Denen en wij het meest tevreden Nederlanders zijn goede Europeanen Landelijke organisatie 'Kerktelefoon' opgericht PAGINA 6 Extra MAANDAG 28 MEI 1984 Tv Bijna tienduizend Westeuropeanen (om precies te zijn 9748 personen van vijftien jaar en ouder) hebben eerder dit jaar een groot aantal vragen beantwoord over hun persoonlijke leefomstandigheden, hun vooruitzichten, het streven naar een Europese Unie (die nu alleen op papier bestaat) en de invoering van gemeenschappelijke regelingen in de tien lidstaten van de Gemeenschap. Het onderzoek werd in opdracht van het Europees Parlement gehouden van half maart tot half april.In Nederland ondervroeg het NIPO ruim 1000 personen. Het Europees Parlement heeft voor Nederland de resultaten exclusief ter beschikking gesteld aan de Gemeenschappelijke Persdienst (GPD), waarbij ook deze krant is aangesloten. In de andere lidstaten worden de gegevens gepubliceerd door de Frankfurter Algemeine Zeitung (West-Duitsland), The Times (Engeland), Le Matin (Frankrijk), La Republica (Italië), Berlingske Tidende (Denemarken), Irish Times (Ierland), de RTL in Luxemburg, Eleftherotypia (Griekenland) en De Standaard (België). Het idee is afkomstig van de Brusselse krant Le Soir. Uit het onderzoek komt naar voren dat een meerderheid in ons land op een kandidaat zal stemmen die de belangen van Europa als geheel wil vertegenwoordigen. Dit betekent dat de nationale be langen voor de parlementariër op een tweede plaats mogen ko men. Dit is de opmerkelijke con clusie uit de voor het Europees Parlement gehouden enquête over de opvattingen van de inwo ners van de tien lidstaten. Zestig procent van de Nederlan ders vindt dat een Europarle mentariër in eerste instantie een 'Europeaan' moet zijn. In de an dere EG-lidstaten varieert dat percentage tussen 18 (Grieken land) en 48 (in Frankrijk). In Griekenland, West-Duitsland, Ierland en Engeland vindt een meerderheid dat de door hen ge kozen parlementariërs allereerst de nationale belangen moeten dienen. Het opinie-onderzoek werd in maart en april onder bijna 10.000 Europeanen gehouden. Duizend Nederlanders waren erbij be trokken. Behalve algemene vra gen over de economische situatie en de persoonlijke leefomstan digheden, waren er ook vragen over de opvattingen over typisch Europese zaken als de munt, een gemeenschappelijk paspoort en een gezamenlijk team voor de Olympische Spelen. Om met dat laatste te beginnen: een Olympisch team namens de Gemeenschap hoeft er voor de Europeanen niet te komen. Ook wordt de benoeming van een ge meenschappelijke ambassadeur in Washington en Moskou niet op prijs gesteld. Maar de invoe ring van de Europese 'daalder' en van het gemeenschappelijke paspoort krijgt wel de instem ming van de ondervraagde Euro peanen. Eensgezind zijn de inwoners van de lidstaten ook over het gelijk trekken van de sociale uitkerin gen en de bestrijding van de mis- DEN HAAG (GPD) - Nederlan ders en Denen vormen de meest tevreden volkeren in de Euro pese Gemeenschap. Uit de en quête die het Europese Parle ment heeft laten houden, is ge bleken dat zowel in Denemar ken als in Nederland 67 pro cent van de mensen het eigen inkomen 'redelijk goed' vindt. In beide landen noemt zo'n 30 procent het eigen inkomen 'niet zo goed'. Dat Nederlanders in het alge meen tevreden zijn met wat zij binnen krijgen, bleek al eerder uit een enquête die de Gemeen schappelijke Persdienst (waar bij ook deze krant is aangeslo ten) heeft gehouden. Daaruit kwam naar voren dat ruim 65 procent het eigen inko men 'goed' (30 procent) vond of zelfs 'zeer goed' (35 procent). Nog eens 19 procent van de mensen die toen de vragen beantwoordden, beschouwde het eigen inkomen als 'voldoen de'. Ruwweg 15 procent noem de het inkomen 'onvoldoende', 'slecht' dan wel 'zeer slecht'. De Europese vragenstellers zijn daad. Beide kwesties mogen best gemeenschappelijk worden ge regeld. Daarbij vindt men dat een misdadiger die in een ander land onderduikt, in dat andere land vervolgd en veroordeeld moet kunnen worden. Een heel kleine meerderheid onder de Europeanen vindt verder dat alle produkten van elke andere lidstaat vrijelijk moeten kunnen worden verkocht. Nederlanders wijzen met 58 tegen 32 procent deze suggestie af. Ook in Enge land, Denemarken en Ierland is een meerderheid tegen. Italië, Luxemburg, West-Duitsland en Griekenland zijn wel voor standers van vrije uitwisseling van goederen, terwijl in België en Frankrijk een duidelijke meerderheid ontbreekt. Anti-Europeaan Als centrale conclusie komt uit het onderzoek naar voren dat in de zes oorspronkelijke lidstaten po sitiever over de Gemeenschap wordt gedacht dan in de vier nieuw toegetreden staten. Zo blijkt uit de antwoorden op de vragen dat Grieken, Britten, Ie ren en Denen eerder dan andere Westeuropeanen bereid zijn een anti-Europeaan in het parlement te kiezen. Veelal lager dan het gemiddelde scoren drie van deze vier landen ook bij de vraag over concrete maatregelen. Alleen de Grieken, maar vooral ook de Italianen, kiezen vrij consequent voor Eu ropa: of dat nu de ambassadeur betreft, de Olympische Spelen, vrijhandel, misdaadbestrijding, paspoort, de munt of de sociale uitkeringen. Ook Frankrijk scoort veelal boven het gemiddelde, terwijl Neder land en België toch vaak wat meer t Toch' laten doorklinken. Gecoiïïuint«,rd met de vraag over het inkomen (in Grieken land, Italië en Frankrijk is men hierover het meest ontevreden) valt hieruit op te maken dat de niet zo gedetailleerd te werk ge gaan. Zij lieten voor de beant woording slechts twee moge lijkheden: 'redelijk goed' en 'niet zo goed'. Over heel de EG blijkt 52 procent van de men sen voor de eerste mogelijkheid te hebben gekozen en 46 procent voor de tweede. De grootste ontevredenheid werd aangetroffen in Griekenland, al kunnen de Fransen en Ita lianen er ook wat van. Van de Grieken vond slechts 32 procent dat men het redelijk goed had en noemde niet minder dan 65 procent het inkomen 'niet zo goed'. De tabel laat zien hoe er in West-Europa over de inko mens wordt gedacht. (Het eer ste getal geeft het percentage 'tevredenen', het tweede staat voor het percentage dat het in komen 'niet zo goed' vindt). België 57 43 Denemarken 67 31 Duitsland 57 42 Frankrijk 45 53 Griekenland 32 65 Groot-Britannië 58 40 Ierland 52 47 Italië 46 52 bevolking van de drie mediterra ne landen persoonlijk het meeste profijt verwacht van de EG. In Italië en Griekenland bestaat het gevoel dat de komende genera ties het dank zij een volwaardige Europese Unie beter kunnen krijgen dan wij nu. Tevredenheid Toch zijn de Westeuropeanen te-- vreden over hun bestaan. Dat be treft vooral het gezinsleven, woonomstandigheden, persoon lijke veiligheid, gezondheid en vrije tijd. Over deze zaken zegt driekwart van de ondervraagden dat het vrij goed gaat. Maar altijd Luxemburg 61 37 Nederland 67 30 De Belgen en Luxemburgers zijn er in de Europese Gemeen schap het minst gerust op dat hun levensstandaard nog om hoog zal gaan. Iets meer dan 40 procent van hen vreest dat de groei eruit is. Wat dat betreft zien de Grieken, Italianen, De nen en Duitsers de toekomst wat rooskleuriger. Bij hen maakt slechts 8 tot 12 procent zich er zorgen over. Nederland is ook niet overmatig bezorgd. Met 17 procent 'pessi misten' blijven de Nederlan ders ver achter bij de Britten (29 procent), de Fransen (33) en de Ieren (34) die het er de eerste tien jaar niet meer van zien ko men dat zij wat ruimer in de slappe was komen te zitten. Jeugdwerkloosheid. Echt ongerust zijn de Europea nen over de werkloosheid onder de jongeren. Bij de Ieren maakt zelfs 84 procent zich er echt zorgen over dat jongelui geen werk kunnen vinden. De nog meer dan 5U procent zegt dat ook over het werk, de openbare diensten, het functioneren van de plaatselijke overheid en het inkomen. Duidelijk is gezien ook de overi ge antwoorden dat de Italianen het minst tevreden zijn met hun persoonlijke leefomstandighe den, terwijl de Nederlanders, De nen en Belgen als de meest tevre denen eruit springen. West- Duitsland, Frankrijk en Luxem burg vormen de middenmoot. Driekwart van alle Europeanen vindt dat de Gemeenschap zich in elk geval moet bezighouden met het scheppen van werk. Hoewel de percentages per land Duitsers vormen een uitzonde ring. De vraag hiervoor sloeg in de Bondsrepubliek slechts bij 39 procent van de mensen Ook in Griekenland scoorde het onderwerp nog betrekkelijk laag (58 procent). In Denemar ken en Italië werden 66 en 69 procent genoteerd, de andere landen zaten tussen de 74 (Ne derland) en 79 procent (België). Als het aan de inwoners van de Europese Gemeenschap ligt, wordt de sociale zekerheid in heel Europa gelijk getrokken. Gemiddeld is 63 procent van de Westeuropeanen voorstander van een regeling waarin men „dezelfde sociale uitkeringen uitbetaald krijgt als in de an dere landen van de Gemeen schap". Het zal geen verbazing wekken dat de grootste aanhang te vin den is in gebieden waarvan mag worden aangenomen dat men er met enige afgunst kijkt naar het sociale-zekerheidsstel- sel van landen als Nederland en Denemarken. Die hebben immers de internationale faam iets verschillen (in Griekenland noemt de helft van de onder vraagden dit punt) blijkt hieruit dat de economische crisis voor Westeuropeanen een centraal probleem vormt. Dat blijkt ook uit een andere vraag: bezorgdheid is er vooral over de jeugdwerkloosheid. Pas daarna volgen misdaad, en druggebruik. In Nederland en Luxemburg wordt ook grote zorg over de mi lieuverontreiniging. Internationale spanningen en de groei van de bevolking in de Der de Wereld worden veel minder als een probleem ervaren. Op beide punten scoort Nederland echter met respectievelijk 39 en dat de sociale zekerheid er zo goed geregeld is. In Italië steunt 87 procent van de mensen de gedachte aan gelij ke uitkeringen. In Griekenland pleit 85 procent ervoor, in Ier land 75 procent. De Denen heb ben er minder mee op. Ze vre zen wellicht dat ze er zelf op achteruit zullen moeten gaan wanneer het ooit tot een Euro pese regeling zou komen. Slechts 30 procent van de Denen is voorstander van een gelijk trekking, maar 48 procent is verklaard tegenstander. De overigen wisten geen antwoord op de vraag te geven. De Duit sers toonden zich trouwens ook maar matig enthousiast (49 procent voorstanders, 31 pro cent tegenstanders). De Belgen (55 procent voor en 22 procent tegen), Fransen (59-18) en Britten (59-25) blijken ook niet eensgezind te staan jui chen voor die gedachte. De Ne derlandse opvattingen komen vrijwel overeen met het gemid delde van alle tien EG-staten 62 procent voorstanders en 25 procent tegenstanders). Een zitting van het Eu-* ropees Parlement in de vergaderzaal van het Huis van Europa in Straatsburg. Het parlement vertegen woordigt ongeveer 260 miljoen mensen (foto gpd> 20 procent boven het gemiddel de. Taken Wat het takenpakket van de Ge meenschap betreft: sociale ze kerheid, defensie en landbouw krijgen de steun van slechts 20 tot 30 procent van de onder vraagden. Wel verschilt de uit komst per land. Zo beschouwen Nederlanders en Luxemburgers veel vaker sociale zekerheid als een gemeenschappelijke taak. Frankrijk en Engeland denken zo over defensie, terwijl in Grie kenland, Ierland en Italië de landbouw wat meer wordt bena drukt. Er blijkt nogal verschillend te worden gedacht over de vraag of een bedrijf zijn personeel zo wel in eigen land als in andere landen van de Gemeenschap mag werven. De Denen hebben de grootste moeite met het aan vaarden van een dergelijke Eu ropese arbeidsmarkt. Bijna de helft van hen is tegen en slechts een derde deel is voor (de rest wist het niet). Uit het hier volgende staatje blijkt dat de Italianen (die im mers al veel gastarbeiders le verden) het meest internatio naal denken. De percentages voorstanders worden het eerst vermeld, de tweede kolom geeft de percentages tegenstanders. elgië 47 39 Denemarken 34 46 Duitsland 55 29 Frankrijk 55 33 Griekenland 59 29 Groot-Britannië 51 37 Ierland 47 34 Italië 82 8 Luxemburg 59 33 Nederland 53 36 EG als geheel 59 28 Denemarken en Nederland sprin gen er iets uit op het gebied van ontwikkelingshulp. In beide lan den noemt zo'n kwart van de be volking dit ook als een taak voor de Gemeenschap. Gemiddeld geldt dit slechts voor 14 procent, waarbij België en West-Duits land er negatief uitspringen met 7 en 9 procent. In Nederland en België bestaat weer weinig belangstelling voor het steunen van armere delen van Europa: 9 en 10 procent is hier van voorstander bij een ge middelde van 16 procent. Weinig verrassend is dat Grieken, Ieren en Italianen deze steun juist pro pageren. Pacifisme Westeuropeanen zijn geen liefheb bers van demonstraties. Gemid deld niet meer dan 15 procent heeft wel eens meegelopen. Ne derland komt hierbij precies op het gemiddelde uit Frankrijk, Luxemburg en Griekenland ko men (iets) hoger uit, terwijl De nemarken, West-Duitsland en Groot-Brittannië een lager per centage te zien geven. Nederlanders hebben uiterst nega tieve gedachten over het pacifis me: terwijl in Griekenland 75 procent vindt dat pacifisten goed zijn voor de veiligheid van het land, komt Nederland niet hoger dan 26 procent. West-Duitsland en Engeland zitten hier nog on der. Drieëndertig procent (het hoogst!) spreekt in ons land zelfs uit dat pacifisme slecht is. Het omgekeerde gebeurt bij de monstraties om het milieu te be schermen. In ons land wordt daar veel meer waarde aan ge hecht. Bij een gemiddelde van 57 procent komt Nederland uit op 70 procent, even onder Luxem burg. In Ierland en België wordt hier het minst aandacht aan be steed. Tegenstellingen Maar alle mooie pogingen om West-Europa tot een eenheid te maken, kunnen niet verhullen dat de tegenstellingen tussen de verschillende landen nog steeds recht overeind staan. Vooral de Engelsen zijn de gebeten hond. Een kwart van alle Westeuropea nen vindt dat Groot-Britannië in de EG niets te zoeken heeft, waarbij Nederland 23 procent scoort. Van de Engelsen zelf vindt maar 12 procent dat het land uit de Ge meenschap zou moeten treden. Daar is men trouwens weer onte vreden over Frankrijk: 25 pro cent vindt dat dat land uit moet worden uitgestoten. In Frankrijk wijst 41 procent het Engelse lid maatschap af. Wat België, Nederland, Luxem burg en Denemarken betreft is slechts 1 procent van de Westeu ropeanen tegen het lidmaat schap van deze landen. Alleen in Denemarken wijst nog steeds 18 procent het lidmaatschap af. Frankrijk, Griekenland, Italië, Ierland en West-Duitsland mo gen van tussen 8 en 3 procent van de ondervraagden geen EG- lid meer zijn. DEN HAAG (GPD) Nog steeds zijn Nederlanders goede Europeanen. Zij hebben vertrouwen in de Europese Ge meenschap en vinden dat de bereikte resultaten behou den moeten blijven. Maar aan de vorming van een poli tieke Europese Unie geven de Nederlanders, net als de meeste andere Westeuropeanen, niet veel voorrang. De Gemeenschap moet zich vooral bezig houden met so ciaal-economische onderwerpen, zo blijkt uit het Euro pese opinie-onderzoek. Er zijn op dit ogenblik naar schatting zo'n 100.000 mensen in Nederland die via de 'kerk telefoon' naar kerkdiensten luisteren. Wie om wat voor reden ook niet meer naar de kerk kan gaan, krijgt, als de technische voor zieningen dat mogelijk maken, op verzoek een telefonische aansluiting met de kerk thuis om zo de dienst en andere acti viteiten toch te kunnen volgen. Er zijn nu ongeveer 2400 kerk telefoon-netten met een totaal van 55.000 aansluitingen. Een bejaardenhuis wordt als 1 aan sluiting gerekend. De laatste vijf jaar is het aantal netten verdubbeld. Op initiatief van de commissie 'Integratie' van de hervormde, gereformeerde en christelijke gereformeerde diakonale bu reaus is zaterdag de landelijke organisatie 'Kerktelefoon' op gericht. Plaatselijk zijn er nog al verschillen in aanpak, orga nisatie en technische mogelijk heden. Ook de ontwikkelingen landelijk (nieuwe medianota) maakten het nodig, dat de ker ken het telefoonwerk geza menlijk gaan begeleiden. Apartheid De Remonstrantse Broeder schap gelooft, dat racisme en apartheid volstrekt onverenig baar zijn met het evangelie. Dat staat in een ontwerp-reso- lutie, waarover de algemene vergadering van bestuur van de Broederschap zaterdag in Oosterbeek een besluit moet nemen. De 'Commissie tot de Zaken' van de Broederschap (dagelijks bestuur) heeft de re solutie opgesteld. In een gespreksnota worden vier redenen voor een nieuw be sluit van de algemene vergade ring genoemd: de recente be sluitvorming in kerkelijke en oecumenische vergaderingen, het herhaaldelijk vastlopen van de kerkelijke dialoog met blanke kerken, de gang van za ken in Zuid-Afrika en de reac tie van de zwarte kerken op de ontwikkelingen in Zuid-Afri ka. De resolutie vraagt van de re monstranten opnieuw steun voor het anti-racismeprogram- ma van de Wereldraad van Kerken en voor het idee dat de Nederlandse regering, zo mo gelijk in het kader van de Eu ropese Gemeenschap, bij het parlement een anti-investe- ringswet met betrekking tot Zuid-Afrika indient. In een aparte resolutie kan de algeme ne vergadering zich uitspreken voor een spoedige onafhanke lijkheid van Namibië. De 'Commissie tot de Zaken' van de Remonstrantse Broeder schap stelt voor, de uitspraak over Zuid-Afrika het karakter van een 'belijdende uitspraak' te geven, 'als baken en wegwij zer bij de persoonlijke gewe tensvorming'. Beroepen Hervormde Kerk: beroepen te Loenen (op de Veluwe) D. Noordmans Franeker-Her- bayum; bedankt voor Heusden J. Kortleve Hellendoorn, voor Zevenbergen J. M. D. van den Berg Werkendam. Gereformeerde Kerken: beroe pen te Bovensmilde C. J. van der Meulen Nijkerk. Gereformeerde Kerken Vrijge maakt: beroepen te Uithuizer- meeden F. H. Folkerts Gorin- chem-Langerak, te Leusden M. Blok Enschede. Christelijke Gereformeerde Kerken: bedankt voor Veenen- daal J. P. Boiten Schiedam. Oud-Gereformeerde Gemeen ten: bedankt voor Wouden berg C. Smits Hardinxveld. Doopsgezinde Broederschap: beroepen te Amsterdam J. van der Meer Nijmegen. Evangelisch-Lutherse Kerk: aangenomen naar Eindhoven kandidaat mevrouw T. K. van Dam Heusden. Eredoctoraat. De Groningse universiteit heeft een eredocto raat toegekend aan de her vormde emeritus-predikant J. J. Kalma in Leeuwarden. Ds. Kalma (77) heeft veel gepu bliceerd over het kerkelijke le ven in Friesland en de Friese samenleving in het algemeen. Slechts twee jaar van zijn loop baan werkte hij als predikant buiten Friesland. Paus. Het is niet waarschijn lijk, dat de paus kan ingaan op de uitnodiging van de Tsjecho- slowaakse bisschoppen om een bezoek aan hun land te brengen, zo verklaarde een Va ticaanse woordvoerder desge vraagd. Volgens een vlugschrift dat on der rooms-katholieken in Tsje- cho-Slowakije circuleert, zou de paus de uitnodiging 'heel gaarne aanvaarden als de om standigheden dit toelaten'. Het Vaticaan kreeg onlangs 17.000 handtekeningen van Tsjecho- slowaakse gelovigen die hem vroegen de uitnodiging aan te nemen. .De paus heeft de aartsbisschop van Praag, kardinaal Tomasek, zijn dank betuigd voor de uit nodiging.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 6