"Geschiedenis van Sowjet-Unie lijkt op een gatenkaas" De klokkenmaker PAGINA VIII Kerstbijlage Leidsch/Alphens Dagblad ZATERDAG 24 DECEMBER 1983 Geschiedvervalsing is een wijdverbreid verschijnsel. Aantjes deed het met zijn oorlogsverleden, en de Nederlandse regering deed het met haar bemoeienissen in Nieuw-Guinea. Dr. A.P. van Goudoever uit Zeist promoveerde vorige maand op een proefschrift over de geschiedschrijving in de Sowjet-Unie. En ook daar lijkt het niet mee te vallen om precies op te schrijven wat er is gebeurd. De Russen maken in het Kremlin vast geen gebruik van „geheugengaten" om papier, volgeschreven met waardevolle gebeurtenissen uit het verleden, in weg te stoppen. In Orwells Minis terie van Waarheid barst het daarentegen van gleuven waarmee de geschiedenis kan worden weggemaakt. Hij schrijft in „1984": „Zulke gleuven waren er duizenden en tienduizenden door het hele ge bouw heen, niet alleen in elke kamer maar met kleine tussen ruimten in elke gang. Om een of andere reden werden zij spottend geheugengaten ge noemd. Wanneer iemand wist dat een document bestemd was om te worden vernietigd, of zelfs wanneer iemand een stuk je kladpapier zag liggen, was het een automatisch gebaar om de klep van het dichtstbijzijnde geheugengat op te tillen en het er in te laten vallen, waarop het dan werd weggezogen in een stroom van warme lucht naar reusachtige ovens, die ergens in de uithoeken van het ge bouw verborgen waren". Zo wordt de geschiedenis vervalst. Verwijderen Evenmin maken de Russen gebruik van gigantische ver brandingsovens, alhoewel ook in de Sowjet-Unie de geschie denis op grote schaal wordt vervalst. Zo schrijft de vorige maand gepromoveerde Zeister dr. A. P. van Goudoever (39) in zijn boek „Angst voor het verle den, politieke rehabilitaties in de Sowjet-Unie na 1953": „Het belang dat de partijleiding aan naslagwerken hecht, bleek in de periode van Stalin en in de jaren vlak na zijn dood duide lijk uit de wijzigingen die na de uitgave van bepaalde delen werden aangebracht. De abon nees kregen nieuwe bladzijden toegestuurd met het verzoek de oude pagina's met een schaar of scherp mes te verwijderen". Een paar voorbeelden: het hoofd van de Russische gehei me dienst KGB, Beria, werd in 1953 uit de Grote Sowjet Ency clopedie verwijderd omdat hij in ongenade was gevallen. Er waren tot dan vier pagina's aan hem gewijd. Abonnees kregen daarvoor vijf pagina's Bering- zee in de plaats. Een scheer mesje werd er overigens niet bijgeleverd. Misschien is dat wel de reden dat in menig ex emplaar op de Utrechtse Uni versiteit de verhandeling over de Beringzee als losse vellen papier zijn bijgevoegd. Terwijl in het Westen Beria nog steeds bekend staat als iemand die na de dood van Stalin in 1953 de macht in de Sowjet-Unie wilde overnemen, is hij achter het IJ zeren Gordijn een „onpersoon" geworden door hem simpeltjes uit de geschiedenis te schrap pen. Datzelfde gebeurde met Trotski. Wie kent niet de be roemde foto waarop Lenin, sa men met Trotski, het volk toe spreekt. Bij herplaatsing in la ter jaren is Trotski - „als ge meenste vijand van Lenin" - weggeretoucheerd Dubcek Het wegsnijden van bladzij den uit encyclopedieën gebeurt nu niet of nauwelijks meer. Wel nog werd de leider van de Praagse Lente in 1968, Dubcek, tot onpersoon verklaard. Er is door Gerard Dielessen, zelfs een foto bekend waarop alleen zijn schoenen nog zicht baar zijn naast andere hoog waardigheidsbekleders. Vol gens Ab van Goudoever ge beurt het bijwerken van foto's nu nog maar incidenteel. „Maar", zegt hij, „de Sowjet-au- toriteiten zullen het niet nala ten om allerlei lelijke dingen te schrijven over mensen die in middels in ongenade zijn geval len. Studenten krijgen boven dien alleen maar de beschik king over de huidige, nieuwste naslagwerken. Een kijkje ne men in een oude encyclopedie is er echt niet bij". Hoe geraffineerd er wordt omgesprongen met de Russi sche geschiedenis schetst de historicus: „Zodra iemand in de Sowjet-Unie de macht heeft overgenomen moet de geschie denis worden veranderd. Of het nu Chroetsjov, Brezjnjev of Andropov betreft, ze gaan alle maal het geschiedenisboek in als- belangrijk partijfunctiona ris, die als het even kan ook nog aan een of ander front heeft meegevochten. Dat is pure ver valsing". De geschiedschrijving wordt nauwkeurig gecontroleerd door de hoogste functionaris sen van het Politburo. Van Goudoever: „Veel schrijvers dekken zich van tevoren al in door zichzelf strenge normen op te leggen. Alle publicaties worden door een censor beoor deeld. In elk boek staan data van het zetten en drukken ver meld. Als daar een lange tijd tussen zit is er echt wel wat aan de hand geweest". In Rusland wordt alles opge schreven vanuit een bepaald ideologisch voorschrift. Het ge volg is dat een ontzettend war rig beeld ontstaat van de ge schiedenis van het land. Van Goudoever formuleert als volgt: „De Russische geschie denis heeft wat dat betreft het meeste weg van een gaten kaas". Stalin Met „Angst voor het verle den" heeft hij zijn studie een treffende titel meegegeven. Want uit zijn onderzoek blijkt hoe moeizaam de Russen nog steeds met de voorbije tijd om springen. Vooral over de ter reur van Stalin wordt in de Sowjet-Unie heel geheimzinnig gedaan. Van Goudoever schat dat tientallen miljoenen men sen Stalins terreur aan den lijve hebben ondervonden. Volgens de Sowjettoloog begon Stalins terreur met de oorlog tegen de boeren. Zij werden met geweld de collectieve boerderijen inge- sleurd. Daarbij vielen miljoe nen doden. Het gevolg daarvan was de hongersnood in 1933, die vijf tien miljoen slachtof fers eiste. Daarna (1936-1939) volgde een periode van grote terreur onder de hele bevol king: twaalf tot twintig miljoen slachtoffers. Volgens Van Goud oever hebben mininaal 22 tot 30 miljoen mensen onder Stalin in een kamp gezeten. Uiteinde lijk, zo becijferde de historicus, zouden in totaal twee miljoen mensen later weer in vrijheid worden gesteld. Vlak na Stalins dood, in maart 1953, werden geleidelijk slachtoffers vrijgelaten. Dat ge beurde zonder dat er enige ruchtbaarheid aan werd gege ven. Een periode van „stille destalinisatie" brak aan. De naam Stalin verdween tussen maart 1953 en het 22e partijcon gres in februari 1956 nagenoeg geheel uit de publiciteit. Het was uiteindelijk Stalins opvolgér, eerste partijsecretaris Chroetsjov, die op dat congres in zijn befaamde „geheime re de" een periode van anti-stali- nisme inluidde: hij veroordeel de Stalin en zijn terreur na 1937. De rede is in de Sowjet- Unie nooit gepubliceerd, maar wel hebben alle congresleden de tekst onder ogen gehad, met de opdracht het stuk na lezing weer te vernietigen. Positief Na het congres begonnen de openbare rehabilitaties in de pers. Omdat in 1959 het proces van formele rehabilitaties als afgesloten werd beschouwd sprong het bewind tussen 1959 en 1961 weer heel erg voorzich- tig om met het verspreiden van informatie over de jaren dertig. Maar het was wederom Chroetsjov die op het 22e con gres, 17 oktober 1961, de aanval opende op Stalin. En met suc ces. Een nieuwe periode van destalinisatie brak aan. Dat was voor de geschiedschrijving van belang, omdat nu ook werd er kend dat in de periode '34-'37 omvangrijke zuiveringen in het land plaatsvonden. Na de val van Chroesjtsjov in oktober 1964 was het direct gebeurd met de politiek van destalinisa tie. Onder Brezjnjev komt er een einde aan de rehabilitaties. Sta lin wordt niet langer verguisd en er treedt een beperkte resta- linisatie op. Aan de voet van de Kremlinmuur bij het graf van Stalin wordt zelfs een borst beeld geplaatst. Van Goudoever: „Momenteel wordt over Stalin tamelijk posi tief geoordeeld. Hij wordt ge- Ook Trotski ('als gemeenste vijand van Lenin') moest het in de geschiedschrijving ontgelden. bruikt in de strijd tegen de op positie. Vooral zijn militaire paciteiten worden geroemd Memoires, waarin hij 1 komt, worden in grote hoeveel heden gedrukt. In de Sowjet Unie heerst het gevoel dat ei meer orde moet komen in de samenleving. Er is te veel cor ruptie. En de Rus denkt dan Stalin is orde". „Over de terreur hoor je nie mand meer. Vind je ook nau welijks nog iets over terug. Hier en daar horen ze nog wel eens wat van een familielid, maar ze vragen zich niet af wat voor een slechte man die Stalin wel moet zijn geweest. Stalin zorgde voor orde, dat weten ze. En zo wordt ook de campagne door Andropov gevoerd" Gehoorzaamheid Van Goudoever is ervan overtuigd dat de terreur van Stalin nog steeds grote invloed uitoefent op de Sowjet-Unie. De huidige leiders zijn grootge bracht in absolute gehoorzaam heid aan de partij. „De stijl van het partijappa raat weerspiegelt nog steeds de Stalinperiode. De angst om de F.L. v.d. Burg is klokkenmaker te Voorschoten. Friese klokken maakt hij, om precies te zijn. "Originele, authentieke", voegt hij daar zelf snel aan toe. "Nee, natuurlijk, het zijn geen antieke klokken, maar ze zien er wel oud uit. Dat kan ik u verzekeren". Een jaar of negen geleden begon hij professioneel klokken te maken. "Ontwerpen gaat me vrij gemakkelijk af, want ik ben van huis uit reclametekenaar. En ik heb veel geleerd door boeken te lezen over het maken van klokken. Daarnaast heb ik veel gepraat met vakmensen. Dat is zeer nuttig geweest". Was hij vroeger zo'n jongetje dat de koekoeksklok van z'n oma op zondagmiddag geheel uit elkaar haalde en ervoor zorgde dat de koekoek nooit meer naar buiten kwam? "Ja, zo iemand was ik. Ik haalde wekkertjes van m'n moeder uit elkaar. In het begin hield je natuurlijk aan het eind een handvol onderdeeltjes over. Maar oefening baart kunst, nietwaar? M'n moeder vond het trouwens helemaal niet erg. Die had zelf ook een klokkentik". Driejaar geleden had hij het zeer druk. Veel mensen bestelden een Friese klok. De klokkenmaker vertelt: "De i hadden toen nog het gevoel: wij hebben geld te besteden. Dat is de laatste tijd wat minder geworden, moet ik eerlijk zeggen". Voorziet hij donkere dagen? "Dat valt wel mee hoor. Ik heb nog genoeg klanten. Aan de andere kant: ook sommige mensen, die geld genoeg hebben voor een klok, hebben het idee gekregen dat ze niet veel geld meer kunnen uitgeven". terreur toe te laten in de officië le geschiedschrijving is daar van één voorbeeld. Ze weten niet wat ze ermee aan moeten. De huidige regering gedraagt zich dan ook paranoide. Onder Stalin werden de functionaris sen geselecteerd omdat zij een geweldige afkeer hadden van het ontplooien van initiatieven. Nimmer durfden ze verant woordelijkheid te dragen. Sta lin was de absolute alleenheer ser. Terwijl iedereen dacht dat de periode-Stalin voorbij was, blijkt dit type functionaris nog steeds te overheersen in de Sowjet-Unie". Uit dit verhaal wordt duide lijk dat de Sowj et-leiders een groot belang hechten aan de historische rol van hun voor ganger. Volgens Van Goudoe ver blijkt dat uit een „soms ko lossale" herwaardering, maar vaker nog uit een kleinering van vroegere partijleiders in pers en geschiedschrijving. „Persoonsverheerlijking in de Sowjet-Unie betekent vergui zing van de voorganger", legt hij uit. In de inleiding van zijn boek „Angst voor het verleden" schrijft hij: „De huidige vere ring van de grondlegger van de staat, V. I. Lenin, vormt een schril contrast met het negeren van de voormalige eerste partij secretaris N. S. Chroesjtsjov. De wisselende beoordeling van Stalin na diens dood getuigt al evenzeer van politieke be moeienis met de beeldvorming van het verleden. Vanuit die historische traditie valt het dan ook niet te verwonderen dat de rol van Brezjnjev, die in de laat ste tien jaar van zijn leven is verheerlijkt, in de officiële her denkingen en in de geschied schrijving tot nauwelijks te herkennen proporties terug valt". Mystiek De macht in de Sowjet-Unie is omgeven door een aureool van mystiek. Ook voor Ab van Goudoever is het onbegrijpe lijk dat leider Joeri Andropov bijna vier maanden niet in het openbaar is verschenen we gens „een lichte verkoudheid". „Dat is krankzinnig, maar het geeft wel aan hoe geheimzinnig het systeem in elkaar zit. Naar buiten toe wordt net gedaan alsof er niets aan de hand is. De persoonsverheerlijking van (Foto Dirk Ketting) Andropov heeft een duidelijke functie: het samensmeden van de eenheid. De schijnbaar on aantastbare positie van de lei der heeft bovendien een krach tige positie ten opzichte van het buitenland tot gevolg". De Sowjet-deskundige is des ondanks van mening, dat het rommelt binnen de Communis tische Partij:- „Na de periode- Stalin hebben zich altijd fikse machtsgevechten voltrokken. Sindsdien is er nooit meer een alleenheerser geweest. Ook nu zou het mij niets verbazen als er een strijd om de hoogste pos ten gaande is". Een westers, liberaal sy steem, behoort dat in de Sowjet- Unie ooit tot de mogelijkhe den? Van Goudoever: „In elk geval niet binnen afzienbare tijd. Liberalisering van het sy steem zou pas kunnen over en kele generaties. .Als het land maatschappelijk zo ver is ont wikkeld dat met het verleden kan worden afgerekend. Maar dat zal niet eenvoudig zijn. De Russen hebben altijd al te ma ken gehad met een autoritair regime. Ook de tsaren hadden tot 1905 volstrekt de macht in handen. In landen als Tsjecho- slowakije en Polen ligt dat an ders. Dat zijn maatschappijen met wel degelijk een eigen tra ditie. De Praagse Lente in 1968 en de opkomst van een vrije vakbond in Polen zijn daarvan goede voorbeelden". Grote broer En een nieuwe stalinistische dictatuur? Van Goudoever: „Het Russische systeem sluit dat niet uit. Als één man het ooit weer voor het zeggen krijgt is de kans op massaterreur ze ker aanwezig". Nog even terug naar Orwell. Over de alleenheerser schrijft hij in 1984: „Grote Broer is on feilbaar en almachtig. Ieder welslagen, ieder resultaat, ie dere overwinning, iedere we tenschappelijke ontdekking, alle kennis, alle wijsheid, alle geluk, alle deugd worden be schouwd als rechtstreeks voortkomende uit zijn leider schap en bezieling". Van Goudoever: „Na Stalin kyken ze daar wel voor uit in Rusland". A. P. van Goudoever; Angst voor net verleden, politieke rehabilita ties in de Sowjet-Unie na 1953; HES-uitgevers; prijs 45 gulden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 38