f«|§
Melancholische tocht van Modiano
Den Haag in tekst
en beeld beschreven
Een weerzien
met weerzin
DE
KEER
E
K
E
N
Stephen Kings
bizarre effecten
'De grote stad Amsterdam'
aan alle kanten belicht
zondvlicl"
Twee boeken voor de literaire fijnproever
WOENSDAG 31 OKTOBER 1984
BOEKEN
PAGINA 19
Va
Het voorlaatste boek dat van de
Franse schrijver Patrick Modia
no in Nederlandse vertaling ver
scheen was 'Memory Lane'. Een
dun, geïllustreerd werkje waarin
een groep mensen ten tonele
wordt gevoerd die elkaar later
weer uit het oog verliezen.
Dat gegeven maakt 'Memory
Lane' niet interessant, omdat het
niet bijzonder is: de halve we
reldliteratuur gaat bij wijze van
spreken over mensen wier we
gen elkaar kruisen om daarna to
taal andere kanten op te gaan.
Het interessante van 'Memory
Lane' is de wijze waarop Modia
no over deze groep schrijft. Za
kelijk en tegelijkertijd beeldend
beschrijft hij die kleine wereld
waarin een paardenhandelaar,
dubieuze zakenlieden en avontu
riers figureren. Hij doet dat zoda
nig dat er uiteindelijk maar één
conclusie valt te trekken: het
was een schimmenrijk en wie het
spoor terug volgt, zal steeds weer
op raadsels stuiten. Wie was bij-
De directie van uitgeverij Meu-
lenhoff zal wel geen rondedansje
om het bureau hebben gemaakt
toen enige maanden geleden het
door uitgeverij Kwadraat prach
tig verzorgde boekwerk 'Den
Haag in tekst beeld' plotseling
in de boekhandel lag. Men was
daar in het kader van de serie
'Het land der letteren' namelijk
bezig met een soortgelijk project.
Kennelijk werd in deze 'mis
kleun' toch geen aanleiding ge
zien het plan te verwerpen, want
onlangs verscheen bij Meulen-
hoff 'Het Land der Letteren, 's-
Gravenhage. Door schrijvers en
dichters in kaart gebracht'.
We hebben nu dus de beschik
king over twee boeken vol met
proza en poèzie over Den Haag,
iets dat mij, Hagenaar van origi
ne, oprecht verheugt, maar dat.
de lezer die minder binding heeft
met de Hofstad toch wellicht iets
teveel van het goede is.
Malicieus als ik ben, leek het
mij geen onaardig idee de twee
uitgaven eens met elkaar te ver
gelijken om zo eventuele doublu
res op het spoor te komen.
Ik moet zeggen dat het me
honderd procent meeviel.
Slechts Bloem, Ter Braak, Gerrit
Krol en Paul Rodenko komen in
beide uitgaven voor met hetzelf
de werk. Dat is gezien de vele au
teurs die een bijdrage hebben ge
leverd niet echt storend te noe-
In het 'Vooraf bij 'Den Haag in
tekst beeld' meldt samenstel
ler Herman Verhaar: "Wat de li
teratuur betreft: er is niet geput
uit het omvangrijke arsenaal ro
mans, novellen, verhalen, detec
tives en thrillers die geheel of ge
deeltelijk in Den Haag of Sche-
veningen spelen, omdat dat tot
het bloemlezen van fragmenten
zou hebben geleid, - leuk mis
schien in verband met Den Haag,
maar een slechte zaak voor de li
teratuur; en ook het él te beken
de, zoals Couperus' artikel 'Een
Hagenaar terug in Den Haag'
('Zo ik iéts ben, ben ik een Hage
naar') en Achterbergs gedicht
'Passage' ('stad, boordevol Bor-
dewijk/en van Couperus overal
een vleug'...'Den Haag, je tikt er
tegen en het zingt') is met opzet
buiten beschouwing gelaten."
De eigenzinnigheid die uit de
ze verantwoording spreekt,
maakt al meteen duidelijk dat dit
boek vooral is bedoeld voor de
literaire fijnproever, voor de le
zer die al weet wat er zoal te koop
is aan literaire 'evergreens' over
Den Haag.
voorbeeld de matroos op die fo
to? De ik-figuur vraagt het zich
af, in zijn voetspoor de lezer,
maar het raadsel blijft een raad
sel.
De reden dat ik zo lang stilsta
bij dit boek van Modiano is snel
gegeven: in het boek dat onlangs
in Nederlandse vertaling ver
scheen, 'Aardige jongens', past
Modiano in wezen hetzelfde pro
cédé toe. Weer probeert hij het
spoor terug te volgen en ook nu
stuit de ik-figuur telkens op een
muur waar hij niet overheen zal
komen.
Aardige jongens: dat slaat op
de leerlingen die op het lyceum
Valvert hebben gezeten. Hun na
men spreken wat mij betreft
boekdelen: Edmond Claude,
Desoto, Mc Fowles, el Obki. In
derdaad, jongens van goede
komaf die door hun ouders in ze
ker zin zijn verbannen.
Afwisselend schrijft Modiano
over hoe het was, het verleden,
en hoe het is geworden. Verschil-
Wellicht onder het motto 'wat
je ver haalt is lekker' laat de sa
mensteller ook beroemde au
teurs als Verlaine en Larbaud in
deze uitgave aan het woord. Hun
verhaal is de echte literatuurlief
hebber wel bekend, maar een
echt curiosum is de bijdrage van
de Portugese schrijver José
Duarte Ramalho Ortigao, die na
een bezoek aan de Amsterdamse
wereldtentoonstelling in 1883
een origineel reisverhaal wijdde
aan Nederland. Over het Haagse
Bos schreef hij: "Ik verlaat mid
denin de harddraverijen om nog
eens in het veelbezongen Haagse
Bos te gaan dolen, dat ik al op
weg naar de renbaan doorgere
den ben. Dat dit Bos het fraaiste
van Europa is, dat het Bois de
Boulogne en Hydepark bij de
pracht van dit woud vergeleken
twee armzalige tuintjes zijn, dat
is alles wat de reiziger van deze
plek vertellen kan."
Die vergelijking met Hydepark
is misschien nog niet zo gek,
want nog geen eeuw later, in
1976, blijkt men aan de zoom van
dit 'woud' inderdaad Engels te
spreken, getuige de in de Meu-
lenhoff-uitgave opgenomen
overpeinzing van S. Montag, die
schrijft:"Later op de avond keer
ik terug naar het Malieveld. Bij
mijn auto staat een holkakige
jongen van een jaar of twintig die
zegt: 'Biznis? Biznis?' Ik kan
hem niet helpen."
Dit contrast is illustratief voor
het wat meer prozaïsche karak
ter van de Meulenhoff-uitgave.
Deze is wat minder nostalgisch
van toon; het patina van de wee
moed is van een heel wat lichtere
tint groen dan in 'Den Haag in
tekst beeld'.
Het verhaal 'De zonnige kant
van het leven' van neon-romanti-
cus Bart Chabot is daar mis
schien nog een treffender voor
beeld van. In hortend proza be
schrijft deze leptosome onheil
sprofeet een dagmars door het
'andere' Den Haag. Over de
Schilderswijk weet hij te mel-
Patrick Modiano. (pr-foto)
lende ex-leerlingen trekken aan
ons voorbij. Een ontmoeting tus
sen de ik-figuur en één van hen
vormt steevast een aanleiding
voor een verhaal over vroeger
den: "'n Getto. Graffiti laat we
ten waar 't op staat. KILL TER
ROR DEMON. Straten vallen
uiteen. Moddervelden waar
nieuwbouw is gepland. Messen-
trekkersstegen. Draaikolk van
afval..." En even verderop: "Voor
Café Willy zit 'n man lachend op
z'n barkruk in de regen, mist bei
de benen. Binnen tiert het le
venslied welig. Blanken dansen
de polonaise. De alcohol begint
z'n werk te doen. Kleurlingen
klonteren nerveus samen in 'n
hoek van 't café. Status quo. Er is
maar dét voor nodig
Niet erg opwekkend allemaal,
dacht ik zo. Maar, lezer, wees ge
rust, er is ook de nodige humor
in deze boeken aan te treffen. In
'Den Haag in tekst beeld' bij
voorbeeld is van de schrijver
A.Marja het 'Portret van Den
Haag' opgenomen. Hij schrijft:
"Dat Den Haag de stad van de
ambtelijkheid is, weet iedereen.
Een zeer goed vriend van mij be
weert bij Lensvelt Nicola een ge
sprek tussen twee tea-ende da
mes te hebben afgeluisterd,
waarbij de ene half fluisterend
zei: 'Mijn man wordt impotent.'
De ander reageerde hierop met
de belangstellende informatie:
'Gunst, is dat hoger dan referen
daris?' Kostelijk, vindt U niet,
deze conversatie? Jammer dat ze
in het door Meulenhoff opgeno
men fragment is weggevallen.
Op de achterflap van 's-Gra-
venhage. Het Land der Letteren'
meldt de redactie: "Verhalen van
gevestigde auteurs, maar ook
van nog onbekend talent worden
afgewisseld met teksten van
schrijvers uit vroeger tijden, die
over hetzelfde onderwerp de pen
voerden". Foei, wat jokken de sa
menstellers van dit boek! Ik heb
niet één onbekend talent in hun
uitgave mogen aantreffen. Het
klinkt natuurlijk wel erg pro
gressief, maar dan moet je zoiets
wel waarmaken.
Dat neemt niet weg dat ik hun
boek met veel genoegen heb ge
lezen, evenals de Kwadraat-uit
gave trouwens. Voor wie de resi-
"Het was negen uur 's avonds
en ik liep langs een van de
wachtlokalen van het Gare du
Nord. Een gezicht. Iemand leun
de met zijn voorhoofd tegen het
raam van dat aquarium en er lag
een rusteloze, vermoeide blik in
zijn ogen. Jij was het, Charell".
Rusteloze, vermoeide blik: die
woorden zijn illustratief, want
Modiano beschrijft levens die ka
pot zijn. Uurwerken die niet
meer op tijd lopen. En in ver
schillende gedaanten doemt het
onheil op: drank, gekte, een
zaamheid, het Vreemdelingenle
gioen.
In schril contrast hiermee staat
het verleden. Het verleden waar
in de jongens min of meer geluk
kig waren, om het nog anders te
zeggen: gelukkig waren omdat
hun bondgenootschap een buf
fer vormde tegen de buitenwe
reld. Niet ten onrechte meldt de
uitgever van dit boek dat het ly-
dentie wil leren kennen lijken ze
mij onmisbare gidsen. Welke
reisleider zou bijvoorbeeld die
gevelsteen weten te vinden,
waarover Anton Korteweg het
volgende gedicht schreef?
NAAST JOU
Die gevelsteen naast de sigaren
winkel van
ceum de vorm aanneemt van een
verloren paradijs. Eenmaal defi
nitief buiten het hek, gaat het
mis met de leerlingen.
Het gevoel dat zich van je
meester maakt als je deze mees
terlijke roman leest, valt met één
woord te typeren: melancholie.
Het is alsof je het huis uit je
jeugd bezoekt en ziet dat er veel
veranderd is; dat de nieuwe be
woners de kozijnen die ooit fleu
rig rood waren inktzwart hebben
geschilderd. Of erger nog: het
huis is er niet meer.
Wie na twintig bladzijden nog
niet melancholisch is gestemd,
raad ik aan om eens een psychia
ter te consulteren.
WIM BRANDS
Aardige jongens, Patrick Modia
no. Uitgeverij: De Arbeiderspers.
Prijs: 28,50 gulden.
De Graaff, Heulstraat, Den Haag:
dat nooit een man,
hoe oud en vies ook, zonder lief
de kan.
Niet dat ik er de hele dag, dat
niet.
Maar moe en arm en naakt naast
wat daar van
mij afgekeerd ligt als een eega -
dan.
Zoiets. Ach, het is - om Herman
Verhaar eens te citeren - weer
eens wat anders dan het vrome
gezemel van 'die verzameling
niet te slim ogende en zich ge
brekkig uitdrukkende cultuur
barbaren van elders die ons rege
ren en vertegenwoordigen.'
CEES VAN HOORE
Den Haag in tekst beeld, samen
gesteld door Herman Verhaar, uitge
verij Kwadraat, Vianen, 1984
Het land der letteren, 's-Graven-
hage. Door schrijvers en dichters in
kaart gebracht, samengesteld door
Tilly Hermans, Harry Scholten en
Lodewijk van Zonneveld, uitgeverij
Meulenhoff, Amsterdam, 1984.
Wat Alfred Hitchcock was onder
de filmers is Stephen King onder
de schrijvers. Een naam,die een
garantie vormt voor een scherp
afgetekende sfeer.
Was het bij Hitchcock beklem
mende spanning door een drei
gend, onafwendbaar noodlot, bij
Stephen King is het griezelen
door bizarre en onwezenlijke
verschijnselen.
In 'Dodenwake' Kings jong
ste bijdrage aan de 'horror-litera
tuur' - laat hij dieren en mensen
uit het graf opstaan. Ze dragen
de lucht van verderf met zich
mee, ze ontpoppen zich als gru
welijk wrede wezens.
Maar het duurt ditmaal wel
lang voor het zover is, voor er
eindelijk iets gebeurt. King
neemt uitvoerig de tijd om de
sfeer rondom het artsengezin
Creed te tekenen. Hij doet dat
met een ragfijn gevoel voor ef
fect. Heel zorgvuldig tekent hij
de contouren van het decor,
waartegen het drama zich gaat
afspelen. Bij herhaling verwijst
hij naar de gebeurtenissen die
gaan komen, voorlopig zonder
enig echte houvast te geven. Hij
blijft alleen maar stenen aandra
gen voor het bizarre bouwwerk,
dat pas in het tweede gedeelte
van zijn verhaal werkelijk gestal
te krijgt.
Wel ziet men ver tevoren al
aankomen dat een van de kinde
ren van het gezin Creed slachtof
fer zal worden van de snelweg
voor de deur van het nieuwe
huis. Men voelt ook aan, dat de
vader in die situatie geen weer
stand zal kunnen bieden aan de
mysterieuze zuiging die van de
dierenbegraafplaats in de buurt
lijken uit te gaan. Maar pas heel
laat gaat de sneeuwbal van lugu
bere gebeurtenissen echt aan het
rollen, dan bijna onafwendbaar
iedereen verpletterend die hij op
zijn weg tegenkomt.
Eenmaal echt op gang geko
men is Stephen King op zijn
best. De meesterverteller, die
zijn toehoorder meesleept naar
het door hem gecreëerde wereld
je, dat ondanks de onechte en
wrede gebeurtenissen blijft
boeien. Tot de laatste snik, want
Stephen King kent geen compro
mis. Wie hem volgt moet de bit
tere kelk tot de laatste druppel
leegdrinken.
'De leerling"
Dat Stephen King niet louter
en alleen griezelverhalen kan
schrijven bewijst hij tweemaal in
een ander net verschenen boek:
'De leerling'. De man, die schep
pingen als Christine, Carrie en
Stephen King. (pr-fotoi
Cujo wereldvermaardheid be
zorgde, laat daarin in twee afzon
derlijke verhalen zien dat hij ook
minder wereldvreemde gebeur
tenissen meeslepend kan be
schrijven.
Natuurlijk zijn het geen echt
simpele verhaaltjes, dat kan men
van een Stephen King ook nau
welijks verwachten. Zo is in de
'De ontsnapping' het geduld dat
de langdurig opgesloten gevan
gene kan opbrengen niet nor
maal, en zeker niet eenvoudig.
Maar de wijze waarop Stephen
King het gelouterde mannetje
gestalte geeft maakt het toch
aannemelijk, dat er mensen zijn
die zó lang kunnen broeden op
hun ideeën. Die net zo lang hun
geduld kunnen beheersen tot zij
het juiste moment hebben ge
vonden.
Het is fascinerend King zo
langs loodrechte lijnen te volgen
naar een aangename ontkno
ping. Heel wat plezieriger in elk
geval dan in het tweede (titel)ver-
haal. Daarin is King weer meer
zichzelf. Want de Amerikaanse
jongen van dertien, die hy ten to
nele voert, moge dan normaal lij
ken, hij is het natuurlijk niet.
Het kan niet normaal zijn als
zo'n jongen ontdekt dat een oude
immigrant eens een berucht en
wreed nazi-kampcommandant is
geweest en de verantwoordelijk
heid draagt voor de gruwelijke
dood van vele joden, dat die jon
gen dan de oude man het vuur na
aan de schenen legt, niet om
geld, niet om ander materieel ge
win, maar 'gewoon om te kunnen
genieten van die sappige verha
len'.
Twee grondig verknipte per
soonlijkheden tegenover elkaar,
dat kan alleen tot brokken lei
den. Zeker in de handen van een
auteur als Stephen King.
KOOS POST
'Dodenwake' en 'De leerling' door
Stephen King, verschenen bij Veen.
Prijs resp. 27,90 en 22,50.
De Haagse Passage, toen de chique nog broeide.
Meulenhoff brepgt al enkele ja
ren een lovenswaardige reeks in
formatieve boeken op de markt
die het midden houden tussen
een schoolboek en leesboek.
Fraaie uitgaven, ruim van opzet,
mooi geillustreerd met informa
tie verpakt in een aantrekkelijk
verhaal. Nieuwste uitgave is 'De
grote stad Amsterdam', waarin
de hoofdstad aan alle kanten
wordt belicht.
Het eerste hoofdstuk verhaalt
over het ontstaan van de stad
(met aandacht voor de grachte-
naanleg en de palenbouw). Daar
na volgt een bont geheel: wat be
vindt zich onder de grond aan
pijpen, buizen en kabels, de erva
ringen van een medewerker van
de ongediertebestrijding, de be
volking van de hoofdstad, de
problemen rond het wonen van
zoveel mensen dicht op elkaar,
drugs en criminaliteit, maar ook
natuur en recreatie, onderwijs en
opleidingen, werken, kunst enz.
Verscheidene auteurs leverden
een bijdrage tot dit boek, van wie
Karei Eykman en Midas Dekkers
wel de bekendsten zijn. Dekkers
schrijft uiteraard over de natuur
in de stad en doet dat op een soe
pele, aansprekende manier. Eyk
man levert een verhaal over de
belevenissen van een jongen
'van buiten', dat als een rode
draad tussen de hoofdstukken
door loopt.
Ook de overige auteurs hebben
hun best gedaan, al is duidelijk
dat Eykman en Dekkers het bes
te kunnen vertellen. Anderen
vervallen soms in een zakelijke,
uitleggerige stijl. Maar daar staat
tegenover dat er veel wordt aan
gestipt: leuke wetenswaardighe
den over zaken waar je gewoon
lijk niet bij stil staat.
Grootste prestatie van dit boek
is dat het laat zien hoe veelkleu
rig en aantrekkelijk het leven in
een stad kan zijn. Het beeld van
een schoolkind dat in drukke,
smalle straten tussen geparkeerd
blik nog nauwelijks kan spelen is
te eenzijdig. Het stadsleven biedt
kinderen tal van andere zaken
die het gebrek aan speelruimte
(tot op zekere hoogte) vergoeden.
De door Bob Polak beschreven
tram/bustocht vanuit het cen
trum naar de buitenwijken is een
trip om na te volgen. Aan de
hand van de straten die worden
gepasseerd, ontstaat een goed
beeld van de manier waarop de
stad is opgebouwd, verduidelijkt
met kaartjes. Een gemis daarbij
vind ik het ontbreken van een
groot totaaloverzicht van Am
sterdam.
De grote stad Amsterdam, uit
gebreid voorzien van foto's en te
keningen, richt zich op de jeugd
vanaf 10 jaar, maar is ook voor
ouderen interessant. Het is een
goede opwarmer voor een be
zoek aan de hoofdstad. En wie op
een gegeven moment in trein of
auto stapt moet het boek niet
vergeten, want het is ook een
handige gids die veel dingen ter
plekke kan verklaren. Het 'nut'
of het plezier van dit boek is dus
wel direct gekoppeld aan (op zijn
minst) een bezoek aan de hoofd
stad. Dat maakt De grote stad
Amsterdam geen boek voor ie
mand die nooit van zijn leven in
de hoofdstad is geweest en ook
niet van plan is er ooit te komen.
MARGOT KLOMPMAKER
Je kunt de krant niet openslaan,
de radio niet aanzetten of de
beeldbuis niet inschakelen of je
ziet of hoort hem: Boudewijn
Büch, die er een soort erezaak
van gemaakt schijnt te hebben
om alomtegenwoordig te zijn in
medialand.
Voortdurend valt z'n naam
ook. Is het niet Angèle Manteau
die in haar Brandende Kwestie
zijn bijdragen in het - overigens
prachtige - tijdschrift voor fijn
proevers Optima roemt, dan is
het wel Hans Keiler die zich in de
Haagse Post van dezelfde week
afvraagt waarom iemand die veel
weet zich in een televisiepro-
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL BV
k Haarlemmerstraat 11 7
j Leiden - tel. 120421
algemene- en
assortimentsboekhandel
full-time
bestelafdeling
levertijd
vanaf 2 dagen
gramma over boeken als een pias
aanstelt.
Büch slaagt er overigens niet
alleen in om de lezers in twee
kampen te verdelen, hij is ook
een meester in het schrijven over
zichzelf. Of het artikel nu over
rock roll of over boeken han
delt, op de achtergrond doemt al
tijd weer Büchs eigen verleden
op.
Dat hij dus ooit een tocht terug
zou maken kon niet uitblijven.
De prelude van die tocht werd
gevormd door een artikel in het
weekblad De Tijd, een verhaal in
de serie 'Schrijvers op reis voor
De Tijd' dat ging over Büchs jon
gensjaren in het villadorp Wasse-
Over dezelfde tijd heeft hij nog
een aantal verhalen geschreven,
verhalen die nu zijn gebundeld
in het boek 'Weerzien'. 'Weerzin',
was een misschien een betere ti
tel geweest, maar het schijnt dat
de schrijver die naam heeft gere
serveerd voor het nog te schrij
ven boek over zijn studentenja
ren in Leiden. Dat vertelde Büch
tenminste aan een interviewer
van het Algemeen Dagblad.
'Weerzien' is geen boek waarin
het verleden in een roze daglicht
wordt geplaatst, integendeel
niets dan kommer en kwel. Een
gekke vader die uiteindelijk zelf
moord pleegt, een moeder die al
les onder de lappendeken van
het Wassenaarse fatsóen wil
stoppen: dat zijn de ingrediënten
van dit boekje.
Ik heb het met gemengde ge
voelens gelezen. Wat 'Dichtung'
en wat 'Wahrheit' is in dit boek,
valt met uit te maken.... en wel
beschouwd is dat ook niet be
langrijk. De dichter mag de
waarheid liegen, zoveel als hij
wil. Maar soms vraag ik me wel
af of Büch dat verleden van hem
niet sterk uitvergroot.
Daar komt bij dat wat mij be
treft die jeugdherinneringen best
uitvoeriger beschreven hadden
mogen worden. Ik bedoel: zwel
gen in andermans leed - of dat
leed nou soms verzonnen is of
niet - is het allerleukste wat er
bestaat op de wereld.
Wat je overigens ook tegen
mag hebben op deze herinnerin
gen, je kunt niet beweren dat
Buch niet onderhoudend kan
schrijven. Bovendien wordt elk
gemis natuurlijk goed gemaakt
door het feit dat 'Weerzien' de af
rekening is met een dorp dat met
recht het meest vreselijke dorp
van dit land mag worden ge
noemd: Wassenaar.
"Het beklemmende niets, dat
was het verschrikkelijke. Het ge
sukkel van het glaasje sherry
naar het glas port, de oorlog tus
sen De Wassenaarder en Het
Wassenaars Nieuwsblad, voet
balclub Blauw Zwart die dreigt
te degraderen - dat verziekt een
lagere-scholier".
WIM BRANDS
ADVERTENTIE
BOEKHANDEL
LEIDEN LEIDERDORP
OEGSTGEEST - KATWIJK
VOORSCHOTEN
Alle op deze pagina besproken
boeken zijn bij ons dlrekt lever
baar. óf vla onze TERMINAL te
bestellen en dan binnen drie da
gen verkrijgbaar.