Kwaliteit van viswater I EIIMj
is kwestie van beheer
Schaken
Bridge
Klassiek
Handel in
de ruimte
Grandioze Gurre-Lieder
Opera volgens beste traditie
Verlangen naar
zonnige zuiden
ZATERDAG 22 JUNI 1985
EXTRA
PAGINA 31
Wateren vertonen soms een tref
fende gelijkenis. Alleen de vis
stand vertoont ingrijpende af
wijkingen.
Er zijn viswateren in ons land die
zo op het oog weinig van elkaar
verschillen. Ze worden om
zoomd door rietkragen en in het
water drijven verschillende soor
ten waterplanten. Ook in opper
vlakte ontlopen ze elkaar weinig,
terwijl het afpeilen van het vis
tuig leert dat in de diepte van het
water evenmin grote verschillen
bestaan.
Op het eerste gezicht dus vrij
wel identieke omstandigheden.
Maar wie in beide wateren zo nu
en dan een hengeltje uitgooit
ontdekt dat er ingrijpende ver
schillen blijken te bestaan. In het
ene water worden met de regel
maat van de klok kloeke voorns
en uit de kluiten gewassen bra
sems aan de haak geslagen, ter
wijl een ondermaats visje een be
zienswaardigheid is.
In het andere water zijn de vis-
omstandigheden veel minder
positief. Er wordt weliswaar vis
gevangen, maar de voorntjes ha
len nauwelijks de inmiddels op
geheven minimummaat van 15
centimeter. Datzelfde geldt voor
de brasem en de blei. Ruggetjes
als scheermesjes zo dun en
slechts zelden een exemplaar die
de 25 centimeter te boven gaat.
Hoe zijn die frappante ver
schillen mogelijk? En, wat nog
belangrijker is, kan er iets aan
worden gedaan? Om op die vra
gen een antwoord te geven orga
niseert de Organisatie ter Verbe
tering van de Binnenvisserij jaar
lijks cursussen, waarbij bestuur
ders van hengelsportverenigin
gen iets wordt geleerd over het
beheren van visstanden.
Behalve een flinke hoeveel
heid 'droge kost' die men op die
dagen te verwerken krijgt is er
ook altijd een stukje praktijk-
werk bij. Onderzoek waaruit za
ken tevoorschijn komen waar
mee de cursisten maar ook ande
ren hun voordeel kunnen doen.
Dat omvat onder meer een aantal
proefnemingen in speciale vij
vers op een van de OVB-comple-
Hoe duidelijk dat werk op de
praktijk is gericht wordt duide
lijk in het deze week verschenen
OVB-bericht, waarin verslag
wordt gedaan van enkele onder
zoekingen in de afgelopen jaren.
Zo is onder meer gebleken dat de
aanwezigheid van roofvis in een
bepaald water van grote invloed
kan zijn op de samenstelling en
grootte van soorten als brasem
en karper.
In een vijver waarin zowel kar
pers, brasems als kleine snoeken
rondzwemmen blijken aan het
einde van het seizoen ondanks
de voortplanting geen jonge vis
sen meer aanwezig te zijn. De
roofvis heeft al het jonge broed
opgegeten. Gevolg van deze uit
dunning is wel dat de aanwezige
brasems en karpers fors in ge
wicht en lengte zijn toegenomen.
In een andere vijver van gelij
ke afmeting ontbreekt de snoek.
Daar verloopt de ontwikkeling
volledig anders. Aan het eind
van het seizoen wanneer de vij
ver wordt afgevist blijkt er veel
jonge vis rond te zwemmen. De
'jonkies' hebben echter zo'n aan
slag gepleegd op de aanwezige
provisiekast dat de oudere soort
genoten niet of nauwelijk in ge
wicht zijn toegenomen.
Dit soort situaties kan zich in
de vrije natuur ook voordoen.
Natuurlijk is het antwoord dan
niet zo simpel als een onderzoek
in een afgesloten vijver van be
perkte omvang. Omstandighe
den in open water zijn veel com
plexer en we hebben ook te ma
ken met een aanzienlijke reeks
factoren die elkaar over en weer
beinvloeden. Om er eens een
paar te noemen: bodemgesteld
heid, voedselaanbod, waterkwa
liteit, wintersterfte, bevissing,
weersomstandigheden enz.
Toch is het belangrijk om te
proberen te achterhalen wat de
oorzaken van bepaalde ontwik
kelingen zijn. Zo heeft bijvoor
beeld onderzoek ook uitgewezen
dat het uitdunnen van een vis
stand omdat er in een bepaald
water teveel vis aanwezig is wei
nig effect heeft als alleen oudere
exemplaren eruit worden ge
haald. Het verwijderen van flink
wat kleine vis kan de groei van
de nog aanwezige vis veel beter
stimuleren.
Viskaart
Een heel andere zaak waarop
ik uw aandacht wil vestigen is de
nieuwe viskaart die sinds 1 juni
is ingevoerd. Een van de aange
prezen voordelen van de nieuwe
kaart was dat de vismogelijkhe-
den daarmee worden verruimd.
Nog voor de invoering sprak ik
de vrees uit dat wel eens met de
andere hand zou kunnen worden
teruggenomen, wat met de ene
hand in een gul gebaar is gege
ven. Die vrees blijkt inmiddels te
zijn bewaarheid.
Tal van verenigingen in ons
land zijn ertoe overgegaan om
het gebruik van twee hengels ge
aasd met een levend of dood vis
je of kunstaas als lepel, spinner
of plug te verbieden. Terwijl juist
als een van de verworvenheden
van de nieuwe viskaart werd ge
propageerd dat er met twee van
dit soort hengels zou mogen wor
den gevist.
Een van de eerste clubs die de
beperkende maatregelen nam
was het Enschedese VIOS, maar
ook de Hengelaarsbond voor
Leiden en Omstreken heeft zich
inmiddels in dat rijtje geschaard.
Eerlijk gezegd ben ik niet zo ver
baasd over die maatregelen. De
afgelopen jaren is er door de ver
enigingen steeds een beleid ge
voerd om de roofvisstand zo
goed mogelijk te beschermen.-
Dat gebeurde via vangstbeper
kingen, vangstverboden en extra
lange gesloten tijden voor met
name de snoek. Die bescherming
zou nu door de verruiming gro
tendeels teniet worden gedaan.
Maar er komt nog iets anders om
de hoek kijken. Heeft u zich wel
eens afgevraagd hoe het vissen
met twee speciale hengels in de
praktijk moet gaan?
Ziet u zich bijvoorbeeld ook al
aan de waterkant staan met twee
hengels waaraan tegelijkertijd
een spinner draaiend wordt ge
houden? Het enige wat ik zou
kunnen bedenken is slepend vis
sen met twee hengels achterin
een bootje. Maar daarmee houdt
het ook op. Aan het vissen met
twee hengels die zijn voorzien
van levend of dood aas zit nog
een groter nadeel.
Probleem is namelijk dat het
zeer moeilijk is om twee hengels
tegelijkertijd goed in het oog te
houden. Daardoor kan het ge
makkelijk gebeuren dat de roof
vis de haak te diep slikt en terug
zetten onmogelijk is. Dat risico
op extra beschadiging van de
roofvis heeft een groot aantal
verenigingen niet willen lopen.
Vandaar het verbod.
Nieuwe boeken
Ten slotte in deze rubriek nog
even aandacht voor een tweetal
onlangs verschenen visboeken.
In de serie vissportpaperbacks
van Elsevier kwam zowel een
boek over snoekbaars als over
karper uit. Beide delen kosten in
de winkel f 19.95 en tellen 128 pa
gina's. Het aardige van de beide
boeken is dat je nu eens niet de
mening van één auteur krijgt op
gedrongen, maar dat ze zijn sa
mengesteld door een team van
deskundigen die de vissoort ie
der vanuit een eigen invalshoek
benaderen.
Dat levert in beide gevallen
een heel leesbaar boek op geïllu
streerd met een aantal fraaie
kleurenfoto's. Over de zwart-wit-
foto's die ook in de boeken zijn
opgenomen ben ik veel minder
enthousiast. Door het gebruik
van een veel mindere kwaliteit
papier laat de afdruk veel te wen-
Maar wie dat bezwaar voor lief
neemt kan zowel aan Vissen op
snoekbaars als aan Vissen op
karper een paar plezierige uur
tjes beleven. Veel wat er in staat
is op de praktijk gericht. Geen
droge theorie, maar zaken die
aan de waterkant hun nut heb
ben bewezen en tot betere resul
taten hebben geleid.
Bijdragen: Paul Korenhof
Linde Consort
Handel: Water Music door het
Linde Consort o.l.v. Hans Mar
tin Linde. (EMI 2700911).
Een virtuoze vertolking van
Handels Watermusic, dat zeker,
maar ook een waarbij ik af en toe
even amechtig onderuitzakte.
Het authentieke instrumenta
rium van het Linde Consort
wordt met veel verve bespeeld
en iedereen weet exact
hij zich te houden heeft, maar
soms slippen er ook een paar on
effenheden en ongelijkmatighe
den door, met name bij de bla
zers in de tweede suite. Dat ge
voegd bij het straffe tempo zorg
de af en toe voor de behoefte om
even afstand te nemen, temeer
daar de opname het geheel in een
breed, ruimtelijk kader plaatste,
en deze drie suites zijn toch be
slist geen kerkmuziek! Al met al
knappe uitvoeringen die ik zeker
nog wel eens uit de kast zal ha
len, maar toch denk ik dat ik op
den duur de voorkeur zal geven
aan een iets zangeriger wijze van
musiceren en een minder groot
se akoestiek. Maar smaken ver
schillen (gelukkig maar).
Seiji Ozawa
Schönberg: 'Gurre-Lieder' door solisten, het Tanglewood Festi
val Chorus en het Boston Symphony Orchestra o.l.v. Seiji Oza
wa. Philips 412 511-2 (2 cd's).
Na de mislukte uitvoering van de 'Gurre-Lieder' vorige week in
het Holland Festival, kan ik niet nalaten even te wijzen op een
onlangs verschenen uitgave op twee compact discs van een in
april 1979 in Boston vervaardigde live-opname. Ondanks de vele
Wagner-citaten en de meer dan Wagneriaanse orkestbezetting
wordt via deze uitvoering van meet af duidelijk, dat in de 'Gurre-
Lieder' geen pathetisch Wagneriaans liefdesdrama centraal staat,
maar een schildering van de natuur in haar meest romantische èn
haar meest bizarre tinten.
Wat Ozawa hier met het orkest doet, staat werkelijk loodrecht op
wat twee weken geleden in het Concertgebouw te horen was: dit
enorme orkestapparaat werd door Schönberg niet voorgeschre
ven om er een al even enorm volume mee te bereiken, maar om
over een ongekend rijk geschakeerd kleurenpalet te beschikken.
Ook hier is sprake van een uitvoering voor publiek (waarvan ove
rigens nauwelijks iets te merken is), maar desondanks is intimiteit
het toverwoord dat alle in zijn ban houdt. En als er dan een climax
naar een levensgroot fortissimo wordt opgebouwd, levert dat zo'n
contrast op, dat het effect meteen maximaal wordt. Voortreffelijk
zijn ook de solisten onder aanvoering van een robuuste Waldemar
van James McCracken en een wonderbaarlijk mooi en ingetogen
zingende Tove van Jessye Norman.
Een grandioze uitgave met maar één nadeel: de plaatversie
schijnt momenteel niet meer in de handel te zijn. Maar aan de
andere kant is dit ook typisch een werk om via de compact disc te
beluisteren.
Ricardo Chailly
Giordano: Andrea Chénier. Opera in vier akten met Montserrat
Caballé, Luciano Pavarotti, Leo Nucci e.a., het koor van de
Welsh National Opera en het National Philharmonic Orchestra
o.l.v. Riccardo Chailly (Decca 410 117-1 (3 LP's), 410 117-2 (2
cd's).
Voor sommige conservatief ingestelde Amsterdammers zal het
even wennen zijn: de opvolger van Haitink is niet alleen geen
Nederlander, maar zelfs een Italiaan die internationaal vooral
naam heeft gemaakt als operadirigent. Aan de andere kant zal dat
er misschien ook toe leiden, dat de opera nu eindelijk ook serieus
genomen gaat worden door groepen muziekliefhebbers, die in het
verleden menigmaal hun neus ophaalden voor "dat ordinaire ge
gil". Een uitstekend voorproefje biedt deze opname van 'Andrea
Chénier', een realistisch getint muziekdrama vol liefde, haat, zelfo
poffering en andere felle hartstochten. Chailly zorgt voor een uit
voering in de beste Italiaanse tradities, maar zonder geschmier en
overbodige pathetiek, waardoor er wel degelijk ruimte komt voor
onvermoede subtiliteiten.
Een evenwichtig drama is 'Andrea Chénier' misschien niet,
maar de melodische vondsten volgen elkaar in snel tempo op en
bij een uitvoering op niveau blijken de drie hoofdrollen bijzonder
dankbaar. Ook wat dat betreft laat deze opname weinig wensen
onvervuld. Voor de vrouwelijke hoofdrol zou men zich een iets
warmere stem dan die van Montserrat Caballé kunnen wensen,
maar Luciano Pavarotti gooit als Andrea Chénier, de dichter van
de Franse revolutie, al zijn gouden tenormateriaal in de strijd en
de bariton Leo Nucci geeft opvallend veel karakterdiepte aan
diens tegenspeler Gérard, de lakei die opklimt tot een van de naas
te medewerkers van Robespierre. Een bijzonderheid van deze uit
voering is een aantal 'grote namen' in de diverse bijrollen.
Los Romeros
Bizet: Carmen-suite. Falla: Dan
sen. Chapi: La Revoltosa. Torro-
ba: Sonatina trianera. Los Ro
meros (gitaar en castagnetten).
(Philips 412 609-1).
Philips 'meevaller van de
maand' is ditmaal geheel gewijd
aan Spaanse muziek van Chapi,
De Falla en Torroba met als on
vermijdelijke opening de Car
men-suite van Bizet. De bewer
king voor de vier gitaren van Los
Romeros vraagt misschien even
om gewenning, met name als de
specifieke techniek van het gi
taarspel in de muziek van Bizet
een aanpassing van de tempi no
dig maakt, maar verder is dit een
verrukkelijke plaat, die op frisse
junidagen een bijna onbedwing
baar verlangen naar het zonnige
zuiden wakker maakt. Wie (nog)
niet aan vakantie toe is, kan zich
misschien troosten met een
Spaans restaurant, waar het spel
van Los Romeros voor de beste
achtergrondmuziek zou zorgen
die men zich wensen kan.
In 1825 verscheen er een boek
van A. Reinganum, getiteld
"Ben-Oni oder Verteidiging ge-
gen Gambitzüge im Schach-
spiel". Hierin werd de Ben Oni
verdediging behandeld als een
preventieve maatregel tegen het
damegambiet. Ook de exotische
naam van deze opening is afkom
stig van de schrijver: "Elke keer
als ik mij depressief voelde en
naar een uitweg uit mijn melan
cholie zocht, zette ik mij één of
twee uur achter het schaak
bord", vandaar Ben Oni, Ara
bisch voor "zoon der droefheid".
In de twintigste eeuw is de Ben
Oni uitgegroeid tot een scherpe
en elastische verdediging waar
over al vele theorieboeken ge
schreven zijn. Onlangs kwam
daar een boek bij. Bij Schachver-
lag Rudi Schmaus te Heidelberg
verscheen van Stolgar en Kon-
dratjev een uitgave getiteld "Alt-
Benoni-Verteidigung, prijs onge
veer 25,-. Het boek is voor een
belangrijk deel gewijd aan de te
genwoordige vrij ongebruikelij
ke beginzetten l.d4 c5 2.d5 e5
Van 12 t/m 15 juni werd in Lenin
grad de 14e interland gespeeld
tussen de twee sterkste dam-na-
ties ter wereld: Nederland en de
U.S.S.R. Geheel tegen de ver
wachtingen in, is deze ontmoe
ting geëindigd in een gelijkspel:
40-40. Onverwacht omdat aan
Nederlandse zijde Wiersma, Van
der Wal en Sijbrands ontbraken.
Achteraf gezien moet men dit ge
lijke spel toch als een teleurstel
ling zien, aangezien in de eerste
en tweede ronde verdiend ge
wonnen werd met resp. 11-9 en
12-8. In de derde en vierde ron
de sloegen de Russen echter te
rug met resp. 8-12 en 9-11.
Voor de goede orde hieronder
de opstellingen met persoonlijke
resultaten. 1. Gantwarg-Palmer
6-2.2. Korenevski-Clerc 4-4.3.
Dibman-Hans Jansen 3-5. 4.
Wirny—Vermin 4—4. 5. Baljaki-
n-Van der Borst 7—1. 6. Mogil-
janski-Bies 4-4. 7. Kolesnik—
Scholma 5-3. 8. Walners (de
nieuwe jeugdwereldkampioe-
n)-Stokkel 2-6. 9. Boezinski—
Bastiaannet 3-5. 10. Petoecho-
f-Gérard Jansen 2-6. Deze in
terland heeft tot nu toe het mees
te aantal beslissingen gebracht
nl. 14. Hier één daarvan.
Jansen-Dibman (eerste ronde).
1.32-28 18-23 38-32 12-18
3.e4 d6. Voor wie een hekel heeft
aan veel theorie en daarom graag
buiten de aktuele varianten blijft
kan dit een nuttig boekje zijn.
Het systeem is speelbaar voor
zwart en de theorie beslaat
slechts een beperkt aantal pagi
na's. Ter illustratie staan in het
Komend weekeinde beginnen in
Salsomaggiore (It.) de EK, waar
in 26 landen een record aan
de start verschijnen. Nederland
neemt deel met het zestal Roos-
nek-Niemeyer-Bomhof-Ramer-
Kirchhoff-Tammens, een rede
lijk team, maar niet echt een
kanshebber voor een toppositie.
Die rol zal waarschijnlijk voorbe
houden zijn aan Polen of Frank
rijk, met Denemarken als outsi
der. In de vrouwenafdeling lig
gen de Nederlandse kaarten gun
stiger. In het veld van 16 moeten
Schippers-v.d. Pas—Mulder-v.d.
Brom-Pasman—Simons zelfs tot
de absolute favorieten worden
gerekend, hetgeen uitzicht biedt
op deelname aan het WK, later
dit jaar in Sao Paulo.
In IJsland werd eveneens
geoefend, waartoe een Engels
team werd uitgenodigd met on
der meer Martin Hoffman en Zia
Mahmood. Dit spel uit het paren-
toernooi sprak tot de verbeel
ding:
Zuid opende 1 SA (13-15),
noord 2 Ru (zuid vragend om 2
Ha te bieden), zuid 2 Ha (ver
plicht), noord 4 Ha. Het contract
was hiermee overgeheveld naar
de sterke hand. West startte met
Sch V en zuid speelde zonder
HET DEFINITIEVE postzege-
luitgifteprogramma 1986 is nu al
bekend. En het belooft weer een
interessant jaar te worden met
veel landseigen. Hebben we dit
jaar bijvoorbeeld de echt Neder
landse zomerzegels met kerken,
de Valkenburg-zegel en de zegel
Hoge Veluwe, de bevrijdingsse
rie, de Amsterdam-serie, die be
gin volgende maand zal uitko
men en dan later dit jaar nog de
dierenzegels, waar ook echt geen
beesten zullen opstaan die niet in
ons land voorkomen.
Ook in 1986 kunnen we nu
weer veel puur Nederlandse on
derwerpen op de zegels verwach
ten. Zo zullen er zegels worden
gewijd aan het Amsterdams Peil,
aan het proefwindpark te Sex-
bierum, aan antieke voorwerpen
(en zeker geen buitenlandse), aan
historische parken, aan Utrecht
en aan de Deltawerken.
In totaal staan er voor vólgend
jaar twintig bijzondere zegels op
het programma, waarvan acht
met bijslag. Daarnaast nog een
postzegelboekje met vier zomer
zegels (bijslag) en het velletje
kinderzegels (met zes bijslagze
gels), zodat men, wil men com
pleet zijn, in totaal dertig zegels
moet kopen, waarvan achttien
met bijslag.
42-38 7-12 47-42 17-21 31-27
1-7 6.34-30 21-26 30-25 11-17
40-34 17-22 28x17 12x21 33-28
20-24 11.34-30 7-12 45-40 2-7
39-33 14-20 25x14 9x20 30-25
4-9 16.25x14 9x20 44-39 10-14
39-34 3-9 43-39 5-10 37-31 26-
x37 21.42x31 21-26 41-37 20-25
48-43 15-20. Het lijkt mij on-
O
863
A V 10 4 3 2
O V
VB4
Wat uit het voorliggende pro
gramma overduidelijk blijkt is
dat er geen verhoging van post-
tarieven in de lucht zit.
Nu dan het overzicht van de
bijzondere zegels die in 1986 zul
len verschijnen. Het jaar wordt
op 21 januari ingeluid met een
gecombineerde uitgifte: een ze
gel van 50 cent naar aanleiding
van 100 jaar Wetboek van Straf
recht en een zegel van 60 cent die
De zomerzegels komen op 8
april uit. Het thema zal zijp: an
tieke voorwerpen. De waarden
van de zegels: 50 20,60 25,65
25 en 70 30 cent. Ook deze
keer weer een boekje, het derde,
waarin twee zegels van 50 20
cent en twee van 70 30 cent. De
Europa-CEPT-zegels, die op 13
mei zullen verschijnen, hebben
in 1986 het gemeenschappelijke
thema bescherming natuur en
milieu". De zegels in waarden
van 50 en 70 cent zullen zijn ge
wijd aan oude bomen en histori
sche parken.
Hebben we dit jaar een Am-
door
Dirk Sikkel
boek enkele volledige partijen,
waaronder de volgende:
Wit: Miles; zwart: Bernat;
Buenos Aires 1979. I.d4 c5 2.d5
e5 3.e4 d6 4.Pc3 a6 5.f4 (gebruike
lijk is a4) ef4: 6.Lf4: Pe7 7.Pf3
Pg6 8.Lg3 Le7 9.e5!? (Wit vreest
Lf6; toch lijkt a4 beter) 0-0 10-
.Le2 Lg4 11.0-0 Lf3:12.ed6: Ld6:
13.Lf3: Lg3: 14.hg3: Pbd7 (Op
grond van het sterke veld e5 en
de zwakke witte pionnen staat
zwart beter) 15.d6 Db6 16.Pa4
Da7 17.Dd5 b5 18.Pc3 Pf6 19.Dd2
Tad8 20.Tadl Pe5 (Beter Db6)
21.Df4 Pg6 22.Df5 (Wil kennelijk
geen zetherhaling) c4+ 23.Kh2
Te8 24.Td2 Te5 25.Dh3 Dc5 26.Tf-
dl Te6 27.d7 (Diagram) h5? (Na
Pe5 blijft zwart sterk in het voor
deel) 28.Pd5 Pg4+ 29.Lg4: hg4:
30.Dg4 Pe5 (Met het idee dat Th6
dodelijk wordt, maar de verdedi
ging is eenvoudig) 31.Dd4 Dd4:
32.Td4: Td7: 33.Kgl Kf8 34.Pf4
Te7 35.Td6 (Nu staat wit beter...)
Ke8 36.Tld5?? maar dit is een
vreselijke fout. Nodig was Td7:)
Pg4! 37.Kfl Pe3+ 38.Kf2 Pd5:
39.Td5: Td5: 40.Pd5: Td7 44.Pb4
a5 42.Pc6 Td2+ en wit gaf het op.
waarschijnlijk dat Dibman de nu
volgende dam niet heeft gezien.
Uiteindelijk is deze vrij onduide
lijk. Echter met 1 minuut nog
te gaan voor Dibman was 24-30
etc. toch beter geweest. (14-20?
34-29, 27-21 met altijd dam).
34-29 23x45 27-21 26x17
26.28-23 18x29 35-30 24x35 33x4
19-23 46-41 17-22 31-26 23-29
31.49-44 14-19 26-21 16x27 32-
x21 22-28 38-32 19-23 43-38
29-34 36.39x30 25x34 44-39 34-
x43 38x49 35-40 4-15 40-44 49-
x40 45x34 41.50-44 7-11 15-38
13-18 21-16 9-13 16x7 llxl 32-
x27 13-19 46.38-43 34-40 44x35
28-33 27-22 18x27 43x3 33-39
3-12 23-28 51.12-17 28-33 17-8
19-23 8-30 39-44 30-3# 33-38
39x50 38-43 56.36-31 23-29
41-36? 43-49? Het enige smetje
op deze partij. I.p.v. 41-36 had
wit met 50-44 (dreigt 44-49)
43-49 de partijvariant kunnen
afdwingen. Terwijl nu 1—7! kan.
50-44!! 49x40 35x44 29-33
31-27 1-7 61.27-22 7-12 36-31
33-38 44-39 6-11 31-26 12-17
22-18 11-16 66.18-13 16-21
37-32! 38x27 13-8 en Dibman
gaf op omdat na 27-32 8-2-16
volgt en na 17-22 26x28 27-31
8-3! 31-37 3-26 37-41 26-37!!
41x23 39-33! Om van te smul
len!!
door
Ton Schïpperheyn
63
9B 10 85432
O 984
3
AB92 N H V 10 8 5
6 wn 9HV
O V 10 7 6 2 W„U OA
V 9 2 Z A 10 8 6 4
VB9 N 754
995 \NC)
08642 OAHB95
H86 2 Z *10 73
AH 10 2
H 7 6
O 10 7 6
A95
een seconde aarzeling Sch 10 bij.
Zou u als west ruiten hebben na
gespeeld? Deze west in ieder ge
val niet. Hij vervolgde Sch B en
dat betekende een kostbare over
slag. Zuid nam, trok troef en par
keerde noords verliezende ruiten
op de 13e schoppen. Tot slot nog
een leerzaam spel uit het zo suc
cesvol verlopen Océ-toernooi:
Noord, OW kwetsbaar. Noord
opende een (te) agressieve 3 Ha,
74
9A9 7
OHB53
H B 7 5
oost doublet, zuid pas, west 3
Sch en oost 4 Sch. Noord startte
met KI 3 en west liet zich niet
verleiden de slag te laten doorlo
pen naar zijn vrouw, onder het
motto: 'KI 3 lijkt verdacht veel
op een singleton en als KI H goed
zit (bij zuid), dan zit ie het hele
spel goed'. West nam dus het aas,
trok de troeven en speelde klave
ren, hetgeen tot 11 slagen leidde.
Het is gemakkelijk te zien dat
duiken in slag 1 één down ople
vert; noord krijgt twee introe
vers. West scoorde wel boven het
gemiddelde, maar niet eens veel.
Noord opende meestal niet en
ook dan wordt 4 Sch bereikt,
maar nu met oost als leider, en
dan is het wel heel moeilijk om
minder dan 11 slagen te maken.
sterdam-serie, in 1986 krijgen we
een Utrecht-serie. Ook dan drie
zegels: 50 cent 75 jaar Bond
Heemschut; 60 cent, de voltooi
ing van de restauratie van de
Domkerk en 70 cent, het 350-ja-
rig bestaan van de Universiteit
van Utrecht. De Utrecht-serie
staat gepland voor 10 juni.
drie eeuwen Amsterdams Peil
memoreert. Op 4 maart zal een
70 cent-zegel worden uitgegeven
ter gelegenheid van de inge
bruikstelling van het proefwind
park te Sexbierum (Friesland),
Op 9 september: twee zegels van
70 cent, de ene naar aanleiding
van het 75-jarig bestaan van de
Koninklijke Nederlandse Dam-
bond en de andere ter gelegen
heid van het 75-jarig bestaan van
de Koninklijke Nederlandse Bil
jartbond.
Het voltooien van de Deltawer
ken wordt onderstreept met de
uitgifte van twee zegels in de
waarden van 60 en 70 cent. Uit
giftedatum: 7 oktober.
Zoals gebruikelijk ronden de
kinderzegels het jaar af en wel op
12 november. Het thema van de
kinderzegels 1986 zal zijn "kind
en cultuur". Waarden: 50 25,60
20, 65 20 en 70 30 cent. In
het traditionele velletje zitten
vier zegels van 50 25 en twee
zegels van 70 30 cent.