Eigenlijk zijn de trucs niet belangrijk
TV-rubriek
Met een staalborstel over de kuiten
F-32 veilt unieke
collectie foto's
Ellen Fisher maakt loze mystiek
door
Nico Scheepmaker
Opera over
tijd kort
na WO II
Hans Kazan, goochelaar uit de oude doos
'Vrouwen van Troje'
degelijk werkstuk
ZATERDAG 27 APRIL 1985
RADIO-TV-KUNST
PAGINA 33
Toen Bayern München in zijn
uitwedstrijd tegen Everton in de
halve finale voor de UEFA Cup
voor de rust met 0-1 voorkwam,
moest ik onwillekeurig even
denken aan de Tweede Wereld
oorlog, toen nazi-Duitsland (zo
noemde je Duitsland toen) voor
de rust, ook in een uitwedstrijd,
eveneens voor kwam te staan.
Maar zie, na een verwoed tegen
offensief van de Britten (Tom
mies zeiden we in de oorlog),
werd de stand gelijk, en korte
tijd later namen de Engelsen
zelfs een 2-1 voorsprong. Toch
gaven de moffen (Duitsers zeg
gen we tegenwoordig, en als we
heel nauwkeurig zijn Westduit
sers) nog niet op, ze begonnen
aan hun Ardennenoffensief zal ik
maar zeggen, maar zie, ook dat
verloren ze, en het werd 3-1 voor
de Engelsen. Toen zag je dat de
Duitsers hun laatste hoop op een
overwinning verloren hadden, ze
speelden plichtmatig nog wat
verder, maar echt aandringen de
den ze niet meer...
In 1945 reageerden ze toch nog
hardnekkiger. In de laatste afle
vering van 'Het Adelaarsnest' za
gen we nog een troep 'Volks-
sturm' voorbijmarcheren tussen
de puinhopen door, oudere man
nen in gewone jassen met een
ongewone Panzerfaust op hun
schouder, en even later zagen we
een afgetakelde Adolf Hitler, net
aan de aanslag ontsprongen, een
peloton jonge jongens van tus
sen de 14 en 17 jaar 'inspecteren'
en vriendelijk toespreken, zoals
je dat de hertog van Kent ook al
tijd de ballenjongens ziet doen
op Wimbledon. Ik moest toen
even aan André R. denken, met
wie ik in 1950 in Harderwijk in
de Oranje Nassaukazerne mijn
dienstplicht vervulde. Ik was
toen twintig jaar, hij denk ik ook.
In de oorlog woonde hij met
zijn ouders (Nederlandse vader,
Duitse moeder?, ik weet het niet)
in Duitsland, en in de laatste
maanden van die oorlog was hij,
als jongen, ingelijfd bij diezelfde
schooljongenstroepen die Hitier
in 'Het Adelaarsnest' inspecteer
de. Hij kan toen toch ook niet ou
der dan 14 of*15 jaar zijn geweest.
Veel gevochten had hij niet, ver
telde hij me eens, daar waren ze
niet aan toe gekomen. Ze hadden
hun bivak ergens opgeslagen, hij
was 's nachts op enige afstand
van dat bivak op wacht gezet, en
opeens waren er uit het duister
Amerikaanse tanks komen aan
rijden die dwars over het bivak
waren heengereden, weinig over
levenden overlatend, en alleen
hij en enkele anderen die iets
verderop op wacht stonden had
den het overleefd.
Iets van het Duitse fanatisme
had hij nog wel mee teruggeno
men naar Nederland, hij wou
ook bij strenge vorst nog met de
ramen open slapen, had onder
zijn bed zijn oude soldatenkist
nog staan, en als er een veldloop
werd gehouden haalde hij daar
een staalborstel uit waarmee hij
eerst zijn kuiten borstelde om
zijn loopvermogen te vergroten.
Wij wilden het raam altijd dicht,
hadden niet zo'n kist onder ons
bed en borstelden onze kuiten
ook nooit met een staalborstel,
maar waren bij die veldlopen wel
altijd eerder in de kazerne terug
dan hij...
Daar moest ik even aan den
ken toen ik Hitler die jongens
zag toespreken. Ik merkte ook
dat ik met meer dan gewone aan
dacht naar oude opnamen van
Goebbels en Hitler keek in 'Het
Adelaarsnest' waarbij ik even
zo'n ultrakort gevoel had van:
waar ken ik die ook alweer van?
De volgende seconde wist ik het
natuurlijk weer: dit waren Derek
Jacobi en Ian Holm uit 'Knecht
van Hitier', maar dan in het echt.
Die verwisseling van echt en on
echt, hoe kort ook, is goedbe
schouwd niet eens onbegrijpe
lijk.
Want wat weten we van Hitier,
Goebbels, Speer, Eva Braun and
all that jazz behalve wat we over
hen gelezen hebben? We kennen
ze van gezicht, zult u zeggen,
dank zij de bewaard gebleven
filmjournaals. Dat is waar, maar
dan zie je ze alleen met de Hitler
groet stilstaan, of je ziet ze een
tijdlang een redevoering houden.
Maar je hoort ze nooit met elkaar
praten, je hoort of ziet nooit wat
ze tegen elkaar zeiden in de rijks
kanselarij of in Berchtesgaden,
in een vliegtuig of in een auto.
We kennen ze alleen maar als
'performers', niet als huis-, tuin
en keukenpersonen.
Zo'n serie vult al die ontbre
kende schakels in. Ik neem daar
bij onvoorwaardelijk zoniet voet
stoots aan dat daarbij getracht is
enige historische authenticiteit
in acht te nemen, met behulp van
memoires en andere ooggetui-
genverhalen, en het gevolg is dat
Goebbels en Hitier en Speer
daardoor enkele uren lang meer
voor ons gaan leven dan daar
voor het geval was, hoe moeilijk
het ook blijkt te zijn een natuur
getrouwe Hitier te spelen. Veel
moeilijker dat het nabootsen van
een beroemde zanger of zange
res, zoals we van de Playback-
show leren.
Dat de hoofdrol in deze serie,
Albert Speer, gespeeld wordt
door Rutger Hauer en Eva Braun
door Renée Soutendijk, is toch
een niet geringe hommage aan
onze acteurs, als je ziet door wie
ze omringd worden: Derek Jaco
bi, Ian Holm, Sir John Gielgud,
Trevor Howard, Maria Schell,
Robert Vaughn, Mort Sahl...
slingerd aan het goochelen en als
negentienjarige werd hij professio
nal. Hij komt overigens niet uit de
school-Vermeijden, een begrip in
het goochelwereldje. Hij is nu 32,
van origine Hagenaar en consta
teert dat het langzaam gegaan is.
Talentenjachten heeft hij altijd
gemeden als een kwade ziekte. Het
Nederlands kampioenschap - be
haald in 1972 in Groningen tijdens
het congres in de Martinihal - be
tekende eigenlijk de grote aanloop.
Het jaar daarop behaalde hij tij
dens het wereldcongres der magie
in Parijs de hoofdprijs in de ru
briek illusionisme. Vooral de bab
bel deed het, denkt hij. Zijn num
mer was misschien niet zo bijzon
der, maar zijn conférence in het
Frans, Duits en Engels met een
voor ieder begrijpelijk verhaal
maakte indruk op de jury.
Amerika
Er kwamen aanbiedingen, vooral
uit Amerika. Maar Kazén is geen
reislustig goochelaar. Hij had altijd
al het gevoel dat hij gauw uitgeke
ken zou zijn in het buitenland en
daar heeft hij geen spijt van gekre
gen. Hij is het huiselijk type, ge
trouwd, vader van twee en straks
van drie kinderen. In eigen land
heeft hij zijn markt opgebouwd en
hij runt zijn eigen zaak en heeft een
volle agenda in de la.
Met zijn Magic Show; het ballet
van Penny de Jager, een orkest en
een zangeres reist hij de evene
menten af van grote instellingen en
bedrijven. Zijn programma: „Veel
grote illusies, praat- en goochel
werk".
Hans Kazén zou dolgraag met
een theaterprogramma uitkomen
in de vrije sector, het aspect van de
kosten heeft hem tot nu toe weer
houden. Het financiële risico is
groot, maar zo'n magische revue
blijft een grote wens. Zijn naam?
Uiteraard een pseudoniem, een to
neelnaam. Dat ligt voor de hand.
„Ik wil zelf niet weten hoe ik
echt heet. Daar kom ik wel achter
als ik mijn belastingformulieren
invul. De letters KA zijn afgeleid
van Kaps en Inzani komt van een
Italiaanse goochelaar. Daar heb ik
een combinatie van gemaakt".
De TROS heeft beslist dat de
Blufshow op de tv het derde sei
zoen ingaat. Het is het meest beke
ken jeugdprogramma voor de
groep van 6 tot 14 jaar. Kinderen
hebben als rapportcijfer een 8 inge
vuld. In televisieland een uitste
kende waardering. Zijn uitleg van
goocheltrucs is Kazén in eigen
kring niet in dank afgenomen.
„Het blijft een discussiepunt. Het
is net zoiets als dat je over het ge
loof gaat praten, maar het is een
feit dat kinderen blijven vragen om
informatie, omdat ze de goochel-
doos niet altijd snappen. Veertig
jaar geleden deed men hetzelfde
met het boekje bij de havermout.
Daar hebben we een talent als Fred
Kaps aan te danken en de manier
waarop je het goochelen verheft tot
een zekere vorm van kunst".
„Een truc kennen is niet hetzelf
de als goochelen. Hoe beweeg je je,
hoe sta je, hoe kijk je, hoe verkrijg
je effecten. Ik heb daar veel over
gelezen. Hoe maak je iets van een
simpel gegeven, van kleine din
getjes. Daar is in het verleden te
weinig naar gekeken. Ik kreeg een
hekel aan het vak door de acts met
doorgezaagde weesmeisjes..."
'Vrouwen van Troje' van Euripides.
Bewerking: Jean Paul Sartre. Door
toneelgroep 'Theater'. Met: Anita
Menist, Arthur Boni, Eric van der
Donk, Bea Meulman, Huib Broos,
Roos Blaauboer e.v.a. Regie: Chris-
tiaan Nortier. Gezien op 26 april in
de Leidsche schouwburg. Aldaar
nog vanavond te zien.
LEIDEN - Zoals Euripides met
zijn tragedie 'Vrouwen van Tro
je' de Atheners wilde waarschu
wen voor de zinlose offers en risi
co's van een oorlog, zo heeft Sar
tre in zijn bewerking naar aanlei
ding van de oorlog in Algerije
willen protesteren tegen de zin
loosheid van koloniale oorlogs
voering. 'Theater' speelt deze tra
gedie, omdat machtsuitoefening
door bruut geweld als thema nog
steeds actueel is.
Het stuk is eigenlijk vertellend
van structuur: in de puinhopen
van de verwoeste stad jammeren
de vrouwen van Troje om de
dood van hun zonen en mannen.
Koningin Hekuba en haar doch
ters Kassandra en Andromache
beschrijven het hen aangedane
leed - de Griekse boodschapper
Talthybios bericht, welk lot van
slaafse onderworpenheid hen
nog te wachten staat.
Naast de hoofdpersonen zijn
op het (tot in de zaal doorlopen
de) toneel twaalf vrouwen aan
wezig, die hier iets individualisti-
scher dan alleen maar als leden
van het koor optreden. Hoewel
door 'Theater' bij deze produktie
voor een onopvallende, traditio
nele enscenering is gekozen,
heeft men het geheel dus wel be
hoorlijk groots aangepakt en een
degelijk werkstuk afgeleverd.
De mooiste scène levert de
confrontatie tussen Hekuba en
Helena. Terwijl de laatste zich te
genover haar man van haar
schuld wil vrij pleiten, probeert
Hekuba deze verdedigingsrede
als sluwe truc te ontmaskeren.
Hier is het spel van met name
Anita Menist pas echt overtui
gend; veelal is de tekst sterker
dan het spel van de acteurs.
Tenslotte verschijnt Poseidon
in moderne kleding met zijn to
neelkostuum over de arm om al
leen de onheilstijding te bren
gen: "Jullie gaan eraan. Alle
maal". Deze kleding is nu net een
iets te voor de hand liggende fic
tiedoorbreking, die het stuk nog
eens moet actualiseren en beter
achterwege had kunnen blijven.
WIJNAND ZEILSTRA.
i Troje' door Theater. Op de voorgrond Bea
(foto Pao Sok)
I GRONINGEN (ANP) - De avond-
vullende 'Opera 45' van historicus
en toneelschrijver Wim Jurg en
componist Rob van den Berg gaat
5 mei in Groningen in première in
de regie van Javier Plooij, onder
muzikale leiding van Jan Lame-
ries. Het is een produktie van de
stichting Grand Theatre Produk-
ties in samenwerking met Noorde
lijk Theater De Voorziening, het
i Stedelijk Conservatorium en het 4
Mei Projekt, vormgegeven door
Jan Klatter.
Behalve in Groningen wordt het
stuk muziektheater in mei ook in
Alkmaar, Winschoten, Stadska
naal, Haarlem, Assen en Purme-
rend opgevoerd. Het ministerie
van WVC en enkele lagere overhe
den maakten de voorstelling finan
cieel mogelijk. Het Grand Theatre
wil voor het volgend seizoen er
kend worden als een van de thea
terwerkplaatsen die subsidie van
de rijksoverheid krijgen om regel
matig bijzondere produkties en ex
perimenten te ontwikkelen.
Opera 45 met als ondertitel
„Grijs, Maria, gewoon grijs" is een
feestopera. Hij gaat over de tijd na
de oorlog, over de hoge verwach
tingen dat alles anders zou worden
en over de kater toen het allemaal
tegenviel. Er zijn vier hoofdrolspe
lers: Judy Doornam, Roelof Pie-
ters, Laura Tammeling en Joop
Wittermans. Naast hen opereren
yier duo's, tegenstemmen die wor
den gespeeld en gezongen door
Groninger amateurs.
WILP (GPD) Goochelen ligt
voor velen nog steeds in de
mysterieuze sfeer. Maar de
geur van de tovenaar is er af.
Een van de bekendste, Hans
Kazén, houdt niet eens van ho-
kus pokus. „Mensen willen la
chen", zegt hij. „Het gaat om
de humor, de presentatie, het
theater".
door
Jacques J. d'Ancona
Hij is daar bloedserieus over.
„Het gaat niet alleen om de tech
niek van het goochelen". Kortom,
voor Hans Kazén - en ik krijg het
dringende verzoek mee uit het aar
dige Gelderse plaatsje Wilp om dat
accentje op de tweede a niet te ver
waarlozen - is goochelen een flit
sende vorm van amusement.
Een tak van entertainment die
sterk in ontwikkeling is geraakt,
mede door het medium televisie.
Je moet mensen niet vervelen met
langdradige kunstjes, vindt hij. In
de goochelkunst zijn velen stil blij
ven staan, luidt zijn kritiek.
„Veel goochelaars vergeten dat
ze entertainers zijn, dat mensen
niet alleen komen kijken naar
knappe staaltjes, maar verrast wil
len worden door de manier waarop
het hen wordt voorgeschoteld".
Kazén is dan ook zeker van plan
een dagje naar Stadskanaal te ko
men waar op 16,17 en 18 mei in het
Geert Teis Theater het nationale
congres voor de goochelkunst
wordt gehouden. Al enkele jaren
heeft men hem niet gezien op de
jaarlijkse topdag voor het goochel-
wezen.
Dat heeft niets te maken met zijn
bedenkingen, maar puur met het
feit dat het vak hem beroepshalve
zeer bezighoudt. Hij is er dag-in-
dag-uit mee bezig en doet veel op
tredens voor zeer uiteenlopende
gezelschappen.
Daarnaast is Hans Kazén presen
tator van programma's. De betite
ling die hij zichzelf meegeeft, sluit
daar mooi op aan. In een onstuitba
re, razende verhaaltrant, geprodu
ceerd in fraai gebeeldhouwd, ac
centloos Nederlands, stelt hij dat
de conférence een hoogst belang
rijk onderdeel vormt. Hij noemt
zich een 'praatgoochelaar'.
„Mijn stijl van werken komt in
Nederland niet zo heel erg veel
voor. Eigenlijk zijn de trucs niet
belangrijk. Ze zijn de kapstok voor
het verhaaltje. Het moet geen een
richtingsverkeer opleveren naar de
zaal. Mensen moeten geboeid wor
den door de komische situaties in
samenhang met de grappen en de
manier waarop ze gebracht wor
den. Dat bewijst je klasse. Het goo
chelen is nodig als basis, maar er is
komisch talent voor nodig om het
van de grond te brengen".
En hoe kan het anders? Dan valt
de naam van de meester van de
magie, Fred Kaps. Nog altijd on
vergetelijk, enkele jaren na zijn
dood.
Hans Kazén over Kaps: „Wat hij
bracht was een fantastische vorm
Eén van de oude fotogravures die vanavond worden geveild. (foto gpd>
AMSTERDAM (GPD) - Er zijn
wel degelijk kringen waarin de fo
tografie als kunstvorm op haar
waarde wordt geschat. Nog iets
kleiner is de knng'waarin de waar
de ook financieel geschat kan wor
den. Maar in brede kring is dat laat
ste zeker nog niet het geval. Foto
grafie is een expressiemogelijk-
heid die door het merendeel van
het publiek veel te snel geconsu
meerd wordt. Even kijken en over
tot de orde van de dag. Laat staan
dat er om een fraaie originele foto
ook nog een lijst gedaan wordt en
dan opgehangen.
Enkele jaren geleden is er bij het
veilinghuis Sotheby's Max van
Waay nog een veiling van foto's ge
weest. Dat waren dan wel interna
tionaal erkende grootheden. Van
avond is er een tweede veiling. Dit
maal van hedendaagse Nederland
se en Belgische fotografen en niet
onder auspiciën van het internatio
nale veilinghuis, maar georgani
seerd door F-32, een Amsterdamse
fotogalerie, die daarmee haar een
jarig bestaan luister bijzet. Plaats
van handeling: de Parkkerk in de
Gerard Brandstraat 36 in Amster
dam.
De Stichting F-32 is een onafhan
kelijke stichting met als doel het
bevorderen van de fotografie als
persoonlijk beeldend medium. Zo
staat het tenminste vrij plechtig
omschreven in de doelstellingen.
In de praktijk komt het erop neer
'dat er cursussen gegeven worden
en dat er aan het Singel 266 een ga
lerie is waar regelmatig geëxpo
seerd wordt.
Joop van Reeken. Rutger ten
Broeke en Adam Brown over de
broodnodige waardering van de fo
tografie als beeldend expressie
middel: de brede erkenning van de
fotografie als persoonlijk beeldend
middel is nog ver te zoeken. Of ook
wel: We zijn nog ver af van de ge
wenning aan een foto als eindpro-
dukt als het om kunst gaat.
Een fototijdschrift mei de fraai
ste foto's van de meest beroemde
fotografen ligt voor een paar tien
tjes al binnen bereik. Waarom dan
toch nog een paar honderd gulden
l uitgeven voor een enkele originele
foto van een bepaald kunstenaar?
Adam Brown loopt weg en komt te
voorschijn met een map originele
foto's van een beroemde Ameri
kaanse fotograaf.
En enigszins driftig schuift Rut
ger ten Broeke een fototijdschrift
onder handbereik. Wijzend op een
schaduwpartij in een Amerikaans
straattoneel op die originele foto's
zegt hij fel: „Die nuances in dat
grijs van de schaduwpartijen, dat
zijn de sterke kanten van zo'n foto.
Dat spel met die nuances. Denk je
dat je diezelfde nuances terug ziet
in een tijdschrift? Het eerste beeld
dat men heeft van zo'n foto, dat
komt best over. Maar het tweede
kijken, die volgende nuance in zo'n
foto, die is weg".
Joop van Reeken verklaart het
op een andere manier. „Als je het
vergelijkt met de schilderkunst,
dan zeg je toch ook niet dat een
kunstboek met prachtige afbeel
dingen van schilderwerken net zo
waardevol is als een origineel
werk? Daar blijft altijd veschil in
zitten".
„We zijn niet meer gewend om
beelden op hun waarden te schat
ten". zeggen Ten Broeke en Van
Reeken. „Zet maar eens een televi
siejournaal stil. De tranen schieten
je in de ogen als je dan de kwaliteit
ziet. En neem nu dat World Press
Photo. Dat wordt in Nederland
toch nog steeds gezien als het top
punt van fotografie".
Het is het verhaal van de fotogra
fen. met enige jaloezie wordt geke
ken naar de persfotograaf, die aan
merkelijk meer aandacht krijgt
dan de fotograaf die zijn werk als
kunst, als expressievorm, wil om
schrijven. De belangstelling voor
deze vorm van kunst neemt wel
toe, maar daarmee is een foto nog
niet verkocht. Het aantal kunstlief
hebber s dat 200 tot 300 gulden
voor een originele foto over heeft,
is gering.
Op de veiling komt werk aan de
'orde van onder anderen Eva Be-
snoy, Pieter Boersma, Paul den
Hollander, Paul Huf, Philip Me
chanicus, Willem Diepraam en Eri
ca Uhlenbeck. Het werk zal wor
den ingezet op de helft van de
gangbare prijs voor het werk, zodat
het mogelijk moet zijn om voor een
redelijke prijs aan heel oorspron
kelijk werk te komen. De veiling
begint om 8 uur vanavond.
van entertainment. Je zag een echt
artiest aan het werk, geen man die
een trucje deed. Dat vakmanschap
bestempelde hem tot de allergroot
ste onder de groten. Psychologisch
was het ook allemaal zo knap ge
vonden. Zo wist iedereen dat Kaps
nogal zweette tijdens het werk en
dat hij daardoor altijd parels op
zijn voorhoofd had. Zeker twee,
drie keer per optreden pakte hij
dan zijn pochet en die beweging
verwerkte hij in een truc door een
stukje touw achter het doekje mee
te nemen".
Je ziet het voor je als Kazén het
beschrijft en je herkent de lijn. De
conférence was ook bij Fred Kaps
een van de charmes van zijn optre
den.
Kazén schetst de ontwikkeling
van het goochelen als manipulatie-
act. Aanvankelijk het geijkte beeld
van de goochelaar: zwijgend, met
een muzikaal achtergrondje. Dat
wordt nog wel gedaan, maar voor
hem is men in het vak terecht meer
de weg op gegaan van het amuse
ment waardoor een breder publiek
is bereikt.
Zijn voorbeelden zitten vooral in
Engeland waar het goochelen een
van de hoogst gewaardeerde vor
men van entertainment is. Je ziet
het daar ook meer op de tv. Hier is
het op de buis een „achtergebleven
gebied, omdat het variété niet
meer bestaat".
Kazén is dan ook vast van plan in
zijn eigen Blufshow op de televisie
jonge goochelaars een kans te bie
den. Hij wil talent zoeken. Het
maakt niet uit of het 13- of 15-jari-
gen zijn, als ze maar met iets leuks
komen. Zélf bedacht en gemaakt,
als het even kan. Het gaat om het
effect. In september komt er van
zijn hand een goochelboek voor de
jeugd uit in stripvorm.
Terug naar zijn jeugd. De link is
snel gelegd. Al vroeg raakte hij ver-
'Dungeons Basements', solovoor
stelling van Ellen Fisher. Gezien in
het LAK-theater op 26 april, aldaar
ook vanavond.
LEIDEN - "Is er ook een pro
grammaboekje met uitleg ver
krijgbaar", zo vroeg een meisje
vertwijfeld na afloop van de
voorstelling aan de bar. Eerlijk
gezegd was het een geruststel
ling te horen dat anderen mijn
twijfels deelden. De Newyorkse
danseres Ellen Fisher had met
haar vorige voorstellingen ruim
schoots het voordeel van de twij
fel verdiend, maar wat ze er in
'Dungeons Basements' pre
senteert, raakt kant noch wal.
Het is een macabere voorstel
ling, die gebaseerd is op'het ma
nipuleren van poppen. Dat ge
beurt op een manier die sterk
aan voodoo doet denken. Voor
waarde bij het kijken is datje ge
looft dat het mogelijk is poppen
tot leven te wekken en dat je
door poppen toe te takelen een
gevaar kan bezweren.
Het podium is een kale vlakte,
w£arop de poppen al bij het be
gin verspreid liggen. Dat komt
de spanning niet ten goede, want
de handelingen worden daar
door nogal voorspelbaar. Als een
priesteres tracht Ellen Fisher de
attributen naar haar hand te zet
ten. Er is een houten silhouet,
dat ze met haar adem met leven
wil bezielen; er is een zwartge
maakte mannelijke en een bloe-
derig-rode vrouwelijke barbie
pop, die beiden gespiest worden;
er zijn uit papier geknipte figuur
tjes, die in brand worden gesto
ken. Op het achterdoek worden
filmpjes en dia's geprojecteerd,
die een aanvulling moeten vor
men op het poppenspel. Daarin
spelen dezelfde poppen en de
danseres de hoofdrollen. Gevolg
ervan is dat de aandacht moet
worden verdeeld, wat het geheel
nog warriger maakt.
De voorstelling kent een aantal
mooie momenten en ik heb be
wondering voor de wijze waarop
Fisher haar in tegenstrijdige stij
len uitgevoerde objecten weet te
combineren. Maar de irritatie
over de mystificerende benade
ring van goed en kwaad - want
daar ging het uiteindelijk over -
overheerst. Het kwaad moet je
niet met toverij bezweren, maar
proberen te begrijpen.
Aparte vermelding verdienen
wat dat betreft nog de als pin-
guins, respectievelijk keurige da
mes uitgemonsterde leden van
zekere studentenvereniging, die
kennelijk iets te vieren hadden.
Ze presteerden het zoveel gênant
kabaal te maken, dat de danseres
het begin van haar voorstelling
moest overdoen.
ARIEJAN KORTEWEG
Hans Kazdn: "Bij goochelen gaat het om
de presentatie".