Zonnige toekomst voor de Esperanto-bewegiiig Vertaalcomputer schept ongekende mogelijkheden vitidt °-sr. Zorg daklozen even belangrijk als eredienst Nooit meer baan voor duizenden werldozen 1984 DONDERDAG 26 JULI 1984 PAGINA 11 Als op twee na grootste congrescentrum van Nederland is De Leeuwenhorst door de jaren heen gewend geraakt aan een veelkleurige bezoekersschare, maar deze week schoot de gebruikelijke bewegwijzering in de hal van het gebouw complex tekort. Boven de aankomstbalie werden aange paste aanwijzingen opgehangen ten gerieve van de vijfen zeventig Esperantisten uit twaalf verschillende landen die afgelopen zondag in Noordwijkerhout arriveerden. Zij ne men deel aan een congres van een week over onderwerpen als "De rechten van de mensen" en "Communicatie" en doen er bovendien het voorbereidend werk voor de hon derdste verjaardag van het Esperanto die in 1987 overal in de wereld gevierd zal worden. De Poolse arts en taalkundige Lodewijk Zamenof publiceerde in 1887, op 28-jarige leeftijd, zijn Lingvo Internacia, een sterk ver eenvoudigde grammatica voor een taal die voor zestig procent gebaseerd is op het Romaans, voor dertig procent op het Ger maans en voor tien procent uit Slavische talen is opgebouwd. Es peranto is volledig fonetisch, geen enkele regel kent uitzonderin gen; sterke, zwakke of onregelmatige werkwoorden bestaan niet, alle vervoegingen zijn hetzelfde. Als levende taal neemt het Espe ranto uiteraard nieuwe woorden op, maar bijna honderd jaar na publicatie heeft het, waar ook ter wereld gesproken, dialectvor ming weten te weerstaan. Misverstand Zamenof ontwierp zijn "taal van de hoop" om wederzijds begrip tussen de volkeren te bevorderen. Die ambitie geldt nog steeds, al is het een misverstand te denken dat het belangrijkste oogmerk van Esperantisten een mondiale verspreiding en beheersing van het Esperanto is. Afgeschilderd als een naiéve idealist met wereldvreemde doel einden voelt de Esperantist zich op zijn ziel getrapt, maar zal hij vervolgens vriendelijk verwijzen naar het veelvoud van nationale en internationale organisaties die zich om de naleving van men senrechten bekommeren en artikel 19 van het handvest van de Verenigde naties in herinnering roepen, waarin het recht op com municatie is vervat. Om uiteindelijk de bal terug te kaatsen met de vraag of dat geen nastrevenswaardige uitgangspunten zijn. POR PACO EN LIBERECO-POR LIBERECO EN PACO MONDA KOMUNIKADO INTERPOPOLA AMIKECO HUMANECA INTERNACIISMO LA INTERNACIA LINGVO - ESPERANTO 1887- 1987 Lapenna: solidariteit door Ton van Brussel Een ronde-tafel-gesprek met een Duitse, Joegoslavische en een Nederlandse Esperantist is voor de verslaggever weliswaar een aardige oefening in de vreemde talen, maar overtuigd hem direct van het nut van eni ge basiskennis Esperanto. De gesprekspartners geven de ver zekering dat een Nederlander met schoolkennis van drie vreemde talen na drie dagen zonder al te veel problemen probleem een van de vele tien duizenden in het Esperanto ge schreven of vertaalde boeken kan lezen. Solidariteit Professor dr. Ivo Lapenna, 74 jaar geleden in Split geboren, verhuisde aan het begin van de jaren vijftig na een glanzende carrière als jurist in Joegoslavië naar Londen, waar hij zich sinds 1955 bezighoudt met ver gelijkend Sowjet- en Oost-Eu ropees recht. Hij spreekt tal van talen, waaronder sinds zijn jeugd ook Esperanto. "Vrede en vrijheid" zijn voor de Espe- ranto-beweging wezenlijke uit gangspunten", zegt hij. "Er is en blijft behoefte aan een inter nationale taal, niet voor alle mensen, maar wel voor dege nen die zich met internationale relaties bezighouden. Wij zien daarnaast nog een tweede func tie nauw verbonden met het recht op communicatie. Taal schept solidariteit. Als ik op een terras in Londen een Joe goslaaf tegenkom, stap ik op hem af om een praatje te ma ken. Daarvoor hoef ik de man niet te kennen, het is de taal die de band schept. Taal schept een lotsverbondenheid die het doel van een menswaardiger bestaan dichterbij brengt". Eigen geluid Stefan Maul is journalist in zijn woonplaats Augsburg en redigeert in zijn vrije tijd één van de vele tijdschriften in Es peranto. "Monata" (maand) verschijnt twaalf keer per jaar en bevat bijdragen in het Espe ranto uit alle delen van de we reld. Ook hij leerde op jonge leeftijd Esperanto, daartoe aan gezet door een docent die be merkte dat de jonge Stefan zich binnen korte tijd vreemde talen eigen maakte. Zijn betrokken heid bij Esperanto en zijn jour nalistieke werk zijn niet los van elkaar te zien. "Juist als journa list ben je bezig met communi catie en loop je tegen de vakdis cussie aan over de Amerikaan se dominantie van de bericht geving. Niet-westerse landen blijken moeilijk in staat hun ei gen geluid te laten doorklin ken. In "Monato" zijn alle schrijvers correspondenten voor hun eigen land en geven bijdragen op het gebied van ge schiedenis en cultuur. Esperan to is een niet-politieke bewe ging, maar natuurlijk komt po litiek wel om de hoek kijken. Wij hebben veel ingezonden brieven van lezers, die het werk van de medewerkers corrige ren of nader toelichten. Mijn er varing als journalist is dat je veel van deze informatie via de kanalen van de westerse pers- bureau's niet krijgt aangereikt. Rechtstreekse communicatie in één taal schept ongekende mogelijkheden om andere vol keren te leren kennen. En uit eindelijk is dat waar het in mijn vak als journalist op aankomt". Toepassing Twijfels over de levensvat baarheid van Esperanto staan in een ander daglicht na een ge sprek met de Haagse ingenieur elektrotechniek De Kat. Hij werkte tot aan zijn vut aan de TH in Delft, waar hij zich in '79 geinspireerd door een student bezighield met de ontwikke ling van een vertaalprogramma rond Esperanto. "In drie maan den tijd lukte het om de basis te leggen voor een programma waarmee een computer Espe ranto in een andere taal kan omzetten. Dat programma ver diende uiteraard verfijningen, maar in principe had ik in die periode bewezen dat het kon. De TH was niet in voortzetting van het project geinteresseerd. Pan Consult in Delft zag wél wat in de commercièle toepas sing en daar boven ik nu in dienst om de zaak verder te ontwikkelen. Ik ben met En gels begonnen en denk voor el ke vreemde taal een jaar nodig te hebben. Eén belangrijk pro bleem is dat zo'n computer din gen moeten kunnen vertalen die er niet staan, omdat elke taal zijn eigen constructie heeft". De toepassing van De Kats computer schept grote kansen voor organisaties als de EG en de VN die dagelijks geconfron teerd worden met de proble men van een meertalige achter ban. Deze computer kan, ge voed met een tekst in Esperan to, binnen luttele seconden in elke willekeurige taal vertalin gen afleveren. Dat is een tijds winst en doelmatigheid waar vele organisaties en bedrijven naar snakken en die de pogin gen in de wereld van de auto matisering ("daar proberen ze het wiel opnieuw uit te vin den") om hetzelfde resultaat 2 computertaal te ontwikkelen, in de schaduw stelt. Burgemeester Winkel van Noordwijkerhout, de voorzitter van de overkoepelende organi satie voor de Nederlandse Es- pernato-verenigingen beaamt dat door deze technologische ontwikkeling het gebruik van Esperanto nu een economische dimensie heeft gekregen die een zonnige toekomst van Za- menofs schepping verzekerd. "Naar schatting tien miljoen Esperantisten in de wereld, waarvan dertigduizend hier, vind ik heel respectabel. De jeugd heeft nog steeds belang stelling voor Esperanto en los daarvan constateer ik dat de mensenrechtenproblematiek juist bij jongeren in de aan dacht staat. Maar deze techni sche ontwikkeling zal ons ze ker ten goede komen" Hoewel Winkel van zijn Joe goslavische congresganger een complimentje krijgt voor de aanduiding in Esperanto in Ne derlandse telefooncellen, be treurt hij het toch dat de radio- uitzendingen van weleer bij de VARA en de KRO een stille dood zijn gestorven. "De posi tie van Esperantisten in het Oost-blok is moeilijker dan die van ons. Veel publikaties mo gen de grens niet over, maar Radio-Warschau zendt wel da gelijks bulletins in Esperanto uit", aldus Winkel. De viering van de honderdste veijaardag zal over drie jaar niet gepaard gaan met een wereldcongres van Esperantisten. Alle landen afzonderlijk staan festiviteiten te wachten, die worden georga niseerd door de op uiteenlo pende manieren verenigde Es perantisten. Zo zijn er clubs van advocaten, artsen, socialis ten, katholieken en niet te ver geten blinden, voorwie Espe ranto een middel bij uitstek is om de horizon te verbreden. ADVERTENTIE Haarlemmerstraat 157, Leiden. Tel.: 071 - 14 64 5' Duizenden werklozen zullen nooit meer aan de slag komen, ondanks alle pogingen die worden onderno men om zoveel mogelijk uitke ringsgerechtigden nog aan het werk te krijgen. De arbeidsbureaus in de grote steden hebben een werklozenbestand waarvan ruw weg een derde als niet meer bemid delbaar bestempeld is. „Die men sen zitten in kaartenbakken waar we niets meer mee doen", zegt een directeur van een van de grootste arbeidsbureaus in ons land. Wie zijn dat dat? „In het kort komt het hierop neer: het zijn men sen die niet geschikt zijn of zelfs onwillig. Daar kunnen we dus niets meer aan en mee doen". Vol gens de arbeidsbureaus is dat be stand aan werklozen net zo samen gesteld als de werklozen die wél bemiddelbaar zijn. „Het is niet dui delijk en hard aan te geven: dat zijn nou de bevolkingsgroepen waar mee je niets kunt beginnen". door Cees Keizer De arbeidsbureaus hebben het werklozenbestand ingedeeld in een aantal groepen. De eerste en grootste groep ingeschrevenen (ongeveer 40 procent) voldoet vol ledig aan de functie-eisen die een werkgever maar kan stellen. „Deze groep is maximaal beschikbaar voor de arbeidsmarkt en direct plaatsbaar als een werkgever een vacature heeft". Daarna volgt een groep ingeschrevenen (ongeveer 30 procent) die net niet aan deze eisen voldoet. „Deze groep zal moeten worden bijgeschoold of moet werkervaring opdoen. Dan kan ook die groep direct doorstro men naar de eerste categorie", al dus de arbeidsbureaus. Dan volgt er in de kaartenbak ken van de arbeidsbureaus een groep ingeschrevenen die veelal wel van goede wil is, maar het lukt niet voor hen iets te doen. „Deze werklozen passen niet in de eisen die de huidige maatschappij stelt", zegt een GAB-directeur. Daarmee bedoelt hij bijvoorbeeld een goede timmerman, die jammer genoeg niet in staat is een bouwtekening te lezen en ook niet in staat is om dat nog te leren. Bijscholing of om scholing van de meeste ingeschre venen in deze groep zal volgens de GAB's niet veel oplossen. Vaak komen deze werklozen voort uit, wat een GAB-directeur noemt, de 'soft society'. Toen de bomen nog tot in de hemel groei den en een werkgever stond te springen om werknemers, kon ie dereen aan de slag. Je pakte toen een baantje om wat geld op zak te hebben om wat leuke dingen te kunnen doen. Werken en dan daar bij nog studeren in je vrije tijd was toch voor de dommen9 Die aldus gedoodverfde dommen zijn nog zo dom niet geweest, want als ze al werkloos worden, zijn ze direct weer inzetbaar. Deze werklozen zorgen dan ook voor een bijzonder grote doorstroming in de kaarten bakken van de arbeidsbureaus. Kameel melken Toch erkennen de arbeidsbu reaus, dat werkgevers ook steeds zwaardere eisen hebben gesteld aan een werknemer. „Waar is erva ring nu niet vereist", verzucht een GAB-directeur. Een mooi voor beeld geeft een GAB-bemiddelaar: „Enkele jaren geleden schreeuwde de tuinbouw om werknemers. Er werden duizenden en duizenden mensen uit Turkije en Marokko ge haald. Als ze maar een kameel kon den melken, konden ze al tomaten plukken. Als een tuinder nu nog een jongen of meisje vraagt, vraagt hij er wel een met ervaring". Zijn het dan de buitenlandse werknemers die niet meer bemid delbaar zijn? Nee, de groep niet be middelbare buitenlanders is vol gens de arbeidsbureaus vrijwel net zo groot als de groep Nederlanders die niet meer bemiddelbaar zijn. „Alleen in de grote steden vallen de werkloze buitenlanders meer op, omdat ze in bepaalde wijken bij elkaar wonen en overdag eikaars gezelschap zoeken". En toch willen werkgevers- en werknemersorganisaties, maar ook minister van sociale zaken en werkgelegenheid drs. Jan de Ko ning, proberen jaarlijks zo'n 20.000 met name jongeren die nu in de kaartenbakken als niet meer be middelbaar staan gerangschikt, aan het werk te krijgen. „Het is de vraag of dat lukt, of werkgevers be reid zijn deze mensen alsnog een kans te geven op de arbeids markt", zo menen vele bemidde laars bij de arbeidsbureaus. Bij de arbeidsbureaus meent men dat dat van de bemiddelaars ook een extra krachtsinspanning zal vergen. „We zijn primair verant woordelijk voor degenen die direct bemiddelbaar zijn", zeggen zij. Naar de niet bemiddelbaren moe ten andere instantites maar gaan omzien. In een brief van de Regio nale Raad voor de Arbeidsmarkt Zuid-Holland aan minister De Ko ning wordt opgemerkt: „In toene mende mate kan men op de ar beidsmarkt probleemgroepen ont waren waarvoor die arbeidsmarkt weinig of niets meer kan doen. Bij voorbeeld vele ongeschoolden, sommige categorieën van etnische minderheden. De problemen van deze mensen lijken in toenemende mate in de sfeer van het welzijns beleid te liggen. Als dat zo is. zul len het arbeidsvoorzieningsbeleid en het welzijnsbeleid elkaar moe ten vinden". Toch zien de directeuren van de arbeidsbureaus in de grote steden een groot verschil in mentaliteit tussen de bevolking van die steden en die van het platteland. „Bij een arbeidsbureau in de regio liggen de problemen anders. Werklozen en vooral ook jonge schoolverlaters zijn nog bijzonder gemotiveerd, zijn dan ook niet afkomstig uit wat we noemen een 'soft society'. Neem de jongelui op het platte land. Die zullen alles willen aan pakken om maar aan de slag te ko men. Een jongen in de grote stad zegt vaak te gauw: daarvoor heb ik mijn diploma niet gehaald". Doorstuderen De arbeidsbureaus hebben pro blemen met jongeren afkomstig van mavo, havo en lagere techni sche opleidingen. „Die jongens en meisjes hebben nooit een vak ge leerd. Gelukkig gaan de meesten na die opleidingen wel doorstude ren en vooral kiezen ze dan voor een beroepsopleiding. Dat zit wel goed, vooral nu de arbeidsmarkt weer aantrekt. Maar degenen met een mavo- of havo-diploma zijn heel moeilijk te plaatsen, evenals mensen met een opleiding voor het welzijnswerk bijvoorbeeld of, kort samengevat, de luxe beroepen Dat zijn beroepen waarvoor werkgele genheid is in tijden van hoogcon junctuur. Maar als er geen geld meer is, zijn de beoefenaars van de ze luxe beroepen het eerste het haasje". De arbeidsbureaus constateren dat de laatste maanden de werkge legenheid vooral in de marktsector aantrekt. Niet bij de overheid. Daar bestaat nog de tendens om open vallende plaatsen niet meer op te vullen. De bemiddelaars van de ar beidsbureaus zijn ook blij met een langzaam veranderende mentali teit bij de werkgevers. „Zij hebben wat meer oog gekregen voor de werkloze, en met name voor de werkloze jongeren. Ook zij vinden nu dat ze iets moeten doen om straks niet verantwoordelijk ge steld te worden voor het kweken van een verloren generatie". Daarom prijkten in een aantal dagbladen werkgeversvoorzitter Van Veen, minister De Koning en FNV-voorzitter Wim Kok broeder lijk naast elkaar op een adverten tiepagina om werkgevers op te roe pen zoveel als mogelijk werklozen toe te laten tot het arbeidsproces. Met bijzondere belangstelling kijken kerken en religieuze orga nisaties in de Verenigde Staten uit naar de afloop van een con flict tussen kerk en staat in de staat Virginia over het tijdelijk onderbrengen van daklozen in kerkelijke gebouwen. Negen protestantse en rooms-katholie- ke kerken en parochies in de pro vincie Fairfax van dezé staat houden zich intensief met die op vang bezig, en dat veroorzaakt een publiciteit over het ver schijnsel 'dakloosheid', die de autoriteiten helemaal niet zint. Een slimme ambtenaar dacht iets te hebben gevonden om de kerkelijke barmhartigheid aan banden te leggen. Bij een nadere uitwerking van de voorschriften van bestemmingsplannen liet hij als voorbeeld opnemen dat ker ken en andere kerkelijke gebou wen alleen mogen worden ge bruikt voor de eredienst, bijbel studie, koorrepetities en padvin dersactiviteiten, terwijl voor elk ander gebruik ontheffing van de overheid nodig is. De kerken reageerden furieus. Ze zijn in beroep gegaan bij de raad van toezicht op de ruimtelij ke ordening, met als argument dat hier brutaal inbreuk wordt gemaakt op de grondwettelijke scheiding tussen kerk en staat. Men hoopt op een principiële uit spraak, waarmee ook andere de len van het land hun voordeel zouden kunnen doen. Soortgelijke geschillen in New York en New Jersey hebben al tot gerechtelijke uitspraken in het voordeel van de kerken ge leid. De organisatie die de schei ding tussen kerk en staat moet bewaken geeft kerken en paro chies juridische hulp als zij op dit gebied moeilijkheden onder vinden. De presbyteriaanse predikant Harwell uit de provincie Fairfax .verklaarde naar aanleiding van het conflict, dat het onderdak bieden aan daklozen net zo'n we zenlijke taak voor de kerk is als de zondagse eredienst. Volgens de organisatie die de scheiding tussen kerk en staat in de gaten houdt wordt de noodzaak van kerkelijke hulp aan behoeftigen alleen maar klemmender, nu de federale overheid sterk bezuinigt op de sociale voorzieningen. Bevrijding Braziliaanse rooms-katholie- ke bisschoppen geven steeds openlijker steun aan de Latijnsa- merikaanse 'bevrijdingstheolo gen', die het mikpunt zijn gewor den van behoudende leiders in de kerk en de grootgrondbezit ters. De algemene secretaris van de Braziliaanse bisschoppencon ferentie, bisschop Luciano Men- des, verklaarde deze week, dat de bevrijdingstheologie niet is te herzien. Hij deed dat na medede lingen van de Braziliaanse curie kardinaal Angelo Rossi dat het Vaticaan in september komt met een veroordeling van bepaalde stromingen in de bevrijdings theologie. Mendes zei, dat deze theologie de vinger legt bij de zwerende wond van Latijns-Amerika, de officiële onrechtvaardigheid. "In dat opzicht is de bevrijdings theologie niet te herzien, omdat er geen broederschap mogelijk is zonder herstel van rechtvaardig heid". "De echte bevrijdings theologie mag niet worden ver ward met klassenstrijd en nog minder met gewelddadige klas senstrijd. Zij die dat wél doen, zijn radicale, vooral rechtse krachten". Hulpbisschop Angelico Ber nardino, naaste medewerker van kardinaal Paulo Arns, typeerde de bevrijdingstheologie als 'een kind dat de eerste stappen zet om het evangelie te laten aanslui ten op onze dramatische ellende, een werkelijkheid die moet wor den hervormd juist door de kracht van het evangelie'. Opvolging Bluyssen Een naam die op dit ogenblik vrij algemeen wordt gehoord in verband met de opvolging van bisschop Bluyssen (Den Bosch) is die van dr. M. Muskens, rector van het Nederlandse priestercol lege in Rome. Hij staat bekend als een man van het midden. Dr. Muskens is 49 jaar en werd in 1977 onderrectror van het priestercollege. Als kapelaan werkte hij al in het Bossche bis dom. Hij is afkomstig uit het Bra bantse Elshout. 'Mensen in Nood'. Ir. G. P. Tiggelman te Wageningen is be noemd tot voorzitter van de rooms-katholieke hulporganisa tie 'Mensen in Nood', als opvol ger van ir. J. W. Wellen, die on langs is overleden. Tiggelman (64) werkte tot 1982 bij het minis terie van landbouw en visserij als hoofd van de directie 'agrarische hulp aan ontwikkelingslanden'. Tot ondervoorzitter van 'Men sen in Nood' werd dr. ir. M. Vos te Driebergen benoemd. Hij is voorzitter van het hoofdprodukt- schap 'Akkerbouwprodukten'. Zuster M. van Laarhoven te Vught, generaal-overste van de 'Sociëteit van de Zusters van Je zus, Maria en Joseph', werd se-" cretaris. Beroepen. Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt: aangeno men naar Vlissingen kandidaat G. Zomer Zwolle. Bedevaart. Op 15 augustus ('Maria Hemelvaart') wordt van uit Noordwijk, Leiden, Oudewa ter, Gouda, Den Haag. Delft en Rotterdam een eendagsbede- vaart gehouden naar Maria's Ge nade-oord' Banneux-Notre Da me in de Belgische Ardennen. Belangstellenden uit omliggen de plaatsen kunnen zich hierbij aansluiten. Het secretariaat, postbus 16, Meeuwenbeemd 1, 2631 CA Nootdorp, telefoon 01731*9125, heeft een lijst van plaatselijke adressen waar men nadere in lichtingen kan krijgen en zich kan opgeven. Geen seminarie. Ter aanvul ling van het bericht van gisteren over de plannen voor een eigen priesteropleiding in het rooms- katholieke bisdom Rotterdam deelde de secretaris algemene za ken van het bisdom, drs. J. Ver- heyen, desgevraagd nog mee, dat een eigen seminarie er zeker de eerste jaren niet in zit, ook al we gens de hoge kosten Naar alle waarschijnlijkheid komt er een convict van priester studenten. Dat is een huis waar ze bij elkaar wonen. Studenten van andere theologische oplei dingen kunnen daar ook heen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 11