Leiden in de wolken Het Nieuwe Denkenhoogbouw is geen taboe meer MOOI LELIJH PAGINA 4 Leiden DONDERDAG 9 FEBRUARI 1984 arm MODERNE ARCHITECTUUR EEN BESCHERMD STADSGEZICHT De nieuwbouw in de historische binnenstad van Leiden heeft zich de afgelopen jaren niet ge kenmerkt door in het oog springende architectuur. Integendeel. Het nieuwe, het schokkende, het indrukwek kende dat de moderne architectuur zou moeten kenmerken, lijkt zelfs geheel ver dwenen. tijd waarin waarin De Stijl en het Nieuwe Bouwen volop in de belangstelling staan valt de nieuwbouw in de Leidse bin nenstad juist op door een aaneenschake ling van nostalgische vormen: huisjes van baksteen met houten puntdaken, helrode pannen en erkertjes uit grootmoeders tijd. Kortom: Madurodam in het groot. Mooi of lelijk? Dat is de vraag die de gemoe deren voortdurend bezighoudt. En wat de één mooi vindt, wordt door de ander juist verafschuwd. Vast staat dat de Leidse bin nenstad in de greep is van de kleinschalig heid. Critici spreken van "kneuterigheid" of van "de nieuwe truttigheid", maar de 'gewone' Leidenaar vindt het "gezellig" en "knus". Maar bouwen is net als kleding onderhevig aan mode. Na jaren van frutsels en fratsels wordt het begin van een nieuwe bouwtrant zichtbaar. De nieuwste trend die zich afte kent is die van de compacte binnenstad met torenhoge woongebouwen. Rotterdam loopt in die nieuwe ontwikkeling voorop. Aan het Weena verrijst een woontoren van 125 meter hoog. Maar ook in Leiden heeft het idee postgevat dat het nu maar eens afgelopen moet zijn met de truttigheid. "Het roer moet om", vinden sommige amb tenaren. En de Leidse wethouder van ruimtelijke ordening, Waal, meent dat "spraakmakende architectuur niet voorbe houden mag blijven aan enkele grote ste den". In een reeks artikelen wordt het bouwen in Leiden op de korrel genomen. "De opmars van de truttigheid" werd beschreven in het eerste deel. Vandaag: Weg met de truttig heid, maar wat dan? ontwotpen door Ahrens en Kleijer. Daaronder achtendertig paalwonin gen en een woontoren in aanbouw over de Blaak in Rotterdam (ontwor pen door P. Blom). De belangstelling voor de paalwoningen is groot. In een mum van tijd waren ze uitverkocht. (A«bidii>t«wbt. Hoivtói de binnenstad woningen neer te zetten voor de oorspronkelijke binnenstadbewoners. Sterker nog: de filosofie van de hoogbou- wers staat zelfs haaks op het stre ven naar kleinschalige stadsver nieuwing. Is er dan geen ander antwoord mo gelijk op de monotone nieuw bouw zonder terug te vallen op grootschalige ontwikkelingen of ouderwetse vormen en produk- tiewjjzen? De praktijk laat zien van wel. In 1968 stelde de minis ter van volkshuisvesting een pro gramma op voor experimentele woningbouw. Paalwoningen, bolwoningen en pyramidewo- ningen zijn enkele van de specta culairste resultaten. U en ik wil len er misschien niet in wonen, Afbraak Wie willen er nu eigenlijk in een wolkenkrabber wonen? Volgens Joop ten Velden, directeur van een adviesbureau in Den Haag, zijn het vooral jonge alleenstaan den met een goede baan en de tweeverdieners zonder kinderen die graag in hoge woongebou wen dichtbij winkels, restau rants en andere uitgaansmoge lijkheden willen wonen (de Volkskrant 17 januari). Men is bereid hoge huren neer te tellen voor luxe woningen als ze maar op de juiste plek dichtbij het cen trum worden gebouwd. En dat is nu het grote verschil met de flat gebouwen uit de jaren zestig, zo menen de hoogbouw-adepten. Die stonden in saaie monotone buitenwijken en is de gemeenten en bewoners (vooral gezinnen met kleine kinderen) door de strot geduwd. "Ik denk dat ik de tijd nog wel zal meemaken dat de flats in de Merenwijk worden af gebroken", bekent ook wethou der Waal. De moderne hoogbouw is dus be stemd voor de mensen met poen, de happy few, die het eigentijds wonen op een markant punt in het stadscentrum verkiezen bo ven een kneuterig huisje in een buitenwijk. Gaat dat ook op voor Leiden of zijn woontorens voor de middelgrote steden te hoog gegrepen? Dick Tesselaar, wethouder van volkshuisvesting, legt uit dat ar chitect KI under op de eerste plaats een studie zal maken van wat er mogelijk is op het braak liggende terrein aan de Morsweg. "Als de uitkomst van die studie is dat er een hoog gebouw kan komen, dan gaan we adverteren om te zien wie daar in willen. Zijn er geen gegadigden, dan gaat het niet door", aldus Tesse laar. De chef van de directie woonruim teverdeling van de gemeente Leiden, Van der Valk, werkt thans aan een notitie waarin de woonwensen van de Leidenaren aanzien van hoogbouw op een rijtje worden gezet. Daaraan zal ook de conclusie verbonden wor den of de gemeente Leiden moet doorgaan op de ingeslagen weg of niet. Experimenten Hoogbouw, bedoeld voor een klei ne elite, mag dan het toverwoord lijken voor sommige stedelijke problemen, het staat wel op ge spannen voet met de bedoeling van de gemeente Leiden om in Wethouder Waal over hoogbouw. "Ik gun de wijk Transvaal graag ook eens iets bijzonders". (Archieff< maar er zijn mensen voor. In 1982 werd een nieuwe stuur groep (onder voorzitterschap van oud-minister Schut) geïnstal leerd die nieuwe experimenten in de volkshuisvesting moet sti muleren. Van invloed op het bouwen, in de afgelopen decennia, waren ook het architectuurtijdchrift 'Fo rum' en de Stichting Nieuwe Woonvormen, beide opgericht met als doel de eentonigheid in de bouw te doorbreken. Buiten issige woningontwerpen en ein deloze discussies over nieuwe vormen en materialen mogen niet meer dan een rimpeltje in de vijver zijn, ze hebben anderen wel geïnspireerd tot het inslaan van nieuwe wegen. Architecten als KI under, Blom, Quist, Weeber, Hertzberger en Van Eyck behoren tot de groep spraakmakende architecten die de afgelopen jaren het meest op zien hebben gebaard met hun tot de verbeelding sprekende archi tectuur. De vernieuwende kracht van een aantal van hen heeft zon der enige twijfel navolging ge kregen onder een jonge genera tie architecten. Nieuwmarkt n Amsterdam dwingt de nieuw bouw in de Nieuwmarktbuurt respect af. Tien jaar na de groot scheepse sloop voor de metro wordt op tal van plaatsen ge bouwd. Opvallend is een blok woningen met winkels aan de Antoniesbreestraat,ontworpen door architect Hagenbeek. Het is een witgepleisterd gebouw, wat maar weinig voorkomt in de nieuwbouw, met contrasterende kleuren. Terwijl elders in Nederland om de haverklap goedkope laagbouw- plannetjes worden gepresen teerd lijkt het wel alsof Rotter dam bezig is niets anders dan spraakmakende gebouwen te realiseren. Wie met de trein op het station Blaak aankomt, ziet daar een verzameling vreemde gebouwen verrijzen, die straks ongetwijfeld tot de dagtochtat tracties zullen gaan behoren: een woud van paalwoningen, een vrijwel rond gebouw met een scherpe punt dat als een potlood omhoog wijst (architect Blom) en een futuristisch bouwwerk met aan de buitenkant felgele ventilatiebuizen (Van den Broek en Bakema). Hoe men ook over dit stukje Rotterdam mag den ken, opvallend is het in elk geval wel. Kaiserstraat Zijn er weer echte meesters aan het werk in het voetspoor van Berla- ge, Rietveld en De Klerk of is er slechts sprake van een enkele stuiptrekking? Vast staat dat ook in Leiden de gedachte veld wint dat weer eens wat anders ge bouwd moet worden dan de tra ditionele eengezinswoning. Hoogbouw lijkt niet langer een taboe en wethouder Waal zegt "niet afwijzend te staan tegen over paalwoningen". De discus sie is losgebarsten. Niet dat het stadsbouwhuis kraakt in zijn voegen, maar er zijn tekenen die er op wijzen dat afwijkende ar chitectuuropvattingen een kans krijgen. Een eerste aanwijzing voor het ver anderde denken is het bouwplan dat architect Verheijen heeft ge maakt voor de Kaiserstraat. Een gedurfd plan met een moderne Op deze foto boven wethouder Tesselaar van volkshuisvesting in de bouw. Zijn collega Waal heeft sinds kort een tekentafel op z'n ka mer. Op het Leidse stadsbouwhuis wordt dan ook smalend gesproken van 'het architectenbureau TES- WA". (Archieffoto) gevel van staal en glas. Voor het terrein van de voormalige Zout keet aan de Oude Singel is, op verzoek van de gemeente Lei den, architect Nord ingehuurd om het bestaande plan van Tref fers en Polgar te vervolmaken. In het ontwerp dat thans op tafel ligt wordt afgerekend met het schuine dak en overdreven vor men van decor. Röling, stadsarchitect van de ge meente Haarlem, is aan Leiden uitgeleend om een eigentijds ontwerp te maken voor een schoolgebouw aan De Vliet De show wordt tot dusver evenwel gestolen door het universitaire bouwwerk van de architecten Ahrens en Kleijer dat is gereali seerd op het Doelen terrein. Een uiterst modern complex dat past in z'n omgeving en tegelijkertijd helder afsteekt bij zowel de his torische bebouwing als de nieuwbouw in de omgeving. Het begin van het einde van de truttigheid, ook in Leiden? Dat is teveel gezegd in een tijd dat de Stevenshofjespolder wordt vol gebouwd met woninkjes van dertien-in-een-dozijn. Duidelijk is wel dat het verzet groeit en dat het met de nieuwbouw in Neder land, en in Leiden, langzaamaan een andere richting uitgaat. Wel ke richting is nog niet helemaal duidelijk. Veel bekender is waar tegen het verzet is gericht: tegen alles wat maar 'knus' en 'kneute rig' is. Eigen schoonheid De jaren tachtig lijken een scala aan visies en vormen te gaan weerspiegelen. Nieuwe materia len, nieuwe technieken en een betere beheersing van al beken de bouwtechnieken maken op gang. Het besef is groeiende dat niet alleen baksteen mooi is, maar ook beton, staal of alumi nium, kunststoffen en glas hun eigen schoonheid hebben en kunnen leiden tot geheel nieuwe stijlen en vormen. Volgende keer: Architecten verbreken het stilzwijgen over de Leidse nieuwbouw! De' gevelartiesten zelf aan het woord. Eenentwintig bouwkundige ontwerpers die aan het begin van hun loopbaan staan presenteerden onlangs hun werk op een expositie (Biënnale jonge Nederlandse architecten 1983). Eén van de opvallendste ontwerpen was het afstudeerplan van B. Tenge (tekening rechts). Een zwembad met een glazen en een gesloten gedeelte. In het voor wedstrijdsport geschikt benedenbad en een opgetild ondiep De wolkenkrabber naast het Weenahuis in Rotterdam ontworpen door architect H. Klunder. Dezelfde architect krijgt de opdracht een ontwerp te maken voor het braakliggende terrein aan de Morsweg in Leiden waar vroeger het fabriekscomplex van Nieuwenhuis stond (naast de spoorlijn). Onderzocht wordt eerst welk bouwsel op het terrein mogelijk is. Volgens wethouder Waal moet het iets bijzonders worden, hoog en misschien wel rond. LEIDEN - Het hoge woord moet er meteen maar uit: Leiden krijgt een woontoren! Een vreemde eend in de bijt, aan de rand van de historische binnenstad. Hoe het bouwwerk er precies gaat uitzien is nog een groot vraagte ken. Vast staat dat het korte met ten moet maken met alles wat saai, truttig, oudbakken, en spanningloos is. Kortom: een plan van allure dat Leiden moet opstoten in de vaart der volke ren! door Jan Rijsdam Op de foto links de nieuwbouw van het Hoogheemraadschap Rijnland aan de Breestraat. Over het dak, dat doet denken aan golvend water, en de zeer eigentijdse gevel lopen de meningen sterk uiteen. "Ik bouw een monument voor de toekomst", zei architect G. Drexhage destijds. Op de foto rechtsboven het centrale faciliteiten gebouw van de universiteit van een grote stad zijn eigen woontoren wil hebben. Het lijkt een beetje op een competitie met als inzet: wie heeft de hoogste wolkenkrabber van Nederland? Kranten, weekbladen, vaktijd schriften staan er vol mee. Er is zelfs een Stichting Hoogbouw in het leven geroepen om de bouw van woontorens in de steden te stimuleren. Velen zullen zich vertwijfeld afvra gen of opnieuw een hoogbouw- tijdperk is aangebroken. En waarom zijn architecten en ge meentebesturen, uitgerekend in een tijd waarin de flats in de Leidse Merenwijk moeilijk ver huurbaar zijn en in de Bijlmer meer zelfs met duizenden tege lijk leeg staan, voorstander van wolkenkrabbers? Tijdens een studiedag over hoog bouw, in december j.l., kwam enig licht in de duisternis. Archi tecten en stedebouwkundigen vinden hoge gebouwen een uit daging van hun technisch en es thetisch kunnen. Voor anderen is het een geschenk uit de hemel om eindelijk weer eens wat an ders te kunnen ontwerpen dan het eentonige rijtjeshuis. Wol kenkrabbers geven de stad allu re, vinden weer anderen. Hoogbouw sluit ook aan bij de filo sofie van gemeenten dat meer mensen (gezinnen) in het cen trum van de steden moeten wo nen. De terugkeer van met name kapitaalkrachtige bewoners naar de grote stad is nodig om de ste delijke voorzieningen zoals win kels, scholen, bioscopen, de schouwburg en openbaar ver voer op peil te kunnen houden. Het is ook één van de doelstellin gen van de gemeente Leiden om de leegloop van de binnenstad een halt toe te roepen. De klein schalige stadsvernieuwing zet echter maar weinig zoden aan de dijk. Het aantal inwoners van de binnenstad is de laatste jaren weliswaar toegenomen, maar van een versterking van het eco nomisch draagvlak is nog nau welijks sprake. Een stuk of wat woontorens middenin of aan de rand van de binnenstad zouden ook in Leiden uitkomst kunnen bieden. De Leidse woontoren moet verrij zen op het terrein van het voor malige fabriekscomplex van Nieuwenhuizen, aan de Mors weg. Een plannetje om op die plek een doodgewoon flatge bouw neer te zetten is door de wethouder van ruimtelijke orde ning, Waal, beslist ter zijde ge schoven. "Tesselaar en ik heb ben het idee dat er veel meer uit die plek te halen valt dan een herhaling van wat er al in de buurt staat", aldus Waal. "We denken aan iets heel anders, iets hoog en rond, of misschien wel driehoekig. In elk geval een ge bouw dat kwaliteit heeft", zo filo sofeert de wethouder. "Ik gun de wijk Transvaal graag ook eens iets bijzonders". Talloze namen van spraakmaken de architecten zijn over tafel ge gaan. Er is gewikt en gewogen. En de keuze is gemaakt. Nie mand minder dan Henk Klunder wordt de man die opdracht krijgt een ontwerp te maken waarmee Leiden "in de wolken" zal zijn. 125 meter Klunder is de ontwerper van de hoogste woonflat van Europa, die zal verrijzen aan het Weena in Rotterdam: 125 meter hoog, 39 verdiepingen met steeds 7 wo ningen, middenin het uitgaans- en winkelcentrum van de haven stad. Wat het woongebouw be halve de hoogte zo bijzonder maakt zijn de witte gevels en de willekeurig geplaatste zwarte raamopeningen. Het heeft de to ren al een bijnaam bezorgd: de ponskaart. Klunder is niet de enige architect die stof doet opwaaien. Verguisd en geroemd om zijn revolutionai re hoogbouw-ontwerpen is ook Carel Weeber. Hij realiseerde on der meer het Arenaplan in Al phen aan de Rijn en is de ontwer per van het woongebouw De Pe perklip in het oude havengebied van Rotterdam-zuid. Vooral De Peperklip is zeer omstreden. De contouren van dit superwoon blok roept associaties op met een paperclip, vandaar de naam. Maar terwijl het opvallende ge bouw in de vakpers bejubeld wordt en architect Weeber prij zen in ontvangst neemt voor zijn baanbrekende werk, verhuizen de bewoners naar elders en is er een jaar na de oplevering veel geld nodig voor het verhelpen van klachten. Competitie Critici menen dat elke wethouder

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1984 | | pagina 4