'Progressief of niet,
Cuba moet Angola uit'
Joodse gemeenschap betreurt kerkelijk gesprek met PLO
Reportage
De bevrijdingsstrijd van Jonas Savimbi
'Buurtwacht' bespaart
Amerikanen veel geld
VRIJDAG 16 NOVEMBER 1984
PAGINA 17
„Holland begrijpt niets
van onze beweging Unita.
De campagnes in de pers
bij u zijn tegen ons, omdat
wü met blank Zuid-Afrika
samenwerken. Ik vind het
jammer dat men in Neder
land niet beter op de
hoogte is van de feitelijke
situatie. De Hollander is
een logisch mens, met ge
voel voor realiteit. Maar
men moet begrijpen dat
landen die zich progres
sief noemen, of links dan-
wel communistisch zo u
wilt, niet langer progres
sief zijn wanneer ze ande
re landen bezet houden.
Dat geldt voor Rusland
vanwege Afghanistan en
dat geldt ook voor Cuba,
dat Angola bezet houdt".
door
Ruud de Wit
Unita-president Jonas Malheiro
Savimbi zit in de eetzaal annex
ontvangst- en vergaderruimte
voor zijn militaire staf. Het is een
ondergrondse bunker midden in
zijn provisorische 'hoofdstad'
Jamba, een plaatsje in het door
de Unita gecontroleerd gebied.
Achter hem staan drie lijfwach
ten en om ons heen zitten een
twintigtal hoge officieren
zijn leger, onder wie een groot
deel van zijn militaire staf.
Eerder die dag had Savimbi
een gezamenlijke persconferen
tie gehouden voor een groot aan
tal speciaal uitgenodigde buiten
landse journalisten. Nu krijgen
deze per land nog een kwartier
de gelegenheid wat persoonlij
ker met de president te praten.
In mijn geval is dat gunstig, om
dat het contingent Nederlanders
onder de ruim 50 aanwezige jour
nalisten slechts twee bedraagt.
Vandaar dat de enig aanwezige
Japanse journalist ook aan ons
gesprek met de 50-jarige Savim
bi deelneemt.
Doctor Jonas Savimbi is onge
twijfeld een van de meest erva
ren guerrillastrijders ter wereld
en zijn Unita een van de oudste
bevrijdingsorganisaties. In 1966
richtte hij de Unita, de Union Na
tionale pour l'Indépendance To
tale de 1'Angola, op. Toen nog als
een van de drie bevrijdingsbewe
gingen tegen het Portugese kolo
niale bewind. Samen met de
marxistische MPLA van Agos-
tinho Neto en de FLNA van Hol
den Roberto slaagden zij er uit
eindelijk in 1974 in om de Portu
gezen voor een voldongen feit te
stellen.
Burgeroorlog
De toen gevormde coalitie-re
gering bereidde de onafhanke
lijkheid van Angola voor, maar
toen deze uiteindelijk in 1975
kwam, slaagde de MPLA erin de
andere twee in een korte, maar
hevige burgeroorlog uit te scha
kelen. De FLNA trok zich terug
in het noorden van Angola en de
Unita in het zuiden. Savimbi be
gon opnieuw een guerrilla, maar
nu tegen een andere vijand. De
FLNA leidt sindsdien een kwij
nend bestaan, voor de Unita
daarentegen lijkt de uiteindelij
ke overwinning in het verschiet
te liggen.
„Wat de Nederlanders niet we
ten, is dat wij een legale bewe
ging zijn. De MPLA heeft slechts
de macht kunnen grijpen via Cu
baanse steun. En dat was weer
de reden voor de Zuid-Afrikanen
om in 1975 Angola binnen te val
len. Maar zij trokken zich in ja
nuari 1976 terug, terwijl de Cuba
nen sindsdien in aantal zijn toe
genomen, tot zo'n 40.000. Het is
dus een kwestie van rechtvaar
digheid dat wij ons verzetten. Je
mag van mij de Cubanen links,
progressief, communistisch noe
men, zodra ze de Angolese bevol
king onderdrukken, is het ge
daan met hun progressiviteit.
Voor Unita is er maar één zaak
die telt: de Cubanen moeten An
gola uit".
De beeltenis van Jonas Savimbi in Jamba, een guerrilla-paradijs in Angola.
Wie Savimbi heeft bezig gezien
in 'zijn' Jamba, kan niet anders
concluderen dan dat hij een
waarlijk charismatisch leider is.
Het leger dat hij in de zanderige
oerwouden van Zuid-Oost Ango
la heeft weten te vormen, draagt
zijn leider op handen. Hetzelfde
geldt voor de 12.000 bewoners
van Jamba. Overal hangt zijn
portret en bij de parade die ter
gelegenheid van het bezoek door
de internationale pers wordt ge
houden, zwaait iedereen enthou
siast met zijn foto. Herhaaldelijk
wordt zijn naam gescandeerd en
als hij langs de menigte loopt, wil
iedereen zijn hand drukken of
hem omhelzen. Zelf is hij de
vriendelijkheid zelve.
Savimbi beschouwt zichzelf,
ondanks een universitaire oplei
ding in Portugal en Zwitserland,
in de eerste plaats als guerrilla
strijder. Aan de universiteit van
Lausanne heeft hij graden ge
haald in politieke wetenschap
pen en recht. In 1975 volgde hij
in China, aan de militaire acada-
mie van Nanking, een negen
maanden durende guerrilla-op
leiding. Daar ontmoette hij in
1967 ook de legendarische Mao.
Naar school
„Mijn vader, (die in 1973 in
Portugese gevangschap te Silva
Porto stierf - RdW) heeft me
voorbereid op de bevrijdings
strijd. Hij vond dat ik naar school-
moest gaan om universitaire gra
den te halen. Hij had wel een vi
sie over een onafhankelijk Ango
la, alleen wist hij niet hoe dat te
bereiken. ..Ga maar naar school,
volg een opleiding, dan zul je we
ten hoe Angola onafhankelijk
moet worden".
Savimbi beschouwt zich als
een man die gehecht is aan zijn
familie. Zijn 84-jarige moeder
woont bij hem in Jamba, alsook
zijn 5 kinderen, waarvan de oud
ste pas 15 is, en zijn oudere broer
en zus. Zijn vrouw overleed be
gin dit jaar.
Over de toekomst van Angola
heeft hij uitgesproken idèeën.
„Eerst moeten de Cubanen het
land uit, anders stoppen we niet
met deze oorlog. Ik heb al zo
vaak de MPLA-regering in Luan
da uitgenodigd om rond de tafel
gaan zitten om te komen tot een
regering van nationale eenheid.
Maar mijn geduld is op. Ze weten
wat ik wil, en nu zullen zij het
initiatief moeten nemen. Een
journalist vroeg me vandaag wel
ke portefeuille ik ambieer in zo'n
regering. Maar het gaat me niet
om portefeuilles, het gaat om de
politieke toekomst van Angola".
Savimbi vindt dat Angola los
moet komen van de huidige poli
tieke gebondenheid aan Moskou
en Cuba. Volgens hem dicteren
de Russen aan de MPLA-rege
ring wat er in Angola gebeurt.
Verder is hij voorstander van een
economisch systeem dat privé-
initiatief mogelijk maakt, een
idee dat in Afrika school begint
te maken, zelfs in dat andere
marxistisch-leninistische land,
de eveneens voormalige Portu
gese kolonie Mozambique.
Eigendom
„De MPLA-regering praat
steeds over wat ik 'kunstmatig
socialisme' noem. Ze willen
maar nationaliseren, maar wat
valt er nu hier te nationaliseren?
Ik ben voor een creatief-econo-
misch particulier initiatief. Ik zal
u een voorbeeld geven. Als
Luanda 300 bussen koopt, geven
ze die aan chauffeurs, maar deze
voelen zich staatsambtenaren en
kijken er verder niet meer naar
om. Na drie, vier maanden rijdt
er dus geen bus meer en wie is
daar de dupe van?"
„De staat moet aan een indivi
du een lening verstrekken, zodat
hij tien bussen kan kopen. Om
dat ze zijn eigendom zijn, zal hij
er voor zorgen dat ze blijven rij
den. Afgezien dat het noodzake
lijk transport gerealiseerd blijft,
houdt de eigenaar er ook iets aan
over, wat hem tot nieuwe initia
tieven kan inspireren. En omdat
de bussen rijden, is dat ook weer
een voordeel voor de bevolking,
want die kan zich door goed
transport beter ontwikkelen.
Door voor zichzelf te werken,
werken de mensen voor de ge
meenschap".
De Unita beweert op dit mo
ment zeker een-derde van het
land te hebben bevrijd. Hoe
denkt de beweging de inspraak
te realiseren in dit schaars be
volkte en moeilijk bereikbare ge
bied. Savimbi, die vloeiend Por
tugees, Frans en Engels spreekt,
afgezien nog van de lokale talen,
evenals de meeste van zijn stafle
den overigens: „Wij beschikken
over een uitgebreid radionet,
waardoor wij binnen 24 uur op
de hoogte zijn van wat er in het
land, maar ook in de omringende
landen, gebeurt. Wat de inspraak
betreft, zoals nu, bij dit bijzonde
re congres, waaraan 400 gedele
geerden uit heel bevrijd Angola
aanwezig zijn, is dat als volgt op
gezet: Unita kent drie vleugels,
een militaire, een politieke en
een administratieve, elk met een
eigen leider. Ikzelf treed als coör
dinator op".
„Daarnaast is er een Nationaal
Comité, dat uit 50 leden bestaat,
en een uitvoerend lichaam van
17 leden. Elke gemeenschap,
waar ook in Angola, heeft zijn
politieke, militaire en admini
stratieve leiders, die gekozen
worden in plenaire zittingen. Als
dat nodig is, worden de gedele
geerden opgeroepen, zoals nu,
bij dit Congres over een nieuwe
strategie, nu Angola met Zuid-
Afrika onderhandelt over de te
rugtrekking van de Cubanen".
Verkiezingen
Navimbi is ervan overtuigd,
dat de guerrilla uiteindelijk zal
winnen, zelfs als Namibië, nu on
der Zuidafrikaans bestuur, onaf
hankelijk wordt en de Unita af
gesloten is van zijn huidige aan
voerlijnen uit Zuid Afrika. „Wij
willen directe verkiezingen en
dan zal blijken hoe groot onze
steun is. Zelfs in het MPLA-bol-
werk Luanda hebben we een
groeiende aanhang. Afgezien van
de steun van Zuid-Afrika - Sa
vimbi beschouwt de Zuidafri-
kaanse staatspresident P. W. Bo
tha als zijn persoonlijke vriend -
zegt hij in het verleden steun van
Marokko en Frankrijk te hebben
gekregen en van een aantal zwar
te Afrikaanse landen, die nu nog
anoniem zijn.
„Weet u, de zogenaamde pro
gressieve landen praten te veel.
We hebben meer aan de stille
vrienden. Het is waar, de landen
die ons in 1977 steunden, hebben
zich vanwege Zuid Afrika in de
jaren tachtig enigszins terugge
trokken. Maar ze komen terug".
Om er tenslotte vastbesloten
aan toe te voegen: „In ieder geval
blijven we in Angola en zullen
ons niet laten verdrijven, zoals
die paar overgebleven FLNA-lei-
ders - en ik denk hierbij bijvoor
beeld aan Holden Roberto, die al
die tijd in het buitenland is ge
bleven. En we gaan zeker niet in
ballingschap, ook al betekent dat
onze dood".
De Amerikaanse misdaadcijfers
zijn in de afgelopen jaren flink ge
daald. Volgens politiedeskundigen
is dat voor een groot deel te dan
ken aan de „buurtwacht": burgers
die in hun eigen omgeving het oog
houden op de veiligheid.
Niet minder dan acht tot tien
miljoen Amerikanen, dat wil zeg
gen ruwweg 1 op elke 25, zijn in
zo'n 30.000 gemeenschappen bij
dergelijke misdaadpreventie be
trokken. Hun aantal groeit nog da
gelijks. Hoewel geen nauwkeurige
cijfers bestaan omtrent een feno
meen dat pas de laatste jaren goed
van de grond is gekomen, schatten
ingewijden de opbrengst aan be
sparing op verzekeringen, schade,
politiewerk en wat dies meer zij op
minstens 300 miljoen dollar jaar
lijks.
Volgens directeur Matt Peskin
van de National Association of
Townwatchers zijn de buurtwach
ten zo effectief, dat het aantal mis
drijven in de omgeving die zij be
strijken, na twee jaar met 35 tot 40
procent daalt. Het systeem werkt
zó goed, dat volgens Patsy Cantrell
van de National Sheriffs Organisa
tion inbrekers tegenover de politie
zelfs bekennen nooit binnen te
dringen in huizen waar de opval
lende plakzegels van de buurt
wacht op de ramen prijken.
De politiechef van Fair Fax
County in Virginia, met 600.000 in
woners, signaleert een misdaadcij
fer dat sedert 1981 met 44 procent
is verminderd. „Elke avond en
nacht patrouilleren hier duizend
burgers. Het zou 30 miljoen dollar
kosten als de politie dat moest
doen".
De organisaties zijn van nature
zeer plaatselijk en vergen nauw
contact en toezicht van de lokale
politie. Gegevens over de Verenig
de Staten als totaal zijn schaars.
Het ministerie van justitie in Was
hington is nog maar juist begon
nen aan een nationale beoordeling,
die te meer interessant is omdat
president Reagan in april 1981 alle
overheidssteun voor dergelijke ac
tiviteiten heeft geschrapt. Vlak
vóór de verkiezingen echter teken
de hij een nieuwe wet op de mis
daad, die de 50 staten in totaal 150
miljoen dollar belooft ter onder
steuning van de buurtwachtorga
nisaties.
Een voorname zorg bij de opzet
van nieuwe afdelingen is het niet
uit de hand loopt. De buurtwacht
die de politie wenst, is doorgaans
niet meer dan een groep georgani
seerde en behoorlijk geïnstrueerde
tipgevers. Geen wapens, geen ar
restaties, geen politiebevoegdhe-
den, geen achtervolgingen: alleen
een telefoontje naar de politie of
een oproep via de mobilofoon.
In stedelijke omgeving is de
buurtwacht soms niet meer dan
een groep goed om zich heen kij
kende burgers. Ouden van dagen
vaak, die toch niet veel anders te
doen hebben. De spiedende bejaar
den achter hun gordijntjes zijn
doorgaans de best gemotiveerde
wachters, zegt Peskin, omdat zij
zich nog de betere tijden van vroe
ger herinneren, toen een mens nog
zonder zorgen de straat op kon en
zich niet voortdurend behoefde af
te sluiten achter steeds meer sloten
op de deur.
Zonder die ouderen zou er geen
buurtwacht van betekenis bestaan,
beweert Peskin. „Zij vinden het
prettig om met een zekere regel
maat iets om handen te hebben, ze
hebben meer tijd, kunnen zich ook
bij nacht en ontij vrijmaken en zij
zijn niet bang".
Luitenant Daniel Kerr van de po
litie in Washington DC heeft in zijn
gebied (met veel misdaad en voor
namelijk binnenstad) geconsta
teerd dat de buurtwacht werkt. In
de stad van zo'n 650.000 inwoners
zijn 66.000 huishoudens bij de
buurtwachten betrokken. Zij heb
ben ervoor gezorgd dat het aantal
inbraken in woonhuizen met 30
procent is gedaald, voornamelijk
door vooral steeds om zich heen te
kijken.
De politie verschaft de oriëntatie
en training, doet op verzoek aanbe
velingen voor betere beveiliging
van huizen, verschaft mogelijkhe
den om met graveerpennen waar
devolle voorwerpen te merken en
die gegevens op te slaan in de poh-
tiecomputers, en zij stelt aan het
hoofd van elke buurtwacht een
blokhoofd aan. De wachters beleg
gen op gezette tijden bijeenkom
sten en onderhouden voortdurend
contact met de pohtie.
ACHTERGROND
door
Henk Kolb
i „In het stadswerk", zegt Kerr,
„doen zij geen patrouilles. Wapens
zij absoluut verboden en nimmer
mogen zij fysiek tussenbeide ko
men. Wij hebben genoeg pohtie-
mannen om het werk te doen. Zij
zijn voor ons alleen meer ogen en
oren. Wij zullen nooit overwegen
burgers bij de politietaken in te
schakelen. Het gaat niet om man
kracht".
Soms echter is de grens tussen
politiewerk en dat van buurtwacht
vaag. Peskin vertelt bijvoorbeeld
dat in sommige plaatsen, vaak klei
nere, de buurtwacht op post, werd
gezet bij nachtkluizen van banken
en andere brandpunten van misda
dige belangstelling. Hij voegt er
niet zonder trots en dus goedkeu
rend aan toe, dat voor dit soort sur
veillance een burgerauto met bur
gers erin vaak beter is dan een ui
terst opvallend, in de plaatselijke
politiekleuren geschilderd ver
voermiddel met schijnwerpers, si
renes en zwaailichten op het dak.
Aanvankelijk ging het langzaam,
doch in vele gebieden (vooral bin
nensteden) is nu meer dan de helft
van de gezinnen bij dit gemeen-
schapswerk betrokken. „Het is
goed voor ze", zegt Kerr in Was
hington, „want het maakt mensen
voor elkaar verantwoordelijk, het
bevordert het oude gegeven van
nabuurschap, dat van lieverlee was
weggespoeld door angst voor eigen
bezit en voortdurende staat van fy
sieke bedreiging".
Peskin denkt dat meer en meer
gepatrouilleerd zal worden in au
to's, vooral daar waar de huizen
niet dicht bij elkaar staan. ,Je
kunt", merkt hij op, „nu eenmaal
niet voor elk huis een oudje in vrij
willige wisseldienst tussen de
struiken leggen".
Krachtpatsers
In de laatste jaren is de Ameri
kaanse samenleving zich krachti
ger tegen de vervuiling van zijn be
staan door toenemende misdaad
gaan verzetten. Televisiestations
hebben „crime watching" tot een
onderdeel van hun nieuwsuitzen
dingen gemaakt Zij stellen belo
ningen in het vooruitzicht voor
goede aanwijzingen. Buurtwacht
betekent beteugeling en kanalise
ring van contra-agressie. Het ver
schijnsel voorkomt een geweldda
dige oorlog tegen de misdaad.
In New York organiseerde zich
enkele jaren terug met veel tam
tam een groepje krachtpatsers met
rode baretten op als „Guardian An
gels". Deze gespierde „bescher
mengelen", zelf maar ternauwer
nood aan de straatmisdaad ont
snapt, beantwoordden geweld met
geweld desnoods en patrouilleer
den vooral in de op bepaalde uren
en langs bepaalde trajecten levens
gevaarlijke treinen van de New-
yorkse ondergrondse. Hun voor
man genoot een tijdlang zelfs na
tionaal aanzien en wilde zijn orga
nisatie naar apdere steden gaan
uitbreiden.
Washingtons lui tenant Kerr: „HU
'heeft hier geen voet aan de grond
gekregen, vooral omdat zij actiever
en militanter waren. Een soort
wetshandhavers buiten de politie
om. Dat laten wij niet meer toe".
Peskin: „Die Guardian Angels
zijn in New York bijna ten onder.
Ze hebben bewezen dat het zonder
duidelijke bemoeienis en toezicht
van de politie niet werkt. Ik wil het
niet overdrijven, maar de gewone
buurtwachten zijn voor de politie
de belangrijkste ontwikkehng se
dert de uitvinding van de walkie-
talkie".
Een delegatie van de Raad van
Kerken in Nederland heeft deze
week in Amersfoort voor het
eerst gesproken met de vertegen
woordiger van de PLO in Den
Haag, G. Khoury. Het gesprek
was op verzoek van Khoury, die
lid is van de Lutherse Kerk en
afkomstig is uit Bethlehem. De
delegatie van de raad bestond uit
voorzitter professor dr. D.C. Mul
der, secretaris dominee W.R. van
der Zee en leden van de afdeling
'internationale zaken' van de
raad, onder wie tweede voorzit
ter mevrouw dr. M. Klompé.
De Raad van Kerken wenst
over de situatie in het Midden-
Oosten door alle partijen in het
conflict te worden ingelicht. Hij
sprak eerder met vertegenwoor
digers van de staat' Israël.
In het gesprek met de PLO-
vertegenwoordiger bracht de de
legatie naar voren, dat de raad al
jaren pleit voor erkenning van Is
raël door de Palestijnen en voor
erkenning door Israël van het
Palestijnse recht op zelfbeschik
king. Hij kreeg van de delegatie
ook te horen, dat terreur, van
welke kant ook, gevoelens van
diepe afschuw oproept en niets
kan bijdragen tot de oplossing
van het conflict.
Khoury sprak over de hoop en
verwachtingen van zijn volk en
over de situatie op de door Israël
bezette westelijke oever van de
Jordaan. Hij zei, dat de PLO be
reid is om in vrede te leven met
alle volken in het Midden-Oos
ten.
Het ligt niet op de weg van de
kerken, een politieke organisatie
te erkennen, zo maakte de dele
gatie de PLO-man duidelijk. ,Wel
deelt de Raad van Kerken de me
ning vam de Amerikaanse Raad
van Kerken dat de PLO op dit
ogenblik als de enige 'georgani
seerde stem' van het Palestijnse
volk functioneert en het enige li
chaam lijkt te zijn dat namens de
Palestijnen over een regeling
kan onderhandelen. Daarom is
de raad ervóór, dat de PLO deel
neemt aan eventuele onderhan
delingen.
De joodse gemeenschap in Ne
derland betreurt het gevoerde
gesprek. "Zolang de PLO Israël
niet erkent, kunnen contacten
met deze organisatie niet leiden
tot vrede", zegt de gemeenschap
in een telegram aan de raad.
Het opperrabbinaat Den Haag
heeft met onmiddellijke ingang
alle officiële contacten met de
kerken opgeschort. "Nu wij onze
inbreng in het gesprek tussen sy
nagoge en kerk op een dergelijke
wijze gehonoreerd zien, ervaren
wij dit contact niet als zinvol",
verklaarde rabbijn L.B. van de
Kamp. "Deze ontmoeting valt
onmogelijk te rijmen met de
wens van de kerken om met de
joodse gemeenschap in gesprek
te zijn".
Beroepen
Hervormde Kerk: beroepen te
Etten-Ulft (deelwerk) kandidaat
mevrouw A.F. Slimmers Den
Haag; te Hendrik Ido Ambacht
P.J. den Admirant Waarden-
burg; bedankt voor Kampen
W.F. Teekens; Bruinisse toegela
ten tot de evangeliebediening:
mevrouw H. Sneep-Lietaert;
Peerbolte Nieuwer Ter Aar be
roepbaar mevrouw A.F. Slim
mers Den Haag e
Wisseling Utrecht.
Ds. G.J. Wolters, werkzaam in
een deelfunctie bij de hervormde
gemeente van Wassenaar (voor
de modaliteit van de Gerefor
meerde Bond), is met ingang van
1 december benoemd tot geeste
lijk verzorger aan het Prins Hen
drik-internaat voor schippers
kinderen in Vreeswijk, voor cate
chese aan deze kinderen en pas
torale begeleiding van het perso
neel. Zijn werk in Wassenaar
blijft hij gewoon doen.
Defensiebelasting. De Raad
van Kerken in Nederland zal het
vraagstuk van de 'defensiebelas
ting' opnieuw bij de aangesloten
kerken aan de orde stellen. Het
lukte hem deze week niet, hier
over een beslissing te nemen. Er
was zorg voor de gewetensbe
zwaarden, maar ook twijfel aan
de ethische en staatsrechterlijke
mogelijkheden voor een wettelij
ke regeling.
(Het begrip 'defensiebelasting'
ontstond, toen belastingplichti
gen een deel van hun aanslag uit
protest tegen de huidige defen
siepolitiek bestemden voor zelf
gekozen'doeleinde, zoals vredes-
fondsen).
Imperialisme
In het blad 'De Waarheids
vriend' van vandaag komt secre
taris ir. J. van der Graaf van de
Gereformeerde Bond terug op de
term 'gereformeerd imperialis
me", die hij in de gecombineerde
gereformeerd-hervormde syno
devergadering van vorige week
gebruikte. Een woordgebruik
dat Van der Graaf van verschil
lende kant kwalijk is genomen.
"In het Samen op weg-proces
met de gereformeerden voegt
zich een nieuwe modaliteit bij de
modaliteiten die de Hervormde
Kerk al zo lang kent", schrijft
Van der Graaf. "Binnen de Her
vormde Kerk is geleerd, geduld
met elkaar te oefenen. Binnen de
Gereformeerde Kerken speelt
echter nog steeds de gedachte
dat men uniform moet zijn of
nog steeds uniform is. Met min
derheden en minderheidsstand
punten weet men niet om te
gaan".
"Als anderen de Gereformeer
de Kerken herinneren aan de be
lijdenis, waaraan men zelf na'de
Doleantie zo trouw wilde zijn,
ontstaat er irritatie. Er is kans dat
zich in de voortgang van het pro
ces 'Samen op weg' plaatselijk
ernstige conflicten zullen voor
doen, en echt niet alleen in de re
latie met de Gereformeerde
Bond. Verschil in kerkbesel kan
tot grote spanningen leiden. Als
dat niet wordt beseft, kan in de
praktijk een kerkelijke samen
voeging erger zijn dan een schei
ding".
De ontwikkelingen van ee laat
ste tientallen jaren in de Gerefor
meerde Kerken noemt Van der
Graaf een 'aardverschuiving'. Hy
merkt weinig 'echt gehoor' voor
de stem van de verontrusting,
"die te maken heeft met Schrift
en belijdenis".
Vrouw als priester
De algemene synode van de
Anglicaanse Kerk - de Engelse
staatskerk - heeft zich met 307 te
gen 183 stemmen uitgesproken
voor wijding v
priester.
Aartsbisschop dr. Robert Run-
cie had de desbetreffende motie
ontraden. Hij vond voor zo'n
drastische verandering de tijd
nog niet rijp.
Voordat het besluit wet wordt,
moet er formeel nog heel wat ge
beuren. Zo moet eerst een meer
derheid van de 44 anglicaanse
bisdommen het besluit goedkeu
ren. Een woordvoerster zei al,
dat men de eerste wijdingen niet
vóór 1990 kan verwachten. In Ca
nada, de Verenigde Staten,
Nieuw-Zeeland en Hongkong
zijn al anglicaanse vrouwelijke
priesters. In Australië en Kenia
zal het er waarschijnlijk binnen
afzienbare tijd van komen.