De terreur
van de
permanente
deadline
50 JAAR ANP
VRIJDAG 1 MAART 1985
JUBILEUMNUMMER LEIDSCH DAGBLAD
PAGINA 29
Het Algemeen Nederlands Persbureau - beter bekend als het
ANP - bestaat op 1 juli a.s. een halve eeuw. Het ratelende
telexnet van weleer mag de laatste tijd dan goeddeels
vervangen zijn door een geavanceerd computersysteem dat in
staat is 14.000 lettertekens per minuut uit te braken, de
doelstelling is gebleven wat ze altijd al was: 'een onpartijdig
en onafhankelijk bureau ter objectieve verstrekking van
binnenlandse en buitenlandse nieuwsberichten aan de
Nederlandse pers, radio en televisie en anderen'. Ter
onderstreping van die objectiviteit hult de ANP-journalistiek
zich immer in het anonieme. Met het naderende jubileum
komt ze daar bij uitzondering eens achter vandaan.
door Willem Schrama
Op het voorhoofd van Willem Gitz
(chef parlementaire redactie) ont
vouwt zich een diepe rimpel.
"Voor ijdelheid", zegt hy bedacht
zaam, "is het ANP nooit een goede
voedingsbodem geweest. We heb
ben hier wel een aantal identiteits
zoekers gehad, maar die zyn in de
loop der jaren allemaal weer weg
gegaan. Onze journalistieke opvat
tingen nopen nu eenmaal niet tot
egotrippery. Het gaat ons om het
geschrevene, en niet om wie het
schryfl".
Gitz is al 37 jaar in dienst by het ANP.
waarvan de laatste 18 als parlementsre-
dacteur. Hoewel het Binnenhof zyn
werkdomein is en niet het huidige
hoofdkantoor aan de Haagse Eisenho-
werlaan, heeft hg er veel zien verande
ren. Niet in het minst de werkwgze. "Ik
herinner me nog de tyd dat we zonder
eindredacteuren werkten. Dat bete
kende dat de dienstdoende redacteur
binnenland ongelimiteerd stukken
kon doorgeven. Ik heb het meege
maakt dat er verhalen van tien meter
lengte van het net kwamen rollen".
Hap-snap
In die naoorlogse periode was het ANP
nog ondergebracht in een drietal he
renhuizen in het centrum van Den
Haag. Tijdens de nachtdienst leerde
menig redacteur er autorijden. Een
voudigweg omdat het sleuteltje van de
rode directie-Mercedes publiek bezit
werd nadat de chauffeur het pand had
verlaten. Gitz kan zich de eerste direc
teur en oprichter Herman van der Pol
nog goed voor de geest halen. "Echt
het type van de alleenheerser. Kwam je
om loonsverhoging, dan kreeg je bij
voorbeeld een paar nieuwe schoenen.
De perfecte bliksemafleider, want over
loonsverhoging werd dan natuurlijk
niet meer geluld. Dat soort hap-snap
beleid was typerend voor die jaren. Ik
kwam hier een week voor de Nacht van
Schmelzer. Toen deed je met twee, drie
man een kabinetscrisis. En dat waren
verslagen waar meer dan de helft van
de Nederlandse kranten op dreef. Je
was dus dag en nacht in de weer, daar
kwam het op neer".
"De journalistiek mag dan vreselijk
verzakelijkt zijn, er is gelukkig veel ten
goede veranderd. Tegenwoordig
werken wij hier op het Binnenhof met
zes man die het naar mijn smaak goed
doen, ook gezien de afname van onze
berichten in de kranten. Een onder
zoek van drie jaar geleden leerde nog
dat het parlementaire ANP-nieuws een
score van 67 procent over alle Neder
landse dagbladen haalde. Dat is ook
niet zo gek voor wie bedenkt dat wij zo
ongeveer alles dekken. Als andere col
lega's klaar zijn, zitten wij nog achter
het beeldscherm. Vergadert de RPF,
dan laat de landelijke pers het wijselijk
afweten want het ANP zit er toch wel.
Of we daar nooit moe van worden?
Och, dat word je volgens mij ook wel,
eens als je levensverzekeringen ver
koopt. En anderzijds is er ook weer de
bevrediging. Als ik 's morgens opsta
lees ik mijn eigen stuk in de ochtend
bladen. En als je dan 's middags laat
nog wat doorgeeft, blijkt het bij de
kiosk al in de middagbladen te staan.
Dat houdt het leuk".
Huisstijl
Wie ANP zegt, zegt kort, droog en zake
lijk. Adjunct-hoofdredacteur Wibo
Burgers beaamt het met een wijdse
glimlach. "We zijn strikt onpartijdig en
hebben inderdaad naar buiten toe geen
eigen mening. Da's wel eens vervelend,
maar dat is nu eenmaal onze grond
slag". Hij verwijst in dit verband naar
de 'huisstijl' van het ANP, vervat in
een gestencild boekwerkje. Daarin
krijgt ook de factor zorgvuldigheid rui
me aandacht. Een ANP-bericht dient
altijd voorzien te zijn van een contro
leerbare bron en in controversiële za
ken dient onverwijld wederhoor te
worden toegepast. Om het met ge
noemd 'huisbijbeltje' te zeggen: zijn er
al opinies of meningen de moeite
waard om in ANP-berichten te ver
schijnen, dan zijn die niet van het
ANP, maar van personen, instanties of
partijen die met name dienen te wor
den genoemd. Uitzonderingen bevesti
gen overigens ook hier de regel, maar
daarover later nog.
Hoe dan ook, met ruim 150 journalis
ten en twaalf fotografen in vaste dienst
verzorgt het ANP jaarlijks een onafge
broken stroom van om en nabij de
70.000 nieuwsberichten en 10.000 fo
to's. De meeste verslaggevers opereren
vanuit Den Haag op een groot aantal
gespecialiseerde terreinen, zoals bij
voorbeeld parlement, onderwijs, land
bouw, de sociaal-economische sector
en niet te vergeten de sport. Maar ook
op bijkantoren en buitenlandse posten
zijn er specialisaties ontwikkeld. Zo
worden vakbeweging en volksgezond
heid vari oudsher in Utrecht gecoverd,
zeevaart en scheepsbouw in Rotter
dam, de beurs in Amsterdam, lucht
vaart op Schiphol, de omroepen in Hil
versum en Europese aangelegenheden
in Brussel. Rest ten slotte nog een vier
tal eenmansposten in Arnhem, Eind
hoven, Twente en op de Antillen ten
behoeve van het reguliere nieuwsge-
beuren aldaar.
Huwelijk
Hoezeer de Nederlandse dagbladen af
hankelijk zijn van al deze nieuwsleve
ranciers bleek nog eens overduidelijk
op de ochtend van 4 maart 1980, toen
het ANP als speerpunt was aangewe
zen in het kader van de FNV-acties te
gen het beleid van het kabinet Van
Agt-1. Het personeel besloot die dag
uitsluitend berichten aangaande de
vakbondsacties door te geven, daarbij
uiteraard de gebruikelijke objectivi-
teitsnormen in acht nemend. Veel pa
niek, en niet alleen bij de aangesloten
kranteredacties maar ook bij een fu
rieuze ANP-directeur Carel van Dits-
huizen, die eigenhandig de stoppen er
uit trok. Einde actie.
Kortom: kranten kunnen niet zonder
het ANP, en omgekeerd. Ze vormen
dan ook een liefdevol doch gedwongen
huwelijk, gesloten in december 1934,
toen de Nederlandse dagbladuitgevers
gezamenlijk en in eigen beheer een na
tionaal persbureau oprichtten met het
doel er een volledig onafhankelijk jour
nalistiek bedrijf van te maken. Een half
jaar later was het al zover. Op 1 juli
1935 begon het ANP (toen nog in een
pand aan de Amsterdamse Heren
gracht) te functioneren. De eerste re
dacteuren waren voor het leeuwedeel
afkomstig van het handjevol particu
liere nieuwsdiensten dat ons land voor
dien nog rijk was, en die door de kran
tendirecteuren voor het gemak maar
waren opgekocht.
Het bestuursorgaan was - en is nog
steeds - een Raad van Beheer waarin
dagbladdirecteuren, hoofdredacteuren
en vertegenwoordigers van de NOS zit
ting hebben. De NOS mag dan geen
mede-eigenaar zijn, ze is vanwege de
vele radionieuwsdiensten (zo'n zestig
per etmaal) wel een belangrijke con
tractant en draagt voor ongeveer een
zesde bij in de kosten. De Nederlandse
dagbladen brengen het restant op tafel
naar rato van het aantal abonnees.
Henk Lichtenveldt (jarenlang journa
list bij Het Vrije Volk, later bij de NOS)
is sinds vier jaar hoofdredacteur van
het ANP. In tegenstelling tot bij de
meeste krantenbedrijven is zijn functie
bij de directie ondergebracht. Begrij
pelijk is derhalve zijn reactie als het
gaat over de jaarlijkse strijd om de
vaststelling van het budget, waarvan
veel redacteuren menen dat het alle
maal wat ruimer kan. Lichtenveldt:
"Elke journalistieke organisatie heeft
altijd één verslaggever te weinig. En
dat is maar goed ook, want gezien de
financiële positie van de meeste dag
bladen kan een beetje pas op de plaats
maken op dit moment geen kwaad".
Hij omschrijft zijn functie als een
boeiende opdracht. "Wij zijn de centra
le nieuwsleverancier voor nagenoeg al
le media in Nederland. Dat is natuur
lijk niet niks. In dit bedrijf sta je nooit
stil. Je probeert elke dag wéér de snel
heid en de kwaliteit van het nieuws te
verhogen. De laatste tijd proberen we
het nieuws ook steeds meer context te
geven. Bij de herdenking van de Jalta-
akkoorden zetten we bijvoorbeeld gro
te achtergrondverhalen uit, en die zag
je dan over hele pagina's in de kranten
terug. Daarin weerspiegelt zich ook
een beetje de solidariteit die de kran
ten met het ANP hebben. Men voelt
zich toch een beetje eigenaar".
Mening vormen
Waar de buitenlandse berichtgeving
van het ANP grotendeels op contract
basis wordt aangereikt door de grote
internationale persbureaus, daar is de
binnenlandse geheel van eigen make
lij. Op de redactie binnenland is de po
tige James McConigal ("ja, een Schotse
vader") de man onder wiens leiding ze
ventien bureauredacteuren dagelijks
150 tot 200 berichten doen uitgaan,
aangereikt door zo'n 70 verslaggevers
en 125 correspondenten in den lande.
"Vroeger hadden we tot in elk gehucht
wel een veldwachter of pompbediende
die ons tijdig inseinde als er wat aan de
hand was", vertelt bij- "Maar tegen
woordig gaat dat veel professioneler.
Ons correspondentenleger bestaat vrij
wel geheel uit beroepsmensen, die met
z'n allen elke dag weer 'n enorme be
richtenstroom produceren. Die komt
vervolgens zo snel mogelijk - ingekort,
en meestal herschreven - op het net".
McConigal zegt zich aangetrokken te
voelen door het zogenaamde 'harde
nieuws\ op feiten gebaseerd en zonder
omhaal van woorden. "Commentaren
en subjectief geladen achtergrond, dat
kan hier niet. Wel bestaat de mogelijk
heid tot langere produkties, maar dan
altijd weer binnen de grenzen van
strikte objectiviteit. Zo is bijvoorbeeld
de ABP-affaire een jaar lang door één
redactrice gevolgd. Die beschikte op
een gegeven moment over zoveel ken
nis van zaken dat ze er een samenvat
tend achtergrondverhaal over maakte,
maar dan ook pertinent zonder eigen
Lichtenveldt: boeiende opdracht.
Van Gropsenwaarde toevoegen.
(foto's Roland de Bruin)
mening erin".
"Want dat is toch in feite de taak van
een journalist: het nieuws zodanig
brengen dat de burger in het land zich
er een mening over kan vormen. Een
andere zaak is datje als serieus journa
list ook een zodanige selectie van het
nieuws moet brengen, dat diezelfde
burger een zo compleet mogelijk beeld
ervan krijgt voorgeschoteld. Ook dat
verliezen we niet uit het oog. We bren
gen een zodanig pakket dat je er in
theorie een krant mee kunt vullen.
Over compleet gesproken: wij zijn de
enige nieuwsorganisatie in Nederland
die dagelijks alle negentien rechtban
ken en vijf gerechtshoven afloopt".
"Wij schrijven voor zowel De Waarheid
als het Friesch Dagblad, voor het Alge-
meen Dagblad en het Nieuwsblad van
het Noorden. Die kranten hebben stuk
voor stuk verschillende belangen en
toch moeten wij ze allemaal tevreden
stellen. Het publiek van de ANP-jour-
nalist is trouwens toch erg groot. Stel,
je hebt om twaalf uur 's middags een
stuk. Dan is dat om kwart over twaalf
op Teletekst, om tien voor half een op
de radionieuwsdienst, een paar uur la
ter in de middagkranten, 's avonds op
het NOS-Journaal en vervolgens weer'
in de ochtendbladen".
Kostbaar
Die grote uitstraling maakt een fout
ook meteen kostbaar, daar weet McCo
nigal over mee te praten. "Tja, waar ge
hakt wordt vallen spaanders. Er wor
den wel eens pogingen gedaan om het
ANP op het verkeerde been te zetten,
bijvoorbeeld met het doel om de beurs
koersen te beïnvloeden. Zo bereikten
ons nog eens totaal gefingeerde be-
drijfscijfers van de KLM die bijna op
het net waren verschenen, ware het
niet dat onze luchtvaartredactie ze nog
tijdig als vals kon identificeren. Ik heb
zelf nog eens iets vervelends meege
maakt bij de rechtbank in Assen, waar
een groenteman uit Gramsbergen we
gens onzedelijk gedrag werd veroor
deeld. Nou bleek er in Gramsbergen
maar één groenteman te wonen, en tot
overmaat van ramp was dat niet de
man die veroordeeld was. Die dreef
een winkel in Hoogeveen. In Grams
bergen werd dus de verkeerde nagewe
zen. We hebben die man geheel in stijl
een fruitmand gestuurd en de volgen
de dag een nieuw bericht op het net
geplaatst.
"Waarmee ik maar wil zeggen dat een
miniem foutje hier grote gevolgen kan
hebben. Ook een practical joke waarbij
een dodelijk verkeersongeval wordt
gemeld kun je niet altijd vóór zijn. Dan
word je de volgende dag door het te
recht verontwaardigde slachtoffer op
gebeld, en dat is net zo vervelend. Je
probeert alles zoveel mogelijk te chec
ken, maar vanwege de snelheid kan er
wel eens een foutje insluipen. De tele
foon is nu eenmaal een essentieel hulp
middel bij onze nieuwsgaring. Daarbij
werken wij in feite met een permanen
te deadline. Elk half uur zakt er wel een
krantepagina in Nederland of is er wel
weer een radionieuwsdienst of het
Journaal. Wij zijn goed in plotseling
opkomend nieuws en vervullen daarin
een signaalfunctie naar de kranten. We
falen daarentegen meestal op de twee
de dag, als de kranten met hun achter
grondverhalen komen. Logisch, want
dan zijn we alweer met iets nieuws be
zig. Dit is een continubedrijf, dat dag
en nacht bemand is. Je maakt je werk
bijna nooit af, je draagt het over aan
anderen. En daarin zit wel eens het
menselijk falen".
Toegevoegde waarde
Niet minder op zijn hoede is chef bui
tenland Jan van Groesen, die met zijn
18-koppige deelredactie onder meer tot
taak heeft de nieuwsstroom van de bui
tenlandse persbureaus van een toege
voegde waarde te voorzien. Van Groe
sen: "We hebben hier de laatste jaren
echte specialisaties opgebouwd. Afri
ka, Noord- en Zuid-Amerika, het Cari-
bisch gebied, het Verre Oosten, Oost-
Europa en noem maar op. Maar ook de
NAVO, de Oost-West verhoudingen en
de Verenigde Naties. We hebben be
wust gestreefd naar het binnenhalen
van mensen die hun studie gericht
hebben op al dit soort journalistieke
specialismen. Hun kennis als toege
voegde waarde is belangrijk, omdat
zelfs de grote persbureaus niet altijd
even betrouwbaar zijn. Is er al geen
sprake van de dagelijkse kleine foutjes,
dan heb je toch vaak te maken met een
zijdigheid. Niet alleen bij bronnen uit
landen met een onderdrukkend regi
me, maar ook een Amerikaans persbu
reau zal doorgaans anders over Latijns-
Amerika schrijven dan bijvoorbeeld
het Britse Reuter of het Franse AFP".
"Daarnaast doen we ook veel zelf. Niet
alleen de vaste punten als het Euro
pees Parlement en de Raad van Euro
pa, maar bijvoorbeeld ook de veilig
heidsconferentie in Helsinki en grote
internationale ontwikkelingsconferen
ties als die in Madrid en Stockholm.
Nieuw voor het ANP was vorig jaar
nog een eigen verslaggever bij de Filip
pijnse verkiezingen, omdat die nu een
maal spectaculairder waren dan nor
male verkiezingen elders".
Van Groesen zegt overigens tot zijn
spijt niet altijd indachtig de ANP-
formule te kunnen werken met kei
harde bronnen. "Met name in dictato
riaal geregeerde landen kun je vaak
niet onmiddellijk mensen vinden die
met naam en toenaam vermeld willen
worden. Suriname is daar een voor
beeld van. Toch hebben we op het ge
bied van de Surinaamse berichtgeving
de laatste jaren in de voorhoede gelo
pen. Bij hard nieuws zonder bron kan
men er zeker van zijn dat het twee of
driemaal gecheckt is, want één misser
en je naam gaat er aan. Daar waken we
zorgvuldig voor".
Opiniëren
Degenen die de bijna heilige objectivi-
teitswetten van het ANP een klein
beetje aan hun laars mogen lappen,
zijn de sportredacteuren. Kopman is
daar Piet Philippa, die met zijn vijftien
redactieleden en een net van honderd
correspondenten dankbaar het gat vult
dat door de vaak krap bemande sport
redacties van de kranten wordt ge
creëerd. De ANP-versie van een topper
als Ajax-Feijenoord mag dan bij de
meeste dagbladen in de prullenbak
verdwijnen, het feit dat bijvoorbeeld
De Limburger dat verslag in extenso
plaatst, stemt weer tot vreugde. En wat
zouden de sportredacties zondags
avonds moeten beginnen zonder de gi
gantische brij van uitslagen, variërend
van district West-1 tot Zuid-2? Het zijn
er zo'n 2000 per weekeinde, en daar
moetje vroeg voor opstaan (of laat voor
naar bed, zo men wil).
Maar terzake. Philippa: "Wij zijn inder
daad de enigen die een beetje mogen
opiniëren, zij het dan alleen op sport-
technisch gebied. Dat heeft te maken
met de ontwikkelingen in de sportjour
nalistiek van de laatste tien jaar. Het
gaat immers niet alleen om de bal,
maar ook om degene die 'm trapt. Ook
schryven we tegenwoordig veel be-
schouwender over bijvoorbeeld de me-
disch-sociale elementen in de sport.
Doping en dergelijke. Zoiets geeft toch
een lekker gevoel, dat vraagt toch een
beetje inzicht en vaardigheid, en op dat
gebied is ook het ANP niet achterge
bleven".
Een markant onderdeel van het ANP-
dienstverleningspakket is ten slotte de
dienst geestelijk leven, tot voor kort
'alleen voor abonnees' maar sinds 1 ja
nuari van dit jaar voor ieder die er be
lang in stelt. Deze deelredactie vindt
haar oorsprong in het tien jaar geleden
ter ziele gegane Katholiek Nederlands
Persbureau dat vrijwel geruisloos in
het ANP opging, maar onder de leiding
van (de hervormde) Gerrit Tulp is er
thans sprake van een aanzienlijk rui
mere strekking. Tulp zelf formuleert
de bijdragen van zijn driemans redac
tie als volgt: "Onze aanvankelijke be
richtgeving over kerk en religieuze za
ken is de laatste jaren uitgebreid tot al
le geestelijke stromingen in het alge
meen die een bepaalde ontwikkeling
vertegenwoordigen. En dat kan varië
ren van de rechtervleugel der rooms-
katholieke kerk tot de fascinerende
wereld van Hare Krishna".
Niet zonder zelfspot citeert Tulp zyn
voorganger, die de dienst geestelijk le
ven 'de parel aan de kroon van het
ANP' noemde. "Hij bedoelde daarmee
dat onze berichten doorgaans een lan
ger leven leiden dan het vluchtige
nieuwswerk. Ze verouderen niet zo
gauw, omdat bepaalde ontwikkelingen
nu eenmaal tyd nodig hebben".
Spanning breken
Hoewel fragmentarisch, is hierboven
wellicht een beetje een beeld geschetst
van die almaar doorratelende nieuws-
machine die ANP heet. Willem Gitz,
nog eenmaal terugblikkend op de tij
den van toen: "Het was en is een hard
werkend en produktief bedrijf, en dat
was vroeger per definitie inherent aan
onderbezetting. Ik weet nog hoe in de
jaren vijftig een paar redacteuren op
zondagochtend de brandslang richtten
op een groepje soldaten van het Leger
des Heils, dat voor de deur van het
ANP stond te musiceren. De hele han
del spatte uiteen, de tuba vol met wa
ter, ach, hou op. 1 aprilmoppen, dat
mocht ook nooit. Toch hebben we er
wel eens stiekem een op het net gezet.
Over een zekere Russische professor
Kartovlov die naar Nederland zou ko
men om aardappels te kopen. Die
vormden namelijk een uitermate ge
schikte brandstof voor de eerste Russi
sche ruimtevaartraket. Wat gebeurde?
In Zeeland vlogen de aardappelprijzen
omhoog, er was op een gegeven mo
ment bijna geen bintje meer te krijgen,
de boeren hielden ze fijn achter voor de
Grote Transactie. Achteraf moet je dit
soort uitspattingen toch zien als het
breken van de spanning in dit bijna
asociale vak waarin er door de werkge
vers lange tijd roofbouw op ons is ge
pleegd. En nog steeds is er de neiging
om het ANP zo goedkoop mogelijk te
houden. Neem nou zo'n jubileum. Als
je vijftig jaar bestaat en er is alleen
maar een beetje geld voor een gedenk
boekje en een feestje voor het perso
neel... Dat kan toch wat sjieker, door
bijvoorbeeld een extra maandsalarisje
of zo. Bij onze geregelde bezoeken aan
de kranten krijgen we regelmatig lof
toegezwaaid voor wat we doen. Nou,
dan zeg ik op mijn beurt: dan zouden
die kranten het ANP ook eens op een
andere manier moeten waarderen".
A. Lagerwerf, Be-
reklauwkreek 9, Lei
derdorp:
"Ik ben blij dat er hier
een krant is die een ech
te streekkrant is. Dat je
niet, zoals bijvoorbeeld
bij het Reformatorisch
Dagblad, als lezer in
Leiderdorp wordt opge
zadeld met kerkdien
sten uit Groningen.
Mijn hobby is het verza
melen van foto's en do
cumentatie van kerken.
Jammer vind ik het dat
nieuws uit de Rijn- en
Bollenstreek en Leiden
in verschillende edities
wordt opgenomen. Dan
mis je toch informatie
uit je naaste omgeving.
Ik zou best wat meer
willen lezen over pak
weg Alphen en Katwijk.
De opening van de Oud-
hoornse kerk in de Al
pheuse regio ben ik bij
voorbeeld niet in mijn
krante-exemplaar te
gengekomen.
De rubriek geestelijk
leven interesseert me het
meest. Ook de politiek
volg ik. Maar dan erger
ik me soms en gooi de
krant neer. Dan denk ik
wel eens: wat zijn het
toch een rotlui. Ik erger
me dus aan de politici,
niet aan de krant. Die is
niet links en niet rechts,
maar neutraal. Nou,-
dat is bij andere bladen
wel anders".
André de Jong, direc
teur van de Groenoord-
hallen in Leiden:
"Drie rubrieken in het
LD volg ik nauwgezet.
Dat zijn stad, sport en
cultuur. Ik begin altijd
met de stadspagina's:
het nieuws over de goe
de stad Leiden, waarbij
ik nogal eens uitlatin
gen van mezelf aantref,
en de berichten over
Zoeterwoude waar ik
woon. Dan sla ik door
naar de sport, een we
reldje waar ik vroeger
zelf actief in ben ge
weest. Die rubriek pluis
ik helemaal uit. Daarna
ga ik naar de achterste
pagina's voor de cul
tuur, de bezigheden in
de schouwburg en de
cijfers over bezoekers
aantallen.
Wat ik mis is een ach
tergrondrubriek over
agrarisch nieuws. Vroe
ger stond er na de
markt altijd een be
schouwend stukje in de
krant. Nu lees je alleen
nog maar cijfers. Het
verhaal achter die cij
fers - waarom is de han
del stroop, waarom is er
veel aanvoer? - ont
breekt. En dat terwijl de
markt de afgelopen ja
ren enorm is gegroeid.
Er zijn trouwens veel
agrariërs die het LD le
zen en die het ook jam
mer vinden dat die
stukjes over de markt
niet meer in de krant
staan.
Verder is me opgeval
len dat de rubriek
Steeds de laatste tijd
niet meer zo scherp is. Ik
mis de pen van Jaap
Visser. Hoewel ik zelf
ook wel eens het slacht
offer ben geweest vond
ik die scherpe stukjes ei
genlijk wel zo aardig.
Want ik heb Steeds nooit
beschouwd als een ru
briek voor schou
derklopjes".
LEZERS
OVER DE
KRANT