'Iets meer oproepen dan de lach alleen' Een kwestie van zelfbescherming Nederland inspireert niet echt TV-rubriek door Nico Scheepmaker Paul van Vliet werkt aan nieuwe theatershow Tuerlings woekert met talenten ZATERDAG 11 JANUARI 1986 RADIO-TV-KUNST PAGINA 33 IV J Wat denk je als je in de program mabladen leest over een vijfdeli ge Duitse serie, 'Het geheim van de zwarte draak', over een expe ditie in de 17de eeuw van een groepje Duitse handelaars die een route naar het vasteland van China willen openleggen? Je denkt: oude geschiedenis, aard rijkskunde, vreemde volkeren, interessant voor de kinderen, daar steken ze iets van op! Ik dacht: ik neem het op de video op, dan kunnen ze er zaterdag of zondag op hun gemak naar kij ken, maar ik vergat het omdat we vrienden (ook met kinderen) te eten hadden, het werd wat later dan eigenlijk wenselijk was, wij zaten nog na te tafelen terwijl de kinderen intussen op schoot za ten van de Hedendaagse Baboe (ze keken dus televisie), maar op eens kwamen ze hevig ontsteld om niet te zeggen ontzet bij ons terug: ze hadden, begreep ik, iets gruwelijks gezien, een verbran dend gezicht of zoiets, in die inte ressante, leerzame, educatieve Duitse serie! Dat zou vannacht dus weer een heel geloop geven van onze slaapkamer naar de hunne, want zulk ondoordacht ouderlijk gedrag blijft zelden on gestraft! Helaas was er geen kindertele foon beschikbaar voor de nazorg, die deze schrikwekkende beel den blijkbaar behoefden, dus heb ik maar het enige blusmid del toegepast waarover ik op dat moment beschikte: ik heb ze (laf hartig) gezegd dat ze moesten be denken dat het allemaal maar spel was, dat het expres span nend was gemaakt maar niet echt gebeurd was, dat die acteur die blijkbaar verbrand was na tuurlijk niet echt was verbrand, dat het slimme trucs waren, en zovoort enzovoort. Een kortston dig lapmiddel. De vader van de andere kinderen (twee jongetjes) vond dat niet de juiste aanpak, en ik ben het eigenlijk wel met hem eens. Ze moeten leren leven met de illusies die toneel, film, TV hun bieden, zei hij, want als je de illusie afbreekt van iets dat zij als schokkend, onaangenaam of griezelig ervaren, dan breek je tegèlijkertijd de illusie af van dingen die mooi, ontroerend of liefdevol zijn. Dat is waar. Maar anderzijds vind ik ook dat er een recht op zelfbescherming bestaat. Afgelo pen zondag heb ik van 20.10 uur tot 00.35 uur (dus bijna viere neenhalf uur) naar de documen taire 'Shoah' van de Fransman Claude Lanzmann gekeken. Mijn vrouw heeft er even naar geke ken en heeft zich daarna in de slaapkamer teruggetrokken bij de Appelgaard, niet om redenen van kwaliteit (integendeel), maar als toevluchtsoord, als schuilkel der, uit zelfbescherming. Ik ga niet naar 'Shoah' kijken als ik daarna nog moet slapen, zei ze, want ik weet zeker dat me dat dan niet lukt. Je neemt het toch op op de video, ik bekijk het wel een keer overdag, als ik daarna nog naar de Sparkan gaan om boodschappen te doen, eten kan koken en de krant kan lezen... Ze (de TROS) hadden ons wel eens mogen waarschuwen dat er in 'Het geheim van de zwarte draak' scènes voorkwamen die allerminst geschikt waren voor jeugdige kijkers, zo zij al ge schikt waren voor bejaarde kij kers. Tenslotte waren we tevoren ook uitvoerig gewaarschuwd voor 'Shoah', terwijl daarin toch geen beeld van concentratiekam pen, gasovens, lijken, gehange nen en dergelijke te zien was. Maar daarom waren de gedetail leerde verhalen van de overle venden die aan gene of deze zijde van goed en kwaad hadden ge staan niet minder (hoe zal ik het noemen?) indringend, indruk wekkend, naar de keel grijpend. raadselachtigDe verbeelding werkt beter dan de ergste werkelijkheid, je kunt je ogen immers niet sluiten voor de beel den die je hersenen produceren", zei Claude Lanzmann daarover tegen Maijolijn de Groot van Het Parool. Ik denk dat daar veel waars in zit, hoewel, aan de ande re kant, wat kan iemand nog in woorden verergeren of verhevi gen of 'waarder' maken aan bij voorbeeld die korte filmbeelden die voor eeuwig in ons geheugen zijn geprent van dat hologige meisje met witte hoofddoek dat bij het wegrijden van de trein van Westerbork naar Duitsland of Polen nog even door een kier van de goederenwagon naar de filmcamera, dus naar ons kijkt? Je kunt dat beschrijven, maar kun je dat beeld ook 'verbete- Ja en nee. Ik kan het, hoe ik het ook beschrijf, niet duidelij ker maken dan die korte film beelden, maar Lanzmann wel, omdat hij (bij wijze van spreken) dat meisje met het hoofddoekje aan het woord liet, en de man die met krijt het wagennummer op de wagon zette. En dan 'dwong' hij hen niet om te zeggen wan neer dat was, en hoe erg het was, maar hij dwong hen om te zeg gen wat ze precies aan hadden, wat ze zagen, wat ze zeiden, wat ze dachten, met z'n höevelen zij in de wagon zat, met z'n höeve len hij op het perron stond, etce tera. Dat maakt een mens niet vrolijker, maar wel wijzer, - hoe wijs hij of zij op dat gebied toch al dacht te zjjn. Over de joden, over de Duitsers, over de Polen. Over het bureaucratische mecha nisme van de vernietiging. En - verrassend genoeg - over het Po len van tien tot vijfjaar geleden, toen Lanzmann daar zijn opna men maakte. Want je keek je ogen uit! Zodra je naar de kleine dorpen afzakt, naar de onooglij ke dorpen die het toerisme niets te bieden hebben, blijkt dat Po len nog een perfect decor te bie den voor filmseries die in de vo rige eeuw spelen, - of eerder. 'Het geheim van de zwarte draak' bijvoorbeeld. Een nieuwe theatershow is in de maak. De try outs begin nen... Het publiek verkeert in de waan dat je als humorist voortdurend onder druk ver toeft als een show voorbij is na twee seizoenen en je een vol gend programma voorbereidt en bedenkt. Datje in angst ver keert en in bange onzekerheid of de theaters straks vol zullen zitten als je weer komt spelen. Die romantiek komt uit de bla den en de blaadjes. Paul van Vliet, althans, staat da^r niet bij stil. Het is onverstandig twijfel toe te laten tijdens het proces van het schrijven van een nieuw programma. In. de optocht waarin je meeloopt, hoop je iets nieuws te ontdek ken. Je moet uit de die optocht stappen of dwars tegen iets in lopen." Toch moet het een zware opgave zijn om in dit kleine land met een zo grote regelmaat met iets nieuws te komen. Paul van Vliet beaamt het onmiddellijk en met kracht: Het is gekkenwerk om elke twee jaar een ei te leggen!" Er wordt al tijd gevraagd naar nieuwe types en typeringen. Gekke, komische man- nen die iets herkenbaars hebben, Levenslied iets aandoenlijks vaak, die iets meer oproepen dan alleen de lach, als het goed is". Hoe het uitpakt blijft een kwes tie van afwachten, ook voor de ar tiest. Je kunt nooit incalculeren voorstellingen nodig eer een ko misch nummer is wat het moet zijn." door Jacques J. d'Ancona hoe een zaal reageert of een grap werkt. Paul van Vliet is bezig met een Oost-Europeaan, een warm bloedige, hartelijke man die wat moeite heeft met de Nederlandse taal". Een Hongaar of een Tsjecho- slowaak, dat moet nog groeien. Ik heb geen voorbeeld bij de hand. Ik verzin de mensen en hoop dat ze echt bestaan. Inderdaad is het voorgekomen dat ik figuren heb gemaakt die bleken te bestaan. Zo als Arie, de kleine, overspannen garagehouder, of baron Taets van Avezathe... Maar Wim Kan zei al tijd al: je hebt minstens vijftig "Het is een levenslied van tweeë- neenhalfuur in licht en donker, la chen en huilen. Ik probeer in de nieuwe one man show iets neer te leggen van de gedachte dat het le ven zich beweegt in een cirkel. Verder zul je waarschijnlijk de tur bo-mens tegenkomen. We krijgen steeds meer vrije tijd, ook door deeltijdbanen en arbeidstijdver korting. Werken wordt een luxe, vrije tijd wordt normaal. Dat kost geld. We moeten leren ons bezig te houden met onszelf. Samen gaan we het grote avontuur aan. Ik lever in de show in het eerste half uur na de pauze het bewijs dat ieder dat kan. In ieder zit een dichter, een humorist, een danser, een ac teur..." Het tweede grote stuk bevat een musical, Creorama. Het gaat over Clarisse, een vrouw van 39 die ge steriliseerd is en Jan Guus, haar nieuwe vriend". Paul van Vliet over zijn positie: Ik ben de verteller, de vertolker Paul van Vliet: "Een levenslied van tweeëneenhalf uur' van deze volwassen musical in ver korte vorm." Hij wordt ook in dit nieuwe programma begeleid door Ben van der Linden en John Es- kes, twee muzikanten die net als in het programma 'Wat gaan we doen' hem multi-instrumentaal onder steunen en aanvullen en elektro nisch de suggestie in stand houden dat er een compleet orkest zit. De geluidsregistratie van de vorige show is net uit. Dat mag er voor de liefhebbers wel even bij vermeld worden. Die zitten zwaar op kosten met Paul. Eerst een album met drie historische elpees en nu weer een fraai verzorgd dubbel-album van de jongste show. Pasfoto op Museumjaarkaart zou misbruik voorkomen LEIDEN/VOORBURG - Van de Museumjaarkaart wordt soms oneigenlijk gebruik gemaakt. Van één verkochte kaart profite ren vaak meerdere mensen, om dat de kaart geen pasfoto draagt. Dat signaleert Frans Verbaas, de directeur van de Stichting Mu seumjaarkaart in Leiden. "Wij hebben gehoord dat bij voorbeeld touroperators en ho tels toeristen voor één of meer dagen een kaart uitlenen, waar mee ze dan gratis musea kunnen bezoeken. Ook scholen doen dit. Zij kopen eenmaal een aantal kaarten, voldoende voor een schoolklas, en zo kunnen alle leerlingen daarop gratis het mu- "We hebben al met het minis terie in Den Haag over deze kwestie overlegd. De Museum- jaarkaart kent geen pasfoto's van de houder. Een pasfoto maakt de kaart duurder. Dat willen we niet, maar als we dergelijk 'mis bruik' blijven signaleren zal het er toch van komen. Het is een zwak puntje in een verder ijzer- sterk produkt". De Museumjaarkaart werd tra ditiegetrouw altijd in december geïntroduceerd tijdens het lan delijke traditionele museum- weekeinde in december, maar dat weekeinde is nu verplaatst naar het vooijaar. Het zal op 12 en 13 april worden gehouden. Reden ervan is het verwachte aangenamere weer en het feit dat er dan meer musea (vooral de kleinere en oudheidkamers) open zijn. Het publiek kan dan van meer activiteiten profiteren. Ook al bereikt de Museumjaar kaart wat de verkoop betreft haar verzadigingspunt, de groei is er volgen Frans Verbaas toch niet helemaal uit. Vorig jaar zijn er meer dan 200.000 Museum- jaarkaarten verkocht. Het mu- seumbezoek steeg in 1984 met negen procent. En in een recent gepubliceerd rapport dat in op dracht van de Kamer van Koop handel, de gemeente Amsterdam en het Uit Buro Amsterdam werd gemaakt bleek dat kunst en cultuur een commercieel gunstig effect hebben op de economie van een stad; deze fenomenen trekken immers veel bezoekers. De Museumjaarkaart werd in 1981 voor het eerst uitgegeven. Toen was ruim 30 procent van de opengestelde musea (155) met deze kaart zonder betaling toe gankelijk. Sindsdien is het aantal aangesloten musea enorm geste gen. Zo waren in '81 59 procent van alle musea gratis (inclusief de musea die geen toegang hef fen), tegenover 69 procent in '83. Voor niet-bezitters van de kaart daalde in die periode daarente gen het aantal gratis toegankelij ke musea van 28 naar 24 procent. (De Museumjaarkaart kost: tot en met 25 jaar f 7,50, vanaf 26 jaar f 20,--, pas 65plus f 12,50). 'Signalen van buiten' in De Beyerd in Breda BREDA (GPD) - In de door De Beyerd, centrum voor beeldende kunst georganiseerde expositie-cy clus 'Mens en omgeving' is mo menteel de zesde presentatie te zien. Ditmaal onder de titel 'Signa len van buiten' is ook nu wederom de relatie tussen (beeldende) kunst en samenleving het uitgangspunt. Voor de expositie zijn tien bui tenlandse kunstenaars - die al ge ruime tijd in Nederland wonen en werken - uitgenodigd. De vraag stelling van de organisatoren was ditmaal of de uit het buitenland af- door Rob Schoonen komstige kunstenaars beinvloed zijn door de Nederlandse cultuur. Of, anders gezegd: in hoeverre wordt de kunstenaar nog steeds beïnvloed door de cultuur van het land waar hij vandaan komt. En zo dat inderdaad het geval is: zijn der gelijke elementen te herkennen in de objecten? Een aantal van de kunstenaars is naar Nederland gekomen om een kunstopleiding te volgen en is hier vervolgens gebleven. Anderen kwamen hier om persoonlijke, maatschappelijke of ideële rede- Het moet maar onmiddellijk ge zegd: Van culturele assimilatie is hoegenaamd geen sprake. Het me rendeel van de exposanten toont kunstwerken die qua beeldtaal, maar ook inhoudelijk bezien niet of nauwelijks verwijzen naar Ne derlandse cultuurvormen. De schilderijen, sculpturen, foto's, te keningen en videoinstallaties van Ania Bien (Polen), Michel Cardena (Colombia), Helen Frik, John Lig- DEN HAAG (GPD) - Minister Brinkman van cultuur overhandigt komende maandag in Amsterdam een bedrag van één miljoen gulden aan de leiders van Het Nationale Ballet en Dansgroep Krisztina de Chatêl. Het geld is bestemd voor een afvloeiingsregeling voor dan sers. De gemiddelde leeftijd waarop dansers hun carrière beeindigen, is 38 jaar. De afvloeiingsregeling zal ex-dansers ondersteuning bieden gins (Engeland), Nour-Eddine Jar- ram (Marokko), Morton Kaplan (Verenigde Staten), Krikor Momd- jian (Libanon), Tomas Rajlich (Tsjechoslowakije), Isiküzner (Tur kije) en Veron Urdarianu (Roeme nië) zijn dan ook moeilijk onder één noemer te brengen. Sommige kunstenaars werken overduidelijk met een beeldtaal die zij hebben meegenomen uit hun geboorteland. Andere expo santen - en dan vooral die welke uit op het westen georienteerde landen komen - vervaardigen ob jecten die je zou kunnen rekenen tot 'internationaal gangbare' beeld taal. bij het verwerven van een nieuwe plaats in de maatschappij. Het be drag wordt gestort in het Fonds Omscholing Dansers De bewindsman woont maandag in de balletstudio van Dansgroep Krisztina de Chatêl een deel van een repetitie bij. Bij de overhandi ging van de eerste donatie zullen bestuursleden van het Directie Overleg Dansgezelschappen en be stuursleden van de Kunstenbond- FNV aanwezig zijn. Nu is het natuurlijk onmogelijk in een nieuwe omgeving te verke ren zonder op de een of andere ma nier niet beïnvloed te worden. Nie mand kan zich afsluiten voor infor matie van buiten. Afhankelijk van een aantal factoren gaat dat bij de een sneller dan bij de ander. Het is dan ook niet goed mogelijk om te zeggen dat er bij de exposanten in Breda in het geheel geen invloeden merkbaar zijn. Maar überhaupt is de beeldende kunst in Nederland tamelijk inter nationaal. Van werkelijk eigentijd se Nederlandse beeldende kunst is nauwelijks sprake. Als er al een kenmerk van de actuele kunst in ons land genoemd kan worden, dan is het toch wel het feit dat die eigenschap er vrijwel niet is. Zo is het heel goed mogelijk om een ex positie samen te stellen van (bij voorbeeld) Duitse, Nederlandse en Belgische kunstenaars, zonder dat er - landgebonden - verschillen zijn op te mqrken. De maatschap pelijke situatie verschilt in de drie genoemde landen op veel gebieden nu eenmaal niet erg veel. Boven dien is daar nog het intensieve con tact tussen de landen, niet op de laatste plaats op cultureel gebied. En zo zijn er meer landen naast el kaar te zetten. Wat op de expositie 'Signalen van buiten' in Breda dan ook op valt, is dat juist de kunst uit de lan den waar we hier in Nederland niet regelmatig mee worden geconfron teerd, het meeste opvallen. We we ten nu eenmaal minder van de reli gie en (culturele) historie van lan den als bijvoorbeeld Marokko. Turkije, Roemenié en Colombia dan van Engeland en de Verenigde Staten. Anders dan de objecten van de Brit John Liggins, waar de trouwe museumbezoeker niet veel proble men mee zal hebben, zijn de beel den van de Turkse kunstenaar Tzü- ner wel onmiddellijk heel prikke lend. Zijn kleurgebruik, samen stelling van vormen en combinatie van materialen zijn uitzonderlijk Magisch, mysterieus: maar op de eerste plaats verrassend tussen al die inmiddels geaccepteerde vor men. Dat geldt evenzeer voor de grote schilderijen van de uit Marokko af komstige Jarram. Want afgezien van zijn forse factuur, zijn de doe ken door het schrift, de eigenzinni ge kleuren en de arabesque vor men vooral met-westers. Van (Ne derlandse) invloeden is ook bij de ze kunstenaar gelukkig geen spra ke. Herinneringen Anders is het wellicht bij de Tsje- choslovaak Rajlich, die - getuige de geëxposeerde werken - zich heeft laten beïnvloeden door de fundamentele schilderkunst. De systematische schilderijen van bij voorbeeld Schoonhoven komen in je op bij het zien van zijn werken. Maar in hoeverre is het werk van Schoonhoven Nederlands...? En uiteraard doen de hangende objecten van Liggings je herinne ren aan de werken van onder meer Verhoef en Verkerk. Maar of je daar dan onmiddellijk het etiket 'Nederlandse beïnvloeding' op mag plakken...? Kortom: De presentatie in Breda maakt duidelijk dat (vaak eeuwen lange en diepgewortelde) tradities zich niet laten verdringen door (kortstondige) invloeden. De ten toonstelling wordt er - wat mij be treft - alleen maar boeiender door Tentoonstelling: 'Signalen vanbui ten'. De Beyerd, centrum voor beelden de kunst, Boschstraat 22, Breda. Open: dinsdag tot en met vrijdag van 10-17, zaterdag en zondag van 13-17 uur. Miljoen voor omscholing dansers Amateurs van 'Sodemieter Op!' overtuigen in 'Piet Hutten' 'Piet Hutten', gedanst door 'Sode mieter Op!'. Choreografie: Hans Tuerlings; muziek: collage met o.a. Bartók en Alkema. Gezien op 10 ja nuari in De Engelenbak aan de Nes in Amsterdam. Aldaar ook op 11,15, 16, 17 en 18 januari. AMSTERDAM - Hans Tuerlings is er voor de tweede keer in suc cessie in geslaagd met een groep amateurs een spannende dans voorstelling te maken. Vorig jaar werden onder de noemer 'Be weegreden 2' in De Engelenbak door amateurdansers vier voor hen gemaakte choreografieën ge bracht. 'Sodemieter op! Wat?' van Tuerlings was één van die dansen en sloeg zo goed aan, dat de uitvoerenden besloten door te gaan. Ze presenteren zich nu on der de weinig elegante naam 'So demieter op!' en noemen zich een "(professionele) amateur- dansgroep". De meeste van deze acht leden tellende groep hadden nooit eer der gedanst. Tuerlings heeft met hen een interessante werkwijze gehanteerd. Hij heeft niet ge tracht hen in korte tijd danstech- nieken bij te brengen, maar is uitgegaan van de bewegingen die ze wel beheersten en heeft deze in de door hem gewenste richting gestuurd. Die werkwijze is voor 'Piet Hutten' uitgebouwd, zonder het authentieke karakter van de bewegingen aan te tasten. De dansers missen veel van de vaardigheden die gediplomeerde dansers tijdens hun opleiding hebben geleerd. Maar met de kwaliteiten waarover ze wel be schikken wordt in 'Piet Hutten' op een zodanige manier gewoe kerd dat dat gemis van weinig belang is. Van atletische aanleg, gevoel voor timing en persoon lijkheid wordt in de choreografie optimaal gebruik gemaakt. Dit zijn geen amateurs die zich hoe ven te verschuilen achter inzet en spelplezier. De choreografie ontleent haar spanning aan het onberekenbare van primaire impulsen, die zich niets gelegen laten liggen aan de regels van het verstand. Vaak zijn de bewegingen dualistisch, verenigen liefde en haat in zich. Wurging en omhelzing zijn haast niet te onderscheiden, een aan val kan vloeiend uitmonden in een liefkozing. Die tweeslachtig heid van hardhandige liefde en tedere agressie zie je tegenwoor dig vaker in moderne dans en is wellicht als een gedanste weer slag van onze tijd te beschou- De dans toont daardoor een voortdurende wisseling van stemmingen. Vaak wordt een lange spanningsboog doelbe wust met één relativerende zin of absurde beweging afgebroken en moet er weer van de grond af worden opgebouwd. Dat vereist veel gevoel voor dosering van de dansers. Het pleit voor hen dat ze er ondanks de vele wendingen bijna steeds in slagen hun spel geloofwaardig te houden. Mis schien juist dankzij hun onge schooldheid, die hen behoedt voor de mooimakerij die bij deze choreografie funest zou werken. De pathetische slotscène is de enige die niet overtuigt en steekt bleek af bij het voorafgaande. De werkwijze van Hans Tuer lings verdient getuige het resul taat zeker navolging. ARIEJAN KORTEWEG Scène uit 'Piet Hutten'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1986 | | pagina 33