Leidse studenten: 80 pet is van de ouders afhankelijk Duivepoep in Parijs vervloekt en gekoesterd Heineken verovert Japanse markt met romantisch imago Wetgeving discrimineert 'bijbelgetrouwe christenen' Reportage Decaan Van der Pijl: 'Echte krepeergevallen zijn ver in de minderheid' DINSDAG 11 SEPTEMBER 1984 PAGINA De Katholieke Hogeschool Tilburg maakt zich zorgen. Zorgen over het feit dat haar studen ten steeds vaker een beroep op de ouders doen, omdat zij niet genoeg geld hebben om van te leven. Vorig jaar was de studiebeurs voor meer dan de helft van de ruim 5000 studenten niet toereikend. Gevolg: de ouders moesten bijspringen. Daarnaast - zo is uit een onderzoek in Tilburg gebleken - blijven studenten meer dan voorheen thuis wonen. De KHT noemt beide verschijnselen ongunstig. De belangrijkste reden voor het thuiswonen? Al weer de studiebeurs. Het geld dat de student krijgt om zijn studie te bekostigen, moet hij na de opleiding terugbetalen. En dat kan aardig in de papieren lopen. Als de student thuis blijft wonen, hoeft hij geen honder den guldens in de maand aan huur neer te tellen. In Leiden volgen 17.000 studenten wetenschappelijk onderwijs. Deelt de universiteit de zorgen van de KHT? Een gesprek met studentendecaan drs. Ton van der Pijl. Echte krepeergevallen - studen ten die geen cent hebben om van te leven - lopen er nog altijd rond aan de Leidse universiteit. Jaar lijks kloppen er bij de decanen zeker 500 studenten aan die van hun beurs niet rond kunnen ko men. Studenten die met de han den in het haar om hulp vragen, omdat ze van hun ouders hele maal niets te verwachten heb ben. "Ze zijn - gelukkig - ver in de minderheid", zegt Ton van der Pijl - een van de vijf decanen van de universiteit. "Maar", voegt hij er direct aan toe, "van al onze studenten is toch zeker tachtig procent - de een meer dan de an der - financieel afhankelijk van de ouders. Ik kan vooralsnog niet zeggen dat dit ons voor al te grote problemen plaatst." De decaan is duidelijk in zijn advies: "Wij zeggen altijd tegen een student: neem een maximale beurs. Dan heeft hij zo'n kleine negenhonderd gulden in de maand te verteren. Van dat geld kan hij zijn eigen leven inrichten en hoeft hij - als hij gewoon leeft - geen beroep te doen op zijn ou ders. Met zo'n maximale studie beurs heeft hij altijd nog een kleine honderd gulden meer uit te geven dan - bijvoorbeeld - een student die volledig afhankelijk van zijn ouders is. Ik heb daar geen cijfers van. Maar uit de ge sprekken die de vijf decanen ge regeld voeren, is^een redelijk dui delijk beeld ontstaan hoe de stu dent financieel het hoofd boven water houdt." Wachtlijst Is er in Leiden een tendens waarneembaar dat studenten - in elk geval vaker dan vroeger - in het ouderlijk huis blijven wo- Ton van der Pijl: "Ik kan niet anders zeggen dan dat de vraag naar kamers in Leiden bijzonder groot is. De wachtlijsten zijn lang. Het komt wel voor dat een student soms zestien maanden geduld moet hebben alvorens er een geschikte ruimte vrijkomt. Bij het bureau Studentenhuis vesting staan ongeveer zesdui zend studenten ingeschreven terwijl er maar vierduizend ka mers beschikbaar zijn. Wat voor Tilburg geldt, gaat voor Leiden niet op. Wij zien wel dat studen ten in de directe omgeving van Leiden op zoek gaan naar een ka mer. Derhalve kunnen wij niet zeggen dat studenten meer dan vroeger thuis blijven wonen." door Jan Westerlaken Praktisch geen student ont komt eraan: geld lenen om zijn studie te betalen. De zorgen zijn voor later. Want na de opleiding staat de overheid voor de deur om het geleende geld terug te ei sen. De gemiddelde schuld - zo heeft Ton van der Pijl uitgere kend - bedraagt nog altijd rond de 25.000. Maar er zijn ook stu denten die - zij het incidenteel - wel twee keer zoveel moeten te rugbetalen. Twee jaar na het af ronden van de studie moeten zij "met de aflossing van de schuld beginnen. Normaal gesproken moet het hele bedrag in tien jaar zijn terugbetaald. In zo'n geval moet toch elk jaar tussen de vier en zesduizend gulden worden af gelost. Geen kleinigheid. Stu denten die werkloos zijn en geen enkele bron van inkomsten heb ben, worden ontzien. Zo is de situatie op dit mo ment. Er is echter een nieuwe re geling in de maak. Een regeling die in het studiejaar 1987/1988 van kracht moet worden. Biedt deze regeling wat meer mogelijk heden dan de vorm van studiefi nanciering die nu geldt? Ton van der Pijl voorzichtig: "Terugbetalen wordt in de toe komst wat soepeler. Nu heb je tien jaar de gelegenheid om het geleende geld terug te betalen, straks mag je er vijf jaar langer over doen. Alleen, je begint vlug ger met je schuld af te lossen. Als je bent afgestudeerd moet je in het jaar erop direct al beginnen met terug te betalen. Lukt dat werkelijk niet, dan wordt de schuld na een jaar kwijtgeschol den." Basisbeurs Over vier jaar kan de student een beroep doen op een basis beurs van f8800. Alles wat hij meer dan dit bedrag nodig denkt te hebben, moet hij zelf op de een of andere manier bijeen zien te krijgen. Ton van der Pijl: "De student kan om een toelage vragen. Die krijgt hij niet zo maar. Alvorens die toelage wordt toegekend, wordt er naar het inkomen van de ouders gekeken. Zij moeten het goedkeuren dat hun zoon of dochter een extra bijdrage boven de basisbeurs krijgt. We maken elk jaar opnieuw mee dat ouders pertinent weigeren om een hand tekening te zetten onder een aan vraag voor een beurs. Voor de student in kwestie is dat een ui terst vervelende situatie. Zonder enige bron van inkomsten begint hij niks." De kous is daarmee niet af. Mi nister Deetman (onderwijs en wetenschappen) heeft in die nieuwe regeling bepaald dat de student zijn opleiding na zes jaar moet afronden. Na het 27-ste le vensjaar wordt er geen beurs meer verstrekt. Aan het feno meen van de 'eeuwige student' lijkt hiermee een einde geko- Ton van der Pijl: "Inderdaad, na zes jaar studie draait de minis ter de geldkraan dicht. De stu dent mag dan geen gebruik meer maken van allerlei voorzienin gen - speciaal voor hem of haar in het leven geroepen - die in de studietijd van kracht waren. Na tuurlijk, er zijn wat mogelijkhe den om hieraan te ontsnappen. De student kan zich laten in schrijven als examenstudent of als toehoorder bij de colleges. Maar de tijd van ongelimiteerd, studeren is over een paar jaar he lemaal voorbij." Blokkade En dat prikt Ton van der Pijl. Niet zo zeer dat het afgelopen is met het ongelimiteerd studeren, maar wel dat iemand die ouder is dan 27 jaar geen recht meer heeft op een basisbeurs. De decaan van de Leidse uni versiteit: "Op deze manier blok keert de minister een hele grote groep mensen die op wat latere leeftijd nog met een studie wil beginnen. Dat vind ik uiterst on rechtvaardig. Zo vraag ik me ook af waarom een 19-jarige student een geringere bijdrage krijgt dan een student van 24 jaar. Beiden hebben toch dezelfde kosten om in hun levensonderhoud te voor zien? Een reden voor dat verschil geeft de minister niet op. Het eni ge voordeeltje dat een jonge stu dent heeft is dat hij zich wat goedkoper tegen ziektekosten kan later verzekeren dan de wat oudere student. Dan praat je over een paar tientjes." Net als in Amsterdam bedraagt het percentage 'Leidse' studen ten dat ouder is dan 27 jaar rond de dertig procent. Wat Leiden betreft komt dit neer op onge veer vijfduizend studenten. Ton van der Pijl: "Weet je wat de mi nister nu doet? Hij verwijst al de ze mensen naar de deeltijd-oplei dingen en naar de open universi teit. Ik vind dat volstrekt in strijd met het begrip vrijheid van on derwijs. Je kunt je met recht af vragen of deze ontwikkeling wel zo gewenst is. De kans is zeker niet uitgesloten dat bepaalde stu dierichtingen op den duur zullen doodbloeden." De strijd om de hondepoep heeft de gemeente Parijs zo goed als gewonnen. Blijft de worsteling met het duivevuil. Want terwijl een leger snelle motorfietsen met automatische blikken en vegers dagelijks over de stoepen snelt om elk hondespoor meteen te verwijderen, verlaat de duive poep het vogellichaam tijdens de vlucht. Het heeft zijn demonisch werk op hoeden, petten en revers al gedaan voor iemand het in de gaten heeft. Dan is het meestal al te laat. Parijs telt naar schatting tussen de 35.000 en 40.000 dui ven. De bevolking is in twee kampen verdeeld: de ene wil ze uitroeien, de andere aaien en voeden. Het duiveprobleem is zo ern stig dat twee ambtenaren van de stad Parijs er een volledige dag taak aan hebben. Ze kennen alle trucs van de diplomatie en ma ken niemand boos. Duivevriend en duivevijand krijgen altijd ge lijk en het doel waarnaar de bei de ambtenaren streven is om on opvallend het duivebestand te rug te brengen tot zo'n 20.000 stuks. Daartoe wordt een tweetal me thoden aangewend. De eerste heet ornitrol. Het wordt toege past onder de codenaam 'Mal- thus'. Tien dagen achtereen, een maal in het voorjaar en eenmaal in het najaar, wordt op duizend plaatsen tegenlijk in totaal vijf tien ton aan steriliserend graan gestrooid. Een andere methode is een omhoog schietend vang net. Het beslaat 60 vierkante me ter en kan maximaal 150 duiven in een klap neerhalen. Per jaar worden met deze me- thode-schietnet tussen de 10 en 12.000 duiven uit de goten en van de daken gevist. Vervolgens wor den ze op transport gesteld naar oorden als Bretagne en het Fran se noorden, waarna ze in de vrije natuur worden losgelaten. Het resultaat van deze methode is twijfelachtig. Duiven houden van de stad. Ze zoeken dan ook zo snel mogelijk de dichtsbijzijn- door Rudolph Bakker de bebouwde kom op en neste len zich daar opnieuw. Diarree De Parijse 'Club van de stads duif telt 456 leden en ze wordt voorgezeten door monsieur René Moulin. Ten aanzien van het dui vevuil heeft de heer Moulin een gefundeerde mening. Hij ver deelt het in twee soorten. Het eerste is zwart en hard en het valt bij aanraking tot stof uiteen. Het andere is zacht en groen en het wijst er op dat de duif diarree heeft. Als een duif aan diarree lijdt betekent het dat hij zich fou tief voedt. Dit brengt weer met zich mee dat hij beter voedsel dient te krijgen. Daarvoor zorgen monsieur Moulin en duivenbri- gade. Ieder jaar storten ze 27 ton aan mais en graan over de stoe pen van Parijs en dit voedsel staat anders dan het gemeente lijke ornitrol - de komst van kleine duifjes niet in de weg. Sprekend over de duivenvoe- derbrigade betreedt men het Pa rijs dat de buitenlander liefheeft en waarvan talloze ontroerende fotoreportages getuigen. Ieder een kent het oude vrouwtje dat in de ochtend haar wrakke raampje in een scheefgezakte woonkazerne openstoot en on der het maken van koerende ge luiden graan op haar venster bank strooit. En daar komen de monsters al aangevlogen, klap wiekend, koerend en draaiend met hun kont. Er is het aanwijsbare verhaal van een Parijse dame die op deze manier al vijftien jaar elke och tend vijftig duiven in leven houdt. En dat van een andere die dagelijks de achterbak van haar oude Renault 16 met graan vol laadt en dat als een zaaier op haar akker over de straat strooit. De leden van de Club van de Stads duif oogsten met deze acties ie dere dag gemiddeld tien bekeu ringen. Ingevolge een prefecto raal besluit van 1979 is het name lijk ten strengste verboden graan of voedsel op de openbare weg te strooien met de bedoeling het tot voedsel te laten dienen voor zwerfdieren. Met het imago van de Europese romantiek en authentieke kwali teit is Heineken erin geslaagd een kwart van de Japanse markt voor buitenlands bier te veroveren. Dank zij een succesvolle samen werking met de Japanse bierfabri kant Kirin heeft Heineken goede hoop dit jaar een miljoen dozen bier te verkopen, elk gevuld met 24 blikken of pijpjes. Dat is twee en een half keer zoveel als vorig jaar. Het succes van Heineken is des te opmerkelijker omdat de bier markt in Japan verzadigd is. Deze zomer was de heetste in vele jaren, maar het bierverbruik zal naar ver wachting met 5 procent teruglo pen. Er woedt dan ook een ware bieroorlog tussen de vier grote Ja panse merken, die de markt over spoelen met steeds nieuwe verpak kingen. Kirin, die 60 procent van de markt in handen heeft, breidde zijn assortiment uit met een tonnetje dat een fluitend geluid maakt als het bier uit de schenktuit stroomt. Dezelfde fabrikant verkoopt grote blikken, die vaag doen denken aan een spaceshuttle en dan ook als 'shuttle-bier' worden aangeboden. Sapporo heeft een temperatuurge- voelige strip op een van zijn pro- dukten, die feilloos waarschuwt wanneer het bier zijn koelheid ver liest. Biercocktails Suntory, die vooral bekend is om zijn uitstekende whiskey, maakt het helemaal bont. In een café in de Tokiose wijk Akasaka krijgen de jonge klanten biercocktails geser veerd, zoals „Broadway", dat be staat uit bier met Coca Cola. En wat te denken van een mengsel van bier met pepermunt, cassis en campari? Maar ondanks al deze nieuwe snufjes vermag het bier niet meer zoveel dorstige kelen te koelen als in het verleden. Belangrijkste re den is de opkomst van „shochu", een puur Japanse jenever, die tot voor enkele jaren alleen werd aan getroffen in het gezelschap van zwervers en schooiers. Dat is niet langer zo. Borrel Een 42-jarige zakenman legt uit waarom: "Elke dag een flesje bier kost me ongeveer tienduizend yen per maand (135 gulden). Op advies van mijn vrouw schakel ik nu stuk je bij beetje over op shuhai (een mix van shochu met vruchten sap)". Shochu is al te koop voor minder dan een tientje per hele li ter, en dat scheelt een slok op een borrel. Hoe speelt Heineken het klaar om op dit slagveld zo goed voor de dag te komen? Dirk Sytze Enters (32), vertegenwoordiger van Heine ken in Japan: "We concurreren niet echt met de Japanse merken. Wij richten ons op de markt voor de wat duurdere 'premium'-bieren. Onze concurrenten zijn andere bui- ACHTERGROND door Rtiud Kreutzer tenlandse merken zoals Budwei- ser". Hij schat dat Heineken-bier 30 tot 40 procent duurder is dan het (toch al dure) lokale produkt. Heineken richt zich vooral op de groep 25 tot 35-jarigen, die gevoelig blijkt voor de nostalgische toon die in de advertenties voor Heineken wordt gevolgd. Dit jaar is het the ma 'Oriênt-Express', dat volgens Enters "precies het image ver beeldt dat wij willen geven", een image dat hij omschrijft in termen als romantiek, authentiek, en sjiek. De reclamespot van Heineken op de televisie toont een jong paar in avondkostuum, dat zelfs tijdens de reis naar Istanboel alleen maar bier uit de groene flesjes wil drinken. Tussen alle "nieuwer dan nieuw en dus goed "-reclames springt deze er opvallend uit. Biermeester Sinds 1 april wordt het heerlijk nat door Kirin gebrouwen, natuur lijk wel onder het toeziend oog van een Hollandse biermeester. Voor Heineken is de samenwerking met Kirin vooral belangrijk omdat dit de verkoop in Japan vergemakke lijkt. Kirin beschikt over een uitge breid verkoopnet, dat onontbeer lijk is om de tienduizenden winkel tjes en horeca-vestigingen te kun nen bestrijken. Dat op eigen houtje doen, zeker als buitenlands bedrijf, is haast ondoenlijk. De joint-venture tussen Heine ken en Kirin is vrij gemakkelijk tot stand gekomen. Enter: "Je hoort zo vaak over slepende onderhande lingen. Maar wij hebben elkaar vrij snel gevonden. In een jaar waren we rond". Heineken blijft verant woordelijk voor de juiste smaak, terwijl Kirin de produktie en ver koop regelt. Om te zorgen dat Hei neken ook echt Heineken is, wor den gist, hop, mout en gerst in Eu ropa ingekocht en gaat er elke maand een monster zonder waarde naar Amsterdam om te worden ge test en geproefd. Het gewone Hol landse 'potje bier' wordt in Japan omgeven door een tiek en heeft daar door succes op de eigenlijk verza digde biermarkt. In Nederland wordt een eman cipatiebeleid gevoerd waar de onzinnigheid van afdruipt. Dat oordeel gaf drs. J. A. van Delden gisteren bij de opening van het academische jaar van de 'Evan gelische Hogeschool' in Amers foort. Van Delden is directeur van de evangelische school voor journalistiek, die van deze hoge school uitgaat. Een symptoom van de doorge voerde 'emancipatie-onzin' zag hij in de 'zogenaamde anti-discri minatiewetgeving'. Van Delden gebruikte met opzet het woord 'zogenaamd', omdat deze wetge ving, naar zijn mening, het in strument zal vinden voor de dis criminatie van 'bijbelgetrouwe christenen'. De gebeurtenissen rond het spreken van professor Velema, hoogleraar aan de theo logische hogeschool van de Christelijke Gereformeerde Ker ken in Apeldoorn, op een anti discriminatiebijeenkomst in Den Haag zijn, volgens drs. Van Del den, daarvan een sprekend voor beeld. Ouders moeten hun kinderen le ren, tegen de tijdgeest in te gaan, zei Van Delden. "Wij moeten als christenen bijzonder op onze hoede zijn om niet ongemerkt van het rechte spoor af te raken". De docent van de Evangelische Hogeschool drs. M. J. van Lie- burg noemde de abortus en de euthanasie tekenen van de "heil loze weg van een samenleving, die met haar christelijke basis heeft afgerekend en nu buiten Gods geboden haar oriëntatie punt zoekt". Legalisering van de euthanasie zal geen mijlpaal maar keerpunt zijn in de geschie denis van de Nederlandse ge zondheidszorg. Voor bijbelge trouwe christenen, zei Van Lie- burg, betekent dit een bewustere keuze van de huisarts en de aan wijzing van 'pro-life-ziekenhui- zen'. Beroepen. Hervormde Kerk: beroepen te Wijk (bij Heusden) R. van Kooten Zeist; aangeno men naar Leeuwarden Sj. van der Zee Scharnegoutum-Lutke- wierum-Bozum (Fr.), naar Veld hoven Nd.-Br. (hervormd-gere formeerd 'Samen op weg') J. van der Linden 's Heerenhoek- Nieuwdorp (Z.), naar Weesp P. E. van Oooijen Assen; bedankt voor Hasselt W. Chr. Hovius Apel doorn. Gereformeerde Kerken: aange nomen naar Bant-Rutten (NO- polder) kandidaat H. R. Knoop Amsterdam. Jubileumuitgave Ge- ref. Kerken Vandaag is een boekje versche nen dat van elke gereformeerde kerk in Nederland vermeldt, wanneer ze is ontstaan, welke predikanten haar van het begin af hebben gediend, welke niet- predikanten er hulpdiensten hebben verricht en in welke ge schriften men haar plaatselijke en regionale geschiedenis kan vinden. Het boekje (380 bladzijden, klein formaat, dun papier) is een uitga ve van de commissie uit de syno de van de Gereformeerde Ker ken in Nederland voor personele zaken, financiën en organisatie en is verschenen ondere auspi ciën van de commissie 'Herden kingen 1834-1886-1892'. (Dit jaar is het 150 jaar geleden, dat de eerste groep rechtzinni- gen zich van de Hervormde Kerk afscheidde, onder leiding van ds. Hendrik de Cock van Ulrum. In 1886 volgde een tweede afschei ding onder aanvoering van dr. Abraham Kuyper (Doleantie) en in 1892 voegde een deel van de afgescheidenen van 1834 zich bij de uitgetredenen (dolerenden) van 1886. Toen ontstonden de Gereformeerde Kerken in Ne derland zoals wij die nu kennen. De afgescheidenen die zich in 1892 niet met de dolerenden ver enigden zijn de tegenwoordige Christelijke Gereformeerde Ker ken). Vier rubrieken bevat het herden kingsboekje: gemeenten (data van ontstaan, samensmelting enz. en namen van hen die de ge meente hebben gediend, met da ta van intrede, afscheid, emeri taat), predikanten, niet-predi- kanten en een bibliografie van de plaatselijke en regionale geschie denis. Over deze bibliografie schrijft voorzitter J. M. Bloem kolk van de commissie personele zaken in zijn 'woord vooraf, dat veel onbekend gebleven mate riaal voor de liefhebbers nu toe gankelijk is geworden. Het boekje, getiteld 'Honderd vijftig jaar gemeenten en predi kanten', kost f. 19,25 (inclusief portokosten) en is alleen ver krijgbaar bij het Dienstencen trum van de Gereformeerde Ker ken in Leusden. Na een sterke terug gang in ae jaren 70 vertoont het aantal nieuwe priesters in de Rooms-Katholieke Kerk nu weer een opgaande lijn. Nog sterker groeien de aantallen seminaris ten en novicen. Dat blijkt uit een gisteren door het Vaticaan gepubliceerde sta tistiek over 1982. Niettemin telt de Rooms-Katholieke Kerk nu 409.000 priesters tegenover 433.000 tien jaar geleden. In 1982 werden 5957 mannen tot priester gewijd tegenover 5889 in 1981 en 5767 in 1980. Het aantal semina risten steeg in 1982 met rond 5000 tot een totaal van 73.000. Zuidoost-Azië had hierin een groot aandeel. Het Europese aandeel in de rooms-katholieke wereldbevol king wordt minder. In 1973 woonde nog 38 procent van alle gelovigen in dit werelddeel tegen 33,7 procent nu. In Afrika, La- tijns-Amerika en Azië steeg dit percentage. Noord-Amerika is het meest ver wend met zijn geestelijke verzor ging. Hoewel daar maar 7,7 pro cent van alle rooms-katholieken woont, komt het percentage priesters op 17,3 en het percenta ge seminaristen op 11,2. De bekende Benedictus-abdij 'Achelse Kluis', gelegen op de grens van Nederland en België. heeft een boekje uitgegeven over het monnikenleven van de meer dan veertig broeders. Het bevat korte teksten en foto's. Met deze uitgave wil de abdij te gemoet komen aan de wens 'om meer te weten over de zin en de schoonheid van het monastieke bestaan zoals dat bijna anderhal ve eeuw in de Achelse Kluis te vinden is'. Het boekje (f. 3,50) heeft als titel 'Trappisten van de Achelse Kluis' en is verkrijgbaar bij de abdij (Abdijweg 50, 5556 VE Val- kenswaard, telefoon 04908-275) en bij de VVV in Valkenswaard.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 17