Leidse studenten:
80 pet is van de
ouders afhankelijk
Duivepoep in Parijs vervloekt en gekoesterd
Heineken verovert
Japanse markt met
romantisch imago
Wetgeving discrimineert 'bijbelgetrouwe christenen'
Reportage
Decaan Van der Pijl: 'Echte krepeergevallen zijn ver in de minderheid'
DINSDAG 11 SEPTEMBER 1984
PAGINA
De Katholieke Hogeschool Tilburg maakt zich zorgen. Zorgen over het feit dat haar studen
ten steeds vaker een beroep op de ouders doen, omdat zij niet genoeg geld hebben om van te
leven. Vorig jaar was de studiebeurs voor meer dan de helft van de ruim 5000 studenten
niet toereikend. Gevolg: de ouders moesten bijspringen.
Daarnaast - zo is uit een onderzoek in Tilburg gebleken - blijven studenten meer dan
voorheen thuis wonen. De KHT noemt beide verschijnselen ongunstig.
De belangrijkste reden voor het thuiswonen? Al weer de studiebeurs. Het geld dat de
student krijgt om zijn studie te bekostigen, moet hij na de opleiding terugbetalen. En dat
kan aardig in de papieren lopen. Als de student thuis blijft wonen, hoeft hij geen honder
den guldens in de maand aan huur neer te tellen.
In Leiden volgen 17.000 studenten wetenschappelijk onderwijs. Deelt de universiteit de
zorgen van de KHT? Een gesprek met studentendecaan drs. Ton van der Pijl.
Echte krepeergevallen - studen
ten die geen cent hebben om van
te leven - lopen er nog altijd rond
aan de Leidse universiteit. Jaar
lijks kloppen er bij de decanen
zeker 500 studenten aan die van
hun beurs niet rond kunnen ko
men. Studenten die met de han
den in het haar om hulp vragen,
omdat ze van hun ouders hele
maal niets te verwachten heb
ben.
"Ze zijn - gelukkig - ver in de
minderheid", zegt Ton van der
Pijl - een van de vijf decanen van
de universiteit. "Maar", voegt hij
er direct aan toe, "van al onze
studenten is toch zeker tachtig
procent - de een meer dan de an
der - financieel afhankelijk van
de ouders. Ik kan vooralsnog
niet zeggen dat dit ons voor al te
grote problemen plaatst."
De decaan is duidelijk in zijn
advies: "Wij zeggen altijd tegen
een student: neem een maximale
beurs. Dan heeft hij zo'n kleine
negenhonderd gulden in de
maand te verteren. Van dat geld
kan hij zijn eigen leven inrichten
en hoeft hij - als hij gewoon leeft -
geen beroep te doen op zijn ou
ders. Met zo'n maximale studie
beurs heeft hij altijd nog een
kleine honderd gulden meer uit
te geven dan - bijvoorbeeld - een
student die volledig afhankelijk
van zijn ouders is. Ik heb daar
geen cijfers van. Maar uit de ge
sprekken die de vijf decanen ge
regeld voeren, is^een redelijk dui
delijk beeld ontstaan hoe de stu
dent financieel het hoofd boven
water houdt."
Wachtlijst
Is er in Leiden een tendens
waarneembaar dat studenten - in
elk geval vaker dan vroeger - in
het ouderlijk huis blijven wo-
Ton van der Pijl: "Ik kan niet
anders zeggen dan dat de vraag
naar kamers in Leiden bijzonder
groot is. De wachtlijsten zijn
lang. Het komt wel voor dat een
student soms zestien maanden
geduld moet hebben alvorens er
een geschikte ruimte vrijkomt.
Bij het bureau Studentenhuis
vesting staan ongeveer zesdui
zend studenten ingeschreven
terwijl er maar vierduizend ka
mers beschikbaar zijn. Wat voor
Tilburg geldt, gaat voor Leiden
niet op. Wij zien wel dat studen
ten in de directe omgeving van
Leiden op zoek gaan naar een ka
mer. Derhalve kunnen wij niet
zeggen dat studenten meer dan
vroeger thuis blijven wonen."
door
Jan Westerlaken
Praktisch geen student ont
komt eraan: geld lenen om zijn
studie te betalen. De zorgen zijn
voor later. Want na de opleiding
staat de overheid voor de deur
om het geleende geld terug te ei
sen. De gemiddelde schuld - zo
heeft Ton van der Pijl uitgere
kend - bedraagt nog altijd rond
de 25.000. Maar er zijn ook stu
denten die - zij het incidenteel -
wel twee keer zoveel moeten te
rugbetalen. Twee jaar na het af
ronden van de studie moeten zij
"met de aflossing van de schuld
beginnen. Normaal gesproken
moet het hele bedrag in tien jaar
zijn terugbetaald. In zo'n geval
moet toch elk jaar tussen de vier
en zesduizend gulden worden af
gelost. Geen kleinigheid. Stu
denten die werkloos zijn en geen
enkele bron van inkomsten heb
ben, worden ontzien.
Zo is de situatie op dit mo
ment. Er is echter een nieuwe re
geling in de maak. Een regeling
die in het studiejaar 1987/1988
van kracht moet worden. Biedt
deze regeling wat meer mogelijk
heden dan de vorm van studiefi
nanciering die nu geldt?
Ton van der Pijl voorzichtig:
"Terugbetalen wordt in de toe
komst wat soepeler. Nu heb je
tien jaar de gelegenheid om het
geleende geld terug te betalen,
straks mag je er vijf jaar langer
over doen. Alleen, je begint vlug
ger met je schuld af te lossen. Als
je bent afgestudeerd moet je in
het jaar erop direct al beginnen
met terug te betalen. Lukt dat
werkelijk niet, dan wordt de
schuld na een jaar kwijtgeschol
den."
Basisbeurs
Over vier jaar kan de student
een beroep doen op een basis
beurs van f8800. Alles wat hij
meer dan dit bedrag nodig denkt
te hebben, moet hij zelf op de een
of andere manier bijeen zien te
krijgen.
Ton van der Pijl: "De student
kan om een toelage vragen. Die
krijgt hij niet zo maar. Alvorens
die toelage wordt toegekend,
wordt er naar het inkomen van
de ouders gekeken. Zij moeten
het goedkeuren dat hun zoon of
dochter een extra bijdrage boven
de basisbeurs krijgt. We maken
elk jaar opnieuw mee dat ouders
pertinent weigeren om een hand
tekening te zetten onder een aan
vraag voor een beurs. Voor de
student in kwestie is dat een ui
terst vervelende situatie. Zonder
enige bron van inkomsten begint
hij niks."
De kous is daarmee niet af. Mi
nister Deetman (onderwijs en
wetenschappen) heeft in die
nieuwe regeling bepaald dat de
student zijn opleiding na zes jaar
moet afronden. Na het 27-ste le
vensjaar wordt er geen beurs
meer verstrekt. Aan het feno
meen van de 'eeuwige student'
lijkt hiermee een einde geko-
Ton van der Pijl: "Inderdaad,
na zes jaar studie draait de minis
ter de geldkraan dicht. De stu
dent mag dan geen gebruik meer
maken van allerlei voorzienin
gen - speciaal voor hem of haar in
het leven geroepen - die in de
studietijd van kracht waren. Na
tuurlijk, er zijn wat mogelijkhe
den om hieraan te ontsnappen.
De student kan zich laten in
schrijven als examenstudent of
als toehoorder bij de colleges.
Maar de tijd van ongelimiteerd,
studeren is over een paar jaar he
lemaal voorbij."
Blokkade
En dat prikt Ton van der Pijl.
Niet zo zeer dat het afgelopen is
met het ongelimiteerd studeren,
maar wel dat iemand die ouder is
dan 27 jaar geen recht meer heeft
op een basisbeurs.
De decaan van de Leidse uni
versiteit: "Op deze manier blok
keert de minister een hele grote
groep mensen die op wat latere
leeftijd nog met een studie wil
beginnen. Dat vind ik uiterst on
rechtvaardig. Zo vraag ik me ook
af waarom een 19-jarige student
een geringere bijdrage krijgt dan
een student van 24 jaar. Beiden
hebben toch dezelfde kosten om
in hun levensonderhoud te voor
zien? Een reden voor dat verschil
geeft de minister niet op. Het eni
ge voordeeltje dat een jonge stu
dent heeft is dat hij zich wat
goedkoper tegen ziektekosten
kan later verzekeren dan de wat
oudere student. Dan praat je
over een paar tientjes."
Net als in Amsterdam bedraagt
het percentage 'Leidse' studen
ten dat ouder is dan 27 jaar rond
de dertig procent. Wat Leiden
betreft komt dit neer op onge
veer vijfduizend studenten. Ton
van der Pijl: "Weet je wat de mi
nister nu doet? Hij verwijst al de
ze mensen naar de deeltijd-oplei
dingen en naar de open universi
teit. Ik vind dat volstrekt in strijd
met het begrip vrijheid van on
derwijs. Je kunt je met recht af
vragen of deze ontwikkeling wel
zo gewenst is. De kans is zeker
niet uitgesloten dat bepaalde stu
dierichtingen op den duur zullen
doodbloeden."
De strijd om de hondepoep heeft
de gemeente Parijs zo goed als
gewonnen. Blijft de worsteling
met het duivevuil. Want terwijl
een leger snelle motorfietsen met
automatische blikken en vegers
dagelijks over de stoepen snelt
om elk hondespoor meteen te
verwijderen, verlaat de duive
poep het vogellichaam tijdens de
vlucht. Het heeft zijn demonisch
werk op hoeden, petten en revers
al gedaan voor iemand het in de
gaten heeft. Dan is het meestal al
te laat. Parijs telt naar schatting
tussen de 35.000 en 40.000 dui
ven. De bevolking is in twee
kampen verdeeld: de ene wil ze
uitroeien, de andere aaien en
voeden.
Het duiveprobleem is zo ern
stig dat twee ambtenaren van de
stad Parijs er een volledige dag
taak aan hebben. Ze kennen alle
trucs van de diplomatie en ma
ken niemand boos. Duivevriend
en duivevijand krijgen altijd ge
lijk en het doel waarnaar de bei
de ambtenaren streven is om on
opvallend het duivebestand te
rug te brengen tot zo'n 20.000
stuks.
Daartoe wordt een tweetal me
thoden aangewend. De eerste
heet ornitrol. Het wordt toege
past onder de codenaam 'Mal-
thus'. Tien dagen achtereen, een
maal in het voorjaar en eenmaal
in het najaar, wordt op duizend
plaatsen tegenlijk in totaal vijf
tien ton aan steriliserend graan
gestrooid. Een andere methode
is een omhoog schietend vang
net. Het beslaat 60 vierkante me
ter en kan maximaal 150 duiven
in een klap neerhalen.
Per jaar worden met deze me-
thode-schietnet tussen de 10 en
12.000 duiven uit de goten en van
de daken gevist. Vervolgens wor
den ze op transport gesteld naar
oorden als Bretagne en het Fran
se noorden, waarna ze in de vrije
natuur worden losgelaten. Het
resultaat van deze methode is
twijfelachtig. Duiven houden
van de stad. Ze zoeken dan ook
zo snel mogelijk de dichtsbijzijn-
door
Rudolph Bakker
de bebouwde kom op en neste
len zich daar opnieuw.
Diarree
De Parijse 'Club van de stads
duif telt 456 leden en ze wordt
voorgezeten door monsieur René
Moulin. Ten aanzien van het dui
vevuil heeft de heer Moulin een
gefundeerde mening. Hij ver
deelt het in twee soorten. Het
eerste is zwart en hard en het valt
bij aanraking tot stof uiteen. Het
andere is zacht en groen en het
wijst er op dat de duif diarree
heeft. Als een duif aan diarree
lijdt betekent het dat hij zich fou
tief voedt. Dit brengt weer met
zich mee dat hij beter voedsel
dient te krijgen. Daarvoor zorgen
monsieur Moulin en duivenbri-
gade. Ieder jaar storten ze 27 ton
aan mais en graan over de stoe
pen van Parijs en dit voedsel
staat anders dan het gemeente
lijke ornitrol - de komst van
kleine duifjes niet in de weg.
Sprekend over de duivenvoe-
derbrigade betreedt men het Pa
rijs dat de buitenlander liefheeft
en waarvan talloze ontroerende
fotoreportages getuigen. Ieder
een kent het oude vrouwtje dat
in de ochtend haar wrakke
raampje in een scheefgezakte
woonkazerne openstoot en on
der het maken van koerende ge
luiden graan op haar venster
bank strooit. En daar komen de
monsters al aangevlogen, klap
wiekend, koerend en draaiend
met hun kont.
Er is het aanwijsbare verhaal
van een Parijse dame die op deze
manier al vijftien jaar elke och
tend vijftig duiven in leven
houdt. En dat van een andere die
dagelijks de achterbak van haar
oude Renault 16 met graan vol
laadt en dat als een zaaier op haar
akker over de straat strooit. De
leden van de Club van de Stads
duif oogsten met deze acties ie
dere dag gemiddeld tien bekeu
ringen. Ingevolge een prefecto
raal besluit van 1979 is het name
lijk ten strengste verboden graan
of voedsel op de openbare weg te
strooien met de bedoeling het tot
voedsel te laten dienen voor
zwerfdieren.
Met het imago van de Europese
romantiek en authentieke kwali
teit is Heineken erin geslaagd een
kwart van de Japanse markt voor
buitenlands bier te veroveren.
Dank zij een succesvolle samen
werking met de Japanse bierfabri
kant Kirin heeft Heineken goede
hoop dit jaar een miljoen dozen
bier te verkopen, elk gevuld met 24
blikken of pijpjes. Dat is twee en
een half keer zoveel als vorig jaar.
Het succes van Heineken is des
te opmerkelijker omdat de bier
markt in Japan verzadigd is. Deze
zomer was de heetste in vele jaren,
maar het bierverbruik zal naar ver
wachting met 5 procent teruglo
pen. Er woedt dan ook een ware
bieroorlog tussen de vier grote Ja
panse merken, die de markt over
spoelen met steeds nieuwe verpak
kingen.
Kirin, die 60 procent van de
markt in handen heeft, breidde zijn
assortiment uit met een tonnetje
dat een fluitend geluid maakt als
het bier uit de schenktuit stroomt.
Dezelfde fabrikant verkoopt grote
blikken, die vaag doen denken aan
een spaceshuttle en dan ook als
'shuttle-bier' worden aangeboden.
Sapporo heeft een temperatuurge-
voelige strip op een van zijn pro-
dukten, die feilloos waarschuwt
wanneer het bier zijn koelheid ver
liest.
Biercocktails
Suntory, die vooral bekend is om
zijn uitstekende whiskey, maakt
het helemaal bont. In een café in de
Tokiose wijk Akasaka krijgen de
jonge klanten biercocktails geser
veerd, zoals „Broadway", dat be
staat uit bier met Coca Cola. En
wat te denken van een mengsel
van bier met pepermunt, cassis en
campari?
Maar ondanks al deze nieuwe
snufjes vermag het bier niet meer
zoveel dorstige kelen te koelen als
in het verleden. Belangrijkste re
den is de opkomst van „shochu",
een puur Japanse jenever, die tot
voor enkele jaren alleen werd aan
getroffen in het gezelschap van
zwervers en schooiers. Dat is niet
langer zo.
Borrel
Een 42-jarige zakenman legt uit
waarom: "Elke dag een flesje bier
kost me ongeveer tienduizend yen
per maand (135 gulden). Op advies
van mijn vrouw schakel ik nu stuk
je bij beetje over op shuhai (een
mix van shochu met vruchten
sap)". Shochu is al te koop voor
minder dan een tientje per hele li
ter, en dat scheelt een slok op een
borrel.
Hoe speelt Heineken het klaar
om op dit slagveld zo goed voor de
dag te komen? Dirk Sytze Enters
(32), vertegenwoordiger van Heine
ken in Japan: "We concurreren
niet echt met de Japanse merken.
Wij richten ons op de markt voor
de wat duurdere 'premium'-bieren.
Onze concurrenten zijn andere bui-
ACHTERGROND
door
Rtiud Kreutzer
tenlandse merken zoals Budwei-
ser". Hij schat dat Heineken-bier
30 tot 40 procent duurder is dan het
(toch al dure) lokale produkt.
Heineken richt zich vooral op de
groep 25 tot 35-jarigen, die gevoelig
blijkt voor de nostalgische toon die
in de advertenties voor Heineken
wordt gevolgd. Dit jaar is het the
ma 'Oriênt-Express', dat volgens
Enters "precies het image ver
beeldt dat wij willen geven", een
image dat hij omschrijft in termen
als romantiek, authentiek, en sjiek.
De reclamespot van Heineken op
de televisie toont een jong paar in
avondkostuum, dat zelfs tijdens de
reis naar Istanboel alleen maar bier
uit de groene flesjes wil drinken.
Tussen alle "nieuwer dan nieuw en
dus goed "-reclames springt deze er
opvallend uit.
Biermeester
Sinds 1 april wordt het heerlijk
nat door Kirin gebrouwen, natuur
lijk wel onder het toeziend oog van
een Hollandse biermeester. Voor
Heineken is de samenwerking met
Kirin vooral belangrijk omdat dit
de verkoop in Japan vergemakke
lijkt. Kirin beschikt over een uitge
breid verkoopnet, dat onontbeer
lijk is om de tienduizenden winkel
tjes en horeca-vestigingen te kun
nen bestrijken. Dat op eigen houtje
doen, zeker als buitenlands bedrijf,
is haast ondoenlijk.
De joint-venture tussen Heine
ken en Kirin is vrij gemakkelijk tot
stand gekomen. Enter: "Je hoort
zo vaak over slepende onderhande
lingen. Maar wij hebben elkaar vrij
snel gevonden. In een jaar waren
we rond". Heineken blijft verant
woordelijk voor de juiste smaak,
terwijl Kirin de produktie en ver
koop regelt. Om te zorgen dat Hei
neken ook echt Heineken is, wor
den gist, hop, mout en gerst in Eu
ropa ingekocht en gaat er elke
maand een monster zonder waarde
naar Amsterdam om te worden ge
test en geproefd.
Het gewone Hol
landse 'potje bier'
wordt in Japan
omgeven door een
tiek en heeft daar
door succes op de
eigenlijk verza
digde biermarkt.
In Nederland wordt een eman
cipatiebeleid gevoerd waar de
onzinnigheid van afdruipt. Dat
oordeel gaf drs. J. A. van Delden
gisteren bij de opening van het
academische jaar van de 'Evan
gelische Hogeschool' in Amers
foort. Van Delden is directeur
van de evangelische school voor
journalistiek, die van deze hoge
school uitgaat.
Een symptoom van de doorge
voerde 'emancipatie-onzin' zag
hij in de 'zogenaamde anti-discri
minatiewetgeving'. Van Delden
gebruikte met opzet het woord
'zogenaamd', omdat deze wetge
ving, naar zijn mening, het in
strument zal vinden voor de dis
criminatie van 'bijbelgetrouwe
christenen'. De gebeurtenissen
rond het spreken van professor
Velema, hoogleraar aan de theo
logische hogeschool van de
Christelijke Gereformeerde Ker
ken in Apeldoorn, op een anti
discriminatiebijeenkomst in Den
Haag zijn, volgens drs. Van Del
den, daarvan een sprekend voor
beeld.
Ouders moeten hun kinderen le
ren, tegen de tijdgeest in te gaan,
zei Van Delden. "Wij moeten als
christenen bijzonder op onze
hoede zijn om niet ongemerkt
van het rechte spoor af te raken".
De docent van de Evangelische
Hogeschool drs. M. J. van Lie-
burg noemde de abortus en de
euthanasie tekenen van de "heil
loze weg van een samenleving,
die met haar christelijke basis
heeft afgerekend en nu buiten
Gods geboden haar oriëntatie
punt zoekt". Legalisering van de
euthanasie zal geen mijlpaal
maar keerpunt zijn in de geschie
denis van de Nederlandse ge
zondheidszorg. Voor bijbelge
trouwe christenen, zei Van Lie-
burg, betekent dit een bewustere
keuze van de huisarts en de aan
wijzing van 'pro-life-ziekenhui-
zen'.
Beroepen. Hervormde Kerk:
beroepen te Wijk (bij Heusden)
R. van Kooten Zeist; aangeno
men naar Leeuwarden Sj. van
der Zee Scharnegoutum-Lutke-
wierum-Bozum (Fr.), naar Veld
hoven Nd.-Br. (hervormd-gere
formeerd 'Samen op weg') J. van
der Linden 's Heerenhoek-
Nieuwdorp (Z.), naar Weesp P. E.
van Oooijen Assen; bedankt voor
Hasselt W. Chr. Hovius Apel
doorn.
Gereformeerde Kerken: aange
nomen naar Bant-Rutten (NO-
polder) kandidaat H. R. Knoop
Amsterdam.
Jubileumuitgave Ge-
ref. Kerken
Vandaag is een boekje versche
nen dat van elke gereformeerde
kerk in Nederland vermeldt,
wanneer ze is ontstaan, welke
predikanten haar van het begin
af hebben gediend, welke niet-
predikanten er hulpdiensten
hebben verricht en in welke ge
schriften men haar plaatselijke
en regionale geschiedenis kan
vinden.
Het boekje (380 bladzijden, klein
formaat, dun papier) is een uitga
ve van de commissie uit de syno
de van de Gereformeerde Ker
ken in Nederland voor personele
zaken, financiën en organisatie
en is verschenen ondere auspi
ciën van de commissie 'Herden
kingen 1834-1886-1892'.
(Dit jaar is het 150 jaar geleden,
dat de eerste groep rechtzinni-
gen zich van de Hervormde Kerk
afscheidde, onder leiding van ds.
Hendrik de Cock van Ulrum. In
1886 volgde een tweede afschei
ding onder aanvoering van dr.
Abraham Kuyper (Doleantie) en
in 1892 voegde een deel van de
afgescheidenen van 1834 zich bij
de uitgetredenen (dolerenden)
van 1886. Toen ontstonden de
Gereformeerde Kerken in Ne
derland zoals wij die nu kennen.
De afgescheidenen die zich in
1892 niet met de dolerenden ver
enigden zijn de tegenwoordige
Christelijke Gereformeerde Ker
ken).
Vier rubrieken bevat het herden
kingsboekje: gemeenten (data
van ontstaan, samensmelting
enz. en namen van hen die de ge
meente hebben gediend, met da
ta van intrede, afscheid, emeri
taat), predikanten, niet-predi-
kanten en een bibliografie van de
plaatselijke en regionale geschie
denis. Over deze bibliografie
schrijft voorzitter J. M. Bloem
kolk van de commissie personele
zaken in zijn 'woord vooraf, dat
veel onbekend gebleven mate
riaal voor de liefhebbers nu toe
gankelijk is geworden.
Het boekje, getiteld 'Honderd
vijftig jaar gemeenten en predi
kanten', kost f. 19,25 (inclusief
portokosten) en is alleen ver
krijgbaar bij het Dienstencen
trum van de Gereformeerde Ker
ken in Leusden.
Na een sterke terug
gang in ae jaren 70 vertoont het
aantal nieuwe priesters in de
Rooms-Katholieke Kerk nu weer
een opgaande lijn. Nog sterker
groeien de aantallen seminaris
ten en novicen.
Dat blijkt uit een gisteren door
het Vaticaan gepubliceerde sta
tistiek over 1982. Niettemin telt
de Rooms-Katholieke Kerk nu
409.000 priesters tegenover
433.000 tien jaar geleden. In 1982
werden 5957 mannen tot priester
gewijd tegenover 5889 in 1981 en
5767 in 1980. Het aantal semina
risten steeg in 1982 met rond
5000 tot een totaal van 73.000.
Zuidoost-Azië had hierin een
groot aandeel.
Het Europese aandeel in de
rooms-katholieke wereldbevol
king wordt minder. In 1973
woonde nog 38 procent van alle
gelovigen in dit werelddeel tegen
33,7 procent nu. In Afrika, La-
tijns-Amerika en Azië steeg dit
percentage.
Noord-Amerika is het meest ver
wend met zijn geestelijke verzor
ging. Hoewel daar maar 7,7 pro
cent van alle rooms-katholieken
woont, komt het percentage
priesters op 17,3 en het percenta
ge seminaristen op 11,2.
De bekende Benedictus-abdij
'Achelse Kluis', gelegen op de
grens van Nederland en België.
heeft een boekje uitgegeven over
het monnikenleven van de meer
dan veertig broeders. Het bevat
korte teksten en foto's.
Met deze uitgave wil de abdij te
gemoet komen aan de wens 'om
meer te weten over de zin en de
schoonheid van het monastieke
bestaan zoals dat bijna anderhal
ve eeuw in de Achelse Kluis te
vinden is'.
Het boekje (f. 3,50) heeft als titel
'Trappisten van de Achelse
Kluis' en is verkrijgbaar bij de
abdij (Abdijweg 50, 5556 VE Val-
kenswaard, telefoon 04908-275)
en bij de VVV in Valkenswaard.