'Die aandoenlijke trouwhartigheid zal ik 't meest missen' Tamils vluchten, Europa jammert Aanhoudend protest tegen verbod Simonis Reportage Shell-topman Minzinga gaat Japan verlaten DONDERDAG 4 APRIL 1985 PAGINA 13 TOKIO (GPD) - Minister Keijiro Murata van het machtige ministerie van internationale handel en industrie (MITI) moest be kennen dat hij zelf nog geen lintje had gekregen. Hij is pas zestig, en dan kom je in Japan nog niet in aanmerking voor een onderscheiding. Toch speldde h\j de versierse len behorende bij de Orde van de Heilige Schat Ille Klasse op een man die een jaar jonger is dan hijzelf: de scheidende Shell-baas in Japan W.J. Minzinga- Zijlstra. door Ruud Kreutzer Met het vertrek van Minzinga op 1 april verliest de Nederlandse zakengemeenschap in Tokio zijn meest actieve en gerespecteerde pleitbezorger. Naast zijn top functie bij Shell was hij lange tijd voorzitter van de Nederland se Kamer van Koophandel, en la ter leidde hij de European Busi ness Council. In die laatste func tie heeft Minzinga zich ingespan nen om de Westeuropese zaken- belangen te bundelen in de on derhandelingen met Japan. Tijdens het interview in zijn kantoor ergens bovenin Tokyo's oudste wolkenkrabber blijkt dat niet alleen de Japanners het jam mer vinden dat Minzinga met pensioen gaat. Tot twee keer toe wordt het gesprek onderbroken door collega-zakenlieden die op de valreep vragen om advies of een goed woordje bij de contac ten die Minzinga in de vijf jaar dat hij in Tokio was heeft opge bouwd. Even eerder had Minzinga al uitgelegd hoe moeilijk het soms is om de Japanners ervan te overtuigen dat buitenlandse on dernemingen alleen kunnen ope reren als wordt ingezien dat zij speciale behoeften hebben: „Men zegt, we discrimineren niet, we behandelen jullie pre cies hetzelfde als een Japanse onderneming, dus je hebt geen enkele reden om te klagen. Dat is in beginsel natuurlijk helemaal waar, maar dan onderkent men niet dat een buitenlandse onder neming in een speciale positie verkeert". Werkniveau Minzinga noemt de exorbitant hoge grondprijzen als voorbeeld. Japanse bedrijven hebben grond gekocht toen het nog betaalbaar was, en beschikken nu over rede lijk goedkope opslagruimte. Een nieuwkomer (ook Japanse!) die zijn produkten wil opslaan be taalt daar zoveel voor, dat zijn concurrentiepositie daardoor meteen al wordt verzwaard. „Als men werkelijk bereid is dat te onderkenen als probleem, dan zou de overheid tegen relatief gunstige voorwaarden opslag ruimte beschikbaar moeten stel len aan buitenlandse leveran ciers". Dat zit er echter voorlopig niet in. Wat zijn nu de belangrijkste problemen die Minzinga als voorzittej; van de Kamer van Koophandel en later de Euro pean Business Council heeft aan gekaart bij de Japanse overheid? Hij aarzelt geen moment: „Con tacten op werkniveau. Al die de legaties dat is prachtig, maar ik geloof dat het zinvoller is om di rect te praten met vertegenwoor digers van het machtige ambte narenapparaat, over dingen waar bij beide zijden werkelijk kennis van zaken bestaat". Minzinga, die ook nog eens een van de drie buitenlanders is in het hoogste adviesorgaan van de Japanse regering op het gebied van buitenlandse economische betrekkingen, weet uit dien hoofde beter dan wie ook hoe be perkt het nut is van topbespre- kingen. „Je kunt in zo'n gezel schap moeilijk beginnen over hoe moeilijk het is om bloembol len te laten testen bij import in Japan. Als je daarmee begint kun je wel blijven praten. Waar om dan niet ook over varkens vlees en vliegtuigen?". Daarom: Als je problemen uit de weg wil ruimen, dan moet dat gebeuren in concrete onderhan delingen. Volgens Minzinga is Japan wel bereid tot dergelijke besprekingen op werkniveau. Amerika heeft op dat punt al het een en ander bereikt, maar van Europese zijde staat het nog alle maal in de kinderschoenen. Oude mannen Minzinga is verguld met de or de van de Heilige Schat Ille Klasse (ook al noemt hij het gek scherend de 'toeristenklasse'), omdat een dergelijke eer in Ja pan meestal alleen aan zeventig- plussers te beurt valt. Oude man nen die nog heel vaak een bepa lende invloed hebben in de be drijfsvoering van Japanse onder nemingen. Ze worden op handen gedragen, en van alle dagelijkse beslommeringen vrijgemaakt. „Het zijn allemaal kleine keizer tjes. Hun krachten, die op een dergelijke leeftijd natuurlijk niet zo groot meer zijn, worden niet versnipperd over allerlei futiele zaken". „Ze worden beschermd door de mensen die onder hen werken, en de gewone managers worden weer beschermd door de mensen daaronder". Dat sys teem leidt ook wel eens tot com municatiestoornissen, wanneer onwelgevallige informatie niet naar boven toe doordringt. De communicatie tussen verschil lende groepen, die aan andere bazen werken is vaak 'uiterst slecht'. Een voorbeeld? „Ik noem altijd de Slag van de Mid way in de Tweede Wereldoorlog, waarbij een compleet falen van communicatie optrad, van laag naar hoog, en tussen de verschil lende krijgsmachtonderdelen. Een dramatisch voorbeeld (de Midway vormde het keerpunt in de oorlog ter zee). Ik heb het boek tien jaar geleden gelezen, maar ik heb het nooit vergeten, ik zie er vaak symptomen van". Het Japanse systeem van be drijfsvoering legt veel nadruk op consensus binnen het bedrijf, vooral bij het middenkader. Is dat geen belemmering voor snel le vooruitgang? „Ik weet het niet. Alle technologische ontwik kelingen vereisen toch een grote investering van tijd en geld. Vrij veel tijd besteden aan de voorbe i- W.J. Minzinga-Zijlstrc )an 'Kleine Keizertjes'. ondanks jeugdige leeftijd i reiding daarvan, heeft uiteinde lijk grote voordelen als het aan komt op de uitvoering. Veel bui tenlandse bedrijven, die met de zelfde ideeen bezig waren als hier in Japan, zijn bij de uitvoe ring verrast door de snelheid waarmee Japan het produkt op de markt heeft gebracht". Een aanpak die risico's ver mijdt? „Ja, maar dit land houdt helemaal niet van risico's. Dat beschouw ik nog altijd als een van de belangrijkste elementen van deze samenleving, de grote behoefte aan stabiliteit en veilig heid, die zich in alles weerspie gelt. In de hele organisatie van het bedrijfsleven zie je de duur zame relatie tussen afnemers en leveranciers. Dat berust allemaal op een grote mate van vertrou wen en dat sluit onnodige risi co's uit". Concurrentie Tussen de bedrijven door was Minzinga ook nog eens de hoog ste baas van Shell Kokan. In zijn tijd is Shell gefuseerd met Sho- wa, al lange tijd de lokale partner van Shell. Buitenlandse bedrij ven mogen geen raffinaderijen bezitten in Japan. Het nieuwe bedrijf, Showa Shell Sekiyu, re kent dit jaar op een omzet van 2,1 triljoen Yen, een slordige dertig miljard gulden. Minzinga bemerkte dat een fu sie in Japan heel wat meer voe ten in de aarde heeft dan in de andere landen waar hij heeft ge werkt. Het was een lange weg van 'nemawashi', waarmee het langdurige proces bedoeld wordt dat nodig is om consensus te be reiken in een organisatie. Zonder de steun van alle gele dingen, de lagere managers, de vakbonden, de banken en zelfs de afnemers is zoiets volkomen ondenkbaar. „De mensen voelen zich zo verwant met hun bedrijf dat het niet eenvoudig is om twee huizen te slopen en er een nieuw van te maken". De fusie had de warme onder steuning van het ministerie van internationale handel en indus trie, dat een einde wil maken aan de wildgroei op de Japanse olie- markt. De concurrentie is mo menteel zo scherp dat alle bedrij ven met verlies werken. Nie mand wil zijn aandeel achteruit zien gaan, terwijl de vraag naar olieprodukten stagneert. De grootte van het bedrijf is vaak belangrijker dan de winst, zegt Minzinga. „Het geeft een gevoel van trots aan de werknemers om tot een grote organisatie te beho ren. Nee, het is hier niet van 'small is beautiful'. Omvang en aanzien vallen in grote mate sa- Tot slot: wat zal Minzinga het meeste missen als hij terug gaat naar Europa (om in Frankrijk en Londen te gaan wonen). „Ija, wat zal ik het meeste missen. Daar heb ik nooit zo over nage dacht eigenlijk. Ik zou zeggen de bijna aandoenlijke trouwhartig heid, waarmee je hier wordt be naderd". Daarbij had Minzinga ongetwijfeld het voordeel dat hij -ondanks zijn jeugdige leeftijd- verkeerde in het gezelschap van 'kleine keizertjes'. Sinds enige duizenden Tamils via de Bondsrepubliek naar West-Eu ropa zijn gevlucht, staan de kran ten bol van het vluchtelingen-pro bleem. Veel wordt er geschreven over het gemak waarmee de Ta mils via Oost-Berlijn het rijke Wes ten binnenkomen, veel ook over de kosten van de opvang, over de hoogte van de uitkeringen, over drugsmokkel door Tamils en over fraude met uitkeringen. Opvallend weinig staat er in diezelfde kranten over de oorzaak van het probleem. door Leo Maat De liberale kwaliteitskrant NRC Handelsblad gaf deze week op zijn opiniepagina de ruimte aan een ju rist, die kwam uitleggen dat de Ta mils alleen maar voor de poen naar Nederland komen en dat zij niet de status politieke vluchteling verdie nen, maar dat zij economische vluchtelingen zijn. De rechtskun dige waarschuwde het Nederland se Volk voor een toenemende stroom van asiel-, lees uitkerings zoekers. Het is waar, Sri Lanka (vroeger Ceylon) heeft zijn inwoners econo misch niet veel te bieden. De rege ring-Jay awardene heeft zich diep in de nesten gewerkt. Door geleen de miljarden te steken in ambitieu ze ontwikkelingsprojecten balan ceert het land op de rand van bank roet. Het streven van Jay awardene oogde zo sympathiek. Door grpte infrastructurele werken, zoals de aanleg van een waterkrachtcentra le in de Mahaweli-rivier, snel uit te voeren en door het liberale belas tingklimaat zouden buitenlandse investeerders geïnteresseerd raken in de industrialisatie van Sri Lan ka. Maar de politieke onrust in het land gooide roet in het eten. Bui tenlandse investeerders werden af geschrikt en bovendien stortte het toerisme naar Sri Lanka, een be langrijke bron van inkomsten, in. Sri Lanka bleef achter in armoede, met alleen een gigantische schul denlast rijker. Koninkrijk Economische problemen zijn er dus wel degelijk, maar vinden hun oorsprong in de politieke twist op het eiland. Die twist dateert niet van vandaag of gisteren, maar van vele jaren her. Toen de Portugezen Sri Lanka in de zestiende eeuw binnenvielen troffen zij er drie vol keren aan: Singhalezen in het laag land, Singhalese bergbewoners en - in het noorden van het eiland - het koninkrijk van de Tamils. De Portugezen en later de Neder landse koloniale overheersers be stuurden de volkeren apart. Later, toen de Britten de scepter over Ceylon zwaaiden, werd om admini stratieve redenen alles op één hoop gegooid. Het waren de Britten, ui teraard, die de theeplantages tot ontwikkeling brachten. Daarmee legden zij de basis voor het huidige conflict. Omdat het de Engelsen niet lukte om de inheemse Singha lese bevolking op de plantages aan het werk te zetten, werden uit Zuid-India gewillige en goedkope gastarbeiders gehaald. Deze gast arbeiders waren ook Tamils en sindsdien onderscheidt men op Sri Lanka de Ceylon-Tamils (de bewo ners die al zo'n duizend jaar in het noorden en oosten van Sri Lanka wonen) en de India-Tamils, ook wel thee-Tamils of plantage-Tamils genoemd. De India-Tamils worden door de Singhalezen beschouwd als vreemdelingen en geminacht als collaborateurs met de Engelse kolonisten. De Engelsen bevoor rechtten bovendien de Tamils en andere minderheidsgroeperingen, zoals de christenen. In de ambtena rij waren de meeste banen voor hen weggelegd, vooral omdat zij zich de Engelse taal gemakkelijker meester maakten dan de Singhale zen. Toen de Britten Sri Lanka (dat overigens pas sinds 1972 deze naam draagt) in 1948 de onafhan kelijkheid verleenden, kwam de ri valiteit tussen de verschillende be volkingsgroepen meteen scherp naar voren. Een van de eerste da den van de onafhankelijke Srilan- kaanse regering was het uitvaardi gen van de Ceylon Citizenship Act (1949), waardoor alle India-Tamils statenloos werden. Ruim een mil joen India-Tamils raakten zo van hun burgerrechten, inclusief het kiesrecht, verstoken. Dat kiesrecht was trouwens al tijdens de Britse overheersing on derwerp van Tamil-Singhalees de bat. In 1931 voerden de Engelsen het algemeen kiesrecht in volgens hun eigen model: het districten stelsel. Minderheidsgroeperingen komen er in een dergelijk stelsel slecht van af en het werkte dus te gen de Tamils. Taal en religie Bij de verkiezingen van 1956 maakte één van de Singhalese op positiepartijen de bevordering van de eigen taal, het Sinhala, en reli gie, het boeddhisme, tot inzet van de verkiezingen. De partij won ruim en vormde een regering. Deze regering riep onmiddellijk het Sin hala uit tot de enige officiële taal van Sri Lanka. Alle Tamils in over heidsdienst kwamen in grote pro blemen. Er brak een periode aan van bloedige botsingen tussen Ta mils en Singhalezen. De noodtoe stand werd afgekondigd. Onder druk van de protesten kwam twee jaar later de Tamil Language Act tot stand. Deze wet stond een rede lijk gebruik van Tamil (de taal) toe in het overheidsapparaat. Sinhala bleef de enige officiële taal. Tamil werd slechts gedoogd. Het spreekt haast vanzelf dat on der dergelijke omstandigheden de Tamils, met hun eigen geschiede nis, cultuur, religie, taal en woon gebieden zich verenigden en - in 1967 voor het eerst - om een grote re mate van zelfbestuur vroegen. Het streven was aanvankelijk naar een gedeeltelijke autonomie in fe deratief verband, zoals bijvoor beeld India of West-Duitsland die kennen. Toen alle pogingen in die rich ting door de Singhalezen gefru streerd werden radicaliseerden de Tamils. In 1977 werd de grootste Tamil-partij, de Tamil United Libe ration Front, massaal gesteund. De partij eiste niet langer gedeeltelijk zelfbestuur, maar een geheel apar te Tamil-staat, een opdeling van Sri Lanka. Sinds dat jaar is de on derdrukking van de Tamils toege nomen. Jonge Tamils richtten een verzetsgroep op: de Tamil-tijgers. Toen de tijgers in juni 1983 een aanslag pleegden op een legeron derdeel, reageerden Singhalezen in de hoofdstad Colombo met brand stichting en plundering van Tamil- wijken. Ongeveer duizend Tamils werden afgeslacht voordat de rege ring ingreep. Dat was de laatste druppel in de toch al overvolle em mer van Tamil-wantrouwen tegen de regering. Het land verkeert in feite in een toestand van burgeroorlog. Een oorlog vooral tegen een deel (twin tig procent) van de burgers. Wes terse diplomaten in Colombo om schrijven het Srilankaanse leger als 'één van de minst gediscipli neerde ter wereld'. De elfduizend manschappen, vrijwel uitsluitend Singhalezen, houden huis in het noorden en oosten van het land. Zelfs president Junius Jayawarde- ne gaf onlangs tegenover een Ame rikaans tijdschrift toe dat het leger excessen had begaan. De Duitse ambassade in Colom bo liet begin dit jaar in een vertrou welijk rapport weten: De toestand van de Tamils heeft zich op het he le eiland verder verslechterd. Tota le uitgaansverboden, die soms da genlang duren, razzia's in woon huizen en massa-arrestaties zijn aan de orde van de dag. Onder deze omstandigheden is het begrijpelijk dat elke maand duizenden Tamils hun land ont vluchten. Maar als er dan een paar duizend naar Europa komen - Eu ropa, dat 450 jaar lang de vruchten van Sri Lanka heeft geplukt - dan jammert men over de hoogte van de uitkering, verwondert men zich erover dat veel Tamils geen pas poort hebben en vecht men de sta tus van politieke vluchteling aan. De overkoepelende organisatie van vrouwelijke religieuzen zal zich niet laten vertegenwoordi gen bij de paus als deze op zon dag 12 mei van 10 tot 11 uur een ontmoeting heeft met mensen van rooms-katholieke en andere maatschappelijke organisaties. Dat heeft het dagelijks bestuur van de Stichting Nederlandse Vrouwelijke Religieuzen offi cieel bekendgemaakt. Het sluit zich hiermee aan bij het Katho lieke Vrouwengilde, dat straks in Utrecht eveneens afwezig zal zijn. Het bestuur van de religieuzen ervaart het besluit van aartsbis schop Simonis om mevrouw Halkes niet als spreekster bij de paus te aanvaarden als een 'dis kwalificatie van de eigen organi satie', omdat men van harte had ingestemd met haar aanwijzing. "De stichting betuigt met dit be sluit ook solidariteit met me vrouw Halkes, wier theologisch werk zij bijzonder waardeert"^ Het verbod van Simonis heeft de pastorale raad van het bisdom Haarlem 'geschokt', zo staat in een brief aan de aartsbisschop, ondertekend door de hele raad op twee leden (onder wie bis schop Bomers) na. De raad vindt het verbod strijdig met het recht op vrije meningsuiting, maar bo venal met christelijke principes als naastenliefde en verdraag zaamheid. Naar Roosendaal. De paters redemptoristen die sinds 1850 werkzaam zijn in een kerk en klooster aan de Keizersgracht gaan eind deze maand Amster dam verlaten. Zij verhuizen naar Roosendaal. De Onze Lieve Vrouwekerk aan de Keizersgracht wordt over genomen door het aartsbisdom van de Syrisch-orthodoxe Kerk in Midden-Europa en de Bene lux en komt ter beschikking van de syrisch-orthodoxe gemeen schap in de hoofdstad. De kerk zal daardoor met de gehele in ventaris in haar huidige staat kunnen worden gehandhaafd. Verwarming. Op zaterdag 27 april houdt de kring 'Kerkbouw en eredienst' van de Professor Van der Leeuw-stichting (ont moetingsplaats van kerk en kunst) in Zaltbommel een stu diedag over 'de verwarming van onze kerken'. De 'Sint Maarten' van Zalt bommel is bijna aan het eind van een algehele restauratie. In het deel dat klaar is komt de ge meente zondags bijeen. Deze 'winterkerk' heeft een verlaagd plafond en biedt plaats aan 150 mensen. Het is de bedoeling, dat in dit kerkgedeelte de gemeente 's winters bijeen blijft komen. Op de studiedag zal ook de res tauratie-architect van deze kerk, ir. T. van Hoogevest, aanwezig zijn. (Het secretariaat van de kring 'Kerkbouw en eredienst' is ge vestigd in Hilversum, Snellius- laan 23, 1222 TB). Babysitten. In hervormd Dinteloord is men begonnen met een kinderoppas-centrale om jongelui door middel van baby sitten wat extra zakgeld te laten verdienen. De jongeren staan een deel van het oppasloon af aan de centrale, die dat geld apart houdt voor de uitbreiding van het kerkelijk centrum. Paasgroet. In Ede houden de hervormde gemeente, de christe lijke gereformeerde kerk en de Nederlands gereformeerde kerk een paasgroeten-actie onder daar wonende vreemdelingen. Ge meenteleden bezorgen een bloemstukje bij buitenlanders met wie zij persoonlijk contact hebben, bijvoorbeeld als buur of als collega. Bij de bloemstukjes zit een kaartje met het christelijke paas- verhaal in de taal van de betrok ken buitenlander en 'een hartelij ke groet ter gelegenheid van het feest van Jezus' opstanding uit de dood'. Gemeenteleden die hiermee op pad gaan krijgen een boekje over de denk- en leefwe reld van de islam. De hervormde kerkbode van Ede omschreef het doel van de actie zo: "Welgemeend meeleven met de vreemdeling in ons mid den, die het vaak moeilijk heeft. En moge God het geven, dat we zodoende ook aan deze naaste iets kunnen voorleven en vertel len van Hem die is opgestaan". Brief uit Apeldoorn. De cen trale kerkeraad van de hervorm de gemeente in Apeldoorn zegt in een brief aan de besturen van de Nederduits Gereformeerde Kerk, de Nederduits Hervormde Kerk en de Gereformeerde Kerk van Zuid-Afrika ongerust te zijn over de ontwikkelingen in dat land, 'ook tussen christenen'. De kerkbesturen wordt ge vraagd, er bij de Zuidafrikaanse regering op aan te dringen dat 'alle discriminerende maatrege len tegen de oorspronkelijke be woners van uw land' worden in getrokken. Ook zouden de Zuid afrikaanse kerken moeten vra gen om een ombuiging van de thuislanden-politiek. Verder betuigt de Apeldoornse kerkeraad solidariteit met de zwarte bevolking rond Kaapstad, die wordt bedreigd met deporta tie naar thuislanden of andere zwarte woongebieden. Steun. De rooms-katholieke kerk, de gereformeerde kerk en de hervormde gemeente in Pur- merend hebben voorlopig voor één jaar elk f. 3600 toegezegd als bijdrage aan een werkgelegenr heidsprojekt voor jongeren. Met behoud van hun uitkering kun nen drie jongeren op een kantoor administratieve en boekhoud kundige ervaring opdoen. Het geld van de kerken wordt ge-, bruikt om de extra kosten van de tewerkstelling te dekken. Men hoopt deze stageplaatsen later nog met drie te kunnen uitbrei den. SOH. De kerken die samen werken in de Stichting Oecume nische Hulp aan Kerken en Vluchtelingen (SOH) hebben hun goedkeuring gegeven aan een nieuwe opzet van SOH. Al leen de doopsgezinden wilden nog nader beraad in eigen kring. De veranderingen bij SOH be tekenen een beperking van de huidige werkzaamheden tot ram pen- en noodhulp, voedselhulp en vluchtelingenwerk. De we- relddiakonaten van de betrok ken protestantse kerken zullen op deze drié gebieden het werk door SOH-nieuwe stijl laten doen. Hervormde Kerk: beroepen te Wijk (bij Heusden) J. Westland Ede, te Boornbergum-Korte- hemmen (Fr.) kandidaat me vrouw D. Kisjes-de Vries Assen, te Marssum-Beetgum-Engelum (Fr.) kandidaat J. Vogel Utrecht; aangenomen naar Waardenburg- Neerijnen kandidaat J. Kirpe- stein Nieuw-Lekkerland. Gere formeerde Kerken Vrijgemaakt: aangenomen naar Alblasserdam kandidaat K. van de Geest Zwol le, naar Harlingen C. van der Leest Rotterdam-Delfshaven. Christelijke Gereformeerde Kerken: beroepen te Den Haag- Zuid G. Leendertse Apeldoorn.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 13