AUTO Samengesteld door Koos Post
Dure
sier
Opvallend rustige Renault 11GTX
Verdienstelijk debuut van J.N. Meijsing
Na een eeuw
Vechten'
Duitsers en
Fransen nog
steeds over
de eerste
automobiel
Ruime oogst aan Nederlandse thrillers
VOENSDAG 28 MAART 1984
Varia
PAGINA 13
l uto
\llegaar
De juiste' cijfers ontbreicen,
maar ruw geschat worden er
jaarlijks enkele honderden
miljoenen uitgegeven voor
het 'versieren' van auto's.
Bij Volkswagen- en Audi-im-
porteur Pon in Leusden heb
ben ze er een speciale afde
ling voor in het leven geroe
pen, die onder de algemene
merknaam 'Autoplus' zo'n
3.500 artikelen aan de man
probeert te brengen.
In het grote geheel van Pon is
het maar een zeer bescheiden
afdelinkje. Niet meer dan
twaalf man. Maar dat dozijn
is toch nog goed voor een om
zet van een slordige vijftig
miljoen per jaar. En dat is
dan nog maar één firma en
niet eens zo'n grote. Er zijn er
veel meer en veel grotere.
In feite ligt het erg simpel. De
autofabrikanten streven
naar eenvormigheid. Hoe
meer auto's .precies hetzelfde
kunnen worden gebouwd hoe
goedkoper de produktie.
Maar vele automobilisten
hebben nu juist zo'n hekel
aan die eenheidsworst. Ze
willen hun auto wat persoon
lijker hebben.
Dat kan, maar het kost geld.
Met geld kan eigenlijk alles.
De nieuwe Golf van Volkswa
gen bijvoorbeeld is nog maar
net een half jaar uit. Toch
zijn er al vijf gespecialiseerde
bedrijven, die opbouwsets
aanbieden. Zelfs de amper op
de weg verschenen nieuwe
Jetta kan al uitbundig wor
den aangekleed.
Benodigdheden voor het opvoe
ren van motoren en alle mo
gelijk (en onmogelijke) attri
buten voor het van binnen en
van buiten versieren van de
auto's vormen de bulk van
die handel. Strips, grills, lam
pen, spoilers, velgen, wieldop
pen en legio andere zaken.
Ook voor het comfort heeft
men veel over: stoelen, zonwe
rend glas en tal van andere
plesante zaken.
En niet te vergeten het audio-
gedeelte. Het percentage au
to's zonder radio aan boord is
vandaag de dag te verwaar
lozen. Maar wie thuis perfect
geluid heeft streeft dat ook in
de auto na. De kosten voor die
perfectie kunnen achter wel
eens in de duizenden lopen...
Over schoonmaakartikelen en
dergelijke zal ik het maar
niet hebben. Ze maken de buit
in die sector nog vetter.
Alfa 33 4x4
De Alfa 33 met de mogelijkheid
tot aandrijving op vier wie
len is na op diverse tentoon
stellingen in het buitenland te
zijn vertoond nu ook in Ne
derland verkrijgbaar.
Door middel van een hendel op
het middenconsole kan extra
aandrijving op de achterwie
len worden verkregen. Ideaal
op gladde wegen. Dus bij ij-
zel, sneeuw en regen. De top
van deze Alfa 33 4x4 be
draagt 165 km per uur, de
prijs bijna 32 mille.
Alfa heeft in beperkte hoeveel
heid ook een zwarte Giulietta
2,0 Turbo Autodelta op de
markt gebracht. Dankzij de
turbo heeft de motor een ver
mogen van 170 pk, waarmee
een topsnelheid van meer dan
200 km per uur bereikbaar is.
De prijs van dit actiemodel is
nog niet bekend.
Rekord Turbo Diesel
Alfa is overigens niet het enige
merk dat een nieuwe turbo in
de collectie heeft gestopt. Opel
heeft nu ook een rappe Re
kord Turbo Diesel. Binnen
zestien seconden vanuit stil
stand naar een snelheid van
100 km per uur en een top van
bijna 170 km per uur. De
prijs is nog niet bekend.
Peugeot 505 Turbo
En de Peugeot 505 Turbo Injec
tion, die al meer dan een jaar
geleden op de personenauto-
RAI in Amsterdam was te
zien, is nu eindelijk ook te
koop. Geen goedkope rakker:
maar liefst 47 mille. Maar wel
een verschrikkelijk felle en
snelle. Een acceleratie tot 100
km binnen de 9 seconden en
een top van boven de 200 km
per uur.
Cruise control
De 'cruise control' is een bekend
accessoire. Een knop indruk
ken en de auto gaat zonder
gas geven op eigen gelegen
heid verder op de gewenste
snelheid. Nu ook als inbouw-
set verkrijgbaar bij Dynad in
Assen. Ze zeggen daar in de
Drentse hoofdstad, dat een
kind de was kan doen. Ieder
een moet het kunnen inbou
wen. Dat heb ik meer ge
hoord, maar ik ben er erg hui
verig voor. Wie wil rijden
zonder voet op het gaspedaal
kan het nu voor nog geen
vierhonderd gulden probe
ren.
Links Delamare-Deboutteville
met zijn bewaard gebleven teke
ning. Rechts boven Gottlieb
Daimler en onder Karl Benz, met
hun eerstelingen.
Na honderd jaar zijn Fransen en
Duitsers het er nog steeds niet
over eens wie het recht van de
eerste auto voor zich mag opei
sen.
Erger nog, ze zitten elkaar er op
nieuw over in de haren. Nu het
eerste eeuwfeest op komst is
laaien de hartstochten weer
leuk op.
Want nauwelijks heeft de Franse
organisatie van autofabrikan
ten (Chambre Syndicale des
Constructeurs d'Autombiles,
zoals dat in zangerig Frans
heet) aangekondigd dat er in
juni in Parijs een groots opge
zette tentoonstelling van hon
derd jaar Franse auto's op
touw zal worden gezet, of de
Westduitsers zijn er als de kip
pen bij om te laten weten, dat
het dezer dagen anderhalve
eeuw geleden was dat ene
Gottlieb Daimler werd gebo
ren.
Men voelt het al, daar blijft het
niet bij. Want uit de door 'Het
Huis' (Daimler Benz natuur
lijk, of gewoon Mercedes) bij
gevoegde informatie blijkt dat
deze Gottlieb al in december
1883 patenten kreeg voor zijn
verbrandingsmotor.
Dat is dus al meer dan honderd
jaar geledén. Maar het duurde
twee jaar voor deze motor in
een soort motorfiets werd inge
bouwd. En toen nog een jaar
voor dat hij een plaats kreeg in
een koets. En in datzelfde jaar
1886 ontwikkelde de heer Karl
Benz een driewielige auto, op
basis van een licht rijtuigje.
Modellen van deze voertuigen
bestaan nog, ze zijn te vinden
in het Daimler-Benz Museum
in Stuttgart. Daimler-Benz is
dan ook vast van plan deze ex
emplaren tot middelpunt te
maken van het eerste eeuw
feest van de auto in 1986 en
dan meteen het honderdjarig
bestaan van het bedrijf te vie-
Op 3 juli 1886 was in de Neue Ba-
dische Landeszeitung een be
richt te vinden over 'een proef
rit op de Ringstrasse met een
door gas aangedreven veloci
pede, geconstrueerd in de
Rheinische Gasmotorfabriek
van Benz en Co'. Toen kon
men het dus ook van overdach
te zijde horen. Het stond in de
krant. Daimler-Benz zal zich
dat feestje over twee jaar be
slist niet laten ontnemen.
Frankrijk
Maar hoe komen de Fransen dan
aan dat eeuwfeest?
Heel eenvoudig, volgens hen was
er al in begin 1884 een Frans
man, ene Edouard Delamare-
Deboutteville, die een proefrit
maakte in een door hemzelf en
zijn chef werkplaats Léon Ma-
ladin vervaardigde auto.
Het grote probleem is echter, dat
de Fransen dat exemplaar niet
meer hebben. Het is niet be
waard gebleven. Ze kunnen
vandaag de dag dus niet meer
presenteren dan een goed ge
loof, een tekening van de auto
van Delamare-Deboutteville
en een patent dat hem op 12 fe
bruari 1884 werd verleend.
Voor de Fransen is dat voldoen
de. Maar vast staat wel dat het
tot 1890 duurde alvorens er in
Frankrijk een produktie van
auto's op gang kwam. Bij Pan-
hard en Levassor. Een jaar la
ter kwam Peugeot erbij.
Maar de Fransen hebben nog wel
wat andere indrukwekkende
data achter de hand.
In 1894 werd in Frankrijk de
eerste autosport ter wereld be
dreven: Parijs Rouaan.
Een jaar later ging de fameuze
wegrace Parijs-Bordeaux voor
de eerste maal van start.
In datzelfde jaar kwam 's we
relds eerste automobielclub in
Frankrijk van de gTond.
In 1898 werd ook in La douce
France 's wereld eerste auto
tentoonstelling gehouden: 'Le
salon de l'automobile' in Pa
rijs.
Uit al die feiten menen de Fran
sen het recht van de eersteling
te kunnen ontlenen. Ze vieren
het eerste eeuwfeest niet alleen
met een tentoonstelling in Pa
rijs, maar ze gaan ook - aan de
hand van de bewaard gebleven
tekeningen - het patent van
Deboutteville van 1884 nabou
wen. De bouwers willen de wa
gen zo maken dat er echt mee
kan worden gereden. Eind mei
moet hy meerijden in de her-
denkingsrit van Parijs naar
Rouaan.
Ook kleine diesel van Citroën
Citroën heeft nu ook een kleine diesel. In Frankrijk zijn de diesel
versies van de Visa geïntroduceerd.
Het zal echter zeker tot het najaar duren voordat deze wagens naar
ons land zullen worden geëxporteerd. Dan zullen ook de prijzen
worden vastgesteld.
Deze Visa's zijn uitgerust met een van de BX-dieselmotor afgelei
de viercilinder krachtbron van 1769 cc inhoud en met een ver
mogen van 60 pk. Goed voor een topsnelheid van 160 km per
uur. Citroën zegt veel te hebben gedaan aan de geluidsisolatie.
Als gemiddeld verbruik wordt opgegeven ongeveer 1 op 18! y
Hoe populair het 'versleren'
van auto's Is blijkt heel duide
lijk bij de nieuwe Golf van
Volkswagen. Een half jaar op
de markt en reeds bieden vijf
gespecialiseerde bedrijven
een .bouwpakket' aan.
RIJ-
IMPRESSIE
De Renault 11 is alweer een jaar
in ons land. Een kleine mid
denklasser, rechtstreeks afge
leid van de Renault 9, die eens
met veel pracht en praal tot
'auto van het jaar' werd ge
kroond. De negen kreeg de
neus van de Amerikaanse ver
sie (de Avenue) en er werd een
panoramische achterruit la
de Fuego) tegenaan geplakt en
voilé, daar stond de Renault 11.
Aanvankelijk alleen te koop met
de 1100 cc en 1400 cc motoren,
die ook al in de 9 te vinden wa
ren. In augustus vorig jaar
kwamen daar nog eens een die
seluitvoering en een automaat
bij. En het zal na deze inleiding
niemand verbazen te horen dat
die diesel technisch geheel ge
lijk was aan de Renault 9 die
sel.
Nieuw leven werd er pas in de
11-serie geblazen- toen in het
begin van dit jaar een uitbrei
ding naar boven tot stand
kwam met de verschijning van
de 11 GTX en de 11 TXE Elec
tronic. Beide typen werden als
eerste Renaults voorzien van
een in eigen huis ontwikkelde
benzinemotor met een inhoud
van 1721 cc.
Bij het ontwerpen ging Renault
uit van een lichtgewicht motor
met hoge prestaties. Geschikt
zowel voor benzine als diesel.
De motor moest zowel dwars
als in de lengterichting voor in
de wagen kunnen worden ge
plaatst. Bovendien moest er
desgewenst een turbocom
pressor aan gehangen kunnen
worden.
Duidelijk is dus vanaf het begin
gedacht aan een grote toe
komst voor deze motor binnen
het Renault-concern. En wel
licht ook daarbuiten. Het was
inderdaad prettig kennisma
ken met deze krachtbron. Op
vallend soepel en rustig.
Ik heb een tijdje zo'n 11 GTX ter
beschikking gehad. Met vijf
deuren. Dan hangt er een prijs
kaartje van 22.580 aan. De 11
TXE Electronic is maar liefst
vijf mille duurder. Maar die is
dan ook behangen met aller
hande elektronische snufjes,
inclusief een grandioze stereo
installatie.
Technisch is er echter geen ver
schil tussen de twee versies. In
beide auto's zit de 1720 cc
krachtbron onder de motor
kap, waarvan het maximum
koppel al bij 3250 toeren per
minuut wordt bereikt. Dat be
tekent grote souplesse en der
halve steeds voldoende reserve
voor een soepel rijgedrag.
Met wat doortrekken in de ver
snellingen kan men de 860 ki
logram wegende wagen in am
per twaalf seconden uit stil
stand naar een snelheid van
100 km per uur jagen. En ste
vig doordrukkend krijgt men
de naald van de snelheidsme
ter desgewenst wel voorbij de
170.
Of men naar die top moet klim
men is een andere zaak, want
ik vond de besturing van 'mijn'
11 GTX bij die hoge snelheden
wat aan de vage kant. Boven
dien komt er zo rijdend hele
maal niets terecht van de zui
nigheid, die Renault in de bij
gaande documentatie belooft.
Tweemaal kwam ik aan de
benzinepomp tot een verbruik
van 1 op 10,5. Dat is toch al niet
zo bar gunstig. En daarbij te
bedenken dat ik lang niet alles
uit de kast heb gehaald. Het
kan dus veel onvoordeliger.
Ik zal niet meer uitgebreid op de
auto zelf ingaan. Ik heb des
tijds, bij de introductie van de
Renault 9 mijn (positieve) zeg
je gedaan. En deze 11-serie on
derscheidt zich nu eenmaal
niet zo erg veel van die negen.
Alleen moet ik zeggen dat ik
achteraf toch niet zo bijster en
thousiast ben over die kantel
bare kuipstoelen op één poot.
Ik rijd nogal rechtop zittend.
Volgens de ontwerpers van die
stoel is dat kennelijk niet naar
behoren, want hoe ik de zetel
ook kantelde, ik bleef voor
mijn gevoel teveel achterover
zitten.
Maar goed, dat is een detail. Alles
bij elkaar is deze Renault 11
(net als de negen) een prettig
comfortabele en compleet uit
geruste auto. De GTX is uitge
rust met een vooral door zijn
souplesse en rust opvallende
motor. Als men kiest voor de
op onze wegen toegelaten snel
heid of iets daarboven hoort
men deze krachtbron niet of
nauwelijks. Dat is een fikse
verdienste voor zo'n mid
denklasser.
J.N. Meysing
(fotoGPD)
J.N.Meijsing is de derde uit een
Haarlems gezin die zich aan
schrijven te buiten gaat. Hij de
buteert op 38-jarige leeftijd met
een thriller. Een op zichzelf niet
onverdienstelijk debuut, al heb
ik er wat moeite mee een kleine
200 bladzijden op stap te zijn met
een totaal onbekende man.
Deze anonieme ik - die op de ook
al vage achtergrond een geschei
den vrouw, twee kinderen en een
weinig concreet vriendinnetje
heeft - is verbonden aan een
nogal ongrijpbare afdeling van
het ministerie van binnenlandse
zaken. Een afdeling, die alles te
maken heeft met het rekbare be
grip veiligheid.
De club staat onder leiding van de
weinig innemende, maar zeer ge
wiekste heer Berger. Een nogal
cliché-matige man. Eentje, die
we vooral in Britse spionagever
halen bij herhaling kunnen te
genkomen. Een bikkelharde lei
der, die alles weet, alles goed in
schat, geen populariteit zoekt, bij
wie alleen het resultaat telt.
Gelukkig voor deze Berger is onze
ik begenadigd met een feilloze
intuïtie. Als er een collega van
hem is neergeslagen, gaat hij als
een dolende ridder te keer, maar
merkwaardig genoeg grijpt hij
steeds raak. Krakers, onroerend-
goedmagnaten en een aantal lou
che figuren, wie hij ook bena
dert, ze hebben allemaal wel iets
met 'de zaak' uitstaande. Wat die
'zaak' precies inhoudt wordt te
gen het einde omstandig uit de
doeken gedaan. Als ik het goed
heb begrepen moest er onwille
van de politiek juist niets gebeu-
Ondanks alle onwaarschijnlijkhe
den zit het wel aardig in elkaar,
maar het boek stond toch niet op
het lijstje, dat ik aan een kennis
heb gegeven, die voor iemand
een levendige, avontuurlijke
thriller wilde kopen.
Ook bij Sijthoff is (in zeer eenvou
dige uitvoerig) verschenen het
wat wonderlijke, maar makkelijk
leesbare moordverhaal 'Moord
na de maaltijd' van routinier Ma
nuel van Loggem. Een bewer
king van zijn toneelstuk 'De
dood in de pot'.
Dat een vrouw haar professorale
echtgenoot wil vermoorden om
dat zij een minnaar heeft, is op
zichzelf geen origineel gegeven.
De handelsreiziger, die dan op
duikt en haar aanbiedt de organi
satie van deze klus op zich te ne
men, is minder alledaags. De
man weet alles al. Uit de compu
ter. 'Want wij bestaan allemaal
als magnetische impulsen in de
tekendragers van gigantische
werktuigen', laat Manuel van
Loggem hem zeggen.
Het slachtoffer weet als mycoloog
alles van paddestoelen. Zijn
vrouw ook. Maar zij moet erva
ren, dat hij daarmee een vreem
der potje kan koken dan zy ver
wachtte. Anders gezegd, het
loopt allemaal niet zo rechtlijnig
als na de inleiding zou mogen
worden verwacht. Maar dat is
juist een van de charmes van
Van Loggems verhaal, waarin te
gen de trend in de misdaad wel
de moeite loont.
De derde misdaadroman van Hel-
linga sr. alweer. Opnieuw met de
eigengereide, dikke dorpsdokter
Joris Joris in de speurdersrol.
Het gaat ditmaal om moorden, ge
pleegd met een lang dun voor
werp. In de volksmond alras
'breinaaldmoorden' genoemd.
Hellinga sr. gaat grove effecten
niet uit de weg. Neem bijvoor
beeld pagina 16.
'....hij had nu genoeg gezien om te
geloven dat de man met het grote
hoofd waarschijnlijk een dwerg
was die op een verhoging zat. Bo
vendien zag hij, toen hij de man
recht in de ogen keek, dat die wel
een zeldzaam lelijk gezicht had
met ongewoon grove trekken,
maar dat in die ogen een goed
hartige en vriendelijke blik lag'.
Ook is de waarschijnlijkheidsfac
tor van het verhaal niet hoog, om
het vriendelijk te zeggen. Het is
onvoorstelbaar dat zoveel sensa
tie zich in en rondom zo'n dorpje
zo snel opstapelt.
Maar het leest zo lekker weg. Ik
heb het althans achter elkaar uit
gelezen. En zowaar: ook bij Hel
linga loont de misdaad.
'Liever geen politie', zegt het wel
gestelde echtpaar tegen privéde-
tective Charlie Allard als het
dienstmeisje en anderhalf mil
joen aan juwelen zijn verdwe
nen. Het komt Charlie goed uit.
Hij kan wel wat geld en erken
ning gebruiken. Maar hij kan
toch niet buiten de politie als er
lyken op zijn pad gaan liggen.
Niet één. maar diverse.
Aanvankelijk mag de politie die
vreemde vrijbuiter niet zo erg,
maar allengs groeit de waarde
ring. Charlie verliest wel zijn
vriendinnen, maar wint midde
len en relaties, zodat hy zyn een
mans praktijk kan uitbouwen en
zijn Nederlandse schepper Wal
raven gelegenheid krijgt meer
van dergelijke pretentieloze
speurdersverhalen in elkaar te
flansen.
Verhalen vol volzinnen ('Op deze
woensdagmorgen in oktober
werd het Nederlandse volk ver-
blyd met prachtig nazomer-
weer'), vol actie (een handvol do
den, onder wie een politieman),
vol speurzin (Charlie lost zijn
eerste grote zaak met het nodige
geluk op) en vol toekomst: hij
komt terug als 'private eye'.
Tenslotte een bundel thrillers van
eigen bodem. Van Eddy Bertin,
Hellinga sr., Theo Joekes, Theo
Kars, Guus Luijters, Josh Pach
ter, Bernard Sijtsma, Walraven
en Janwillem van de Wetering.
Korte bewyzen, dat onze Neder
landse misdaadliteratuur op dit
moment een bloeitijd door
maakt. Grypstra en De Gier, Eli
sabeth Brederode, dokter Joris
Joris en anderen zyn weer actief
op vaderlandse bodem.
'Moord op eigen bodem', bundel Neder
landse misdaadverbalen. Versche
nen bij Loeb (J 12,50).
KOOS POST