'Gezondheidspark' vestigen op oude terrein van AZL Definitieve uitbreiding voor Instituut Burgerraadslieden Reve en de zuilen van het proza Katwijkse fabrikant ontkent levering verkeerde kozijnen Pleidooi directeur ziekenhuis: Een lastige weduwe, vele mythes en een mislukte vriendschap ZATERDAG 9 NOVEMBER 1985 LEIDEN LEIDEN - Een gezondheidspark op het oude ziekenhuisterrein. Daarvoor pleit de alge meen directeur van het Academisch Ziekenhuis, mr. J.H. Peters. Nu de verhuizing naar de nieuwbouw van het AZL zo dichtbij is, krijgen de plannen voor de bestemming van de oude gebouwen steeds meer vorm. De algemeen directeur van het ziekenhuis wil de commercie hand in hand laten gaan met de gezondheidszorg. In een vandaag verschenen nieuw- bouwkrant voor het personeel laat de 45-jarige directeur weten zich te willen inspannen voor een soort gezondheidspark op het oude AZL-terrein. "Ik denk aan bedrij ven die enige verwantschap heb ben met ziekenhuisactiviteiten". Peters wil bewijzen dat door een efficiënte bedrijfsvoering en een goede samenwerking met het be drijfsleven de kosten voor de ge zondheidszorg met zo'n twintig procent omlaag kunnen. Twee maanden geleden kwam de gemeente Leiden al met 'wilde' plannen voor het gebied aan de achterzijde van het centraal sta tion. Een maquette op het Stads- bouwhuis aan de Langegracht laat een overbouwing zien van het sta tion met winkels en kantoren, een parkeergarage en een tweede plein achter het huidige station, een ver binding tussen de Leidse binnen stad en de nieuwbouw van het AZL door een tunnel onder het Stationsplein en verder de realisa tie van zo'n 60.000 vierkante meter kantoorruimte. De AZL-directeur stelt dat er geen enkele projectontwikkelaar zo gek zal zijn om een parkeergara ge in dat gebied te zetten, als er be halve het ziekenhuis geen andere activiteiten zijn die verkeer aan trekken, zoals winkels en gevulde kantoren. "Ook op die manier ben je dus gedwongen om samen te werken met het bedrijfsleven. Commercialisering heeft voor mij te maken met een denkwijze. Een denkwijze die in het bedrijfsleven heel gewoon is, namelijk om zo ef ficiënt en goedkoop mogelijk te werken met een hoge kwaliteit en met oog voor je produkt en de con sument". Geen beddegoed Op de vraag aan welke mogelijk heden Peters dan denkt voor de ge bouwen op het oude terrein, zegt hij het volgende: "Onze specialiteit is het geven van de beste medische en verpleegkundige behandeling aan patiënten. Daar moeten we ons op concentreren. Niet op het was sen van beddegoed, het bewaken of schoonmaken van gebouwen, het opzetten van een salarisadmi nistratie of het verzorgen van maal tijden. De vraag is dan ook waarom je dat nog zelf zou doen. Je bent goedkoper uit als je die activiteiten uitbesteedt aan bedrijven die vlak bij je in de buurt zitten. Je hoeft op die manier geen geld te steken in een veel te dure infrastructuur". Een andere vorm van samenwer king kan volgens Peters worden gezocht in de verkoop van ideeën of ontwikkelingen. "Als je labora toriumactiviteiten nu sterk ont wikkeld zijn, zoek dan in het be drijfsleven een partner voor bij voorbeeld het uittesten van medi cijnen". Ook denkt hij aan geza menlijke inkoop. "Nu kopen het AZL, Diaconessenhuis en het Eli sabeth Ziekenhuis nog ieder voor zichzelf medische verzorgingsmid delen in. Als je op dat gebied zou samenwerken, zou je ook een hoop geld kunnen besparen". In zijn vi sie zouden dat soort bedrijven of instellingen zeker een plaatsje kunnen krijgen op het terrein. Omdat zowel de gemeente, als het Academisch Ziekenhuis, als de Nederlandse Spoorwegen over de nodige grond rond het Leidse sta tion beschikt, zal er de komende maand een projectgroep in het le ven worden geroepen die alle plan nen serieus gaat bekijken. Wethou der Peters staat in eerste instantie niet afwijzend tegenover de ideeën van de AZL-directeur. "Het moet natuurlijk wel haalbaar zijn", waar schuwt hij. "Maar daarover zal het AZL ook nog wel met andere in stanties in de slag moeten". Werkgelegenheid Verder zegt Peters dat voor de gebouwen op het AZL-terrein die Schrijver Kneppelhout herdacht LEIDEN - Gelukkig hij die jong sterft, meende Kneppelhout. Maar hij stierf niet jong, integendeel: toen hij een eeuw geleden op 8 no vember 1885 de laatste adem uit blies was de in 1814 geboren schrij ver blind, ontgoocheld en een ver moeide grijsaard, zoals neerlandi cus Peter van Zonnelveld het gis termiddag tijdens de herdenkings bijeenkomst in het Academiege bouw uitdrukte. Ter gelegenheid van het feit dat de schrijver honderd jaar geleden overleed werden er een paar toe spraken gehouden. Bovendien ont hulde de voorzittef van de Maat schappij der Nederlandse Letter kunde, dr. H.L. Wesseling, de ge denksteen in de gevel van Rapen burg 65, het huis waarin Kneppel hout onder het pseudoniem Klik spaan zijn vermaarde studenten schetsen schreef. Over Kneppelhout bestaan veel mythes, zei Marita Mathijsen tij dens haar lezing. Eén van die my thes: de studentenschetsen was het eerste Nederlandstalige werk van de schrijver. Niet waar, aldus Mathijsen, onderzoek heeft geleerd dat Kneppelhout voor het publice ren van 'Studententypen' al was begonnen met het scherpen van zijn Hollandse pen. Zij had een paar publicaties in het Nederlands ontdekt die waren gepubliceerd voordat 'Studenten typen' verscheen, te weten de ver halen 'De twee vrienden' en 'De dat handelt over een meisje dat zich terugtrekt in een klooster. Beide schetsen werden gepubliceerd in het tijd schrift 'De vriend des vaderlands', aldus Mathijsen, die vervolgenss opmerkte dat ze weliswaar waren ondertekend met initialen, maar dat zij er zeker van was dat Knep pelhout de auteur is. De neerlandica vertelde overi gens een mooie anekdote. In een recensie van een dichtbundel van Ten Kate vroeg Kneppelhout cle mentie voor de dichter. Deze was immers nog zo jong, nog maar ze ventien jaar oud... Hoe oud Knep pelhout was toen hij deze schreef? 22. B en W stellen nota rechtshulp vast Dr. Wesseling toont de gevelsteen aan het Rapenburg. "Hier schreef Johannes Kneppelhout als Klikspaan zijn studentenschetsen 1839-1844", Staat er. (foto Holvast) Vriendschap Zijn een oudere man en een jon gere bevriend met elkaar, dan is het de plicht van de oudere om de jongere op te voeden - zo dacht Kneppelhout over vriendschap, al dus Frank Ligtvoet. Zijn lezing ging over de vriendschap tussen Kneppelhout en De Genestet. Hoe deze vriendschap op de klip pen liep, is in nevelen gehuld, ver volgde Ligtvoet, maar wie goed naar zijn betoog luisterde kon wel raden wie waarschijnlijk de schul dige was: De Genestet was een ei- .genwijs mannetje. Vroeg hij om kritiek, dan was hij niet te beroerd om ook te laten weten dat hij zich van die kritiek niet veel zou aan trekken. Gelukkig had De Genestet zelf ook wel doordat hij soms dwaas en hooghartig was. Tenminste, in één van zijn brieven, gedeeltelijk geci teerd door Ligtvoet, gebruikt De Genestet voornoemde kwalifica ties om zichzelf te 'tuchtigen'. Hoe komt het dat Dyserink geen biografie over Kneppelhout schreef, terwijl hij toch het mate riaal had? Op die vraag gaf Marijke Stapert-Eggen antwoord. Me vrouw Kneppelhout voelde zich wel gevleid toen ze werd benaderd door de letterkundige die een bio grafie over haar man moest schrij ven. Het moest maar een diepgra vende karakterstudie worden, vond zij. De biograaf wilde vooral een boek schrijven waarin het "smette loze karakter van Kneppelhout" uitvoerig zou worden beschreven. Maar waarom ging het feest dan niet door? Mevrouw Kneppelhout vond achteraf dat het toch niet zo'n goed idee was, een biografie over haar man. Een uitgever had haar overigens gewaarschuwd voor Dyserink. Hij beschikt over een vaardige pen, liet de uitgever weten, maar de vraag is of hij wel altijd discreet ge noeg is. Dus lastige weduwe in de letteren is een fenomeen van alle tijden. China Een lezing met dia's over de ge schiedenis en cultuur van het ou de China houdt Karin Schaedtler maandagmiddag bij K&O aan de Oude Vest. Vanaf 14.00 uur krijgen de wereldberoemde op gravingen bij Xi'an alle aan dacht. Schrijver ziet af vanmensheidreddend betoog'' over socialisme LEIDEN - Reve zou gisteravond in de Pie terskerk een openbaar college geven over so cialisme en kunst onder de titel 'Hoop Doet Sterven', maar zie: de als gastschrijver aan de Leidse universiteit verbonden auteur vertel de in een wederom volle Pieterskerk dat hij op andere gedachten was gekomen. Al die mensheidreddende betogen, dat is ook teveel van het goede, zei hij. Waarna Reve zijn vriend, Matroos Vos, aanhaalde die het diep ere doorgaans als volgt typeert: "Godsdienst, wijsgeerde en troep". Het nieuwe onder werp: De vier zuilen van het proza, een ver handeling over het schrijven. Waarom Reve geen college over het socia lisme gaf - het blijft speculeren, maar waren de organisatoren van het spektakel mis schien bang dat de gastschrijver te hard van leer zou trekken en dat sommige mensen boos zouden worden over zijn beweringen? Hoe dan ook, de volksschrijver doceerde gis teravond over zijn vak. En hy deed dat op een heldere en informatieve manier. Het had jaren geduurd voordat hij in het openbaar iets over het schrijven durfde te zeggen, be gon Reve. Enkele jaren geleden had hij voor het eerst zijn visie geopenbaard. Dat was tij dens een lezing aan de Londense ur: teit. Ook toen al had hij gesproken vier zuilen van het proza. Mooi getal Waarom vier? Vier is een mooi getal, zei Reve; het is het getal van het leven en van het kruis. Even later: "Dus ik waag het er op". Hij begon vervolgens aan het benoemen van de zuilen: (1) conceptie, (2) compositie, (3) stijl en (4) woordgebruik. De conceptie is volgens Reve "de erfelijk verworven bagage van de schrijver". Je hebt het of je hebt het niet. Over de compositie: "Dat is het gebied waar de auteur niet bij voorbaat machteloos is". De stijl hangt sa men met de conceptie, merkte Reve daarna op, "misschien wel geschonken". Wat betreft zuil 4, het woordgebruik, zei hij onder meer, dat het opvallend is dat grote schrijvers zich vaak bedienen van een banaal woordge bruik. Tijdsaanduidingen zijn belangrijk, onder wees de gastschrijver de toehoorders. Zon der tijdsaanduiding is het einde zoek. Som mige vaderlandse schrijvers noemen geen tijd omdat ze tijdloos willen schrijven, aldus Reve, maar dat wordt nooit wat volgens hem. Duidelijk moet de schrijver zijn. Wie, waar, wanneer, leeftijd en beroep... het moet alle maal zo klaar als een klontje zijn, zodat de lezer weet waar hij aan toe is. Aan het einde van de avond kwam Reve toe aan wat hij zelf het sluitstuk noemde: de onbruikbare werkelijkheid. Men denkt in al le ernst, betoogde hij, dat lichamelijke ero tiek op het toneel getoond dient te worden door naakte acteurs en actrices op en neder te laten gaan. Onzin, vond hij, laat je de werkelijkheid in alle glorie toe in je werk, dan word je bestraft. Hij had het al zo vaak meegemaakt. Doodskist En hij kwam met een voorbeeld uit het le ven gegrepen. In 'Een circusjongen' be schrijft Reve een voorval dat werkelijk plaatsvond. Hij wil een doodskist laten ma ken. Samen met met een compaan bestu deert hij de beroepengidsen van de halve provincie. Na veertien dagen en een veel voud daarvan aan flessen wijn hebben ze ein delijk een grafkistenmaker gevonden die vol gens hen geschikt is. Ze reizen af. Maar wat blijkt als ze eenmaal in de woning van de grafkistenmaker zijn? De man is dood, in de huiskamer zitten de rouwenden te wachten op de lijkstoet die elk moment kan voorrijden. "Het is fraai zeide de kraai", aldus Reve gisteravond in de Pie terskerk. "Maar met het volhouden dat het echt gebeurd is, heb je mooi lullen". WIM BRANDS LEIDEN - De uitbreiding van het Instituut Burgerraadslieden met een derde burgerraadsvrouw is de finitief. Dit blijkt uit de nota rechtshulp die B en W gistermid dag hebben vastgesteld. Naar ver luidt was het college overigens nogal verdeeld over de nota en zou met name de uitbreiding van het IBR bij de stemming met één stem verschil ten gunste van het insti tuut zijn uitgevallen. In maart van dit jaar bepaalde de gemeenteraad dat het IBR in elk geval voor een jaar een uitbreiding zou krijgen. Per 1 september trad daardoor Marianne Spitz als derde burgerraadsvrouw (naast Joset Mons en Coby Kroon) in dienst. In tussen diende de gemeente een on derzoek te doen naar het functio neren van het IBR en andere in stanties op het gebied van de rechtshulp. Aan de hand van het onderzoek zou dan worden be paald aan welke instelling de for matie-uitbreiding uiteindelijk ten goede zou komen. Verwijzing Volgens de nota rechtshulp is dat dus het IBR. In de nota wordt voorts vastgesteld dat de werkter reinen van de burgerraadslieden, het Bureau voor Rechtshulp en de Rechtswinkel vergelijkbaar zijn, al bestaan er dan accentverschillen. Het wordt daarom "zeer noodzake lijk" genoemd dat de instellingen komen tot een helder systeem van verwijzing en door middel van goe de voorlichting duidelijk maken op welk terrein zij opereren. Dit om te voorkomen dat de burger die (rechts)hulp vraagt aan de verkeer de deur klopt en om te bereiken dat er efficiënter wordt gewerkt. De rechtswinkel heeft eerder dit jaar al zelf een reorganisatie aange kondigd. Deze vrijwilligersorgani satie richt zich nu vooral op speci fieke hulpverlening aan buitenlan ders en vrouwen, naast bestaande afdelingen als de afdeling belastin gen en het Justitieel Klachtenbu reau (voor klachten over o.m. de politie). Vraagstukken op het ge bied van wonen en w.erken worden volgens de Rechtswinkel afdoende door het IBR en het Bureau voor Rechtshulp bestreken. B en W stemmen in met deze koerswijzi ging van de Rechtswinkel. Al toont het college zich in de nota enigs zins onstemd dat het daarvan nog al laat op de hoogte werd gesteld. B en W laten vast weten dat als ande re gemeenten in de nieuwe opzet aanleiding zien om minder subsi die aan de rechtswinkel te geven. Leiden een eventueel tekort niet zal compenseren. Het Bureau voor Rechtshulp wordt beschouwd als een instel ling voor algemene rechtshulp, waarmee de gemeente overigens weinig bemoeienis heeft. Het Insti tuut Burgerraadslieden, dat giste ren zyn tienjarig bestaan vierde, is er vooral voor individuele sociale rechtshulp. Wethouder Kuijers (maatschappelijke aangelegenhe den) benadrukte gistermiddag - hij kwam de jubilerende instelling fe liciteren - ook de 'vluchtheuvel functie' van het IBR. Met andere woorden: de burger die denkt ner gens meer om hulp terecht te kun nen, moet bij het IBR kunnen aan kloppen. Verder heeft het instituut tot taak te signaleren op welke ter reinen met name gemeentelijke diensten tekort blijken te schieten. Maatschappelijk werk B en W laten de vraag nog open in hoeverre het wijksgewijs opzet ten van maatschappelijk werk van invloed zal zijn op het functioneren van de instanties op het gebied van de rechtshulp. In een ambtelijke nota die eind vorig jaar verscheen werd met name aangedrongen op een bepaalde samenwerking tus sen het (toekomstig) Maatschappe lijk Werk Leiden en het IBR. Nu merken B en W daarover op dat het opzetten van maatschappelijk werk per wijk nog volop in ontwik keling is en pas echt met kracht ter hand kan worden genomen als er in de wijken ook passende accom modaties beschikbaar zijn. Later zal bezien worden, aldus B en W welke effecten het aanbod van maatschappelijk werk op het func tioneren van het IBR en de andere instanties voor rechtshulp blijkt te hebben en wat de gevolgen daar van moeten zijn. LEIDEN/KATWIJK - Volgens het Katwijkse bedrijf Klimaraam is er geen sprake van dat deze fabriek de Leidse woningbouwvereniging De Tuinstad verkeerde kozijnen zou hebben geleverd. "Ze hebben zich daar zó druk lopen maken", zegt bedrijfsingenieur D.W.K. Wring. "Ik denk dat er sprake is van een communicatiestoornis. Vorige week stuurde De Tuin- stadwijk de bewoners een brief waarin werd medegedeeld dat er bij de produktie van de kozijnen in kwestie een fout is gemaakt. De draairamen zijn tien centimeter smaller uitgevallen dan gepland. De bewoners lieten van de week echter in meerderheid weten de kozijnen met de bredere draaira men te willen hebben. Het gaat om 150 kunststof kozij nen in 50 woningen aan de Frede- rik van Eedenlaan en omgeving. Secretaris Meerburg van De Tuin- stadwijk liet gisteren weten dat 75 inmiddelds geleverde kozijnen re tour gaan naar de fabriek en dat .de fabriek de goede kozijnen moet le veren. Volgens Wring van Klimaraam is er echter geen sprake van dat er 75 verkeerde kozijnen zouden zijn af geleverd. "Er zijn er twee gemaakt en op proef gemonteerd: één met het smallere en één met het brede re draairaam. Daarover zijn afspra ken gemaakt maar later wilde men opeens wat anders". "Nee hoor, die kozijnen zyn nog niet geproduceerd. Anders waren we nu gelijk failliet geweest", zegt Wring verder. Later verklaart hij toch hoe de vork werkelijk in de steel zit. 'We hebben de zaak een beetje opgeblazen om snel duide lijkheid te krijgen". Wring verwacht dat de kozijnen op zijn vroegst over drie weken worden geleverd. Van een schade post voor Klimaraam is volgens hem geen sprake omdat er immers geen verkeerde kozijnen zouden zijn geleverd. Hoekema toch beschikbaar als lijsttrekker LEIDEN - Het D'66-raadslid Jan Hoekema stelt zich bij de komende gemeenteraadsverkiezingen toch beschikbaar als lijsttrekker voor zyn partij. Hoekema, die inmiddels zeven jaar raadslid is, en de laatste vier jaar bovendien fractieleider, had eerder te kennen gegeven op een onverkiesbare plaats te willen staan. "Het enorme beslag op je per soonlijke leven" die het raadslid maatschap met zich meebrengt, was de reden die Hoekema daar voor aanvoerde. Mede op aandrang vanuit zijn eigen party is Hoekema op zijn voornemen teruggekomen. Hij laat wel de mogelijkheid open dat hy in de volgende raadsperiode tussentijds opstapt. De leden van D'66 bepalen op 29 november hun keuze voor het lijsttrekkerschap. Een overzicht van de oude gebouwen van het AZL, die rechts op deze foto te zien zijn. Aan de onderkant de spoorlijnen en het station van boven gezien; de hoogbouw links is de nieuwbouw van het ziekenhuis. Sommige van de bestaande gebouwen van het AZL zijn zeker het handhaven waard, vindt zowel ziekenhuisdirecteur J.H. Peters als wethouder J. Pe ters. (foto Dirk Ketting) de moeite waard zijn om te behou den, zoals het administratiege bouw (gebouw 50), de vrouwenkli niek, en het gebouw van celbiolo gie en histologie inderdaad een an dere bestemming moet worden ge zocht. "Als het AZL daarvoor se rieuze kandidaten heeft, die nauw gelieerd zijn aan het ziekenhuis ben ik daar niet op tegen. Hetzelf de geldt voor het eventueel te bou wen kantoorgebouw. Bedrijven die zich daar willen vestigen en de moeite waard zijn voor de werkge legenheid in Leiden, zijn altijd wel kom". De gesprekken tussen de ge meente, het AZL en de NS over een voetgangerspad vanaf het sta tion naar de nieuwbouw van het ziekenhuis zijn afgerond. Peters: "Dat pad komt er dus. Zo zullen we ook moeten onderhandelen over parkeergarages, kantoren en ande re prachtige voorstellen" Ook ambtenaar E. Keijser, direc tie Ecomische Zaken van de ge meente Leiden, zegt het een leuk plan te vinden. "Maar pas in 1992 als het hele nieuwe AZL er staat, kunnen we het een en ander gaan realiseren. We hebben dus ruim de tijd om er een gedegen studie van te maken. We zijn op dit moment ook in de slag met een Academisch Bedrijvencentrum aan de Wasse- naarseweg. Het lijkt mij raadzaam dat we (Economische Zaken) op korte termijn al gesprekken gaan voeren met de directie van het AZL en de directeur van het be drijvencentrum, zodat we de plan nen en ideeën goed op elkaar kun nen afstemmen". (Meer informatie over de verhui zing van het AZL naar de nieuwbouw is te vinden in de bijlage 'Extra' van vandaag).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 3