'Wij vrezen dat hun winst óns verlies is' Beursstemming vrij aarzelend Beurs week Prof. Kaufmann over steun aan ontwikkelingslanden: ZATERDAG 26 NOVEMBER 1983 PAGINA Een Nieuwe Internationale Eco nomische Orde, dat is de leer opdracht van prof. dr. Johan Kaufmann maar zijn studenten hebben al laten weten dat ze ook geïnteresseerd zijn in zijn bevindingen over Japan. Ook in ons gesprek komen die twee onderwerpen aan de orde. Kaufmann werkte als diplo maat onder meer bij de Ver enigde Naties en eindigde zijn loopbaan als Nederlands am bassadeur in Tokio. Bij de VN raakte hij betrokken bij het lot van ontwikkelingslanden. Ge dachte achter een nieuwe eco nomische orde is een volwaar diger positie van de niet-gein- dustrialiseerde landen. Kauf mann pleit in dit verband voor al voor regionale economische samenwerkingsverbanden. In Tokio werkte hij aan een ver betering van de moeizame han delsrelatie met Japan. Zijn conclusie: Japan heeft beter gekeken en beter geluisterd. Het begrip Nieuwe Internationa le Economische Orde wordt nogal verschillend uitgelegd. Wat is uw benadering? Zeerecht Een definitie is er eigenlijk niet. Er bestaat geen vastomlijnd begrip. In de zittingsperiode '74-'75 van de Algemene Verga dering van de Verenigde Na ties is gesproken over een pro ces waaruit nieuwe verhoudin gen zouden moeten ontstaan. In mijn theorie gaat het om een expliciet en een impliciet ele ment. Het expliciete element is het stelsel van wetgeving en verdragen. Het impliciete is de praktijk die nergens vastligt, maar die er wel mee samen hangt. Het Zeerechtverdrag is daar een goed voorbeeld van. Over dat verdrag is jaren on derhandeld, maar de Verenig de Staten hebben het niet gete kend. Toch kun je in de VS constateren dat wetgeving wordt aangepast op een ma nier die aansluit bij het ver drag. Het sterkt mij in de op vatting datje misschien niet te veel moet vastleggen en dat het om een zeer geleidelijk om buigingsproces in de praktijk Uw voorbeeld wekt toch de sug gestie dat de VS tot wijzigin gen zijn overgegaan, onder druk van een verdrag, welis waar een verdrag dat de Ame rikaanse regering niet erkend, maar dat niettemin een zeker gezag heeft. Als stok achter de deur is de "dreiging" van wet geving kennelijk wel van be lang. "Natuurlijk is er een zekere voor beeldwerking. Maar toch als ik kijk naar de praktijk van bij voorbeeld het Internationale Monetaire Fonds en de Wereld bank, dan zeg ik: wat nu ge beurt: de uitgebreide program ma's en speciale rechten waar op de ontwikkelingslanden kunnen trekken, zijn ingege ven door de praktijk. Namelijk die van een schuldenlast die tot crisis kan leiden. De rege ling die voor Brazilië is getrof fen. Dat duidt toch op een ont- wikkeling dat men bij die insti tuten geneigd is wat meer wa ter in de wijn te doen". Maar dan weer gaat het onder druk van een actueel probleem dat niet alleen tot een crisis in het betreffende land kan lei den, maar die grote gevolgen kan hebben voor de positie van westerse banken. Het eigenbe lang van het Westen blijft toch bepalend voor de benadering van de ontwikkelingslanden. Oliecrisis "Zeker, dat is helaas het geval. De Algemene Vergadering die zich met de nieuwe orde bezig hield kwam uiteindelijk op een ongunstig moment. De oorlog van '73 in het Midden-Oosten was net achter de rug. De olie De 26ste november 1940 zal in de geschiedenis van de Leidse universiteit een historische datum blijven. In felle bewoordingen protesteerde de historicus en decaan van de juridische faculteit prof. Cleveringa in een redevoering in het Groot-Auditorium van de universiteit tegen het ontslag van zijn joodse collega-hoogleraar Meijers. Zijn betoog maakte niet alleen diepe in druk op de aanwezigen, maar trok in het gehele land de aandacht. Voor het eerst werd de bezetter aangeklaagd. Studenten kondigden een proteststaking van een één week aan. Een dag later werd Cleveringa gearresteerd en werd de universiteit gesloten. Te zijner gedachtenis werd in 1969 de Cleveringa-zetel ingesteld. Jaarlijks wordt in een samen werkingsverband van de juridische faculteit en de faculteit sociale wetenschappen een bui tengewoon hoogleraar aangesteld die gedurende een studiejaar in zijn eigen specialiteit colle ges geeft, die door studenten bij wijze van keuzevak worden gevolgd. Cleveringa was een man voor wie woord en daad één waren. In die geest heeft prof. Kaufmann gistermiddag in het Groot-Auditorium zijn oratie uitgesproken met een pleidooi voor daadwerkelijke westerse steun aan een regionale economische ontwikkeling van landen in de Derde Wereld. Ton van Brussel sprak met hem. crisis begon. Het was geen gunstig tijdstip om over een groei naar andere verhoudin gen te praten. In uw oratie signaleert u terecht dat westerse landen zich met hun politiek richten op de korte termijn. Het probleem van ont wikkelingslanden is er één van de lange termijn. Op die tegen stelling loopt elk pleidooi voor een nieuwe orde stuk. "De rapporten van Willy Brandt over de Noord-Zuid-dialoog en het zg. RIO-rapport van prof. Tinbergen hebben niet een di rect positief effect gehad, maar er gaat wel een zekere invloed op het denken van uit. Het gaat om woorden en daden. Het aar dige van deze zetel is dat hij ge noemd is naar Cleveringa, een man voor wie het woord ook de daad was. Ik neig zelf naar een theorie die uitgaat van een meer regionale economische ontwikkeling. Wat zie je nu Westerse landen geven hulp aan ontwikkelingslanden en maken daarmee een nieuwe markt, waarop ze zelf kunnen opereren. Voor zo'n markt be talen ze veel geld. Dat is geen situatie die eindeloos kan doorgaan. Want hou je op met geld geven dan valt de markt Marshall-plan "Je zou een regionale economi sche ontwikkeling kunnen sti muleren door buurlanden aan te zetten tot het oprichten van een gezamenlijke markt, tot een soort douane-unie met ta riefsafspraken. Kijk naar de Europese Gemeenschap, een gemeenschappelijke markt waarop de lidstaten hun pro- dukten aan elkaar verkopen. Een markt die na de Tweede Wereldoorlog kon ontstaan door het Marshall-hulpplan van de Amerikanen. Iets soort gelijks is in de ontwikkelings landen ook mogelijk. Het ver schil tussen zo'n aanpak en de huidige is dat er op termijn veel meer effect is in de sfeer van structurele verbetering en zelfstandigheid. Voor Afri kaanse landen zou het werken, in Latijns-Amerika ook, denk ik. Het is een idee dat ook heel goed past in de gedachte ach ter Unctad". Unctad, de wereldhandelsconfe rentie, functioneert niet. In dat verband komt weinig van de grond. "Laat ik een voorbeeld geven. In het verleden zijn marktafspra- ken gemaakt tussen Oost-Afri- ka, Tanzania en Oeganda. Dat liep heel aardig in de jaren zes tig, totdat in Oeganda Amin aan de macht kwam. Twee kleine landjes, Sierra Leone en Senegal, hebben nu samen een marktje gemaakt. Het zijn buurlanden, maar de grens wordt gevormd door een rivier. Dat is een grote belemmering voor de samenwerking. Wat zou het Westen nu beter kun nen doen dan fondsen beschik baar stellen voor een aantal bruggen over die rivier?" "Wat de Unctad betreft. Er zijn altijd enorme verwachtingen rond zo'n conferentie, terwijl iedereen tevoren kan weten dat die niet gerechtvaardigd zijn. De Unctad wordt vooral door de Verenigde Staten als een dreiging gezien en wan trouwend bekeken. De enige manier om eruit te komen is een methode van onderhande lingen gericht op een "positive sum", een uitkomst die gun stig is voor alle betrokkenen. Van Unctad gaat teveel de sug gestie van het tegendeel uit, van de "zero sum", wat wil zeg gen: de winst van een ander, is mijn verlies. Dat verklaart de achterdocht van de Amerika- Wantrouwen "In de Verenigde Naties is een overdaad aan redevoeringen, waar niemand naar luistert. i onderhandelingen Veranderingsprocessen ko men niet alleen tot stand na analyse van de de bestaande si tuatie en voorstellen om knel punten daarin op te lossen. Van groot belang is dat ook naar de pyschologisch/politie- ke kant wordt gekeken. Die is bepalend voor het resultaat, omdat je dan praat over het wantrouwen, de angst om al leen te geven en niet ontvan gen en om er op termijn zelf door achteruit te gaan. Ik ben ervan overtuigd dat de vorm van onderhandelingen, met re devoeringen voor een groot fo rum als de VN of in kleine commissies, zoals bij het Zee rechtverdrag, van grote in vloed is op het resultaat. Het verschil in werkwijze tussen bijvoorbeeld de Verenigde Na ties en Wereldbank en IMF spreekt voldoende". Uw betrokkenheid met de Noord- Zuid-problematiek wordt on getwijfeld gevoed door uw ja ren bij de Verenigde Naties. De laatste jaren werkte u als am bassadeur in Japan. Daar hebt u kunnen ervaren hoe moeilijk het voor het "grote" Westen is om tot betere handelsverhou dingen met Japan te komen. Ook over die relatie wordt ge sproken in termen van uitzicht loosheid. Onderhandelingen verlopen stroef. Staatssecreta ris Bolkestein (exportbevorde ring) lijkt zijn geduld te verlie zen en had het deze week in To kio over de Japanse strategie "van de verschroeide aarde" Is dat niet wat overdreven. Psychologie Dat is duur en ineffeciènt. Dat zijn ze nu ook aan het verande ren. Veel van de concurrentie positie heeft te maken met or ganisatie en marketing. Het is toch een gegeven dat de Japan se autoindustrie meteen na de eerste oliecrisis aan zuinigheid is gaan werken en dat de Ame rikanen op de oude voet voort gingen. Maar de Zwitserse hor loge-industrie bijvoorbeeld heeft de uitdaging opgepakt en heeft nu een aandeel op de lu xe markt in Japan veroverd. Japan ziet heel goed in dat wat op het gebied van auto's, mo torfietsen, geluidsapparatuur en camera's is gebeurd, zich niet kan en moet herhalen. Daar zal het Westen alleen maar met importbeperking op reageren". Gemiste kansen "Volvo in Helmond heeft een Ja panner laten komen, die orga nisatie- en produktievoorstel- len heeft gedaan. Men werkt nu net als in Japan met een mi nimum aan voorraden. Dat is een belangrijke kostenbespa ring. Er zijn natuurlijk veel ge miste kansen. Een bedrijf als Verkade was niet te interesse ren voor de Japanse markt. door Ton van Brussel Ondanks de importbelemme ringen is de Westduitse en EJeense concurrentie wel be gonnen. Nu de belemmeringen sterk zijn verminderd, wil Ver kade wel, maar heeft de con currentie natuurlijk een enor me voorsprong. Een bedrijf als Heineken opereert succesvol in Japan, terwijl het nog geen blikje bier West-Duitsland bin nen krijgt. Dan praten we over de open gemeenschappelijke Europese markt, maar geen Heineken in West-Duitsland. U begrijpt, de zaken liggen soms wat anders dan men denkt". Dat is een groot knelpunt. Ik heb het op de ambassade meege maakt met bloembollenexport. Voor Nederland een interes sante zaak. Maar er waren de eisen dat de bollen een jaar in quarantaine moesten voor ze voor verkoop werden vrijgege ven. Dat maakt het veel te duur. Den Haag zei dat de EG er over zou onderhandelen. De EG zei dat Den haag het toch maar moest doen. Het heeft ja ren geduurd en er werd niets bereikt". "Hij had die uitspraak in een re devoering opgenomen, maar men heeft hem er van kunnen weerhouden het zo te zeggen. Dat lijkt me juist. Wat hem er toe bewogen heeft voor zo'n vergelijking te kiezen weet ik niet. Je moet met Japanners hard, maar beleefd onderhan delen. Zo'n uitspraak zou zijn effect missen en onnodige irri tatie hebben opgewekt. Ook hier is de psychologie belang rijk". "Natuurlijk. Er is het voordeel van lage rente, de vakbonden hebben een andere positie, er is één grote partij voortdurend aan de regering, er zijn ïmport- blemmeringen. Dat is allemaal waar. Maar de Japanners luis teren en kijken beter. Ze heb ben in de industrie een andere strategie. Eén produkt wordt op één plaats gemaakt. En niet zoals Philips deed met een over verschillende plaatsen en landen gespreide produktie. Exportprijs "Onder deze Nakasone-regering is men serieus bezig met het af breken van tariefsbarrières. Maar het is van belang dat be drijven alert zijn. Ik ben een beetje trots op exportprijs die de Nederlandse ambassade in Tokio van de werkgevers heeft gekregen. Wij hebben er hard aangetrokken. Veel bedrijven geholpen. U herinnert zich van een aantal jaren geleden nog wel de zg. "vijf van Beijen". Vijf mensen extra om de han- delspoten van ambassades te versterken. Wij konden er één krijgen, maar hebben gewei gerd. Voor de prijs van één Ne derlander extra, konden wij tweeëenhalve Japanner inhu ren. Dat hebben we gedaan. In middels zijn het er vier, die met succes met onze handels- raad samenwerken. Zo'n prijs maakt me toch een beetje trots. Ik zie het als een bewijs dat we de goeie aanpak hebben geko- door C. Wagenaar Ondanks het zich voortslepende arbeidsconflict tussen de over heid en haar personeel, liet de Amsterdamse Effectenbeurs de ze week haar terughoudendheid van de afgelopen tijd varen. In sommige sectoren althans begon zich weer een soort hausse te ontwikkelen die voor enkele top- fondsen als Unilever nieuwe his torische hoogtepunten oplever de en onder meer Akzo en Else- vier-NDU op standen bracht die in vele jaren niet meer werden bereikt. Het betere aanzien van de beurs kwam vooral tot stand door bui tenlandse belangstelling voor onze internationals. Na vier da gen handel had bijvoorbeeld de index van de vijf internationals een stijging van vijf punten afge legd waardoor het algemeen beursgemiddelde drie punten kon aantrekken. Daarnaast ont wikkelde de verzekeringssector zich zeer vast door het bod van 160 gulden op aandelen Amfas door collega Nationale Nederlan den. wat 30 gulden hoger lag dan de slotkoers van de vorige week. Later in de week nam echter de te rughoudendheid van de beurs toe, mede onder invloed van een feestdag in de Verenigde Staten waardoor Wall Street donderdag gesloten bleef. De vooral Ameri kaanse belangstelling voor onze internationals was mede geba seerd op de zeer vaste stemming die zich deze week in Wall Street ontwikkelde. Bij sterk toene mende handel werd tot de vrije donderdag reeds een koersstij ging geboekt van 25 punten. De vorige week flink opgelopen beursindex kwam hierdoor op nieuw fors hoger te staan en was daarmede slechts tien punten verwijderd van de begin oktober aangeslagen historische top van 1285. De achtergrond van deze onverwacht vaste stemming was zowel financieel als economisch gericht. De Amerikaanse financiële wereld haalde opgelucht adem toen het Congres nog juist op de laatste dag voor het grote winterreces haar goedkeuring hechtte aan het veel omstreden verhoogde plafond voor de overheids schuld. Hierdoor kan de Ameri kaanse regering nog voor het jaareinde het bestaande gat van 16 miljard dollar op de lopende begroting op de kapitaalmarkt dekken en behoeft er geen be roep op de geldschepping te wor den gedaan. In antwoord hierop begon de rente flink te dalen. Amerikaans overheidspapier kon deze week op een half pro cent lagere basis worden aange boden dan vorige week. De rentedaling in de Verenigde Staten, die mede gestoeld was op opnieuw meevallende cijfers over de geldhoeveelheid in om loop, kreeg op de dollar geen in vloed. De Amerikaanse munt bleef op de internationale valuta markten zeer vast en naderde in Amsterdam met een stand van f3,03 bijna de top van f3,05 van de afgelopen zomer. Dit kwam enerzijds door de spanningen in Libanon maar daarnaast ook door de onzekerheid over de kre- dietpolitiek van de Amerikaanse centrale banken. Topman Volc- ker blijkt nog steeds niet erg be reid het officiële disconto te ver lagen, niettegenstaande het feit dat de geldaanwas erg meevalt en zelfs tot aan de benedengrens van de 5 procent is teruggeval len. In ons land zat er deze week nau welijks beweging in de obligatie- markt. Bezorgdheid steekt de kop op over de precaire situatie waarin de overheidsfinanciën te recht zullen komen als de acties van de ambtenaren nog lang aan houden. Doordat er nauwelijks nog belastinggelden binnenko men, is de staatskas leeg en kun nen volgende maand de ambte naren niet meer op de normale wijze betaald worden. Waar schijnlijk zal dan de centrale bank met een grote lening moe ten bijspringen. Daarnaast werd onze kapitaalmarkt geconfron teerd met een discontoverhoging van 1 procent in België. Maar op de aandelenmarkt was er voldoende deining. Nu na aan vankelijke ontkenningen het aangeslagen Amfas-concern toch wordt opgeslokt en op zal gaan in groter verband, reageerden de andere verzekeringsaandelen vast. Hier kwamen koersverbete- ringen voor van 5 tot 10 gulden. Amerikaanse belangstelling bracht Koninklijke-Petroleum, Philips en Unilever 3 tot 5 gul den omhoog en ook Akzo was een paar gulden beter. Vijf tot 10 gulden meer werd er betaald voor Elsevier-NDU. ABN, Ahold, Wessanen, Macintosh, Nyverdal-Ten Cate en Nedlloyd Maar Gist-Brocades. Buhrmann- Tetterodc, Ballast Nedam, Klu- wer, Borsumij en Bols moesten een aantal guldens inleveren.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 25