c 'Jacob was een knoeier en een sul...' 3 Contacten verliepen met geluidsbandjes Hoofdinspecteur Kees Sietsma is een perfectionist Geduld politie werd uiteindelijk beloond Buurt kan het nog niet geloven Speurtocht naar andere misdrijven DONDERDAG 1 DECEMBER 1983 Binnenland In het zaaltje waar woensdagoch tend om precies half twaalf de pers conferentie over 'de zaak-Heine- ken' begonnen werd, hingen tien fo to's van politie-activiteiten met bij behorende teksten. Bijschrift 1 luid de: „Jaarlijks wordt circa 150.000 keer door de politie assistentie ver leend". Deze persconferentie betrof dus een van die honderdvijftigduizend keer. En bijschrift 10 luidde: „Alle meldingen worden per com puter verwerktmet als doel: hulp verlening op het juiste moment en op de juiste plaatsmet andere woorden: HULPVERLENING OP MAAT". Als ooit van 'hulpverlening op maat' gesproken kon worden, dan was het wel in dit geval. In het kleine zaaltje zaten én ston den zo'n honderdtal persmuskieten uit Nederland, West-Duitsland en Engeland, van wie een 15-tal foto grafen en filmers, die de eerste vier minuten van de persconferentie op soupeerden met het maken van honderden foto's van de onmisken bare hoofdpersoon van dat ogen blik: hoofdinspecteur K. J. H. H. Sietsma, die een voorbeeldige uit eenzetting van de gang van zaken gaf. Zijn excuus vooraf, dat hij we gens slaapgebrek misschien wel eens over zijn woorden zou struike len, bleek overbodig. Toen ik hem later de hand drukte om hem te feli citeren want dit is natuurlijk een succes, waar elke politieman ter wereld van droomt) vertelde hij dat hij, wat zijn bed betreft, in elk geval sinds vrijdag niet meer thuis was geweest. Je ziet in buitenlandse films wel eens hoe de 'paparazzi' zich als uit gehongerde bloedzuigers op een po- litie-inspecteur storten en dat mi nutenlange gefotografeer van Sietsma c.s. achter de tafel leek daar wel een flauwe afspiegeling van, maar voor het overige ging het toch heel rustig toe, eigenlijk. Al leen aan het slot, toen de foto's wer den uigedeeld van de cel van Hei- neken en de Romneyloods waar hij en Ab Doder er gevangen hadden gezeten, werd het bij de tafel even een gedrang en gereik van jewelste. Ook was er ee piepklein incidentje. Een Duitse fotograaf nam een grote luchtfoto mee waarop de timmerfa briek van Jadu BV en de loods wa ren afgebeeld, de Nederlandse tele visieman die over de foto beschikte snelde de ander achterna en- eiste de foto terug, waarna de Duitser zei dat hij hem alleen even bij dag licht had willen fotograferen. Hij kreeg toen een mannetje mee naar het belendende vertrek met venster, om erop toe te zien dat hij de foto niet alsnog ontvreemdde... Ik hou vooral van kleine details. De codewoorden 'de adelaar en de haas', waarbij de adelaar voor het dominante gedrag van de ontvoer ders stond (legde Sietsma uit), en de haas voor de ongewapende po litieambtenaar. Later werd deze code veranderd in 'de uil en de muis'. Een sprookje dus. De aan wijzingen, die de man met het los geld moest volgen, zaten dan ook verborgen in een plastic drinkbe ker met schroefdop, „zoals u en mijn kinderen die mee naar school nemen", zoals hoofdinspecteur Sietsma zei. Ik ken die bekers. Ik ken ook die 'kluisjes', waarin je in een zwembad je kleren opbergt om dan het sleuteltje om je pols te ge spen en ermee te gaan zwemmen. Toen een Rijswijkse zwemmer bij vakje 30 terugkwam, bleek het leeg. Een toekomstige ontvoerder van Heineken en Doderer had de kleren én de autosleuteltjes van een Ci- troën CS met portofoon ontvreemd, en was er met de auto vandoor ge gaan. De angstdroom van iedere zwemmer... De zwart-wit foto die de politie van Heinekens cel verstrekte, onthulde met behulp van een vergrootglas dat er twee plastic flessen mine raalwater op de grond stonden (een van het merk Spa), twee doos jes After Eight-chocholaatjes, een pak Ananasje (vruchtensap) en drie boeken, waarvan één de titel 'De Stille Strijder' op de rugzijde voerde. Op een Porte Potti 265 (wel licht het camper-wc'tje?) lag een haarborstel. Het viel me overigens op dat tij dens de persconferentie voortdu rend aan 'de heren Heineken en Do derer' werd gerefereerd, in die volgorde, zoals men ook altijd de volgorde aanhoudt in Koot en Bie, Johnny en Rijk en Schulte-Boeyen. De eerste die, na een uurtje, over 'de heren Doderer en Heineken' sprak, was de voorlichtingsman van Heineken... Op een gegeven moment vertelde hoofdinspecteur Sietsma dat één van de verdachten die geschaduwd werd in een Chinees restaurant twee meeneemporties bestelde. Hij ging ermee naar de loods, waar nog vier verdachten samenkwa men. Die twee porties konden dus nauwelijks voor die vijf mannen zijn. Ergo: Doderer en Heineken moesten daar gevangen zitten! Dat was de eerste keer dat dit vermoe den zekerheid werd. Ik moest even denken aan wat ik op 15 november over het politieonderzoek schreef: „Is het doenlijk, bm alle Chinese restaurants te vragen of zij de poli tie waarschuwen zodra iemand twee porties meer dan gewoonlijk meeneemt?" AMSTERDAM (GPD) - De ont voerders van Alfred Heineken en Ab Doderer hebben zich in hun contacten met de familie Heine ken uiterst professioneel gedra gen. Door mededelingen slechts via geluidsbandjes te verstrek ken, was het onmogelijk een dia loog op te bouwen met de ont voerders. Ook kon op die manier niet wor den achterhaald, waar de ont voerders zich bevonden. Wat dat betreft hadden de ontvoerders lering getrokken uit de kidnap ping van Toos van der Valk, vo rig jaar november. Toen kwam de politie op het spoor van de ontvoerders dankzij de geluiden die tijdens de telefoongesprek ken op de achtergrond hoorbaar waren. Al vrij spoedig na de ontvoering op woensdagavond 9 november zochten de kidnappers contact met de familie Heineken. Enkele uren na de gewelddadige men senroof werd op de deurmat van het Haagse politiebureau aan het Huygenspark een brief van de ontvoerders aangetroffen. In die brief werd geëist, dat noch door de familie, noch door de politie mededelingen aan de pers zou den worden verstrekt. Op zaterdag 12 november kwam het tweede contact tot stand. De familie Heineken ontving per te lefoon een gecodeerd bandje van de ontvoerders. De kidnappers duidden zichzelf aan met de schuilnaam Adelaar. De ontvoer ders lieten weten dat een recher cheur van de politie het losgeld moest leveren. Die rechercheur werd aangeduid met de schuil naam Haas. De opdracht van de ontvoerders luidde, dat de rechercheur een route moest rijden in een witte VW-bestelbus, voorzien van rode kruisen. De vertrekplaats zou de villa van Heineken in Noord wijk moeten zijn. De rechercheur zou naar Schiphol moeten rijden, waar in een plastic bekertje na dere mededelingen konden wor den aangetroffen. Levensteken De politie besloot niet op die eis van de ontvoerders in te gaan. Ze wenste eerst een levensteken van Heineken en Doderer te ont vangen. Bovendien meende de politie dat het onmogelijk was om met een witte bus ongemerkt vanaf het landhuis van Heineken te vertrekken. De bus zou onge twijfeld door journalisten wor den gevolgd, waardoor niet aan de eis van de informatiestop aan de pers kon worden voldaan. Omdat de ontvoerders niets meer van zich lieten horen, besloot de politie enkele dagen later alsnog gevolg te geven aan de op 12 no vember geëiste autorit. Via Schiphol ging de route rond het IJsselmeer in noordelijke rich ting. Op verschillende punten ontving de rechercheur nieuwe opdrachten, verpakt in plastic bekertjes. Hij belandde uiteinde lijk in het Friese Joure. In die plaats stond een Citroën GS nogal opvallend geparkeerd, waarop de politie door voorbij gangers was geattendeerd. In die auto trof de politie een portofoon aan. Bovendien was de wagen voor het doel van de ontvoering omgebouwd. De vondst van de politie duidde erop, dat ze op het goede spoor van de ontvoerders zat. Inmiddels was duidelijk geworden waar de Citroën, die bij de ont voering was gebruikt, vandaan kwam. De wagen bleek gestolen te zijn voor een zwembad in Rijkswijk. De eigenaar ontdekte de diefstal, toen hij na het zwem men zijn kleding bij de gardero be wilde ophalen. De buffetjuf frouw vertelde, dat zijn kleding (waarin de autosleutels zaten) al was opgehaald. Toen de eigenaar naar buiten ging, bleek ook zijn auto te zijn verdwenen. Advertentie Nadat de ontvoerders via een geda teerde foto van Heineken en Do derer in pyama een levensteken hadden gegeven, duurde het liep. Zondagavond 27 november vertrok de rechercheur in een oranje Renaultbus. De tocht voerde langs diverse dor pen langs het IJsselmeer en ver volgens in zuidelijke richting. Via Breda eindigde de rit in de omgeving van Utrecht. Het was inmiddels maandagochtend half drie. Bij het verkeersplein Ou denrijn moest de rechercheur zijn bus langs de kant zetten en het in postzakken verpakte los geld overhandigen. Overhandiging losgeld De rechercheur deponeerde de weer enkele dagen voordat zij opnieuw contact zochten met de familie Heineken. Dat gebeurde nadat via een advertentie in Het Parool aan de kidnappers was la ten weten dat het losgeld gereed was. Die advertentie was in code. De tekst luidde: „Een eend te koop". Verder was het bouwjaar vermeld, een telefoonnummer en een codering. Het contact met de ontvoerders vond wederom via een bandje plaats. Bijna analoog aan de eer ste opdracht moest de recher cheur met het losgeld een route rijden, die langs het IJsselmeer zakken in een gat langs het talud van een viaduct. Het rooster van dat gat was al weggehaald. Ande re politiemensen, die uit schuil plaatsen het hele gebeuren ob serveerden, zagen dat de zakken in een auto onder het talud wer den geladen en dat vervolgens met die auto werd weggereden. De rechercheur stapte daarna over in een gereedstaande Ford Com bi, die was voorzien van een por tofoon. Hij kreeg de opdracht naar motel Maarsbergen te rij den, aan de rijksweg Arnhem- Utrecht. Daar zouden nadere me dedelingen worden verstrekt. Bij een vlaggemast lag een plastic beker met een opdracht. Daarin stond dat de rechercheur enkele uren bij motel Maarsbergen moest wachten. Van de ontvoer ders werd echter niets meer ver nomen. De politie had al bij de overdracht van het losgeld kunnen ingrij pen, maar wilde dat niet doen. Heineken en Doderer waren im mers nog steeds in handen van de ontvoerders en de politie wil de hun levens niet op het spel zetten. De verwachting was, dat Heineken en Doderer binnen 12 uur na de overhandiging van het losgeld zouden worden vrijgela ten. Toen de politie maandagavond nog geen enkel teken van de ontvoer ders had vernomen, werd ge vreesd voor het leven van Heine ken en Doderer. Of beide heren waren al dood of ze zouden bin nen korte tijd worden geliqui deerd. Het was dus de hoogste tijd voor de politie om in te grij pen. Ontvoerders bekend Dat ingrijpen was mogelijk, omdat de politie al enige tijd .op de hoogte was van de identiteit van de ontvoerders en van de ver moedelijke verblijfplaats van Heineken en Doderer. Op 16 no vember had het Heineken-con- cern een anonieme brief ontvan gen, waarin de namen van de mogelijke ontvoerders werden genoemd. Bovendien werd de plaats aangegeven, waar de ont voerden zich vermoedelijk be vonden. Pas op 18 november werd die brief - de politie had het te druk met de andere 750 tips - in behandeling genomen. Vanaf dat moment konden de ver dachten worden gelokaliseerd en continu in de gaten worden ge houden. Ook de loods op het in dustrieterrein in het westelijk havengebied van Amsterdam - waar Heineken en Doderer ge vangen zouden zitten - werd voortdurend geobserveerd. Op zondagavond 27 november, ter wijl het losgeld naar de plaats van bestemming werd gereden, kreeg de politie enige zekerheid over de verblijfplaats. Een van de verdachte ontvoerders bestel de bij een Chinees restaurant in Amsterdam-Noord twee porti's nasi. De man reed vervolgens naar de loods om de maaltijden te bezorgen. Inval Omdat ook dinsdag contact met de ontvoerders uitbleef, besloot de politie in overleg met mevrouw Heineken de loods binnen te val len. Zeventig rechercheurs, on der wie het arrestatieteam van de rijkspolitie, deden aan de inval mee. Die liep aanvankelijk op een teleurstelling uit, omdat geen spoor werd gevonden. Het arrestatieteam van de rijkspolitie bleef echter zoeken en vond uit eindelijk de geheime ingang van een blinde muur, waarachter Al fred Heineken en Ab Doderer in pyama en geketend werden aan getroffen. Tegelijkertijd werden op 20 adres sen in Amsterdam, Heerhugo- waard, Zwanenburg en Den Hel der invallen gedaan, waarbij 24 personen (onder wie veertien vrouwen) werden gearresteerd. Onder die 24 bevonden zich drie hoofdverdachten. Drie hoofdver dachten zijn nog spoorloos en zijn waarschijnlijk naar het bui tenland gevlucht. AMSTERDAM (GPD) - Een lach buldert door het kantoortje. „Jacob Alco hol K. is een onbetekenen de drinkende knoeier. Maar zeker niet het brein achter de ontvoering van Heineken. Voor een borrel werd hij directeur van een BV". In het pand waar K. zijn make laarskantoor had gevestigd kan men nauwelijks geloven dat de aan lager wal geraakte huizen handelaar een rol van betekenis had in de ontvoeringszaak. Een soortgelijke reactie komt uit Halfweg, waar de andere hoofd verdachte, Jan B., woonde. „B. was een beetje een sul. Een wat dikke uitgave van André Hazes. Een aardige man, maar niet het type van een zware crimineel". De politie denkt anders over het tweetal. Gisteren typeerde de Amsterdamse hoofdinspecteur Sietsma B. en K. als centrale fi guren in de ontvoering. K. en B. hadden beiden te maken met de timmerfabriek Jadu BV aan de Noordzeeweg in Amster dam. In een loods achter de fa briek zaten Heineken en zijn chauffeur drie weken gevangen. Voor hen waren speciale cellen gebouwd. De 31-jarige B. was eigenaar en aandeelhouder van de fabriek. Zijn naam komt echter niet voor in het handelsregister van de Ka mer van Koophandel in Amster dam. Daarin staat alleen K. ver meld als directeur van Jadu BV. De politie kende het tweetal al. In mei 1981 behoorden zij tot een knokploeg die de inboedel van een kraakpand aan de Leidse- gracht in Amsterdam kort en klein sloeg. Andere leden van de ze knokploeg zijn ook bij de ont voeringsaffaire betrokken. Een Amsterdamse makelaar meldt dat de huizenspeculant E., be kend als 'Pimmetje Paf, de grote man achter de knokploeg was. Deze E. zou zich ook verrijken met heroinehandel. Jacob K. en Pimmetje Paf hadden ook zake lijke contacten op het gebied van onroerend goed. In dit verband duikt ook de naam van de ver oordeelde notaris Josje Slis- Stroom op. K. deed niet alleen zaken met E. maar ook met andere als louche bekend staande onroerendgoed- handelaren. Toen deze speculan ten hem aan de kant zetten raak te de makelaar ernstig 'aan de drank. In het kantoor waar hij zich een achttal jaren geleden vestigde, zijn daarvan de sporen nog te zien. Verschillende malen liep hij dwars door het glas van de tochtdeu ren. Vaak bleef hij bloedend lig gen, zonder te beseffen wat hij had aangericht. Driejaar geleden verliet hij zijn kantoor voorgoed. Mensen die nu in het pand aan de Johannes Verhulststraat een be drijf uitoefenen wijzen van de hand dat deze K. in staat zou zijn een gigantische organisatie, die van een ontvoering vergt, voor zijn rekening te nemen. Beëdigd makelaar De 51-jarige K. is beëdigd make laar. Hij handelde in huizen; be middelen deed hij niet. Volgens het handelsregister bezit K. drie BV's: Jacob K. BV, Matjoe BV en Asselborg BV. Deze BV's dienden onder meer voor de ex ploitatie van zijn onroerend goed. Opvallend is dat Jacob K. BV op 14 september 1983 een nieuwe di recteur met bevoegdheden kreeg. Het betrof hier de 20-jari- ge Ruud Grifhorst. Deze ontkent iets met de BV te maken te heb ben. Ruud heeft in ieder geval niets met de ontvoering te ma ken. Maar het is niet uitgesloten dat Ruuds broer Rob, die giste ren na een speciaal opsporings bericht van de politie in verband met de ontvoering werd aange houden, voor de wijziging in het handelsregister verantwoorde lijk is. K. is eigenaar van honderden wo ningen in Amsterdam. In de Schaepmanstraat staan bijvoor beeld zeker 50 panden op zijn naam. De makelaar wordt gere kend tot de zeer slechte woning bezitters van Amsterdam. De hoofdverdachte in de ontvoe ringszaak weigerde zich aan de woningdistributie te houden. Hij vroeg sleutelgelden die varieer den van f 3000 tot f 5000. De huur van zijn panden waren boven dien veel te hoog. K. meldde zich in 1981 aan bij de makelaarsvereniging van Am- De Amsterdamse politie bewaken het pand en de loods waar Alfred Heineken en chauffeur Ab Doderer drie toeken werden vastgehouden (Foto anp» sterdam als kandidaat-lid. Hij werd automatisch geroyeerd toen hij, na een proefperiode van twee jaar, begin dit jaar niet het formulier terugstuurde waarin hij moest verklaren dat hij zich aan de erecode in tarieven van de vereniging hield. Vreemd ge noeg komt hij nog wel voor in de lijst die de makelaarsvereniging in september 1983 aan belang stellenden toestuurde. Op 18 oktober van dit jaar veroor deelde de rechter K. tot een geld boete van f 45.000. Bewezen was dat hij ongeveer 15 woningen op zettelijk buiten de woningdistri butie had gehouden. Aangeslagen AMSTERDAM (GPD) - „Sorry, dat ik af en toe in mijn woor den blijf steken. Ik heb de laat ste tijd mijn bed weinig ge zien". Die woorden tekenen de man die drie weken lang het onderzoek heeft geleid naar de ontvoering van Heineken en Doderer. Hoofdinspecteur Kees J. H. H. Sietsma van het Bureau Ondersteunende Re cherche Operaties is dodelijk vermoeid. Maar hij bijt zich tij dens de persconferentie over de bevrijding van het tweetal manmoedig heen door het lan ge verhaal. „Een echte politieman", zegt een man die lang met hem heeft sa mengewerkt. „Sietsma is een technicus, die zijn werk bijna feilloos doet. Hij zet zich hele maal in. Dat is zijn leven. Hij is van gereformeerde huize en je krijgt de indruk dat hij zijn werk met een soort opdracht doet". Hoofdinspecteur Sietsma zit bij na 20 jaar bij de politie. Aan vankelijk bij de kinderpolitie en onder de voormalige hoofd commissaris Sanders vele ja ren als lid van een speciaal re chercheteam, tot hij commis saris Toorenaar opvolgde als chef van de narcoticabrigade. In die kwaliteit heeft hij ook landelijk naam gemaakt. De drugsbestrijding spreekt het grote publiek nu eemaal sterk aan. Toorenaar heeft zijn opvolger ooit verweten dat hij de sfeer in het korps verziekt zou heb ben. Sietsma werd volgens Toorenaar verteerd door ambi tie. De twee mannen waren zo uiteenlopend van karakter, dat een vete niet kon uitblijven. Toorenaar was een extraverte improvisator, Sietsma de man van het boekje, een type 'Ein- zelganger'. Kees Sietsma had als chef van de narcoticabrigade goede inter nationale contacten. Hij kon die ook gebruiken toen hij de kans kreeg een nieuwe afde ling van naar schatting 50 man op te zetten, die al het recher chewerk in Amsterdam kon begeleiden. Onder dit bureau vallen ook de Criminele Inlich tingendienst en de observatie teams. Het enige dat Siersma over zijn privéleven wil loslaten, betreft zijn hobby: het zeilen. Het re chercheteam dat gisteren zo uitvoerig door de hoofdinspec teur is geprezen, staat kenne lijk als één man achter deze chef. Een rechercheur zegt: „Je ziet dat hij het werk aan kan". Kees Sietsma is een man van de strakke organisatie die als chel alle touwtjes in handen wil houden. Niemand mag buiten hem om iets ondernemen en zijn beste eigenschap is vol gens zijn naaste medewerkers dat alles van tevoren wettelijk goed geregeld moet zijn. n tegenstelling tot de wat vrolijke bekenden van Jacob K. zijn de buren van Jan B. aan de Dillen burg in Halfweg uren na de ar restatie van de hoofdverdachten nog aangeslagen over diens rol in de ontvoering. „We zijn diep ge schokt. Wie had dat ooit gedacht. We hadden geen intiem contact met de B.'s. Maar we kwamen weïeens op een veijaardag. Dat was dan dolle pret. Aan Jan heb ik nooit iets gemerkt dat hij zich met louche zaakjes bezighield. Volgens mij had hij een goedlo pende timmerfabriek. Laatst kreeg hij nog opdracht van Rijkswaterstaat om de stalen ko zijnen van de IJ-tunnel in Am sterdam te vervangen door hou ten raamwerken. Dan ben je als vakman toch niet de eerste de beste". Opmerkelijks Een andere buurman kocht wei eens wat latjes voor een raam bij Jan B. Dan schiet hem iets op merkelijks te binnen. „Op 10 ok tober had ik vrij. Al weken had ik aan Jan gevraagd wat latjes voor een zolderraam voor me mee te nemen. Maar hij vergat dat als maar. Ik had dat hout dringend nodig. Toen heb ik hem gebeld. Tegen de secretaresse van Jadu heb ik me nogal opgewonden. De baas zou er niet zijn. Ik ben toen zelf maar naar de timmerfa briek gereden". Jan bleek wel aanwezig. „Hij keek me wat schaapachtig aan en haalde onmiddellijk een veel te dikke balk te voorschijn, waaruit hij voor my de latjes wilde zagen. We liepen samen naar de fa briekshal. Wat me onmiddellijk opviel, was dat er tussen al die mooie machines geen meter hout meer was te vinden. Ik ben eer der in de fabriek geweest, maar toen stond de hele hal vol met planken en balken van allerlei af metingen. Ik vroeg Jan waar dat hout toch was. Gaat het soms slecht met je,' vroeg ik. Jan be zwoer dat de orderportefeuille vol zat. Maar waar was dan het personeel? Er was geen timmer man te bespeuren. Jan ant woordde: die zijn op karwei. Ik heb er verder geen aandacht aan geschonken, maar ik vond alle maal wel wat vreemd". Voor de bewoner van de Dillen burg wat vreemde gang van za ken in de timmerfabriek blijkt na de ontknoping van het ontvoe ringsdrama zo helder als glas. Nog voordat Heineken en Dode rer zijn bevrijd, wist de politie al dat Jan B. de eigenaar annex aandeelhouder van de fabriek was en Jacob K. er voor titulair directeur speelde. In de fabriek werd al sinds oktober niet meer gewerkt De orderportefeuille was leeg. Op de eerste van de maand ging de laatste werkne mer met ontslag de poort uit. Be halve het hout dat dé organisato ren van de kidnapping voor de cellen van hun toekomstige slachtoffers nodig hadden, werd de rest van de partijen hout ver kocht Alleen het dure, hypermo derne machinepark pronkt nog in de onttakelde fabriekshal. Vermoedelijk zijn na het stilzet ten van de bedrijfsvoering in de timmerfabriek de handlangers van Jan B. en Jacob K. druk aan het werk gegaan om op geraffi neerde wijze in de achter de fa briek gelegen nissenhut de cel len met de middeleeuwse geke tende handboeien in gereedheid te brengen. Daarbij werden geen pottenkijkers geduld. AMSTERDAM/HAARLEM (GPD) Er bestaan „sterke aanwijzin gen" dat een of twee van de 24 verdachten die gisterenochtend in verband met de ontvoering van Alfred Heineken en diens chauffeur Doderer werden gear resteerd, betrokken zijn geweest bij de overval in juli 1980 op een geldwagen van Van Gend en Loos in Amsterdam waarbij een half miljoen gulden werd buitge maakt Het is daarnaast waar schijnlijk, aldus een Amsterdam se politievoorlichter, dat ook op andere onopgeloste zaken een nieuw licht kan worden gewor pen. Bepaalde feiten uit het on derzoek naar de ontvoering zou den in die richting wijzen. Zo zijn bijvoorbeeld „hele sterke" vermoedens gerezen dat een of twee verdachten bemoeienis hebben gehad met een gewapen de overval enkele jaren geleden in Amsterdam-Noord, waarbij een agent door een kogel in de schouder gewond is geraakt. Bovendien zijn er aanknopings punten met betrekking tot een grote roofoverval bij de Rabo bank in Aalsmeer, eveneens een aantal jaren geleden.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 15