Wie is er nu eigenlijk De haken en ogen aan de nieuwe krankzinnigenwet ZATERDAG 5 NOVEMBER 1983 PAGINA 17 Na twaalf jaar praten, overleggen, schrijven en herschrijven zal het er volgende week dan eindelijk van komen: de Tweede Kamer zal naar verwachting de bijna 100 jaar oude Krankzinnigenwet - daterend uit 1884 - terzijde schuiven en vervangen door de wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). De lange behandelingsduur van het wetsontwerp duidt er al op dat hier sprake is van een moeizame geboorte. Eigenlijk is niemand er echt gelukkig mee. Psychiaters niet, juristen niet en zeker ook de groeperingen die de patiëntenbelangen behartigen niet. Bijlage van het Leidsch/Alphens Dagblad Een gemiste kans. Zo typeert Hans van der Wilk, oud-voor zitter van de Cliëntenbond (een vereniging voor psychia trische patiënten en ex-pa tiënten) de aanstaande ver vanging van de Krankzinni genwet door de nieuwe wet Bijzondere Opnemingen in Psychiatrische Ziekenhuizen (BOPZ). Van der Wilk, die zich de afgelopen jaren inten sief met de BOPZ heeft be ziggehouden, is teleurgesteld in de Tweede Kamerleden. "Met alle respect voor de Neder landse politici moet ik zeggen dat ze geen durf hebben getoond. Men heeft met welwillendheid naar onze verhalen geluisterd, maar er was geen bereidheid om nieuwe ideëen tot ingrijpende wijzigingen te laten leiden. Ei genlijk is er niet veel veranderd". "Volgens de oude krankzinni genwet konden mensen gedwon gen worden opgenomen als ze gevaren voor zichzelf, voor ande ren of voor de openbare orde op leverden. Het ging erom mensen met een stoornis van de geestver mogens uit de samenleving te verwijderen. In de nieuwe wet blijft dit precies zo. Er zijn hoog uit wat verschillen in formulerin gen en procedures". "Veranderd is bijvoorbeeld de pro cedure rond de burgerrechten. In de wet van 1884 was het zo dat iemand bij opname dergelijke rechten meteen kwijt was. Nu gaat men er niet meer van uit dat iemand die, misschien tijdelijk, de kluts kwijt is nooit meer zijn eigen financiën zo\i kunnen be heren. De BOPZ stelt opgenome- nen ook via klachtrecht in staat wat meer verweer te leveren. Maar nogmaals, in essentie is er weinig veranderd. Mensen met wie de samenleving geen raad weet, die raar doen, worden uit die samenleving verwijderd". Medische bril Van der Wilk, tegenwoordig werk zaam als coördinator van het Landelijk Patiënten Consumen ten Platform (een vereniging voor de versterking van de posi tie van patiënten in de gezond heidszorg) vindt dat er vanuit een verkeerde optiek naar de psychiatrische patiënt wordt ge keken. "Men zet een medische bril op: de mensen zijn ziek en moeten worden genezen. Die medische optiek dateert nog van 150 jaar geleden. Destijds gingen artsen zich uit humanitaire over- door Bert Paauw wegingen met 'gekken' be moeien. Dat was toen een prima zaak, want dergelijke mensen werden vóór die tijd in gevange nissen opgesloten en dienden als volksvermaak, werden tentoon gesteld in zogenaamde dolhui zen". "Het hele terrein van het afwijken de gedrag is echter to.t ziekte ver klaard waar volgens de wet al leen medische specialisten, psy chiaters, over mogen oordelen. Maar die psychiaters zijn er ech ter niet in geslaagd een echte op lossing te vinden". "En dan te bedenken dat er in de afgelopen honderd jaar gigan tisch veel dingen zijn veranderd. De kennis en inzichten op tal van gebieden zijn enorm vergroot, ook op het terrein van de gezond heidszorg. Maar wat er gebeurt bij mensen die in de war raken, daar weet men nog altijd weinig Medicijnen "In de jaren vijftig raakten medicij nen in zwang. Dat veroorzaakte min of meer een revolutie in de psychiatrie. Agressie, verdriet, waandenkbeelden konden via medicijnen kunstmatig worden beïnvloed, maar niet worden ge nezen. Er trad een schijnveran- dering bij de patiënten op". "De medicijnen zijn er wel de oor zaak van geweest dat de inrich tingen meer open zijn geworden. Psychiatrische instellingen wa ren vroeger afgesloten van de buitenwereld, de samenleving wilde er het liefst niets van mer ken. Met de medicijnen werd het rumoer in de inrichtingen ge dempt, waardoor men meer naar buiten kon treden. Maar echt ge nezen van de patiënt, dat was en is er nog altijd niet bij". "Er is bovendien, in vergelijking met de oude Krankzinnigenwet, nog een heel vervelend ding bij gekomen: de dwangbehande ling. In de oude wet is niets over de behandeling geregeld. Je kon wel gedwongen worden opgeno men, maar niet gedwongen wor den behandeld. Nu is gedwon gen opname al heel ingrijpend, een nare ervaring, soms onte- rend, een soort gevangenne ming. Maar een gedwongen be handeling is ronduit gevaarlijk. Je identiteit kan erdoor worden beïnvloed". "In de Russische psychiatrie wor den gedwongen behandelingen misbruikt als politiek middel, mensen moeten zich aanpassen, men probeert de identiteit kapot te maken. Die intentie heeft men weliswaar niet in ons land, maar of een gedwongen behandeling in het belang is van de patiënt, is "De psychiatrische patiënt ver keert echter in een andere situa tie. Als hij niet akkoord gaat met het behandelingsplan kan hij niet weg want hij is gedwongen opgenomen. Een effectief behan delingsplan is pas mogelijk in een situatie van vrijwilligheid. Men kan niet verwachten dat ie mand meewerkt aan een plan dat hij niet ziet zitten, dat is zoiets als het steken van je hoofd door een strop". Spoedopname Een ander voornaam punt van kri tiek op de BOPZ - niet alleen van de kant van de patiëntenbewe ging maar ook geuit door de ad vocatuur - is de procedure rond de spoedopname. Een spoedop name kan bijvoorbeeld gebeuren op verzoek van familieleden. De burgemeester moet zijn handte kening zetten na een psychiater digen. Als samenleving heeft men het recht om calamiteiten te voorkomen. Als ik weet dat er in de gasleiding een lek zit blijf ik niet wachten tot er een ontplof fing komt. Maar zo'n lek is con creet vast te stellen. Op het ter rein van de geestelijke volksge zondheid kun je niet zo concreet te werk gaan. Dan krijg je het ri sico van willekeur. Iemand be weert dat een ander gevaarlijk is en zo iemand wordt vervolgens opgenomen". "En dat terwijl het waarnemen van gestoord gedrag verschrikkelijk moeilijk is. Iedereen ziet wel eens gedrag van een ander dat hij niet begrijpt, eenvoudig omdat men geen informatie heeft over hoe dat gedrag tot stand is geko men. Om een voorbeeld te geven. van. Waarom gaat iemand lijden aan waandenkbeelden? Waarom is iemand zo ongelukkig dat hij dood wil? Op het punt van gees tesziekten valt er nauwelijks een wetenschappelijke ontwikkeling te bespeuren. Daarom heeft de Hans van gens mij zeg "Ik ben zeven keer opgenomen geweest, r meer over de psychiatrie dan over mij". "Langzaam maar zeker begint nu de idee post te vatten dat het ver keerd is om gekte, krankzinnig heid, uitsluitend vanuit een me dische invalshoek te bezien. Het inzicht begint te ontstaan dat mensen sterk afwijkend gedrag kunnen ontwikkelen door om standigheden in de samenleving, door opvoeding, door relatiepro blemen. De oorzaken daarvan hoeven niet per se het gevolg te zijn van een ziekteproces". "De onlangs overleden professor Querido, die onder meer op En degeest werkzaam is geweest, had dat al eerder door. Zijn op vatting: mensen zijn niet gek, maar in de war door een concreet probleem, bijvoorbeeld geen huisvesting, geen werk, een ver broken relatie. Opname helpt niets want het verandert niets aan het concrete probleem". Dwangbehandeling»^ "Dat idee is nog steeds geen deel geworden van de medische we tenschap. Psychiaters hebben er altijd naar gestreefd vast te hou den aan het uitgangspunt dat de problemen via hun medisch spe cialisme moeten worden behan deld. Maar psychiaters kunnen alleen iets doen wanneer de c leiding voor het afwijkende drag te herleiden is tot lichame lijke, biochemische of biologi sche factoren. Bijvoorbeeld bij een tumor in de hersenen, waar door hersencellen in het gedrang komen. Maar bij het gros van de psychiatrische patiënten speelt dat niet, gaat het om externe fac toren. In de BOPZ vind je dat laatste idee niet terug. Patiënten worden nog altijd uitsluitend be naderd vanuit de medische hoek. De rechter gaat af op het gezag van de medische specialist". zeer de vraag. Het lijkt meer in het belang van de maatschappij die geen toestanden wil". B ezwa|,Q" "De patiëntenbeweging heeft grote bezwaren tegen dit onderdeel in de BOPZ. Kijk, als je een exa men moet afleggen en je wilt rus tig zijn, dan kun je een pilletje nemen. Daar kun je voor kiezen. Maar bij een gedwongen behan deling valt er niks te kiezen. Zo'n behandeling kan variëren van medicijnen tot een electro- shock". "Een psychiatrische patiënt zou zich met zijn problemen ergens veilig moeten voelen. Een ge dwongen behandeling is anti- veilig, vertrouwen wordt be schaamd, het is anti-therapeu tisch. Er kan geen sprake zijn van hulp wanneer iemand wordt vastgebonden en een paar pillen in z'n mond krijgt gestopt. Mis schien wordt op zo'n manier een noodsituatie opgelost, maar het heeft niets te maken met hulp of behandeling". "Nu worden er wel een paar voor waarden aan zo'n behandeling gesteld. Het behandelingsplan is geboren uit goede bedoelingen - in eerste instantie moet worden overlegd met de patiënten - maar, de wetgever is doorgeschoten. Men heeft het gegoten in de vorm van een soort contract tus sen behandelaar enerzijds en pa tiënt anderzijds. Zoiets als de re latie tussen huisarts en patiënt. Met de huisarts bestaat als het ware een overeenkomst, men be taalt verzekeringsgeld en ver wacht van de arts een goed ad vies over de gezondheidstoe stand. Men is in wezen vrij dat advies al dan niet op te volgen". te hebben geraadpleegd. Later moet een rechter de opname be vestigen. Beroep tegen de rech terlijke uitspraak is niet moge lijk. Van der Wilk:"Een spoedopname biedt de patiënt weinig waarbor gen. Iemand gooit de tv van het balkon, de familie is in alle sta ten, de psychiater en burgemees ter worden erbij gehaald, de per soon in kwestie wordt afgevoerd. De rechter velt een paar weken later een oordeel en dat is dan onherroepelijk. En het trieste is dat de beroepsmogelijkheid is weggelaten vanwege de financië le consequenties voor de staat". "Dat er een mogelijkheid tot spoedopname bestaat is te verde- "Het is een kwestie van evenwicht vinden, een harmoniemodel zoeken tussen de tegenstellingen". Dat zegt mr. G.V.C. Dekker van de Hoofdinspectie voor de Geestelijke Volksgezondheid, één van de architecten van de nieuwe krankzinnigenwet op het ministerie van WVC. De diverse bezwaren zijn hem bekend. "De advocaten vinden dat er te weinig beroepsmogelijkheden zijn, de psychiaters vinden dat er te veel wordt geregeld wat een doeltreffende hulpverlening in de weg zou staan en de patiëntenverenigingen zijn tegen onvrijwillige opneming en dwangbehandelingen". "Het uitgangspunt van de wet is echter om patiënten meer rechtsbescherming te geven en de medici in hun bevoegdheden te beknotten. In de oude wet hadden de medici erg veel ruimte, officieren van justitie functioneerden als postbus, de rechters deden er niks aan". "De gedwongen opneming is als preventieve maatregel bedoeld, niet als strafrecht. Achteraf moet blijken of de maatregel terecht is geweest. Er is altijd een element van onzekerheid of het verwachte onheil zich zal voltrekken. Maar er moeten in elk geval sterke aanwijzingen zijn voor een verhoogde kans op een ernstig delict". "En wat betreft het behandelplan: in eerste instantie zullen meestal medicijnen worden toegediend. De opvatting van de regering is dat er een moment komt waarop men met de patiënt over het behandelplan kan praten. Hij moet eerst met dwang door de crisis heen om dan later tot vrijwillige medewerking te komen". "Kritiek bij een dergelijk onderwerp is onvermijdelijk en begrijpelijk, maar ik denk dat de BOPZ een verbetering betekent ten opzichte van de oude situatie". dat had ontdekt dat hij ook door zijn benen kon kijken. Als hij dan vóór mij liep bukte hij zich en zwaaide door zijn benen naar mij. Hij wilde dat ik dat ook deed. Ik speelde voor de grap mee. Op dat moment stond ik juist voor een kantoorraam, zwaaide door m'n benen per on geluk naar een aantal verbaasde, bijna verstijvende dames. Die hadden dat neefje niet gezien en begrepen dus niet waarom ik mij zo gedroeg". Gebrandmerkt "Kortom, voorzichtigheid met oor delen is geboden en zeker met opnemingen, te meer daar een opname zware gevolgen voor het verdere leven heeft. Een toekom stige baan of carrière, bijvoor beeld bij de overheid, is vrijwel onmogelijk. Bij elke sollicitatie waar zo'n gegeven op tafel moet komen speelt het meestal een ne gatieve rol. Je bent gebrand merkt". Van der Wilk heeft de afgelopen ja ren tevergeefs uitgedragen hoe het anders zou kunnen. "Mijn opvatting is: ga kijken wat er met mensen gebeurt en stem wat no dig is daar op af. Wat we nodig hebben zijn goed geoutilleerde crisiscentra van waaruit men kan ingrijpen of waar mensen tijde lijk kunnen worden opgevangen als de situatie niet ter plaatse kan worden opgelost. Dat moeten dy namische clubs zijn, geen bu reaucratische toestanden met ziekenfondsregeltjes en dergelij ke. Ingaan op de crisis, hulp bie den op dèt moment in diè situa tie. Niet pas behandelen na twee weken of na opname". "Want zo gaat het nu. Eerst opna me, dan een test, dan een obser vatieperiode en na ongeveer twee weken iets wat een behan deling moet voorstellen. Zo'n werkwijze is niet zinvol, de crisis wordt dan bedekt, er treden al lerlei afweermechanismen in werking, mensen gaan hun pro blemen verstoppen, kunnen en willen er niet meer over praten. Dat heb ik zelf meegemaakt. Op het moment dat ik wilde praten kreeg ik een rustgevende spuit, vervolgens werd ik een tijdje geobserveerd. Dat gaf een volko men verkeerd effect. Naderhand was ik niet meer in staat om het probleem aan de orde te stellen. Ik ben zeven keer opgenomen geweest, maar volgens mij zegt dat meer over de psychiatrie dan over mij". Geen durf De politici hebben wel willen luis teren naar, maar niet willen han delen volgens de ideëen van Van der Wilk en de patiëntenvereni gingen. Van der Wilk: "Ze werken onder de spanning van de dag. De oude wet wilden ze kwijt, de nieuwe vinden ze een verbetering. In Italië hebben de politici een paar jaar geleden wel het lef gehad ingrijpende wijzi gingen door te voeren, daar be staan geen spoedopnames meer". "Jammer dat men in Nederland die durf niet heeft gehad. En al ligt er dan een toezegging dat de BOPZ om de drie a vijf jaar zal worden geëvalueerd, waarschijn lijk zitten we weer voor vele ja ren vast aan de nieuwe wet. Want gezien alle tijd, energie en aan dacht die er aan de BOPZ zijn besteed zit het er niet in dat er op korte termijn weer wordt nage dacht over de vraag of we wel op de goede weg zijn met de hulp verlening bij gestoord gedrag".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 17