PORT Evert wint de wereldcup 'RazencLknap wat Evert presteerde' Verliezers loven winnaar in koor 'Prins Willem de zwartrijder' wint weddenschap 'Hij is van ons, niet van de koningin' Van der Duim: 'De heb echt geleden' Ontvangst in Leidse ijshal DONDERDAG 27 FEBRUARI 1986 PAGINA 13 BIJLAGE LEIDSCH DAGBLAD LEEUWARDEN (GPD) - De even fascinerende als bijna dictatoriale manier waarop Evert van Benthem de veertiende Elfstedentocht naar zijn hand heeft gezet bezorgde menigeen uren later nog kippevel. Hij pijnigde de concurrentie op een wijze zoals alleen een groot kampioen dat kan. Met tweevoudig wereldkampioen Hilbert van der Duim voorop, stak de diep vernederde concurrentie de loftrompet op de „perfecte wed strijd die hij hier heeft gereden". In de met 20.000 feestvierders uitpui lende Frieslandhal, dat rond de klok van zes aan de voeten lag van de misschien wel beste winnaar die de Elfstedentocht ooit heeft ge kend, inhaleerde de veehouder uit het nietige St. Jansklooster het succes in een roes van blijdschap en emotie. Vergeten waren de ontberingen van de vroege ochtenduren, toen de snijdende vrieskou, de duister nis en de scheuren in het ijs herin neringen opriepen aan de dramati sche tochten uit een grijs verleden. Maar hoe hels de omstandigheden op grote stukken van het traject ook waren, Evert van Benthem was bezield van maar een gedach te: een herhaling van de histori sche daden van De Koning en Ade- ma die voor hem tweemaal een El- stedentocht wonnen (respectieve lijk in 1912 en 1917 en in 1940 en 1941). „Het is razendknap", opende Hil bert van der Duim de loftuitingen aan het adres van de glorieuze win naar, „wat hij hier vandaag heeft gepresteerd. Dat toont ook een beetje aan dat dit zijn specialiteit is. Daar moet hij me» geboren zijn". „Tot Dokkum", herinnerde chef kok Rein Jonker, die nog het langst bij Van Benthem kon blij ven, zich naderhand, „kon ik het goed bijbenen. Maar toen was de accu leeg. Ik heb heerlijk gereden, alleen tegen die kleine was ik niet bestand". Met zijn terloopse op merking dat „de concurrentie dit keer veel groter was dan vorig jaar" onderstreepte hij echter tege lijk hoe de waarde die aan deze triomf van de veehouder moet wor den toegekend. Daardoor kwam ik vandaag ge woon kracht tekort en voelde ik op dat schotsenijs in Harlingen ineens overal pijn". Wat heeft Jan Kooiman bezield om al zo vroeg in de wedstrijd de aanval te openen? „Dat was ook nooit de bedoeling. Met Ineke had ik afgesproken me het eerste uur heel rustig te houden. Op dat smal le pad op het Slotermeer wilde ik alleen voorin rijden, daarom ben ik die drie achterna gegaan. Er rea geerde echter niemand. Van een minuut werden het er al heel snel drie, vier en zelfs vijf. En dan ga je er vanzelf in geloven. Maar toen Evert ons had achterhaald, was ik op". En was vanaf dat moment het woord aan Evert van Benthem en onbekende grootheden als Robert Kamperman en Nanne Semplo- nius, die uiteindelijk als vierde en vijfde over de eindstreep gleden. Kamperman Slagveld In de praktijk bleek daar echter weinig van, wie het slagveld over ziet dat Van Benthem en de ele menten onder de meest prominen te rijders van de lange adem had den aangericht.. Daardoor kon het ook gebeuren dat deze Elfsteden tocht meer verliezers dan winnaars kende en dat mannen met betrek kelijk onbekende namen als Kam perman, Semplonius en Bouma kwamen bovendrijven. De mara thoncracks met de gevestigde na men waren echter wel degelijk met plannen stan de start verschenen. Maar Kooiman, Van Wijhe, (knie blessure), Niesten (arm uit de kom), Ruitenberg, Westerveld, Vos (kapotte schaats) waren aan het eind van de dag in het geheel niet of vaak pas diep in het klassement terug te vinden. Speurend naar de oorzaken van dat verrassende scenario zocht Ruud Christoffers, die de tijdsli miet maar net haalde, de verkla ring in het ongemeen lange sei zoen. „We hebben de laatste weken duidelijk te veel gereden. Dat is mij vandaag opgebroken. Ineens knapte er iets en was ik niet meer vooruit te branden. In een mum van tijd verloor ik drie kwartier op de kopgroep". Jan Kooiman, die de wedstrijd op een wel erg vroeg moment openbrak maar uiteindelijk met le ge handen achterbleef, deelde die opvatting. „Maar", zo voegde hij er meteen aan toe, „daarmee wil ik beslist geen afbreuk doen aan de prestatie van Evert. Hij was van daag niet te kloppen. Door die af faire in Polen, waar wij zaterdag op last van de sponsor moesten rijden, heb ik wel twee nachten gemist. van Benthem op de meeste glo rieuze dag in zijn sportloopbaan de kunst om in z'n eentje een peloton te regeren. Zonder speciale voe dingsschema's of een vooraf be paalde tactiek. „Zoek maar een dikke kont op en hou je in de eer ste 100 km schuil", was de enige afspraak die Jaap Nasette, zijn ver zorger, vooraf met hem had ge maakt. Het liep allemaal even an ders, maar juist dat gegeven illu streert de klasse van een natuurta lent dat Evert van Benthem is. „Deze Elfsteden tocht heb ik al leen heel anders beleefd dan die van vorig jaar. Het publiek heeft mij naar deze overwinning gedra gen, daarom heb ik ook in elke stad gezwaaid". Evert van Benthem kan in Friesland niet meer stuk. LEEUWARDEN (GPD) - Een zeer vermoeide prins Willem Alexander heeft gisteravond om tien minuten voor tien zijn eerste Elfstedentocht volbracht. Onder luid applaus van duizenden toeschouwers viel de zicht baar vermoeide kroonprins in de armen van zijn ouders, die al om kwart over negen per auto bij de finish op de Bonkevaart waren gearriveerd. Bijna zestien uur heeft Willem Alexander over de tocht gedaan. De prins was woensdagmorgen rond zes uur vertrokken, nadat hij zich onder de naam W. A. van Buren had laten inschrijven. Rijders die kort voor de kroonprins arriveerden, vertelden dat hij vooral op het laatste stuk van de tocht grote moeite had om verder te komen. „Ik ben moe, het laatste stuk viel erg tegen", vertelde de prins na aan komst. nadat hij door koningin Beatrix en prins Claus was omhelsd. De prins werd pas na Staveren herkend door publiek en mederijders. „Die herkenning is begonnen toen het nieuws bekendmaakte dat ik mee deed aan de tocht". Het idee de Elfstedentocht te verrijden, is maandag middag bij de kroonprins opgekomen. „Ik had een weddenschap met een vriend dat ik de tocht uit kon rijden en dat is gelukt". De prins schaatst veel, maar nooit op kunstijs. „De langste tocht die ik tot gisteren heb gereden, bedroeg 65 kilometer. Een verschil met de 200 kilometer van de Elfsteden". Kort na zijn aankomst vertrok Willem Alexander met zijn ouders naar de vliegbasis Leeuwarden. Zijn vertrek werd door een honderdtal toe schouwers begeleid met een schuchter „Willem, zwartrijder" omdat de kroonprins, die geen lid is van de Vereniging de Friese Elf Steden, toch mee mocht doen aan de tocht. Een kroonprins kan moeilijk een kaart van een ander zwart kopen, aldus ir. Sipkema, de voorzitter van de Vereniging gisteravond. „Daar door was hij natuurlijk gehandicapt. Via het provinciaal bestuur van Friesland kwam het verzoek om hem als gast mee te laten rijden. Daar Uïerli!e u,orc" begroet door prins Claus hebben we aan voldaan, omdat het bestuur van de vereniging zich dat recht voorbehoudt. We waren er erg blij mee". (foto Vooraf gedoemd tot een rol in de anonimiteit van het peloton ston den beiden van het ene op het an dere moment in de schijnwerpers van de publiciteit. Weliswaar in de schaduw van Evert van Benthem, maar daarom niet minder glorieus en hoogst opmerkelijk. Luister naar het verhaal van Robert Kam perman, 39 jaar geleden in Hengelo geboren, die in Almere de kost ver dient als zelfstandig architect („met weinig opdrachten") en pas vier jaar schaatst. „Ik woog toen 85 kilo en was veel te dik. Lopen vond ik te zwaar. Een vriend heeft me toen meegenomen naar de ijsbaan en sindsdien train ik vijf dagen per week 10 tot 15 km per dag". Door zijn activiteiten op het kunstijs nam hij in recordtempo 15 kilo in gewicht af. „Maar door de krachttraining van Jos Geijsel, mijn begeleider, weeg ik nu weer 75". Vorige week finishte hij als veertiende in de Rottemerentocht en behaalde de a-rijder daags daar na zijn eerste punt voor de mara thoncup. „Zelf had ik vandaag ge rekend op een plaats bij de eerste dertig, want ik wist dat mijn vorm goed was. Maar derde, als je een jaar eerder 164e bent geworden Nanne Semplonius „Dit heb ik toch maar even ge flikt", kraaide de Fries Nanne Semplonius (29) van plezier en met een knipoog naar „al die promi nenten die ik vandaag achter mij heb gelaten. Dat kunnen ze mooi in de zak steken. Vandaag heb ik niet de fout gemaakt van vorig jaar, toen ik te weinig heb gegeten. Daarom heb ik vandaag ook niet een keer een inzinking gehad en kon ik me ook steeds van voren la ten zien. Behalve dan vanmorgen vroeg, toen ik in het donker acht keer ben gevallen". Maar wie maalt daarom als je de vierde binnenkomer bent en van daag trots voor de klas kunt gaan staan? Want hoe gering het ver schil in tijd tussen hem en Evert van Benthem in feite ook was, er bestaat een verschil van dag en nacht tussen de dagindeling van daag van de nummers een en vier van gisteren. Over twee dagen zul len nog maar weinigen zich Sem plonius herinneren, de naam van Evert van Benthem daarentegen is voor de eeuwigheid vastgelegd. En dat alles met rugnummer 13 („mijn geluksgetal") en de muesli-reep, een bounty en een banaan waarop hij de helse tocht uitreed. Dikke kont Als geen ander verstond Evert ST. JANSKLOOSTER (GPD) - Het was nog maar net vooravond, toen het dorpsfeest van Sint Jansklooster op een vervelende manier uit de hand dreigde te lo pen. Evert van Benthem zat op dat moment met de auto ergens tussen Leeuwarden en zijn boerderij, waar hij zich wilde opfrissen voor ze hem zouden rondrijden. Bij het dorpshuis „St. Janskamp" begon de bevolking zich te roeren. Groeiende opwinding en veront waardiging over de gesloten deu ren die in opdracht van de politie dicht moesten blijven. Vorig jaar konden ze zomaar binnenlopen en - oléééé, olééé, oléé, olé - warm- draaien bij de tap. Wat een schande dat beheerder Rook er nu niemand inliet. „Mag niet van de politie", sprak de zetbaas vol medeleven en mede lijden tussen een spleetje. Het duurde niet lang of de dorpelingen, die in stevige rijen kwamen aange stapt, meenden te weten waarom. „Margriet en Pieter komen". Ie mand riep opgewonden: „Veilig heidsmaatregelen" en hij wees naar het dak. Brandweer met appa ratuur daarboven. Dus was het waar. Want de brandweer, die had op die plek in St. Jansklooster nog nooit gestaan. Portofoons nog wel, dat kon niet voor niks zijn. Een van kou en woede stampvoetende: „Margriet en Pieter? Weg d'r mee. Laten ze Van Benthem maar op Soestdijk vragen. Ik wil 'r in". Een opgewonden stem: „Evert is van ons en niet van de koningin. Open die deur". Gepook in het vuur. ,.De com missaris van de koningin heeft hier vanmiddag zelf geïspecteerd. Om te kijken of het haalbaar was dat Margriet en Pieter...". „De commis- k Evert en Jeanette arriveren in St. Jansklooster. Het dorpsfeest kan beginnen.. ADVERTENTIE LEEUWARDEN (GPD) - Echt opgewekt keek Hilbert van der Duim niet. Toch had de tweevoudige wereldkampioen allround langebaan weinig reden tot klagen over de achtste plaats na zijn eerste Elfstedentocht. „Maar er had meer ingezeten", morde hij. Als bewijs toonde hij een schaats met een afgebroken punt. „Elke keer als ik een beetje te v^r voorover ging, sloeg m'n poot naar achteren en lag ik op m'n muil. Daardoor raakte ik steeds achterop. De kracht die ik verspeelde om terug te komen kwam ik op het laatst te kort". Toch lijkt hij hard op weg een van de toppers in het marathonpelo ton te worden, al is de omschakeling van kunst- naar natuurijs voor hem erg moeilijk. „Je moet ontzettend geconcentreerd zijn op scheuren in het ijs en je moet ook nog eens oppassen dat je de slag niet mist. Dat is een kwestie van wennen en van geluk", aldus Van der Duim die moest afzien op de Dokkumer Ee, „waar ik heel wat heb geleden. Eerst moest ik de sneeuw- bril afzetten omdat die besloeg, maar vervolgens bevroren m'n contact lenzen dan weer". Van der Duims voormalige ploeggenoot in de kernploeg, Yep Kramer, deed er door een gemis aan duurtraining bijna 20 minuten langer over (34e) dan zijn gewezen kopman. „Het ging in elk geval beter dan vorig jaar", aldus Kramer. 071-125709 153627 saris van de koningin...? En daar om mogen we d'r niet in? Nou wordt-ie mooi. Wij op ons eigen feest. Dat pikken we toch zeker niet?!". Nee, dat pikten ze niet. De plaatslijke fotograaf vertrouwelijk- informatief: „Het zou me niks ver bazen als de mensen straks door de ruiten naar binnen stappen". Zelfs het bestuur van de plaatselijke ijs- club Ons Genoegen, dat vorig jaar Evert van Benthem erelid maakte, mocht er niet in van Rook. „Straks, als de politie er is", riep die. „Maar we hebben een uitnodiging", dron gen ze aan. „Van de gemeente ge kregen". Daar konden de mokken de toehoorders mee vooruit. Vorig jaar organiseerde de IJsclub de huldiging en nu de gemeente. Zó zat het dus. Margriet en Pieter, de commissaris van de koningin. „Ja- ja... allemaal hoog. Vorig jaar nie mand. Nou allemaal hoog. Zij-naar binnen en wij buiten". Het bleef mopperen en schande spreken zolang er geen autoriteiten van buiten de dorpsgrenzen in zicht kwamen. En dat was lang. Margriet en Pieter verschenen he lemaal niet; drukte toen, over de vraag waar die roddel vandaan was gekomen. De commissaris van de koningin, mr. Niers, arriveerde kort voor Evert van Benthem, toen het geen kwaad meer kon dus. Ze hebben hem nog wel met bijna z'n allen uitgelachen. Dat was bij het aanbieden van het cadeau van de provincie, staande op een door wielen geschraagd podium. Daar hadden de meeste van de 2600 in woners zich verzameld ert luid keels gezongen „Laat nu de klok maar luiden" toen Evert van Ben them met zijn vrouw was versche- „Het is een echt mooi cadeau" riep de commissaris in de micro foon. „Een kristallen vaas". Wat vonden ze dat minnetjes in St. Jansklooster. „Hahaha. Boehhhh". Nee. gaf ze dan hun eigen burge meester, meneer Tuik, maar: gou den horloge met inscriptie. „Voor Tuikje nog eenmaal troelala..." galmde het over het plein. Tuikje kon helemaal niet meer stuk toen, tenslotte - na de huldiging in de bitterkoude openlucht - iedereen toch naar binnen bleek te mogen. De aan het begin van de avond op geworpen barricade bij de deur - zo legden gemeentefunctionaris sen uit - was alleen bedoeld ge weest om genodigden even netjes te ontvangen voor ze gemangeld zouden gaan worden in de dorps- vreugde. De brandweer op het dak? Gewoon voorzorg, meer niet. Opzienbarend voor St. Janskloos ter, dat wel. Daar, in 'St Janskamp' genoot Evert van Benthem alsof hij nog nooit een Elfstedentocht had ge wonnen. Op het hoogtepunt van zijn blije gevoel, zwiepte hij zijn lenige lichaam boven op een café tafel en danste er in een houding die carnavalsvierders kenmerkt, zijn vreugde uit. De plaatselijke band VN 75 reageerde van schrik weinig origineel, maar dat mocht er, na het afgezaagde olé nog wel bij: „Evert wint de wereldcup". Enige inventiviteit kon de muzi kanten overigens niet ontzegd wor den. Tussen de coulissen werden (foto ANP) in afwachting van Everts koms drie teksten gecomponeerd. Nummer één: laatje knieën zien/ laat je voeten zien/ben je nog in vorm?/laat je haar eens zien/laat je schaats eens zien/is er geen stukje uit? Nummer twee: alles goed, alles keurig/Evert van Benthem is te- vree/ Evert van Benthem is olé. Nummer drie: laat je muts eens zien/laat je bril eens zien/is ie goed gepoetst? Eerder op de avond al, was Van Benthem geconfronteerd met pro za uit het brein van dorpsgenoten. Langs de weg het bord 'Evert, wat had je weer een Bonke Vaart'. Bij ziin boerderii. die door de buurt in het licht was gezet: 'Evert is wel wijzer. Blijft Elf-Stedenkeizer'. Daarnaast een van vorig jaar. De letters die verbleekt waren inder haast overgespoten en met dezelf de taalfout: 'Beter een kleine die stijverd, dan een grote die is afge peigerd'. Waar nu, was het uit '85 zo onvergetelijke opschrift: 'Klejn maar dapper en net effe rapper'? Dat wist boerderijhulp Michiel Lok: „Die had Evert in de stal ge hangen en dat bord is vreselijk gaan stinken. Bovendien kon je het LEIDEN - De deelnemers aan de Elfstedentocht uit Leiden en om-, geving worden vrijdagavond in de Leidse ijshal ontvangen. Dit is een initiatief van de Stichting Schaats- centrum Leiden, de exploitante van de baan, waarin de diverse tak ken van ijssport zijn vertegenwoor digd. De elfstedenschaatsers worden vrijdagavond om acht uur ver wacht in het restaurant van het complex aan de Vondellaan 4a. amper meer lezen. D'r is een bus jodium, dat we gebruiken na het onthorenen van de beesten over heen gegaan". Tóch nog wel iets meer van vorig jaar. Het karton op de staldeur met: 'Voor afgeven van bloemstuk ken, telegrammen en dergelijke bij nr. 45 aanbellen. Huis direct achter u'. Daar woont Hans (met Gerrie) op wiens veijaardag Evert van Benthem zondagavond tot zijn ver rassing via de televisie hoorde dat de Elfstedentocht doorging. De boodschap voor het afleveren van hulde bleek een nuttige. Planten en bloemstukken gingen woens dagavond met vrachten tegelijk naar nummer 45. Leveranciers moesten als rallyrijders over de smalle weg voor de boerderij, waar nieuwsgierigen in een enorme file bumper aan bumper vanuit hun blik naar het pand van de Van Ben- thems gaapten. Net als in Friesland groeide ook hier de belangstelling met sprongen uit boven die van vo rig jaar. En evenals in '85, liet de winnaar van de Elfstedentocht rond tien uur in 'St Janskamp' de boel de boel. Het enige verschil met toen was, dat hij nu een pilsje had ge dronken; vorige keer alleen mine raalwater. Ook zoals vorig jaar: hij dook onder. Dat gebeurde op ad vies van zijn vertrouwensman Jaap Nassette. Die legde uit: „Hij gaat weer zware dagen tegemoet. Als hij thuis slaapt krijgt hij vannacht om vier uur een stoet voor zijn deur van jongens die hier in het dorps huis hun romp hébben vol gego ten. Dat kan natuurlijk niet". Als een VIP werd de best schaatsende boer van Sint Jansklooster door de politie op zijn aftocht begeleid. Niemand - behalve Jaap Nasset te die het hotel reserveerde - wist waar de Elfstedenwinnaar zat. Zo als ook niemand zijn geheim adres van de voorbereidingstijd in Fries land had achterhaald. Vanaf maan dag logeerde Evert van Benthem bij een aangetrouwde neef, die van zijn identiteit niet meer kwijtwilde („met het oog op de Elfstedentocht van volgend jaar...") dan dat hij Sjoerd heet. Sjoerd heeft tussen de dopingcontrole, de persconferen tie en de huldiging in de Friesland hal, Evert weer mee naar huis ge nomen en daar zijn 20-jarige erva ring als EHBO'er moeten aanwen den. „Beide grote tenen van Evert waren bevroren. Die masseerde ik. Daarna dacht ik: Stel je voor dat ik het niet goed gedaan heb en dat ze afsterven. Dat wil ik niet op mijn geweten hebben. Ik ben toen mijn huisarts gaan bellen en die stelde me gerust". De zorgzaamheid in Sjoerd deed hem in de nacht van dinsdag op woensdag ten behoeve van Evert twee wekkers op half drie zetten. Dat gebeurde na een avondje tele visiekijken met de schaatsvedette, die om half negen 'Het Wassende Water' zag en om half elf zijn bed. Rond dezelfde tijd kroop Evert van Benthem woensdagavond on der de wol. Hij ontvluchtte de drukte met de noodkreet: „Ik ben dood- en doodmoe, ik wil slapen". Het feest in 'St Janskamp' ging door en bovenal niet minder uit bundig. Zonder Evert, zonder Mar griet en Pieter en al ver voor mid dernacht verlost van de commissa ris van de koningin, hoste, danste en dronk de dorpsgemeenschap zich een gat in de dag en in de kraag.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 13