Het gaat hard tegen hard in Zuid-Afrika Catharina Halkes spreekt nu in Den Haag Dreigementen overstemmen Botha's gepraat over vrede Putten wil dossier na 40 jaar geopend zien Achtergrond DINSDAG 2 APRIL 1985 PAGINA 15 Reportage Donderdag 21 maart kwamen minstens 19 mensen in de zwarte woonwijk Langa, bij het blanke stadje Uitenhage in de Oost-Kaap, om het leven. Politieagenten openden het vuur op een stoet begra- fenisgangers, omdat zij zich bedreigd zouden hebben gevoeld. Daar kwam nog bij, dat elke samenscholing of demonstratie door de plaatselijke autoriteiten verboden was. Ooggetuigen echter zeggen, dat er geen sprake was van bedrei ging, maar dat de politie gewoon het vuur opende toen de groep weigerde het bevel op te volgen om naar Langa terug te keren. Het was allemaal nog tragischer omdat de schietpartij samenviel met de herdenking van het feit dat op 21 maart 1960 in Sharpeville 69 mensen door politiekogels om het leven kwamen toen zij vreed zaam demonstreerden tegen de gehate pasjeswetgeving. Hoewel geweld in Zuid-Afrika een dagelijks gegeven is, lijkt de spanning sinds augustus vorig jaar ernstig geëscaleerd te zijn. Het begon met de boycot van de verkiezingen voor de kleurlingen- en Aziatenkamer van het nieuwe driekamerparlement. De grote meerderheid van de bevolking, de zwarten, zijn daar nog altijd buitengesloten. Sindsdien is het niet meer rustig geweest. Ruim driehonderd doden vielen vanaf september door politiekogels of door interne strijd in de zwarte woonwijken. Aan de ene kant staan de blanke minderheidsregering en haar sympathisanten in de verschillende rassengroepen. En aan de andere kant is het Verenigd Democra tisch Front (UDF) te vinden, dat zich heeft opgeworpen als de belangrijkste organisatie van binnenlandse tegenstanders van apartheid. Afgelopen vrijdag escaleerde de zaak verder niet het verbieden van bijeenkomsten van 29 vooraanstaande zwarte anti-ap^rtheids- groepen in de streek rond Port Elisabeth en Johannesburg. De zoveelste zet van een steeds meer onder druk staande Zuidafri- kaanse regering. JOHANNESBURG - De televi siebeelden waren gruwelijk: een groep zwarte jongeren omringt een verminkt en smeulend lijk. Ze maken overwinningstekens en slaan met stokken op de over blijfselen van - naar alle waar schijnlijkheid - het door een woedende menigte vermoorde raadslid van KwaNobuhle, Tom. B. Kinikini. Sommige verhalen gaan ver der. 'Collaborateurs met de blan ken' zijn niet alleen gestenigd en doodgestoken, of met bijlen be werkt, maar van sommige in brand gestoken lijken zou er ook gegeten zijn. Hetgeen overigens werd ontkend door de plaatselij ke 'Uitenhage Black Civic Orga nisation'. Maar andere, wel bevestigde verhalen over wreedheden, ge weld, en lijkenschennis door zwarten onderling zijn er genoeg. Zoals het bericht, dat schoolkin deren in KwaNobuhle vier lijkjes van doodgeboren kinderen en dat van een pas gestorven man van 70 zouden hebben opgegra ven. Om ze vervolgens in brand te steken. En niet alleen vanuit de Oost- Kaap werden dit soort verhalen gemeld. Overal in Zuid-Afrika kwam het deze laatste weken in zwarte woonwijken tot geweld dadigheden, waarbij de auto's van blanken en de huizen van zwarte politie-agenten en plaat selijke raadsleden het moesten ontgelden. Om nog maar niet te spreken van de moorden op zwarten, die 'met de blanken col laboreerden'. Dit soort berichten is koren op de molen van de regering-Botha. En het was dan ook in het geheel niet verbazingwekkend dat de onderminister van buitenlandse zaken, Louis Nel, vorige week op een persconferentie te Pretoria, een volledig andere visie op het recente geweld in Zuid-Afrika ten beste gaf, dan velen binnen en buiten Zuid-Afrika willen ge loven. Volgens hem - en zijn woor den zijn nagenoeg identiek aan die van de minister van buiten landse zaken, Roelof 'Pik' Botha of die van staatspresident P.W.- Botha - is -het een foute opvat ting te menen, dat de onlusten in zwarte woonwijken gericht zijn tegen de blanke regering. Als argument haalt Nel aan dat deze onlusten ook alleen maar plaatsvinden in zwarte woonwij ken en gericht zijn tegen 'geko zen zwarte raadsleden en hun be zittingen, en tegen andere gema tigde zwarten'. Beschermen Het politieoptreden van de af gelopen weken (dat alleen in Langa/Uitenhage al 19 slachtof fers eiste) is volgens de regering- Botha dan ook geen machtsge- weld van de politie, maar vloeit voort uit de plicht van de politie om alle mensen in Zuid-Afrika, inclusief de zwarten, te bescher- door Ruud de Wit En ter illustratie gaf Nel de op somming van geweld van de zwarte bevolking tegen de eigen Zondag woonden naar schatting twaalfduizend zwarte Zuidafrikanen de begrafenis bij van vier slachtoffers van politie-optreden. Er viel opnieuw een dode. Deelnemers aan de begrafenisstoet droegen demonstratieborden mee met de tekst "They shall be avenged" (Zij zullen worden gewroken(foto ap> vier zwarte raadsleden en vier zwarte politieagenten zyn er sinds september 1984 vermoord. 109 zwarte raadsleden zijn aan gevallen. 56 zwarte politieofficieren wer den gewond. 143 zwarte scholen, 6 kerken, 9 klinieken, 66 huizen van raadsle den, 225 particuliere woningen, 516 auto' en 1080 bussen zijn in brand gestoken, vernietigd of ernstig beschadigd. Als gevolg van de intimidaties en het geweld hebben 147 zwarte raadleden bedankt en in de zwar te woonwijken Heidelberg, Beaufort-West en Cradock heb ben alle raadsleden uit vrees voor repressailles eieren voor hun geld gekozen. Niemand kan ontkennen, dat het geweld in de zwarte woon wijken op een dramatische cli max afstevent. Maar waar men van mening over kan verschillen, zijn de oorzaken van dit geweld. Voor de regering-Botha is er maar een oorzaak en dat is het ANC, het in Zuid-Afrika verbo den African National Congress. Louis Nel opnieuw: „Er zijn duidelijk buitenlandse politieke invloeden in het spel in de huidi ge Zuidafrikaanse situatie. Wij beschikken over onweerlegbare bewijzen, dat krachten van over de grens, gesteund door radicale elementen in het land zelf, een goed georganiseerde poging doen om bepaalde groepen voor de eigen doeleinden te politice ren. Deze doelen zijn: eerst Zuid- Afrika onregeerbaar maken en vervolgens een revolutionaire si tuatie tot stand brengen. En het ANC zit hier allemaal achter". Moskou En dan volgt het bekende, al zo vaak herhaalde liedje, waarbij de doelstellingen van het ANC en de Zuidafrikaanse Communisti sche Partij in ballingschap op één lijn worden geplaatst met Moskou. De Zuidafrikaanse in lichtingendienst heeft zijn werk uitstekend gedaan: er werd door de onderminister zelfs geciteerd uit persverklaringen van het Russische nieuwsagentschap TASS. Maar met het brandmerken van het ANC is het verhaal van minister Nel nog niet uit Ook het UDF, het (nog niet verboden) Verenigd Democratisch Front, is volgens hem een mantelorgani satie van het ANC. En het be wijs: heeft deze multi-raciale pa raplu van anti-apartheidsgroe- pen als de Black Sash en de Zuidafrikaanse Raad van Ker ken, immers niet gezegd, con-, form een beginselverklaring van het ANC in Lusaka, dat het ook haar doel is om Zuid-Afrika on regeerbaar te maken, teneinde de apartheid voorgoed weg te krijgen? En dan wordt duidelijk, wat staatspresident P.W. Botha vori ge week bedoelde, toen hij in het driekamer-parlement zei, dat hij zich had verbonden met de Zuid afrikaners van alle bevolkings groepen, die zich bereid hebben verklaard om samen te werken in een proces van positieve ver andering. In de huidige machtsverhou dingen in Zuid-Afrika betekent dat namelijk, dat de blanke min derheid bepaalt hoe er veranderd zal worden, in welke tempo en met wie. En daartoe zal het UDF beslist niet bereid zijn. Zodat de waarschuwing, die Botha gaf: 'Ik zal me door niemand de wet la ten voorschrijven' en 'Ik heb reeds opdracht gegeven om maatregelen te nemen teneinde het geweld in dit land de kop in te drukken', niet anders kunnen worden uitgelegd als een laatste, dwingend gebaar in de richting van het UDF. Hoewel er nog wordt gespecu leerd in Zuid-Afrika welke maat regelen Botha op het oog heeft, lijkt een ding zeker: het Ver enigd Democratisch Front, en met name zijn leider dominee Al lan Boesak, is de eerste bedrei ging die moet worden uitgescha keld. Leider Nadat pogingen van de Gehei me Politie eerder dit jaar waren mislukt om de bescherheer en oprichter van het UDF, dominee Allan Boesak, tevens president van de Wereldraad van Hervorm de Kerken, persoonlek in discre- diet te brengen door beweringen te verspreiden dat hij een buiten echtelijke verhouding zou heb ben, moet er nu uit een ander vaatje worden getapt. En dat Bo tha hierbij voor niets en niemand zal wijken, weet ondertussen ook de hele wereld. Boesak is namelijk in toene mende mate de belangrijkste en meest herkenbare leider gewor den van het brede binnenlandse verzet tegen de apartheid. Het lijkt er zelfs op, dat de geruchten en beschuldigingen aan zijn adres, hem politiek alleen maar sterker hebben gemaakt. Voor velen in Zuid-Afrika, blank, gekleurd of zwart, is hij nu de echte politieke leider van de oppositie, zolang de andere leider, Nelson Mandela, nog ge vangen wordt gehouden. Boesak schuwt in die rol geen enkele openlijke confrontatie, zoals vo rige week dinsdag bleek, toen hij een demonstratieve optocht in de richting van het parlements gebouw te Kaapstad leidde. De dag erop bewees hij dat hij zich, evenmin als zijn tegenstan der Botha, door niets meer zal la ten weerhouden. Op een protest en solidariteitsbijeenkomst in Kaapstad ter nagedachtenis van de 19 doden in Langa/ Uitenhage was zijn aanval tegen de regering 'brutaler' dan ooit. De afgeladen zaal van het Han nover Burger Centrum scandeer de lange tijd zijn naam, zoals ze dat ook deed in januari, bij het bezoek van de Amerikaanse se nator Ted Kennedy. In zijn toespraak reageerde Boesak direct op de rede die staatspresident Botha enige uren daarvoor in het parlement had gehouden. Hierin riep Botha op tot vrede en onderhandeling. Boesak daarentegen zei: „Ik wil hierbij tot de staatspresident zeg gen dat wij er genoeg van heb ben om trivialiteiten aan te horen die geen enkele betekenis heb ben". Condoleances En Boesak vervolgde: „Elke keer wanneer de politie onschul dige mensen heeft doodgescho ten, zegt Botha: Hierbij condo leer ik de familieleden van de slachtoffers. Maar wij willen zijn condoleances niet. Wij willen niet horen, dat de staatspresi dent bedroefd is, omdat onschul dige mensen gedood zijn. Wij willen dat de staatspresident de apartheidswetten uit de boeken streept". „Iedere keer zegt Botha: Ik zal de orde handhaven. Ik zal zorgen dat er veranderingen tot stand komen. Ik zal Maar hij zegt nooit, dat hij er voor zorg zal dra gen, dat er rechtvaardigheid en vrede in dit land heerst. En dat komt, omdat hij niet weet wat die begrippen betekenen". Maar Boesak ging dit keer een stap verder. Hij eiste het aftreden van Botha: „Je kunt niet door gaan met praten over de handha ving van wet en orde. Welke orde en welke wetten bedoelt hij ei genlijk? Waar hij over praat, is zijn politiek van zelfrechtvaardi ging. En daarbij is er geen plaats voor kritiek, evenmin als er plaats voor echte verandering In Zuid-Afrika wordt gevreesd dat een openlijke confrontatie tussen de regering en het UDF niet langer meer te vermijden is. Zowel Boesak ('We moeten klaar staan om onze gevoelens in de straten van dit land te brengen'; als Botha ('Ik heb reeds instruc ties gegeven om de orde te her stellen en te handhaven') hebbel hun uitgangsposities aangege ven. Het gaat misschien te ve om nu al te spreken over een bur geroorlog, maar dat er iet! smeult, valt niet te ontkennen. PUTTEN - Het Veluwse Putten wil openbaarmaking van het nog steeds gesloten 'dossier-Putten', een officieel document waarop een servituut is gelegd (een soort ver plichting om het gesloten te hou den), waardoor geheimhouding van het Puttense drama werd ge waarborgd. In oktober 1944 werd er bij de 01- denallerbrug bij Putten - op de rijksstraatweg naar Nijkerk - door een verzetsgroep een aanslag ge pleegd op een Duitse personenau to met officieren die bepaalde do cumenten bij zich hadden waarin de illegaliteit was geinteresseerd. Het zou onder meer zijn gegaan om tekeningen van de bunker van Hitier, waarin de 'Führer' in geval van nood een goed heenkomen kon vinden. Bij die aanslag zouden 'fouten' zijn gemaakt die uiteinde lijk hebben geleid tot het platbran den van een groot deel van Putten door de Duitse bezetters, bij wijze van repressaille. Tevens werden 600 Puttense mannen opgepakt die naar Duitsland werden gedepor teerd. Het merendeel van hen kwam in het concentratiekamp om. Slechts een dertigtal keerde na de oorlog naar Putten terug. Nu ziet het er volgens sómmige Puttenaren naar uit, dat nog vóór 5 mei, als de veertigste bevrijdings dag aanbreekt, het dossier van de aanslag door het verzet op de Duit sers, officieel wordt gerecon strueerd. Ook de daaropvolgende, beruchte razzia wordt dan in die re constructie meegenomen. De desbetreffende verzetsgroep heeft na de oorlog een rapport over de aanslag uitgebracht en op dat officiële document meteen een ge heimhoudingsplicht bedongen. Maar in de loop der jaren hebben diverse instanties en particulieren geprobeerd van die geheimhou ding af te komen. Als motief werd aangevoerd dat het geen zin heeft het gebeuren langer dan veertig jaar geheim te houden, omdat er al veel van is uitgelekt. Parachutist Over de aanslag - in de nacht van 30 september op 1 oktober 1944 - hebben twee nog in leven zijnde deelnemers van de actie al het een en ander verteld: de Am sterdamse oud-verzetsstrijder Piet Dankaart en de Engelse brenschut- ter Tex Banwell. De laatste was tij dens de Slag om Arnhem in de contreien van de Gelderse hoofd stad als parachutist gedropt. Na het Britse debacle sloot hij zich bij de Nederlandse ondergrondse aan en nam in Putten deel aan de aan- Volgens hem was de razzia te voorkomen geweest als men een daarbij gewond geraakte Duitse of ficier - de enige overlevende - had geliquideerd, zodat hij niets meer had kunnen navertellen. „Ik heb dat ook voorgesteld, maar de illegaliteit zei geen gewonden dood te willen schieten", aldus Banwell. De gewonde Duitser werd aldus achtergelaten met het vorenver- melde gevolg. Tex Banwell keerde na de oorlog naar Engeland terug, werd politie man in Londen, is nu gepensio neerd en laat zich, óndanks zijn hr ge leeftijd, nog regelmatig para chuteren. Elk jaar wordt hij tijdens herdenkingen boven de Ginkelse Heide bij Ede gedropt. Vorig jaar maakte hij zijn duizendste sprong! Intussen zijn er van de bewuste verzetsgroep zeven leden overle den. Het gehéime document over aanslag en razzia ligt in de archie ven van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie te Amster dam. Om het servituut op te heffen zullen eerst de nabestaanden van de overleden verzetslieden hun toestemming moeten geven. Het initiatief daartoe is nu genomen door Dick Hörst door nabestaanden van de Putten se slachtoffers en door hen die van de deportatie terugkeerden. Zij hebben de Stichting Oktober '44 opgericht, die het RIOD, Rijks instituut voor Oorlogsdocumenta tie, heeft gevraagd er alles aan te doen de geheimhouding van het 'dossier-Putten' op te heffen. Oud- verzetsstrijders zijn eveneens voor stander van openbaarmaking, om dat „het dorp mag weten wat er toen precies is gebeurd". Directeur Paape van het RIOD: „Wij hebben geen bezwaar tegen openbaarmaking van het dossier- Putten, maar het hangt van veel mensen af. Nabestaanden en oud- verzetsstrijders moeten hun goed keuring geven en die mensen moe ten eerst worden opgespoord. Ve len van hen die nog in leven zijn wonen niet meer in Putten. En dan zal het bovendien niet mogelijk zijn om op zo'n korte termijn de tekst voor een boekje te schrijven dat nog vóór 5 mei in de winkels ligt. Pat is onwaarschijnlijk..." 'Geheimzinnig gedoe' Intussen gaat in Putten het ver haal dat aan de lezing van Tex Ban- .well, zoveel jaar na de oorlog, wel enigszins mag worden getwijfeld. Hij zou bij een van zijn parachute sprongen - toen het valscherm zich niet opende - op zijn hoofd terecht zijn gekomen. Dat gegeven en de sedert het drama-Putten ver streken jaren zouden het geheugen van de oud-para weieens kunnen hebben aangetast, zo verluidt De Puttenaar Friso, bestuurslid van de Stichting Oktober '44, zegt: „Rond de verklaringen over het ge beurde is het altijd een geheimzin nig gedoe geweest. Mensen raak ten door het drama geobsedeerd. Zeker zij die er bij betrokken wa ren. Dat is vervelend. Ik ben ervan overtuigd dat er geen echte gehei men prijs worden gegeven als de zaak officieel in de openbaarheid komt. Het is allemaal al bekend door tal van verklaringen. Er zal vast geen nieuws meer in zitten". Friso erkent wèl, dat er „behoef te bestaat aan publikatie van de ware toedracht". Hij verwijst ook naar verklaringen die destijds zijn1 afgelegd door Piet Oosterbroek, een van de desbetreffende verzets strijders. „Die waren gelijk aan de verklaringen van Piet Dankaart. Als stichting zijn we nu bezig om over het drama-Putten een boek samen te stellen. Het moet een au thentiek stuk worden. We hebben al zo'n honderd mensen geïnter viewd. Heel uitgebreid. Dan krijg je vaak ook een heel andere kijk op de dingen. Ook bijvoorbeeld op een politieman, die voor zijn 'hel dendaden' een verzetskruis kreeg. Nou, wij hebben bij ons onderzoek die heldendaden niet kunnen vin den...". De Mariënburggroep van ver nieuwingsgezinde rooms-katho- lieken heeft zich solidair ver klaard met mevrouw professor Catharina Halkes en "al die vrou wen die ten diepste gekwetst zijn". Aartsbisschop Simonis van Utrecht wil niet, dat me vrouw Halkes - hoogleraar femi nisme en christendom aan de Katholieke Universiteit van Nij megen - de paus volgende maand toespreekt. Zij zou in Utrecht spreken namens de Unie van Katholieke Vrouwenorgani saties. In haar reactie noemt de Ma riënburggroep mevrouw Halkes een 'integere en hoogstaande vrouw'. "Zij heeft grote verdien sten voor de kerkvernieuwing in ons land en daarbuiten". De groep verwerpt alle maatregelen die mensen de vrijheid van spre ken ontnemen. (Aartsbisschop Simonis wil met zijn verbod aan het adres van mevrouw Halkes voorko men, dat toespraken tot de paus de tegenstellingen binnen de Ne derlandse Rooms-Katholieke Kerk zouden verscherpen). Mevrouw Halkes zal nu spre ken op de manifestatie van het 'Platform Initiatieven Pausbe zoek' op 8 mei in Den Haag. Deze manifestatie, waaraan meer dan 80 rooms-katholieke organisaties deelnemen, is bedoeld als aan vulling op het officiële program ma van het pausbezoek. In haar toespraak zal mevrouw Halkes de tekst verwerken die zij aan het voorbereiden was voor de ontmoeting tussen de paus en maatschappelijke organisaties op 12 mei in Utrecht. Naar Tilburg. De oud-vicaris van het bisdom Den Bosch, drs. A. Ooms (57), is benoemd tot pas- - toor van een parochie in Tilburg waar indertijd ook mgr. Bekkers, de voorganger van bisschop Bluysscn, heeft gewerkt. Na de benoeming van mgr. Ter Schure tot bisschop van Den Bosch liet vicaris Ooms weten, niet voor een herbenoeming als zodanig in aanmerking te willen komen. Priesters. In 1990 zal het aan tal actieve priesters dat voor de Nederlandse bisdommen be schikbaar is zijn gedaald tot 1900, zo voorspelt het kerkelijke onderzoekinstituut 'Kaski'. In 1974 waren er nog ruim 4000 priesters. Een daling dus in 16 jaar met meer dan de helft. In 1990 zullen er twee priesters zijn voor drie parochies ofwel één priester voor ongeveer 4500 gelo vigen. Ruim 40 procent van de pries ters in de parochies is 55 jaar of ouder. Degenen die met pen sioen gaan worden slechts in be perkte mate door jonge priesters vervangen. Verontwaardigd. De werk groep 'Homosexualiteit' in de Christelijke Gereformeerde Ker ken is verontwaardigd over een uitspraak van de classis (regiona le vergadering) Zwolle van deze kerk. Deze heeft op aandrang van de plaatselijke kerk van Ge- nemuiden ernstig gewaar schuwd voor de voorlichting van de werkgroep, die in strijd zou zijn met duidelijke uitspraken in de bijbel. De classis wekte de kerkeraden op, hun roeping té verstaan, "opdat aan de jeugd der kerk verantwoorde en pasto rale leiding wordt gegeven inza ke het vraagstuk van de homofi lie". De werkgroep is verbaasd en verontwaardigd, ook omdat zy niet is gehoord. Het is niet in overeenstemming met het gere formeerde kerkrecht, dat kerke lijke vergaderingen over groepen een uitspraak doen, zegt de werkgroep. Ze heeft de kerkera den binnen de classis Zwolle voorgesteld, een vergadering te houden om daarover van ge dachten te wisselen. Registratie. De kerken die samenwerken in het Cio (Con tact in Overheidszaken) overleg gen op het ogenblik met elkaar over de problemen met de leden- registratie, die gaan ontstaan als de overheid ophoudt om de ker kelijke gezindte van de burgers te registreren. De registratie van de kerkelijke gezindte wordt in een aantal burgerlijke gemeen ten volgend jaar al gestaakt. De Rooms-Katholieke Kerk en de Nederlandse Hervormde Kerk maken voor hun admini stratie gebruik van gegevens die de burgerlijke gemeente ver strekt. Ook gereformeerde ker ken, die in principe hun ledenad ministratie zelf verzorgen, ma ken steeds meer gebruik van de ze gegevens. De gedachten gaan nu in de richting van een landelijk inter kerkelijk registratiecentrum, zo deelde drs. E. Hazelaar, alge meen secretaris van de Gerefor meerde Kerken in Nederland, mee op de jaarvergadering van het (gereformeerde) Landelijk Verband van Commissies van Beheer. De overheid zou dan moeten meewerken door perio diek aan dit centrum alle burger lijke mutaties van alle Nederlan- ders te verstrekken. Per compu ter kan het kerkelijke registratie centrum daaruit de mutaties se lecteren die betrekking hebben op kerkleden. De plannen worden nog nader uitgewerkt binnen het Cio en in overleg met de rijksoverheid. Daarbij zal ook het parlement een rol spelen in verband met de wetgeving ter bescherming van de privacy van de burgers. Hervormde Kerk: beroepen te Hallum-Finkum (Fr.) kandi daat D. Jans Bussum, te Lely stad (Samen op weg) A. Alblas Amsterdam-Watergraafsmeer, te Giessendam-N ederhardinxveld M. Goudriaan Ouderkerk aan de IJssel; aangenomen naar .Goede reede H. Westerhout Lienden, naar Maasdam-Cillaarshoek E. van der Sluis Bant-Rutten, naar Vleuten kandidaat P. van der Schans Utrecht. Gereformeerde Kerken: aan genomen naar Rotterdam-Lom- bardijen (deelwerk) kandidaat J. Hoekstra aldaar, naar Heinkens- zand (deelwerk) kandidaat M. Burema en kandidaat mevrouw H. Kamphuis aldaar, naar Sneek J. Knol Dedemsvaart, naar Al phen aan den Rijn F. J. Boer Breda, naar Leeuwarden C. Wa- ringa IJlst. Gereformeerde Kerken Vrij gemaakt: beroepen te Zeist P. Voorberg Waardhuizen, te Nieu- wegein H. Janssen Loppersum; bedankt voor de Vrije Gerefor meerde Kerk te Pretoria (Zuid- Afrika) H. J. Boiten Enschede. Nederlands Gereformeerde Kerken: bedankt voor Gronin gen W. Janse Katwijk. Christelijke Gereformeerde Kerken: beroepen te Huizen J. Westerink Urk. Baptistengemeenten: aange nomen naar Stadskanaal J. van Berkel Winschoten.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1985 | | pagina 15