'Als het de mensen
raakt komen ze wel
Splitsing Zuid-
Holland gestrand?
Lutherse synode tegen schorsing blanke kerken
Mr.Vrolijk vertrekt als commissaris der koningin Z-Holland
DONDERDAG 17 MEI 1984
DEN HAAG - „Het is
duidelijk dat de gevol
gen van de spreiding van
de rijksdiensten niet al
leen Den Haag maar ook
Leiden zullen treffen. De
werkloosheid in de
Haagse regio is al zo ver
schrikkelijk hoog. Een
belangrijk deel van de
werkgelegenheid dreigt
de randstad nu te wor
den afgenomen. Ik ga
niet zo ver dat ik zeg: ik
moet het nog zien gebeu
ren. Maar echt, het laat
ste woord over het ver
trek van de PTT-top is
nog niet gesproken.
Neem dat maar aan".
Aldus de commissaris der konin
gin in Zuid-Holland, mr. Maar
ten Vrolijk, aan de vooravond
van zijn afscheid van het ambt,
eind mei. Hij wil eigenlijk hele
maal niet over de laatste actue
le zaken praten, liever over an
dere dingen uit zijn ambtster
mijn van twaalf jaar. Maar net
als de mogelijke splitsing van
de provincie Zuid-Holland,
komt ook de voorgenomen
verhuizing van de PTT-top uit
Den Haag naar Groningen tel
kens terug in het gesprek.
door
Hans Sonders
"Er is wel geschreven, dat ik het
bij de strijd om de PTT-top heb
moeten afleggen tegen de in
vloed van de commissarissen
van de koningin uit Friesland
en Groningen. Maar niet ik heb
iets verloren, Zuid-Holland
raakt iets kwijt. Ik houd niet
van te persoonlijke beleidsac
ties. Daarbij was ons pleidooi
erop gericht de hele spreiding
tegen te houden, omdat dat
eenmaal genomen besluit nu
niet meer goed is. Maar dat
bleek vooralsnog een gepas
seerd station". En, bijna gela
ten, voegt hij eraan toe:"Ik heb
wel eens de indruk dat de he
ren landsbestuurders denken:
dat Den Haag is zo dichtbij, dat
redt zich wel".
De discussie over de splitsing
van Zuid-Holland, die dezer
dagen wellicht definitief van
de baan lijkt te zijn, brengt
Vrolijk ertoe te pleiten voor
duidelijkheid. "Vooral voor de
ambtenaren moet er helder
heid komen of de splitsing en
daarmee de uitverkoop van
Zuid-Holland nu nog doorgaat
of niet" Vrolijk is er in elk ge
val tegen, maar dat is geen
Journalist
De scheidende commissaris is
zijn loopbaan in 1936 als jour
nalist begonnen en ondanks de
vele bestuurlijke functies daar
na heeft hij het vak eigenlijk
nooit helemaal losgelaten. "Ik
zeg nog vaak als ik 's morgens
thuis wegga: dag, ik ga naar de
krant, hoor. Ik ben ook die
journalistieke sfeer nooit hele
maal kwijtgeraakt, ik neem
daardoor mijn medebestuur
ders dikwijls met een korreltje
zout. Ook zijn dé eigenschap
pen van een journalist, nieuws
gierigheid en je overal mee wil
len bemoeien, me in m'n be
stuurlijke werk zeer van pas
gekomen". Zo zegt hij, bijna
gniffelend, dat het voor hem
ondoenlijk is aan te geven in
welke functie hij zich nu het
meest op zijn plaats heeft ge
voeld. "Dat weiger ik altijd, dat
vind ik veel te moeilijk".
Na twee jaar als leerling-journa
list bij het christelijk-histo-
risch blad 'De Nederlander' en
via Het Vrije Volk, de Regiona
le Dagblad Pers en weer Het
Vrije Volk, is Vrolijk vele jaren
voorzitter geweest van een
journalistenforum voor de VA-
RA-radio. In 1956 werd hij lid
van de Tweede Kamer, in 1962
tevens lid van de gemeente
raad in Den Haag en nog in
datzelfde jaar werd hij be
noemd tot wethouder van on
derwijs, kunsten en sportza
ken van de residentie. Tot me
dio 1963 bleef hij lid van de
Tweede Kamer, maar in 1965
werd hij al weer tot het lands
bestuur geroepen toen zijn par
tij, de PvdA, een beroep op
hem deed om minister van cul
tuur, recreatie en maatschap
pelijk werk te worden in het
kabinet-Cals.
"Er waren er toen wel die zeiden:
moet een journalist nu minis
ter worden?". Aan-zijn periode
als bewindsman kwam al het
jaar daarop, in de bekende
nacht van Schmelzer, onver
wacht een einde. Vrolijk be
kent nu dat hij het kabinet-
Cals, politiek gezien, nooit
heeft zien zitten. "Achterafheb
ik dus gelijk gekregen met
mijn twijfels, maar ik was mijn
wethoudersschap wel mooi
kwijt". Een beetje tegen zijn
zin keerde hij in 1967 terug
naar de kamerbanken, overi
gens niet voor lang, want per 1
april 1972 werd Vrolijk be
noemd tot commissaris der ko
ningin in Zuid-Holland.
Belangstelling
De nu vertrekkende commissa
ris meent dat de belangstelling
van de bevolking voor het pro
vinciaal bestuur toeneemt. "Ik
beweer niet, dat die belangstel
ling even groot is als voor het
bestuur van de gemeente.
Maar als het de mensen raakt,
dan komen ze wel. Bijvoor
beeld als het gaat over de plan
ning voor de bouw van bejaar
denhuizen. Dan zitten de tribu
nes hier stampvol. En ook de
belangstelling voor milieuza
ken wordt steeds groter. Re
ken maar dat de mensen in
Lekkerkerk weten wat de pro
vincie voor ze kan doen. Bo
vendien zijn we rechter in ge
schillen over bijstand. En zo is
er nog veel meer".
Toch is de geringere betrokken
heid van de bevolking bij het
bestuur van de provincie niet
overdadig. Dat blijkt bijvoor
beeld bij bij verkiezingen. Vro
lijk wil niet ontkennen dat bij
de verkiezingen voor de Staten
de landelijke trend wordt ge
volgd en dat er niet wordt gelet
op de individuele verdiensten
van statenleden of op hun par
tijprogramma's. Hij vindt dat
jammer.
"Dat kan alleen maar veranderen
als de bestuurlijke reorganisa
tie meer vorm krijgt, dan ko
men we wel dichterbij te
staan". Als voorbeeld noemt
Vrolijk de provinciale directie
voor de volkshuisvesting. Af
gaande op de naam denkt me
nigeen dat deze directie een
provinciale instantie is, terwijl
het in feite een rijksdienst op
provinciaal niveau betreft. Vol
gens Vrolijk zou een dergelijke
instantie een echte provinciale
aangelegenheid moeten wor
den, maar elk concreet voor
stel in die richting leidt tot ge
twist. "De departementen blij
ken dan geen taken, dus macht
en invloed, te willen afstaan',
zo schildert Vrolijk dit moeiza
me proces.
Jacquet
Het ambt van commissaris heeft
Vrolijk in zijn twaaLfjarige pe
riode zowel qua vorm als qua
inhoud sterk zien veranderen.
"Mijn jacquet blijft goeddeels
in de kast hangen. En sollici
tanten 'op audiëntie' ontvan
gen is er ook niet meer bij. Een
commissaris der koningin is
dus geen overleefd instituut,
zo dat al gedacht mocht wor
den. Het ambt is veranderd,
ook de commissarissen heb
ben zich aangepast". Overi
gens stelt Vrolijk de gekozen
bestuurders in het college van
Gedeputeerde Staten boven de
benoemde commissaris en
voorzitter hiervan. "Zij hebben
het primaat". Maar dat een li
berale of een socialistische
voorzitter daarom lood om oud
ijzer zou zijn, gaat hem te ver.
"Hoewel ik meestal de voor
keur geef aan de keuze van de
eerste rapporteur in een zaak,
van welke politieke kleur dan
ook, zijn er natuurlijk princi
piële zaken, bijvoorbeeld de
openbaarheid, waarin ik dui
delijk kleur beken".
Een belangrijke taak van een
commissaris der koningin is
zijn rol bij de benoeming van
burgemeesters. De commissa
ris doet een aanbeveling aan de
minister die deze wel of niet
volgt. Volgens Vrolijk zijn de
diverse ministers in wel 27 van
de 125 gevallen van zijn aanbe
velingen afgeweken, omdat hij
zelf meer let op de politieke
verhoudingen in de gemeente
raad waar de 'eerste burger'
moet functioneren dan op de
landelijke verhouding qua po
litieke kleur van de burge
meesters. De 'profielschets' die
de gemeenteraad opstelt en
waaraan de nieuwe burgerva
der zou moeten voldoen, is vol
gens Vrolijk overigens van be
trekkelijke betekenis. "Ik let er
natuurlijk wel op als de raad ie
mand met specifiek bestuurlij
ke ervaring vraagt of met inte
resse in welzijn of economie,
maar de bedoeling is dat de
kandidaten hieruit lering trek-
Mr.
Maarten
Vrolijk:
journalistieke
sfeer nooit
helemaal
kwijtgeraakt.
ken. En dat verwacht ik ook".
Zijn ervaring met de huidige
praktijk, waarbij een zoge
noemde vertrouwenscommis
sie uit de raad enige kandida
ten hoort, noemt Vrolijk posi
tief. "Ik heb veel vertrouwen in
haar oordeel".
Nevenfunctie
Vrolijk blijkt niet ontevreden
over de kwaliteit van 'zijn' sta
tenleden. "Ze tonen over het
algemeen een grote betrokken
heid bij het bestuur en werken
hard. Het is daarom spijtig dat
bij de verkiezingen de kiezers
meer kijken naar hun landelij
ke collega's dan naar de pro
vinciale bestuurders". On
danks zijn waardering waar
schuwt hij ieder nieuw staten
lid niet op de stoel van de dage
lijks bestuurders te willen
gaan zitten. "Ze moeten zich
blijven realiseren dat zij een
nevenfunctie vervullen. De le
den van het college daarente
gen zijn full-time bestuur
ders".
Behalve de gifvondsten in diver
se Zuidhollandse gemeenten
noemt Vrolijk de twee gijze
lingszaken, in de Franse am
bassade en in de Scheveningse
gevangenis, als de hoogte- of
dieptepunten van zijn periode
als commissaris der koningin.
"Vooral de laatste was een in
drukwekkende ervaring. Ik
ben er overigens niet rouwig
om dat het bij die twee is ge
bleven", voegt hij er nu aan
toe.
Met plezier denkt Vrolijk terug
aan de werkbezoeken die hij
de afgelopen jaren heeft ge
bracht aan de Zuidhollandse
gemeenten. "Ik denk dat ik ze
allemaal drie keer heb aange
daan. De contacten waren er
goed, je kon zaken doen".
Na zijn afscheid blijft Vrolijk
niet stilzitten. "Ik blijf iets
doen in de volksgezondheid,
ben gekozen als voorzitter van
de Haagse kunstkring en
wordt president-commissaris
van het Vrije Volk in Rotter
dam".
Van '46 tot '48 was Vrolijk bij de
ze krant parlementair verslag
gever en tot '56 chef van de
parlementaire redactie. Het
krantenvak heeft hem dus ei
genlijk nooit losgelaten, dat
was al zo en dat is al die jaren
ook zo gebleven.
DEN HAAG - Nu de splitsing van
de provincie Zuid-Holland te elf
der ure lijkt te stranden, is de
grootscheepse bestuurlijke reor
ganisatie van Nederland weer te
rug bij af. En dat gebeurt dan on
danks alle grote en ingrijpende
plannen die de afgelopen 26 jaar
ter tafel zijn gekomen.
l'och bestaat de indruk dat er wel
degelijk iets is overgebleven van
het wetsontwerp waarmee het
een kwart eeuw geleden allemaal
is begonnen. Het wetsontwerp
dat de instelling zou moeten re
gelen van 44 gewesten naast de al
bestaande elf provincies. Im
mers, de behandeling van de
nieuwe wet op de gemeenschap
pelijke regelingen staat deze
maand op de agenda van de
Tweede Kamer. In deze wet
moet de indeling van gemeenten
in zogenoemde samenwerkings
gebieden gestalte krijgen. Daar
mee wordt een vorm van samen
werking in het leven geroepen
die is te vergelijken met de
gewesten van weleer.
Maar de nieuwe wet voorziet niet
in gekozen gewestraden. Even
min za: er sprake zijn van een
vierde bestuurslaag naast rijk,
provincie en gemeente, waar het
destijds allemaal om begonnen
was. Die vierde bestuurslaag, zo
was oorspronkelijk de gedachte,
moest de gapende kloof vullen
die bestuurlijk Nederland voelde
tussen de provincies en de ge
meenten. De behoefte aan meer
bestuursorganen was vooral op
gekomen in de na-oorlogse jaren
toen de verschillende overheden
zich steeds meer en ook indrin
gender gingen bemoeien met het
openbare leven. De opvattingen
over de taak van de overheid wa
ren inmiddels ook sterk veran
derd. Er moest voortaan niet al
leen op de winkel worden ge
past, nee, de overheid wierp zich
allengs op tot albehoedster van
de verzorgingsstaat.
Geen meerderheid
Het grootse plan om het land op te
sieren met een aanzienlijk aantal
nieuwe gewesten, heeft echter
nooit een duidelijke politieke
meerderheid gekregen. De toen
malige minister van binnenland
se zaken, De Gaay Fortman, liet
het in 1975 verdwijnen in het
ronde archief, de prullenmand.
Hij kwam met een ander plan, er
zouden 26 provincies-nieuwe-
stijl moeten komen met meer ta
ken en bevoegdheden dan de be
staande provincies. Maar die ta
ken en bevoegdheden, voorna
melijk op het gebied van de
ruimtelijke ordening, zouden de
gemeenten dan moeten afstaan
ten behoeve van die nieuwe pro
vincies. Geen wonder dat de ge
meenten zich fel tegen het plan
keerden. De'provincies zagen er
trouwens ook niets in, omdat zij
zouden worden opgedeeld en
verknipt in meer dan tweemaal
zoveel nieuwe bestuurlijke een
heden.
Ondanks de weerstand is in 1976
toch een wetsontwerp voor de
vorming van 24 provincies bij
het parlement ingediend. Daarna
heeft minister Wiegel dit aantal
teruggeschroefd naar 17 provin
cies en hij kwam ook de gemeen
ten enigszins tegemoet die vrees
den dat hun te veel taken werden
afgenomen.
De reacties op dit wetsontwerp
leidden er evenwel toe, dat het
plan voor 17 provincies al weer
vlug van de baan was, waarna de
zogenoemde elf-plus-variant
werd bedacht: de bestaande pro
vincies plus de nieuw te vormen
provincies Twente, Flevoland en
Mid den-Holland. Het was de hui
dige minister van binnenlandse
zaken, Rietkerk, die vervolgens,
begin 1983, het wetsontwerp
voor de vorming van een provin
cie Twente heeft ingetrokken.
Eerder had hij al afscheid geno
men van de gedachte aan meer
provincies met ruimere taken en
grotere bevoegdheden, zdals
neergelegd in het wetsontwerp
ACHTERGROND
reorganisatie van het binnen
lands bestuur, een ontwerp dat
dateert van 1976.
Voorwaarden
Met name de intrekking van dit
laatste wetsontwerp voedde de
weerstand van de provincie
Zuid-Holland tegen de voorge
nomen splitsing. Het provincie
bestuur wil alleen met een even
tuele splitsing instemmen als
aan drie voorwaarden is voldaan:
Taken van het rijk moeten naar de
nieuwe provincies worden over
geheveld, en dat moeten dan ta
ken zijn die ook werkelijk iets te
betekenen hebben.
- Er moeten provincies-nieuwe-stijl
komen, dat wil zeggen, provin
cies die beter in staat zijn de re
gionale, bovengemeentelijke
problemen op te lossen.
de nieuw te vormen provincies
moeten kunnen rekenen op vol
doende geld om de de nieuwe ta
ken goed te kunnen vervullen.
In het parlement blijkt die zozeer
gewenste verruiming van taken
en bevoegdheden van de nieuwe
provincies het struikelblok te
worden voor het hele wetsont
werp. De fractie van de F*vdA in
de Tweede Kamer heeft de rege
ring gevraagd het wetsontwerp
voor de splitsing van Zuid-Hol
land zodanig te wijzigen dat er
toch een soort provincies-nieu
we-stijl kunnen komen. In af
wachting daarvan heeft de frac
tie haar stem voorbehouden. De
CDA-fractie toonde zich bijna
onomwonden voorstander van
de splitsing en heeft onlangs ver
klaard met de PvdA nog wel over
verruiming van bevoegdheden te
willen praten. Of het CDA ver ge
noeg aan de wensen en verlan
gens van de socialisten tegemoet
zal komen, is echter nog onzeker.
De WD heeft zich uitgesproken
tegen het wetsontwerp om Zuid-
Holland te splitsen.
Minister Rietkerk heeft de Kamer
inmiddels laten weten, dat hij de
suggesties van PvdA en CDA in
zake extra bevoegdheden voor
de beide nieuw in te stellen pro
vincies in Zuid-Holland, niet kan
volgen. Ook wijst hij op de finan
ciële problemen van de overheid,
waardoor het volgens hem
steeds moeilijker wordt de split
sing te laten doorgaan.
Als het wetsontwerp inderdaad
wordt ingetrokken, de minister
en de Kamer spreken hierover
begin juni, rest de vraag wat er
moet gebeuren met het openbaar
lichaam Rijnmond, die boven
gemeentelijke en onder-provin
ciale bestuursinstantie die alvast
vooruitliep op de vorming van
een nieuwe provincie Zuid-Hol
land.
Rietkerk heeft echter al duidelijk
gemaakt dat hij de gedachte aan
deze 'vierde' bestuurslaag af
wijst, evenals de Kamer overi
gens.
„En als Rijnmond valt, dan gaan de
plannen voor een provincie Fle-
vopoldcr ook met meer door en
zijn we, behalve de wet gemeen
schappelijke regelingen dus, ge
woon weer bij af', voorspelt mr.
E.J. Meijer, directeur algemene
juridische zaken van de Vereni
ging van Nederlandse Gemeen
ten (VNG).
HANS SONDERS
De Arnhemse predikant A.
Burghoorn is de nieuwe presi
dent (voorzitter) geworden van
de evangelisch-lutherse syno
de. Hij volgt dominee W. Bleij
uit Amstelveen op, die dit ne
gen jaar is geweest.
Ds. Burghoorn, in Delft geboren,
is 56 jaar en heeft als predikant
eerder gewerkt in Edam, Ede
en Apeldoorn. In 1976 ging hij
naar Arnhem.
De lutherse synode heeft nog
geen opvolger benoemd voor
dr. C. H. Lindijer als hoogle
raar aan het evangelisch-lu-
thers seminarie. Dat zal waar
schijnlijk in november gebeu
ren. Professor Lindijer treedt
in augustus vervroegd uit. Hij
doceert praktische theologie
(pastoraat), bijbelse theologie
en ethiek aan de kerkelijke op
leiding bij de theologische fa
culteit in Amsterdam.
Evenmin nam de synode een be
slissing over het voorstel van
Afrikaanse zusterkerken om
deze zomer de twee blanke lu
therse kerken van Zuid-Afrika
te schorsen als lid van de Lu
therse Wereldfederatie om hun
steun aan de apartheidspoli
tiek. Op de vergadering van
het uitvoerend comité van de
Wereldfederatie in Boedapest
zal namens de Nederlandse lu
theranen wel worden ver-
klaard, dat uitsluiting van
zwarte christenen van het
avondmaal in strijd is met de
lutherse belijdenis.
Niet zinnig
De synode gaf steun aan de be
sprekingen die in Zuid-Afrika
tussen zwarte en blanke luthe
ranen op gang zijn gekomen.
De Wereldfederatie zal worden
gevraagd, dit proces voort te
zetten, "opdat er in Zuid-Afri
ka een solidaire kerk kan ont
staan".
Voorzitter ds. Bleij vond het niet
zinnig, kerken eruit te sturen.
"Als je als kerken een familie
bent, moet je je daarnaar ook
gedragen. Een kind dat zich
verkeerd gedraagt zet je niet
zomaar buiten de deur". Bleij
had ook gezegd, dat de kerken
eikaars zonde moeten verdra
gen. Ter verduidelijking ver
klaarde hij later, dat hij daar
mee de toestand in Zuid-Afri
ka zeker niet wilde bagatellise
ren. "Apartheid is volstrekt
verwerpelijk".
De Haagse predikant dr. A. J.
Maasdorp, Namibiër van af
komst, hield de synode voor,
dat solidariteit met de onder
drukten voorop moet staan. De
Wereldfederatie kan, naar zijn
mening, alleen afzien van
schorsing als er alternatieven
zijn, zoals een boycot tegen
Zuid-Afrika en terugtrekking
van investeringen. "Alleen
door solidariteit met de onder
drukten kan er eenheid tussen
de kerken in Zuid-Afrika ko-
Beroepen
Gereformeerde Kerken Vrij
gemaakt: beroepen te Gronin-
gen-Zuid H. van den Berg
Hoek. Nederlands Gerefor
meerde Kerken: beroepen te
Utrecht J. C. Schaeffer Em-
meloord.
Opbouwwerk. Het algemeen
bestuur ('breed moderamen')
van de Gereformeerde Kerken
in Nederland heeft goedge
keurd, dat het echtpaar Ton en
Margje Roos missionair op
bouwwerk gaat doen in
Amersfoort-Noord. Het echt
paar, dat tien jaar in Brazilië
heeft gewerkt, zal worden be
taald uit de zendingsbegroting
van de Gereformeerde Kerken.
Met dit besluit zit het breed mo
deramen op de lijn van de sy
node, die in november vorig
jaar uitsprak, dat kennis en er
varing van overzeese kerken
nuttig gemaakt moeten wor
den voor het missionaire werk
in eigen land.
Voorlopig zal het echtpaar Roos
drie jaar in Amersfoort
werken. Volgens de plannen
zullen daar op het gebied van
de vroegere gemeente Hoog
land binnen tien jaar 15.000
woningen worden gebouwd.
Men denkt in dit deel van Amers
foort aan een nieuwe manier
van gemeente-opbouw, waar
bij het accent meer ligt op het
samenbrengen van buurtbe
woners in kleinschalige vierin
gen.
Herziening. De synodecom
missie voor kerkordelijke za
ken van dc Gereformeerde
Kerken in Nederland buigt
zich op het ogenblik over de
vraag, hoe de meer dan 70 ver
zoeken om herziening van het
synodebesluit inzake de kern
bewapening (geen kruisraket
ten) moeten worden behan
deld. Dat deelt het bestuur
(moderamen) van de synode
mee in een brief aan de kerke
raden.
zal moeten na
gaan, of de bezwaren tegen het
synodebesluit zo dwingend
zijn, dat de tegenwoordige sy
node ze in het najaar nog moet
behandelen. Uit een oogpunt
van objectiviteit kan het juist
van belang zijn, de verzoeken
om revisie aan de volgende sy
node door te geven. De synode
kan op z'n vroegst in oktober
hierover een uitspraak doen.
Overigens bestaat er, volgens het
breed moderamen in zijn brief
aan de kerkeraden, dringend
behoefte aan opheldering over
de aard van synode-uitspraken
die een getuigenis bevatten tot
overheid en volk.
Bouwplaat. De uitgeverij J. N.
Voorhoeve (Den Haag-Kam
pen) heeft een bouwplaat van
de hervormde kerk in Ulrum
(Gr.) op de markt gebracht, dit
ter gelegenheid van het feit dat
zich 150 jaar geleden in en rond
deze kerk de eerste afschei
ding van rechtzinnigen van de
Hervormde Kerk voltrok. De
bekende Hendrik de Cock was
daar toen predikant.
Mannelijk. Het is niet nodig
alle mannelijke woorden
waarmee God wordt aange
duid te verwijderen, maar wel
zouden vrouwelijke en manne
lijke omschrijvingen elkaar
meer moeten a fwisselen. De sy
node van de Verenigde Metho
distische Kerk in de Verenigde
Staten aanvaardde gisteren
een rapport daarover. Soms
zijn, volgens het rapport, om
schrijvingen van God niet no
dig of kan God worden aange
duid met woorden als 'bron
van leven' of 'goed baken'.
Enkele synodeleden verwachtten
nogal wat onrust in de gemeen
ten over deze aanbevelingen,
die ook van invloed zouden
moeten zijn bij het maken van
een nieuw liedboek. Velen zul
len geen afstand willen doen
van woorden als Vader, Zoon.
Koning en Heer. De synode
doge
nder
inelijke godsbeeld vasthou-