c
'Jacob was een
knoeier en
een sul...'
3
Contacten verliepen met geluidsbandjes
Hoofdinspecteur
Kees Sietsma is
een perfectionist
Geduld politie werd
uiteindelijk beloond
Buurt kan het nog niet geloven
Speurtocht
naar andere
misdrijven
DONDERDAG 1 DECEMBER 1983
Binnenland
In het zaaltje waar woensdagoch
tend om precies half twaalf de pers
conferentie over 'de zaak-Heine-
ken' begonnen werd, hingen tien fo
to's van politie-activiteiten met bij
behorende teksten. Bijschrift 1 luid
de:
„Jaarlijks wordt circa 150.000 keer
door de politie assistentie ver
leend".
Deze persconferentie betrof dus een
van die honderdvijftigduizend
keer.
En bijschrift 10 luidde:
„Alle meldingen worden per com
puter verwerktmet als doel: hulp
verlening op het juiste moment en
op de juiste plaatsmet andere
woorden: HULPVERLENING OP
MAAT".
Als ooit van 'hulpverlening op
maat' gesproken kon worden, dan
was het wel in dit geval.
In het kleine zaaltje zaten én ston
den zo'n honderdtal persmuskieten
uit Nederland, West-Duitsland en
Engeland, van wie een 15-tal foto
grafen en filmers, die de eerste vier
minuten van de persconferentie op
soupeerden met het maken van
honderden foto's van de onmisken
bare hoofdpersoon van dat ogen
blik: hoofdinspecteur K. J. H. H.
Sietsma, die een voorbeeldige uit
eenzetting van de gang van zaken
gaf. Zijn excuus vooraf, dat hij we
gens slaapgebrek misschien wel
eens over zijn woorden zou struike
len, bleek overbodig. Toen ik hem
later de hand drukte om hem te feli
citeren want dit is natuurlijk een
succes, waar elke politieman ter
wereld van droomt) vertelde hij
dat hij, wat zijn bed betreft, in elk
geval sinds vrijdag niet meer thuis
was geweest.
Je ziet in buitenlandse films wel
eens hoe de 'paparazzi' zich als uit
gehongerde bloedzuigers op een po-
litie-inspecteur storten en dat mi
nutenlange gefotografeer van
Sietsma c.s. achter de tafel leek
daar wel een flauwe afspiegeling
van, maar voor het overige ging het
toch heel rustig toe, eigenlijk. Al
leen aan het slot, toen de foto's wer
den uigedeeld van de cel van Hei-
neken en de Romneyloods waar hij
en Ab Doder er gevangen hadden
gezeten, werd het bij de tafel even
een gedrang en gereik van jewelste.
Ook was er ee piepklein incidentje.
Een Duitse fotograaf nam een grote
luchtfoto mee waarop de timmerfa
briek van Jadu BV en de loods wa
ren afgebeeld, de Nederlandse tele
visieman die over de foto beschikte
snelde de ander achterna en- eiste
de foto terug, waarna de Duitser
zei dat hij hem alleen even bij dag
licht had willen fotograferen. Hij
kreeg toen een mannetje mee naar
het belendende vertrek met venster,
om erop toe te zien dat hij de foto
niet alsnog ontvreemdde...
Ik hou vooral van kleine details. De
codewoorden 'de adelaar en de
haas', waarbij de adelaar voor het
dominante gedrag van de ontvoer
ders stond (legde Sietsma uit), en
de haas voor de ongewapende po
litieambtenaar. Later werd deze
code veranderd in 'de uil en de
muis'. Een sprookje dus. De aan
wijzingen, die de man met het los
geld moest volgen, zaten dan ook
verborgen in een plastic drinkbe
ker met schroefdop, „zoals u en
mijn kinderen die mee naar school
nemen", zoals hoofdinspecteur
Sietsma zei. Ik ken die bekers. Ik
ken ook die 'kluisjes', waarin je in
een zwembad je kleren opbergt om
dan het sleuteltje om je pols te ge
spen en ermee te gaan zwemmen.
Toen een Rijswijkse zwemmer bij
vakje 30 terugkwam, bleek het leeg.
Een toekomstige ontvoerder van
Heineken en Doderer had de kleren
én de autosleuteltjes van een Ci-
troën CS met portofoon ontvreemd,
en was er met de auto vandoor ge
gaan. De angstdroom van iedere
zwemmer...
De zwart-wit foto die de politie van
Heinekens cel verstrekte, onthulde
met behulp van een vergrootglas
dat er twee plastic flessen mine
raalwater op de grond stonden
(een van het merk Spa), twee doos
jes After Eight-chocholaatjes, een
pak Ananasje (vruchtensap) en
drie boeken, waarvan één de titel
'De Stille Strijder' op de rugzijde
voerde. Op een Porte Potti 265 (wel
licht het camper-wc'tje?) lag een
haarborstel.
Het viel me overigens op dat tij
dens de persconferentie voortdu
rend aan 'de heren Heineken en Do
derer' werd gerefereerd, in die
volgorde, zoals men ook altijd de
volgorde aanhoudt in Koot en Bie,
Johnny en Rijk en Schulte-Boeyen.
De eerste die, na een uurtje, over
'de heren Doderer en Heineken'
sprak, was de voorlichtingsman
van Heineken...
Op een gegeven moment vertelde
hoofdinspecteur Sietsma dat één
van de verdachten die geschaduwd
werd in een Chinees restaurant
twee meeneemporties bestelde. Hij
ging ermee naar de loods, waar
nog vier verdachten samenkwa
men. Die twee porties konden dus
nauwelijks voor die vijf mannen
zijn. Ergo: Doderer en Heineken
moesten daar gevangen zitten! Dat
was de eerste keer dat dit vermoe
den zekerheid werd. Ik moest even
denken aan wat ik op 15 november
over het politieonderzoek schreef:
„Is het doenlijk, bm alle Chinese
restaurants te vragen of zij de poli
tie waarschuwen zodra iemand
twee porties meer dan gewoonlijk
meeneemt?"
AMSTERDAM (GPD) - De ont
voerders van Alfred Heineken en
Ab Doderer hebben zich in hun
contacten met de familie Heine
ken uiterst professioneel gedra
gen. Door mededelingen slechts
via geluidsbandjes te verstrek
ken, was het onmogelijk een dia
loog op te bouwen met de ont
voerders.
Ook kon op die manier niet wor
den achterhaald, waar de ont
voerders zich bevonden. Wat dat
betreft hadden de ontvoerders
lering getrokken uit de kidnap
ping van Toos van der Valk, vo
rig jaar november. Toen kwam
de politie op het spoor van de
ontvoerders dankzij de geluiden
die tijdens de telefoongesprek
ken op de achtergrond hoorbaar
waren.
Al vrij spoedig na de ontvoering op
woensdagavond 9 november
zochten de kidnappers contact
met de familie Heineken. Enkele
uren na de gewelddadige men
senroof werd op de deurmat van
het Haagse politiebureau aan het
Huygenspark een brief van de
ontvoerders aangetroffen. In die
brief werd geëist, dat noch door
de familie, noch door de politie
mededelingen aan de pers zou
den worden verstrekt.
Op zaterdag 12 november kwam
het tweede contact tot stand. De
familie Heineken ontving per te
lefoon een gecodeerd bandje van
de ontvoerders. De kidnappers
duidden zichzelf aan met de
schuilnaam Adelaar. De ontvoer
ders lieten weten dat een recher
cheur van de politie het losgeld
moest leveren. Die rechercheur
werd aangeduid met de schuil
naam Haas.
De opdracht van de ontvoerders
luidde, dat de rechercheur een
route moest rijden in een witte
VW-bestelbus, voorzien van rode
kruisen. De vertrekplaats zou de
villa van Heineken in Noord wijk
moeten zijn. De rechercheur zou
naar Schiphol moeten rijden,
waar in een plastic bekertje na
dere mededelingen konden wor
den aangetroffen.
Levensteken
De politie besloot niet op die eis
van de ontvoerders in te gaan. Ze
wenste eerst een levensteken
van Heineken en Doderer te ont
vangen. Bovendien meende de
politie dat het onmogelijk was
om met een witte bus ongemerkt
vanaf het landhuis van Heineken
te vertrekken. De bus zou onge
twijfeld door journalisten wor
den gevolgd, waardoor niet aan
de eis van de informatiestop aan
de pers kon worden voldaan.
Omdat de ontvoerders niets meer
van zich lieten horen, besloot de
politie enkele dagen later alsnog
gevolg te geven aan de op 12 no
vember geëiste autorit. Via
Schiphol ging de route rond het
IJsselmeer in noordelijke rich
ting. Op verschillende punten
ontving de rechercheur nieuwe
opdrachten, verpakt in plastic
bekertjes. Hij belandde uiteinde
lijk in het Friese Joure.
In die plaats stond een Citroën GS
nogal opvallend geparkeerd,
waarop de politie door voorbij
gangers was geattendeerd. In die
auto trof de politie een portofoon
aan. Bovendien was de wagen
voor het doel van de ontvoering
omgebouwd. De vondst van de
politie duidde erop, dat ze op het
goede spoor van de ontvoerders
zat.
Inmiddels was duidelijk geworden
waar de Citroën, die bij de ont
voering was gebruikt, vandaan
kwam. De wagen bleek gestolen
te zijn voor een zwembad in
Rijkswijk. De eigenaar ontdekte
de diefstal, toen hij na het zwem
men zijn kleding bij de gardero
be wilde ophalen. De buffetjuf
frouw vertelde, dat zijn kleding
(waarin de autosleutels zaten) al
was opgehaald. Toen de eigenaar
naar buiten ging, bleek ook zijn
auto te zijn verdwenen.
Advertentie
Nadat de ontvoerders via een geda
teerde foto van Heineken en Do
derer in pyama een levensteken
hadden gegeven, duurde het
liep. Zondagavond 27 november
vertrok de rechercheur in een
oranje Renaultbus.
De tocht voerde langs diverse dor
pen langs het IJsselmeer en ver
volgens in zuidelijke richting.
Via Breda eindigde de rit in de
omgeving van Utrecht. Het was
inmiddels maandagochtend half
drie. Bij het verkeersplein Ou
denrijn moest de rechercheur
zijn bus langs de kant zetten en
het in postzakken verpakte los
geld overhandigen.
Overhandiging losgeld
De rechercheur deponeerde de
weer enkele dagen voordat zij
opnieuw contact zochten met de
familie Heineken. Dat gebeurde
nadat via een advertentie in Het
Parool aan de kidnappers was la
ten weten dat het losgeld gereed
was. Die advertentie was in code.
De tekst luidde: „Een eend te
koop". Verder was het bouwjaar
vermeld, een telefoonnummer
en een codering.
Het contact met de ontvoerders
vond wederom via een bandje
plaats. Bijna analoog aan de eer
ste opdracht moest de recher
cheur met het losgeld een route
rijden, die langs het IJsselmeer
zakken in een gat langs het talud
van een viaduct. Het rooster van
dat gat was al weggehaald. Ande
re politiemensen, die uit schuil
plaatsen het hele gebeuren ob
serveerden, zagen dat de zakken
in een auto onder het talud wer
den geladen en dat vervolgens
met die auto werd weggereden.
De rechercheur stapte daarna over
in een gereedstaande Ford Com
bi, die was voorzien van een por
tofoon. Hij kreeg de opdracht
naar motel Maarsbergen te rij
den, aan de rijksweg Arnhem-
Utrecht. Daar zouden nadere me
dedelingen worden verstrekt. Bij
een vlaggemast lag een plastic
beker met een opdracht. Daarin
stond dat de rechercheur enkele
uren bij motel Maarsbergen
moest wachten. Van de ontvoer
ders werd echter niets meer ver
nomen.
De politie had al bij de overdracht
van het losgeld kunnen ingrij
pen, maar wilde dat niet doen.
Heineken en Doderer waren im
mers nog steeds in handen van
de ontvoerders en de politie wil
de hun levens niet op het spel
zetten. De verwachting was, dat
Heineken en Doderer binnen 12
uur na de overhandiging van het
losgeld zouden worden vrijgela
ten.
Toen de politie maandagavond nog
geen enkel teken van de ontvoer
ders had vernomen, werd ge
vreesd voor het leven van Heine
ken en Doderer. Of beide heren
waren al dood of ze zouden bin
nen korte tijd worden geliqui
deerd. Het was dus de hoogste
tijd voor de politie om in te grij
pen.
Ontvoerders bekend
Dat ingrijpen was mogelijk, omdat
de politie al enige tijd .op de
hoogte was van de identiteit van
de ontvoerders en van de ver
moedelijke verblijfplaats van
Heineken en Doderer. Op 16 no
vember had het Heineken-con-
cern een anonieme brief ontvan
gen, waarin de namen van de
mogelijke ontvoerders werden
genoemd. Bovendien werd de
plaats aangegeven, waar de ont
voerden zich vermoedelijk be
vonden. Pas op 18 november
werd die brief - de politie had het
te druk met de andere 750 tips -
in behandeling genomen.
Vanaf dat moment konden de ver
dachten worden gelokaliseerd en
continu in de gaten worden ge
houden. Ook de loods op het in
dustrieterrein in het westelijk
havengebied van Amsterdam -
waar Heineken en Doderer ge
vangen zouden zitten - werd
voortdurend geobserveerd.
Op zondagavond 27 november, ter
wijl het losgeld naar de plaats
van bestemming werd gereden,
kreeg de politie enige zekerheid
over de verblijfplaats. Een van
de verdachte ontvoerders bestel
de bij een Chinees restaurant in
Amsterdam-Noord twee porti's
nasi. De man reed vervolgens
naar de loods om de maaltijden
te bezorgen.
Inval
Omdat ook dinsdag contact met de
ontvoerders uitbleef, besloot de
politie in overleg met mevrouw
Heineken de loods binnen te val
len. Zeventig rechercheurs, on
der wie het arrestatieteam van de
rijkspolitie, deden aan de inval
mee. Die liep aanvankelijk op
een teleurstelling uit, omdat
geen spoor werd gevonden. Het
arrestatieteam van de rijkspolitie
bleef echter zoeken en vond uit
eindelijk de geheime ingang van
een blinde muur, waarachter Al
fred Heineken en Ab Doderer in
pyama en geketend werden aan
getroffen.
Tegelijkertijd werden op 20 adres
sen in Amsterdam, Heerhugo-
waard, Zwanenburg en Den Hel
der invallen gedaan, waarbij 24
personen (onder wie veertien
vrouwen) werden gearresteerd.
Onder die 24 bevonden zich drie
hoofdverdachten. Drie hoofdver
dachten zijn nog spoorloos en
zijn waarschijnlijk naar het bui
tenland gevlucht.
AMSTERDAM (GPD) -
Een lach buldert door het
kantoortje. „Jacob Alco
hol K. is een onbetekenen
de drinkende knoeier.
Maar zeker niet het brein
achter de ontvoering van
Heineken. Voor een borrel
werd hij directeur van een
BV".
In het pand waar K. zijn make
laarskantoor had gevestigd kan
men nauwelijks geloven dat de
aan lager wal geraakte huizen
handelaar een rol van betekenis
had in de ontvoeringszaak. Een
soortgelijke reactie komt uit
Halfweg, waar de andere hoofd
verdachte, Jan B., woonde.
„B. was een beetje een sul. Een wat
dikke uitgave van André Hazes.
Een aardige man, maar niet het
type van een zware crimineel".
De politie denkt anders over het
tweetal. Gisteren typeerde de
Amsterdamse hoofdinspecteur
Sietsma B. en K. als centrale fi
guren in de ontvoering.
K. en B. hadden beiden te maken
met de timmerfabriek Jadu BV
aan de Noordzeeweg in Amster
dam. In een loods achter de fa
briek zaten Heineken en zijn
chauffeur drie weken gevangen.
Voor hen waren speciale cellen
gebouwd.
De 31-jarige B. was eigenaar en
aandeelhouder van de fabriek.
Zijn naam komt echter niet voor
in het handelsregister van de Ka
mer van Koophandel in Amster
dam. Daarin staat alleen K. ver
meld als directeur van Jadu BV.
De politie kende het tweetal al. In
mei 1981 behoorden zij tot een
knokploeg die de inboedel van
een kraakpand aan de Leidse-
gracht in Amsterdam kort en
klein sloeg. Andere leden van de
ze knokploeg zijn ook bij de ont
voeringsaffaire betrokken.
Een Amsterdamse makelaar meldt
dat de huizenspeculant E., be
kend als 'Pimmetje Paf, de grote
man achter de knokploeg was.
Deze E. zou zich ook verrijken
met heroinehandel. Jacob K. en
Pimmetje Paf hadden ook zake
lijke contacten op het gebied van
onroerend goed. In dit verband
duikt ook de naam van de ver
oordeelde notaris Josje Slis-
Stroom op.
K. deed niet alleen zaken met E.
maar ook met andere als louche
bekend staande onroerendgoed-
handelaren. Toen deze speculan
ten hem aan de kant zetten raak
te de makelaar ernstig 'aan de
drank. In het kantoor waar hij
zich een achttal jaren geleden
vestigde, zijn daarvan de sporen
nog te zien.
Verschillende malen liep hij dwars
door het glas van de tochtdeu
ren. Vaak bleef hij bloedend lig
gen, zonder te beseffen wat hij
had aangericht. Driejaar geleden
verliet hij zijn kantoor voorgoed.
Mensen die nu in het pand aan de
Johannes Verhulststraat een be
drijf uitoefenen wijzen van de
hand dat deze K. in staat zou zijn
een gigantische organisatie, die
van een ontvoering vergt, voor
zijn rekening te nemen.
Beëdigd makelaar
De 51-jarige K. is beëdigd make
laar. Hij handelde in huizen; be
middelen deed hij niet. Volgens
het handelsregister bezit K. drie
BV's: Jacob K. BV, Matjoe BV
en Asselborg BV. Deze BV's
dienden onder meer voor de ex
ploitatie van zijn onroerend
goed.
Opvallend is dat Jacob K. BV op 14
september 1983 een nieuwe di
recteur met bevoegdheden
kreeg. Het betrof hier de 20-jari-
ge Ruud Grifhorst. Deze ontkent
iets met de BV te maken te heb
ben. Ruud heeft in ieder geval
niets met de ontvoering te ma
ken. Maar het is niet uitgesloten
dat Ruuds broer Rob, die giste
ren na een speciaal opsporings
bericht van de politie in verband
met de ontvoering werd aange
houden, voor de wijziging in het
handelsregister verantwoorde
lijk is.
K. is eigenaar van honderden wo
ningen in Amsterdam. In de
Schaepmanstraat staan bijvoor
beeld zeker 50 panden op zijn
naam. De makelaar wordt gere
kend tot de zeer slechte woning
bezitters van Amsterdam.
De hoofdverdachte in de ontvoe
ringszaak weigerde zich aan de
woningdistributie te houden. Hij
vroeg sleutelgelden die varieer
den van f 3000 tot f 5000. De huur
van zijn panden waren boven
dien veel te hoog.
K. meldde zich in 1981 aan bij de
makelaarsvereniging van Am-
De Amsterdamse politie bewaken het pand en de loods waar Alfred Heineken en chauffeur Ab Doderer drie
toeken werden vastgehouden (Foto anp»
sterdam als kandidaat-lid. Hij
werd automatisch geroyeerd
toen hij, na een proefperiode van
twee jaar, begin dit jaar niet het
formulier terugstuurde waarin
hij moest verklaren dat hij zich
aan de erecode in tarieven van de
vereniging hield. Vreemd ge
noeg komt hij nog wel voor in de
lijst die de makelaarsvereniging
in september 1983 aan belang
stellenden toestuurde.
Op 18 oktober van dit jaar veroor
deelde de rechter K. tot een geld
boete van f 45.000. Bewezen was
dat hij ongeveer 15 woningen op
zettelijk buiten de woningdistri
butie had gehouden.
Aangeslagen
AMSTERDAM (GPD) - „Sorry,
dat ik af en toe in mijn woor
den blijf steken. Ik heb de laat
ste tijd mijn bed weinig ge
zien". Die woorden tekenen de
man die drie weken lang het
onderzoek heeft geleid naar de
ontvoering van Heineken en
Doderer. Hoofdinspecteur
Kees J. H. H. Sietsma van het
Bureau Ondersteunende Re
cherche Operaties is dodelijk
vermoeid. Maar hij bijt zich tij
dens de persconferentie over
de bevrijding van het tweetal
manmoedig heen door het lan
ge verhaal.
„Een echte politieman", zegt een
man die lang met hem heeft sa
mengewerkt. „Sietsma is een
technicus, die zijn werk bijna
feilloos doet. Hij zet zich hele
maal in. Dat is zijn leven. Hij is
van gereformeerde huize en je
krijgt de indruk dat hij zijn
werk met een soort opdracht
doet".
Hoofdinspecteur Sietsma zit bij
na 20 jaar bij de politie. Aan
vankelijk bij de kinderpolitie
en onder de voormalige hoofd
commissaris Sanders vele ja
ren als lid van een speciaal re
chercheteam, tot hij commis
saris Toorenaar opvolgde als
chef van de narcoticabrigade.
In die kwaliteit heeft hij ook
landelijk naam gemaakt. De
drugsbestrijding spreekt het
grote publiek nu eemaal sterk
aan.
Toorenaar heeft zijn opvolger
ooit verweten dat hij de sfeer
in het korps verziekt zou heb
ben. Sietsma werd volgens
Toorenaar verteerd door ambi
tie. De twee mannen waren zo
uiteenlopend van karakter, dat
een vete niet kon uitblijven.
Toorenaar was een extraverte
improvisator, Sietsma de man
van het boekje, een type 'Ein-
zelganger'.
Kees Sietsma had als chef van de
narcoticabrigade goede inter
nationale contacten. Hij kon
die ook gebruiken toen hij de
kans kreeg een nieuwe afde
ling van naar schatting 50 man
op te zetten, die al het recher
chewerk in Amsterdam kon
begeleiden. Onder dit bureau
vallen ook de Criminele Inlich
tingendienst en de observatie
teams.
Het enige dat Siersma over zijn
privéleven wil loslaten, betreft
zijn hobby: het zeilen. Het re
chercheteam dat gisteren zo
uitvoerig door de hoofdinspec
teur is geprezen, staat kenne
lijk als één man achter deze
chef. Een rechercheur zegt:
„Je ziet dat hij het werk aan
kan".
Kees Sietsma is een man van de
strakke organisatie die als chel
alle touwtjes in handen wil
houden. Niemand mag buiten
hem om iets ondernemen en
zijn beste eigenschap is vol
gens zijn naaste medewerkers
dat alles van tevoren wettelijk
goed geregeld moet zijn.
n tegenstelling tot de wat vrolijke
bekenden van Jacob K. zijn de
buren van Jan B. aan de Dillen
burg in Halfweg uren na de ar
restatie van de hoofdverdachten
nog aangeslagen over diens rol in
de ontvoering. „We zijn diep ge
schokt. Wie had dat ooit gedacht.
We hadden geen intiem contact
met de B.'s. Maar we kwamen
weïeens op een veijaardag. Dat
was dan dolle pret. Aan Jan heb
ik nooit iets gemerkt dat hij zich
met louche zaakjes bezighield.
Volgens mij had hij een goedlo
pende timmerfabriek. Laatst
kreeg hij nog opdracht van
Rijkswaterstaat om de stalen ko
zijnen van de IJ-tunnel in Am
sterdam te vervangen door hou
ten raamwerken. Dan ben je als
vakman toch niet de eerste de
beste".
Opmerkelijks
Een andere buurman kocht wei
eens wat latjes voor een raam bij
Jan B. Dan schiet hem iets op
merkelijks te binnen. „Op 10 ok
tober had ik vrij. Al weken had ik
aan Jan gevraagd wat latjes voor
een zolderraam voor me mee te
nemen. Maar hij vergat dat als
maar. Ik had dat hout dringend
nodig. Toen heb ik hem gebeld.
Tegen de secretaresse van Jadu
heb ik me nogal opgewonden.
De baas zou er niet zijn. Ik ben
toen zelf maar naar de timmerfa
briek gereden".
Jan bleek wel aanwezig. „Hij keek
me wat schaapachtig aan en
haalde onmiddellijk een veel te
dikke balk te voorschijn, waaruit
hij voor my de latjes wilde zagen.
We liepen samen naar de fa
briekshal. Wat me onmiddellijk
opviel, was dat er tussen al die
mooie machines geen meter hout
meer was te vinden. Ik ben eer
der in de fabriek geweest, maar
toen stond de hele hal vol met
planken en balken van allerlei af
metingen. Ik vroeg Jan waar dat
hout toch was. Gaat het soms
slecht met je,' vroeg ik. Jan be
zwoer dat de orderportefeuille
vol zat. Maar waar was dan het
personeel? Er was geen timmer
man te bespeuren. Jan ant
woordde: die zijn op karwei. Ik
heb er verder geen aandacht aan
geschonken, maar ik vond alle
maal wel wat vreemd".
Voor de bewoner van de Dillen
burg wat vreemde gang van za
ken in de timmerfabriek blijkt na
de ontknoping van het ontvoe
ringsdrama zo helder als glas.
Nog voordat Heineken en Dode
rer zijn bevrijd, wist de politie al
dat Jan B. de eigenaar annex
aandeelhouder van de fabriek
was en Jacob K. er voor titulair
directeur speelde. In de fabriek
werd al sinds oktober niet meer
gewerkt De orderportefeuille
was leeg. Op de eerste van de
maand ging de laatste werkne
mer met ontslag de poort uit. Be
halve het hout dat dé organisato
ren van de kidnapping voor de
cellen van hun toekomstige
slachtoffers nodig hadden, werd
de rest van de partijen hout ver
kocht Alleen het dure, hypermo
derne machinepark pronkt nog
in de onttakelde fabriekshal.
Vermoedelijk zijn na het stilzet
ten van de bedrijfsvoering in de
timmerfabriek de handlangers
van Jan B. en Jacob K. druk aan
het werk gegaan om op geraffi
neerde wijze in de achter de fa
briek gelegen nissenhut de cel
len met de middeleeuwse geke
tende handboeien in gereedheid
te brengen. Daarbij werden geen
pottenkijkers geduld.
AMSTERDAM/HAARLEM (GPD)
Er bestaan „sterke aanwijzin
gen" dat een of twee van de 24
verdachten die gisterenochtend
in verband met de ontvoering
van Alfred Heineken en diens
chauffeur Doderer werden gear
resteerd, betrokken zijn geweest
bij de overval in juli 1980 op een
geldwagen van Van Gend en
Loos in Amsterdam waarbij een
half miljoen gulden werd buitge
maakt Het is daarnaast waar
schijnlijk, aldus een Amsterdam
se politievoorlichter, dat ook op
andere onopgeloste zaken een
nieuw licht kan worden gewor
pen. Bepaalde feiten uit het on
derzoek naar de ontvoering zou
den in die richting wijzen.
Zo zijn bijvoorbeeld „hele sterke"
vermoedens gerezen dat een of
twee verdachten bemoeienis
hebben gehad met een gewapen
de overval enkele jaren geleden
in Amsterdam-Noord, waarbij
een agent door een kogel in de
schouder gewond is geraakt.
Bovendien zijn er aanknopings
punten met betrekking tot een
grote roofoverval bij de Rabo
bank in Aalsmeer, eveneens een
aantal jaren geleden.