omgegaan
bleek tenslotte in het dubbelzinnige lied 'Een boer
man hadde eenen dommen sin', dat na de reforma
tie voor het Antwerps Liedboek door Von Papa
maar liefst werd omgedoopt tot Psalm 84 'Van Go-
des stadt wilt horen mijn', een merkwaardige ge
daanteverandering.
ANNEKE VAN VLIET.
Pianorecital door Lanny Kho. D. Scarlatti, sonates K. 92
en 93 (fuga); Beethoven, sonate in d op. 31 nr. 2; Chopin,
scherzo in b op. 31; Ravel, Le Tombeau de Couperin. Ge
hoord op 26 februari in de Kapelzaal van K&O.
LEIDEN - De pianiste Lanny Kho. die al twee keer
in de Kapelzaal optrad met de violiste Irene den
Herder, was gisteravond in een interessant solopro
gramma te horen. Dat Scarlatti naast zijn bekende
'kattefuga' nog andere fuga's componeerde, bleek
uit zijn sonate K. 93 die evenals de ook uitgevoerde
sonate K. 92 helder en zingend, bijna romantisch
werd voorgedragen.
Van Scarlatti was het een sprong in de tijd naar
Beethoven, die in zijn 32 pianosonates een rijkdom
en originaliteit ten tooi? spreidt die voor die tijd
ongeëvenaard is. De sonate in d op. 31 nr. 2 ver-
ge toont al enige kenmerken van de latere pianower-
eTj ken en strijkkwartetten, met peinzende recitatie-
erj ven aan de ene kant en hartstochtelijk-motorische
he gedeelten aan de andere kant. De ingetogen, maar
g€ bewogen sfeer van het adagio-middendeel vond ik
beter tot zijn recht komen dan de hoekdelen, die
(wellicht door nervositeit) een wat gehaaste en slor
dige indruk maakten.
De pianiste leek na de pauze meer ontspannen en
vrijer te musiceren. Het scherzo op. 31 van Chopin
heeft ondanks deze titel meer het karakter van een
ernstige gedreven ballade. De grillige grandeur
werd door Lanny Kho met vaart en flair ten gehore
gebracht. Klonken voor de pauze sommige forte
passages wat hard en schel, in Chopin klonken ook
de sterke gedeelten vol en melodisch. Tenslotte
kon de pianiste haar gevoel voor klankkleur tonen
in het typisch Franse 'Le Tombeau de Couperin'
van Ravel. De prélude klonk helder en luchtig, de
fuga was subtiel uitgebalanceerd, de harmonisch
gedurfde forlane hield steeds zijn dansende ca
dans. De rigaudon werd ritmisch en fris van de le
ver gespeeld,-het menuet riep de sprookjesachtige
sfeer van 'Ma mère l'Oie' van dezelfde componist
op. De toccata met zijn gitaarachtige repeterende
noten werd ritmisch goed in de hand gehouden,
ook met de kleine tempowisselingen erin.
In het ontspannen gespeelde korte toegift greep
Lanny Kho tenslotte weer terug op Scarlatti: een
van zijn overige sonates.
FRANK DEN HERDER
werd gemaakt herinnert
overheersende rol die de muziek in
deze cultuur speelde en aan de ver
plichte plaats van zo'n instrument
in elk gecultiveerd huisgezin", al
dus de uitleg in het de expositie be
geleidende 'Petit Journal'. Droger
dan gort kunnen Franse 'egg
heads' niet zijn als ze menen op de
ze manier iets van Wenen op de in
rijen langs schuifelende kijkers te
kunnen overbrengen.
Heimwee
Het klapstuk van de kostbare ex
positie wordt gevormd door de
schilderijen en tekeningen van
Weense grootmeesters als Klimt en
Schiele, die volgens het 'Centre
Pompidou' in deze omvang de
Oostenrijkse Heimat niet eerder
verlaten hadden. Vooral Klimt
(1862-1918 zal in Parijs geen heim
wee krijgen omdat de 'Jugendstil'
van zijn middenperiode (eerst was
hij uiterst conservatief, terwijl zijn
werk de laatste jaren in de richting
wees van Braque en zijn collages
en in het algemeen van de abstrac
te kunst) voortreffelijk aansluit bij
de Art Nouveau die in een stad als
Parijs zijn invloed deed gelden tot
in de hekken van de Metro toe.
Klimt als voorman van de bewe
ging der secessionisten (in feite de
Oostenrijkse Art-nouveaubewe-
ging) vond dat 'kunst de moderne
mens een toevluchtsoord diende te
verschaffen tegen de druk van het
moderne leven'. En de architect 01-
brich dacht zijn huizen als 'een. rus
tige, elegante vluchtplaats'. Van
daaruit vergat men ook al gauw
griezelige mannen als Von Schone-
rei en Lüger, die aan 'rust en ele
gance' een andere definitie gaven.
Egon Schiele op zijn beurt ver
beeldde wel de komende apoca
lyps. Met zijn zwijgende 'Gele stad'
had hij best recht op de divan van
Freud en zijn tragische 'Gezin',
toont een man, vrouw en hummel
die er duidelijk alledrie aan toe zijn
om hun problemen 'van zich af te
praten'. De erotische tekeningen
van Schiele zijn ook op de man af
erotischer dan de broeikas-dames
van Klimt, wiens kunst in eerste
aanleg decoratief was. In 1912
Gombrich staarde afwezig over Pa
rijs en liet het gewoel gelaten over
zich heengaan. Hij had beter dan al
die 2000 voorwerpen op de ten
toonstelling kunnen vertellen wat
het was om als geniaal joods kind
in het Wenen van kort voor de Eer
ste Wereldoorlog te zijn opge
groeid.
De directie van het Centre Pom
pidou laat met nadruk weten dat
'Vienne 1880-1938' niet hetzelfde is
als de tentoonstelling 'Traum und
Wirklichkeit', die vorig jaar in We
nen te zien was. Die begon in 1873
en eindigde in 1929, data die de
beurskrach van Wenen en die van
New York verbonden. De Parijse
directie vindt deze invalshoek te
'marxiserend' en dat is dan een
mijlpaal in het denken van een ten-
toonstellingsbestuur dat tenslotte
onder supervisie staat van de so
cialistische minister voor cultuur
Jack Lang. Het al onder de vorige
president Giscard opgezette 'Mu
seum voor de 20ste eeuw' in het
verbouwde Gare d'Osay verander
de van koers zo dat ook de 'sociale
onderstroom van de kunst' er nu
duidelijk tot uitdrukking zal wor
den gebracht. Dat is andere taal
dan die van de Pompidou-directié.
De tentoonstelling in het Centre
Pompidou is op dinsdag gesloten.
De catalogus kost frs. 360 en is
weer niet te tillen, dient daarom
ook pas na het bezoek te worden
aangeschaft. Het woord catalogus
wordt in dit verband ook niet
meer gebruikt. De teksten zijn
overigens ditmaal zeer leesbaar,
met bijdragen onder andere van
Cioran en Elias Canetti. 'Vienn'e
1880-1938' is in feite een vertraagd
vervolg op en meteen de slotapo
theose van de beroemde reeks
monster-exposities als die over de
artistieke relaties tussen respec
tievelijk New York, Berlijn, Mos
kou en Parijs.
De tentoonstelling duurt tot 5
mei en gaat gepaard met een in
drukwekkende reeks lezingen
(met 'discussie'), concerten en
filmvoorstellingen. Aanstaande
zomer is 'Wenen' in het Metropoli
tan Museum van New York te
zien.
'Mevrouw Gauguin' gaat niet door
LEIDEN - De voorstelling 'Mevrouw Gauguin' door Toneelgroep Cewn-
trum, vanavond in de Leidse Schouwburg, gaat niet door. Hoofdrol
speelster Ingeborg Elsevier heeft griep. 'Mevrouw Gauguin' wordt nu
gebracht op donderdag 13 maart.
De schrijver Karl Kraus, getekend door Kokoschka.
Dans van Goores en Linssen in LAK
'Een enkele reis naar zee' door Ar
nold Goores en 'Charming Didi' door
Angela Linssen. Gezien op 26 februa-
LEIDEN - Als er iets
ik Vals Bloed associeer, dan is
het wel met geagiteerde rond
stappen op hoge hakken. Arnold
Goores en Angela Linssen ver
loochenen wat dat betreft hun af
komst niet. Beiden kunnen te
rugkijken op een rijk gescha
keerde dansloopbaan, maar ken
nelijk heeft de deelname aan
'Dagger of charm' van Vals
Bloed op hen een onuitwisbare
indruk gemaakt. Ze zijn in de
ban van de pump geraakt.
Na Vals Bloed hebben zowel
Goores als Linssen zich aan een
solo-produktie gewaagd. Die
twee solo-dansen worden als één
voorstelling gepresenteerd: voor
de pauze 'Een enkele reis naar
zee' van Goores, daarna 'Char
ming Didi' van Linssen. Deze
dansen laten zich door overeen
komsten in thematiek en stijl
goed onder één noemer vangen.
Arnold Goores danst zijn 'Een
enkele reis naar zee' in travestie.
Hij draagt een zwarte tuniek-jurk
met hoge hakken, heeft zijn ogen
zwaar opgemaakt en beweegt
zich als een dame die een dame
speelt. Flarden van door hem ge
sproken tekst brengen een tijds-
fasering aan; een eerste fragment
gaat over zijn moeder, daarna is
het de buurman die zegt 'jon
getjes dansen niet' en tenslotte
ziet hij zichzelf in de spiegel en
stelt vast dat hij het met dat
beeld zal moeten doen. Ook de
grote waaier aan de achterzijde
van het decor, die steeds verder
openscheurt, geeft het verstrij
ken van de tijd aan.
De dansbewegingen worden
meest in diagonalen over het po
dium uitgevoerd. Aanvankelijk
zijn het sierlijke, kwetsbare lij
nen, in stilte uitgevoerd. Die krij
gen gaandeweg steeds meer
kracht, als was het om aan te ge
ven welke weerstanden moeten
worden overwonnen om het tot
danser te brengen als je als jon
gen bent geboren. Hectische gi
taarmuziek versterkt dat. Merk
waardig is dat hoewel de strek
king van de dans melancholiek
is, de komische kanten toch
overheersen. Met zijn mimiek en
gebaren relativeert Goores
steeds de ernst van de situatie,
alsof hjj zich kwetsbaar wil op
stellen, maar terugschrikt voor
de mogelijke gevolgen daarvan.
Pas aan het slot geeft hij zich
bloot.
Ook in 'Charming Didi' van
Angela Linssen is de mimiek van
groot belang. Zij voert zo onge
veer een tegenpool van Goores
ten tonele. Eerst lijkt het daar
nog niet erg op. Gekleed in een
schitterend glitterpak staat ze
vruchten te schillen, terwijl een
stem de meest schrikbarende
platitudes over vrouwen opsomt.
Later vreet ze zich zo vol dat het
vruchtvlees uit haar mond
druipt. Ze stapt op het publiek af
en kijkt een paar mannen uitda
gend aan. De dans, die eerst kwa
jongensachtig is, verandert als ze
een paar lichtgroene pumps aan
trekt. Die zijn aanleiding voor
het traditioneel vrouwelijke ritu
eel van jasje uit, lippen stiften,
borst vooruit en draaien maar.
Later duikt toch de onzekerheid
weer op.
Zowel Goores als Linssen heb
ben een zo verhalende dans ge
maakt, dat je haast in de verlei
ding zou komen de thema's auto
biografisch op te vatten. De frag
mentarische uitwerking laat dit
echter niet toe. Voor beiden
geldt dat ze in deze solo-voorstel
lingen als danser veel meer over
tuigen dan als scheppend kun
stenaar.
ARIEJAN KORTEWEG
'De Stuart Story' met Conny Stuart
en Louis van Dijk. Gezien op 26 fe
bruari in de Leidse schouwburg.
LEIDEN - "Wanneer ik eens
stop, hangen al mijn fans zich
op". Natuurlijk klinkt tussen de
ze regels al een behoorlijke dosis
zelfspot door. Toch zou lang niet
iedereen iets dergelijks kunnen
zingen; het gevaar zou namelijk
niet denkbeeldig zijn, dat het op
zijn minst wat irritant zou kun
nen overkomen. Maar dat gaat
geenszins op, als Conny Stuart
zoiets zingt. Als cabaretière, zan
geres en musical-ster heeft zij
een staat van dienst aan de top
van het amusement, zodat zij
zich wel iets kan veroorloven.-
Afgezien daarvan geeft zij de
hierboven geciteerde regels met
haar onmiskenbare karakteris
tieke stemgeluid een prachtig
soort ironie mee. Nu Conny
Stuart blijkens verschillende uit
spraken in interviews zich niet
jong genoeg meer acht voor het
grote, veeleisende musical werk,
keert zij terug in de theaters met
een terugblikkend recital. Dat
betekent in de praktijk: klein
schalig nagenieten op hoog artis
tiek niveau. Zij wordt daarbij be
geleid door Louis van Dijk; een
pianist, wiens faam elke nadere
uitleg overbodig maakt. Hij is
niet alleen begeleider, maar so
leert ook in enkele uitstekende
improvisaties. Zelfs zijn droog
komieke uitstraling gooit hij een
enkele keer in het tweede deel
van het programma in een grap
pig tweespraakje met Conny
Stuart in de strijd. Op haar beurt
neemt zij even plaats achter de
vleugel.
Dit tweede deel is trouwens
losser en uitbundiger van opzet
dan vóór de pauze het geval is ge
weest. Daarin heeft zij hoofdza
kelijk achter een microfoonstan
daard gestaan en "in vogel
vlucht" fragmenten van liedjes
uit haar lange carricrc gezongen.
Dat zij bewust voor fragmenten
heeft gekozen, hangt samen met
de hoeveelheid materiaal waar
uit zij kan putten en de beperkte
beschikbare tijd in een solopro
gramma. De een zal liever wat
fragmenten horen en de ander
hoort het liefst het hele lied en
dan maar een kleiner aantal
chansons - een kwestie van
smaak.
Conny Stuart brengt gedeelten
uit haar omvangrijke repertoire,
waarmee de namen van Annie
M.G. Schmidt, Harry Bannink,
Guus Vleugel en Wim Sonneveld
onlosmakelijk verbonden zijn.
De gekke muzikale grappen, de
Argentijnse tango, de Franse
chansons en het succesvolle mu
sical-werk ('Zeur niet'; 'Het is
over'; 'Ik hoef alleen maar even...
zo te doen') komen in dit over
zicht, 'de Stuart Story' genaamd,
ruimschoots aan bod. Helaas viel
de belangstelling van het pu
bliek gisteravond tegen; de par
terre was niet eens geheel bezet
en dat voor iemand die zulke gro
te successen heeft gekend.
WIJNAND ZEILSTRA.