c
Harde waarheden over de
crisis zijn zelden welkom
Politiek ondermijnt
doelstellingen van
atoomagentschap
DONDERDAG 20 OKTOBER 1983
Meningen
Terwijl thuis 's morgens
vroeg het eerste geurige
kopje thee wordt inge
schonken, davert de ether
al van de discussies over
het financieringstekort,
de netto-netto-koppelin
gen en de betaalbaarheid
van onze verzorgingsstaat.
Zeer uitgeslapen en opge
wekte verslaggevers bel
len dan bijvoorbeeld
hoogleraren op, die hun
ontbijt even laten rusten
om trouwhartig en gedul
dig hun mening te geven
over het zoveelste plan tot
redding van onze econo
mie.
door
J.W.E. Metselaar
Kan de luisteraar deze informatie
verstouwen, of zal de mening
van deze deskundige verdwalen
in de kakofonie van alledag? Het
probleem is namelijk dat de bij
het ochtendkrieken geraadpleeg
de professor die dag wel de eer
ste maar zeker niet de laatste zal
blijken te zijn die gratis en voor
niks zijn licht over onze moeilijk
heden laat schijnen.
Via de media, radio, tv, kranten en
tijdschriften, buitelen de spre
kers over elkaar heen om hun
oordeel te geven over van alles
en nog wat. We hebben waar
schijnlijk nog nimmer een tijd
beleefd met zoveel bereidwillige
deskundigen, maar daarmee is
het er nog niet duidelijker op ge
worden.
Prof. Schouten: tragische omstan
digheid. (Foto Dijkstra)
Het aloude spreekwoord 'zo veel
hoofden zo veel zinnen' geldt
nog steeds, ook bij vraagstukken
die worden behandeld door se
rieuze beoefenaren der weten
schap zoals economen.
Nog even terug naar de ontbijtta
fel. Professor Schouten, hoogle
raar economie in Tilburg, ver
klaart in een telefonisch inter
viewtje van luttele minuten over
het plan van de PvdA, het alter
natief voor de miljoenennota van
het kabinet Lubbers: "Ach, in
theorie is het allemaal wel mooi,
maar de mensen moeten het wel
willen uitvoeren. Het is een plan
zonder institutionele kracht"
Vrij vertaald bedoelt Schouten
waarschijnlijk dat hij als eco
noom op grond van zuiver we
tenschappelijke argumenten
weinig problemen ziet, maar dat
zijn visie op mens en samenle
ving hem ervan weerhoudt echt
in hetzelfde plan te geloven.
Dat is een vrij tragische omstan
digheid voor een geleerde, want
wat moet je dan nog met je ken
nis? De economie als weten
schap blijkt schone theorie, de
werkelijkheid van alledag daar
entegen is heel wat platter. Daar
gaat het om een rauwe realiteit
getekend door het kortzichtige
egoisme van individuen en van
hele volksstammen. In die situa
tie rijst de vraag wat de eco
noom, ook maar een mens van
vlees en bloed, aanmoet met zijn
kennis.
Heuse wetenschap?
Is zijn vak een heuse wetenschap
die betrouwbare gegevens ver
strekt waarmee bijvoorbeeld po
litici hun voordeel zouden kun
nen doen? Of is de economie uit
eindelijk niet meer dan een ba
naal bijvak van de psychologie,
met boterzachte recepten onder
het motto 'voor elk wat wils'? De
spanning tussen theorie en prak
tijk is voor de beoefenaren van
de wetenschap natuurlijk niets
nieuws, maar in het huidige
tijdsgewricht wordt van de eco
nomen onder ons wel een heel
bijzondere prestatie verwacht.
Zij zouden de weg moeten wij
zen uit de crisis.
De meeste economen onderken-
nèn dit probleem uiteraard ook
zelf wel, maar zij laten zich ook
gemakkelijk de vleiende rol aan
leunen die hun wordt toebe
dacht, de rol van de gids die de
weg zal wijzen uit het gevaarlijke
moeras.
De economische kennis kan in dat
laatste geval echter gemakkelijk
worden aangevuld met strikt
particuliere opvattingen die als
zodanig zeer honorabel zijn,
maar overigens geen of nauwe
lijks grond vinden in de weten
schap. Bekleed met het gezag
van de wetenschap, het is profes
sor voor en professor na, worden
dan particuliere politieke opvat
tingen uitgevent als de laatste
waarheid.
In het spiegelbeeld van dit pro
bleem staan de politici en de ver
tegenwoordigers van allerlei be
langengroepen, zoals onderne
mers en vakbondsbestuurders.
Bezield door grote idealen en ge
sterkt door een heel specifieke
kijk op de samenleving, zijn al
lerlei beroepsbeslissers geneigd
de informatie, ook die vanuit de
wetenschappelijke wereld, te fil
teren. Wat in de kraam te pas
komt wordt gaarne opgepikt,
waarschuwingen die ongelegen
komen, worden gemakkelijk ge
negeerd. Bovendien staan er al
tijd grote belangen op het spel,
die met hand en tand worden
verdedigd. Het wordt tijd voor
enkele voorbeelden.
Heilige koe
De kosten van ons stelsel van so
ciale zekerheid zijn jarenlang een
soort heilige koe geweest waar
over niemand dorst te spreken.
Toen WD-leider Wiegel op de
hem eigen wijze politieke munt
probeerde te slaan uit de grijze
schemerzone tussen oneigenlijk
gebruik en misbruik van de so
ciale voorzieningen, stikte me
nigeen bijna van verontwaardi
ging. Een warm hart vol mededo
gen met de slachtoffers van onze
prestatiemaatschappij verhin
derde blijkbaar de kille over
peinzing dat er mischien toch er
gens iets scheef zou kunnen zit
ten.
De strapatzen van Wiegel terzake
konden natuurlijk gemakkelijk
worden afgedaan als rechtse
stemmingmakerij, maar hetzelf
de lot treft de ijverige rekenaar
die bezorgd waarschuwt dat het
stelsel onbetaalbaar wordt.
Jaren later zijn het trouwens nog
maar enkelingen die over derge
lijke kwesties echt hun nek dur
ven uitsteken, zoals de
vakbondseconoom Piet Vos. In
het 'Vierde jaarboek voor het de
mocratisch socialisme' (Wiardi
Beekman Stichting) schrijft Vos
over de verantwoordelijkheid,
ook van links, voor de verzor
gingsstaat en pleit hij voor een
discussie over de omvang daar
van en de verstarringen erin.
In Amsterdam kennen ze nog een
oud versje voor mensen als Vos:
"Hoedt u voor de allerslechtsten,
de als links vermomde rechts-
en". De vraag blijft natuurlijk
wie er nu echt links is, de politi
cus die zich met zijn mooie idea
len afwendt van een hem onwel
gevallige werkelijkheid, of de
staatsman die de problemen on
der ogen durft te zien en het ini
tiatief vervolgens niet aan ande
ren overlaat.
Dat de verzorgingsstaat in zijn hui
dige vorm enorme financiële of
fers vergt, is door een koor van
deskundigen als het ware van de
daken geschreeuwd, maar deze
informatie is al te lang en te ge
makkelijk afgedaan als rechtse
borrelpraat. Ook de hardste cij
fers vermogen in zo'n geval niet
te overtuigen.
Financieringstekort
Hetzelfde doet zich voor met het fi
nancieringstekort. Zowel FNV-
voorzitter Kok als PvdA-fractie-
voorzitter Den Uyl erkennen nu
met volle overtuiging dat de
overheid financieel in de klem
zit. In de alternatieve plannen
van FNV en PvdA zit dan ook
niet meer dan een minieme ruim
te voor het oprekken van het be
staande financieringstekort. Van
een aanmerkelijke en bewust
toegelaten verdere vergroting
van dit tekort kan volgens FNV
en PvdA geen sprake meer zijn.
Beter laat dan nooit, zullen de criti
ci denken, maar WD-minister
Van Aardenne (economische za
ken) betrad nog in alle gemoeds
rust de vanouds gebaande paden
met zijn reactie op het PvdA-al-
ternatief. "Het financieringste
kort is daarin een stuk hoger", al
dus Van Aardenne. De cijfers die
open en bloot op tafel liggen
doen er blijkbaar niet toe als een
plan moet worden afgekraakt.
De politici hebben op zo'n mo
ment de mond vol van economi
sche feiten, maar zij doen in één
moeite door de werkelijkheid ge
weld aan.
De waarschuwingen van de vak •-
economen tegen het te fors oplo
pende financieringstekort heb
ben overigens geklonken zodra
de Zijlstra-norm, die op zes pro
cent ligt, werd overschreden. We
zitten inmiddels boven de twaalf
procent, maar de waarschuwin
gen zijn willens en wetens door
links en rechts in de wind gesla
gen.
De rentebetalingen op de staats
schuld verhinderen nu niet al
leen de leuke dingen voor de
mensen, ze vormen ook een aan
slag op de departementale begro
tingen. We tobben nu met een
ontwrichte staatshuishouding,
maar toch geloven sommigen
nog steeds, tegen beter weten in,
dat we ons als een baron van
Münchhausen aan de eigen ha
ren omhoog kunnen trekken.
Stokpaardje
De economen blijven zich intus
sen, gevraagd en ongevraagd,
met de zaken bemoeien. Maar als
zij er al in slagen hun weten
schappelijke inzichten naar be
horen te scheiden van hun poli
tieke stokpaardjes, dan nog
staan de vele belanghebbenden
klaar om die inzichten naar belie
ven te exploiteren, te verdraaien
of te negeren.
De economie is heus wel een echte
wetenschap, maar in de praktijk
van alle dag vloeien theorie en
praktijk zo gemakkelijk in elkaar
over dat de verwarring compleet
is. Menig vakeconoom maakt on
voldoende onderscheid tussen
wetenschap en politieke voor
keuren annex mens- en wereld
beschouwing. En zijn tegenspe
lers in het vrije veld der maat
schappelijke krachten treden ge
woon handelend op, zonder dat
zij daarbij rekening houden met
de werkelijkheid zoals die er vol
gens de economie zou uitzien.
Het tegendeel is dikwijls eerder
het geval.
Wiegel: strapatzen.
In de dagelijkse strijd om het be
staan wordt de economie dien
tengevolge gedegradeerd tot een
bijvak van de psychologie. Har
de economische feiten worden
ingeruild voor de schone schijn,
sterke argumenten maken plaats
voor zelfbedrog, dringende waar
schuwingen worden in de wind
geslagen met een optimisme zon
der enige redelijke grond.
Deze verwording kan alleen be
streden worden als de vakecono
men zich terdege realiseren wel
ke positie zij innemen en welke
rol hun wetenschap kan en/of
moet spelen in de discussie over
de publieke zaak. Alle anderen
zouden er goed aan doen de re
sultaten van serieuze weten
schapsbeoefening even serieus
te nemen en er niet mee aan de
haal te gaan als slimme gooche
laars. Op die manier krijgen hel
dere en duidelijke geluiden mis
schien ook een kansje om door te
dringen temidden van de dage
lijkse kakofonie.
(De auteur is hoofdredacteur van deze
Meningen op deze
pagina zijn voor
rekening van de
auteurs
De 27ste algemene vergadering
van het Internationale Agent
schap voor Atoomenergie
(LAEA) is het afgelopen week
einde in Wenen besloten in een
atmosfeer van spanning en onte
vredenheid. Waren een jaar gele
den de meeste westerse delega
ties weggelopen nadat er op het
allerlaatste moment een motie
was doorgedrukt waarin de ge
loofsbrieven van Israël werden
afgewezen, dit jaar is een soort
gelijk debacie, dat tevens het ein
de van het agentschap zou heb
ben betekent, op een haar na ver
meden.
door
Anton Koene
De ruzie over Israël gaat terug tot
het Israëlische bombardement
op het nucleaire onderzoekcen
trum in Irak, twee jaar geleden.
Israël heeft die aanval gemoti
veerd met de bewering dat Irak
bezig was in het geheim een
atoombom te bouwen. Zowel
Irak als het agentschap zelf - dat
het onderzoekcentrum, tevens
experimentele atoomkrachtcen
trale, door inspecteurs had laten
bezoeken omdat het onder de
veiligheidscontrole van het
agentschap viel - zeiden dat dit
onmogelijk was.
Waar Irak en de andere Arabische
landen over vallen, is dat Israël
heeft verklaard dat als Irak weer
zo'n installatie bouwt, het op
nieuw plat gebombardeerd
wordt. Maar voor de Verenigde
Naties heeft Israël verklaard dat
het niet zijn beleid is nucleaire
installaties te bombarderen.
Afgelopen jaar heeft Irak gepro
beerd Israël uit de IAEA te laten
gooien, maar het land kon de
twee-derde meerderheid die
hiervoor nodig was niet bijeen
brengen. Irak heeft toen wraak
genomen door over de geloofs
brieven te laten stemmen, waar
voor slechts de helft van de stem
men nodig is. Toen liepen zoals
gezegd de westerse delegaties
weg. en de Verenigde Staten, die
25 procent van de kosten van het
agentschap dragen, schortten
hun contributie op. In de maan
den daarna kwam het werk van
het agentschap bijna tot stil
stand, tot de Amerikanen weer
gingen betalen.
Dit jaar werd er geen poging ge
daan Israël uit het agentschap te
stoten, maar wel een poging - de
ze keer door Iran - om de geloofs
brieven af te keuren. Dat dit al
leen een formaliteit was, blijkt
uit het feit dat de motie pas kon
worden ingediend toen de jaar
vergadering bijna voorbij was.
Deze keer traden de Amerikanen
hard op. De Amerikaanse minis
ter voor energie. Donald Hodel,
ging naar het spreekgestoelte en
kondigde aan dat als de motie
zou worden aangenomen, Ameri
ka het congres zou verlaten en
zijn lidmaatschap van de IAEA
zou opschorten. Daarna werd er
een Noorse motie aangenomen,
waarbij besloten werd niet over
de Iraanse motie te stemmen.
China
Nu vragen vele leden van het
agentschap, waaronder China,
dat als laatste grote mogendheid
pas dit jaar is toegetreden, zich af
waar het met het agentschap
heen gaat.
De politieke uitleg van de activitei
ten van deze zuiver technische
organisatie begon pas goed drie
jaar geleden, toen Zuid-Afrika
zijn zetel in de raad van bestuur
moest opgeven ten gunste van
Egypte. Volgens de statuten heb
ben in ieder géval de nucleair
meest ontwikkelde landen in elk
werelddeel recht op een zetel in
de raad van bestuur. Door een
tactische zet van de „Groep van
77" (ontwikkelingslanden, die nu
overigens al meer dan honderd
leden telt), werd Egypte erkend
als nucleair vooruitstrevender
dan Zuid-Afrika. Hoe men ook
over Zuid-Afrika denkt, het is
eenvoudig niet waar te maken,
dat Egypte meer kennis en erva
ring heeft inzake atoomtechnolo
gie dan Zuid-Afrika. Het besluit
werd derhalve genomen tegen de
eigen statuten in.
Dit jaar is opnieuw een motie tegen
Zuid-Afrika ingediend en aange
nomen. Daardoor worden de an
dere landen verplicht alle nu
cleaire samenwerking met dat
land te beëindigen zolang het
zijn nucleaire installaties niet
aan de inspectie van de IAEA on
derwerpt. Deze beslissing is wel
statutair doorgevoerd, maar
wekt het wantrouwen van vele
westerse landen, die vrezen dat
zij daardoor de allerlaatste con
trole over Zuid-Afrika zouden
kunnen verliezen.
Politieke klappen
Vier dagen lang hebben bijna alle
gedelegeerden toespraken ge
houden op het IAEA-congres.
Ettelijken hebben de kans gegre
pen klappen uit te delen aan poli
tieke tegenstanders, een onder
werp dat nergens binnen de be
voegdheden van de IAEA te vin
den is. „Hoogtepunt" was de toe
spraak van de Iraanse gedele
geerde. die begon met een citaat
uit de Koran, eindigde met een
citaat van ayatollah Chomeini.
en die verder voor negen-tiende
bestond uit aanvallen tegen Is
raël en doodsvijand Irak in de
grofst denkbare taal, alsmede
een nietszeggend bericht over
toekomstplannen voor kerncen
trales.
De algehele frustratie was te lezen
op de gezichten van de gedele
geerden van landen die wel wat
in de melk te brokkelen hebben
in het rijk van de atoomtechnolo
gie. Belangrijke onderwerpen,
zoals het delen van atoomtech
nologie voor vreedzame doelein
den tussen ontwikkelde en ont
wikkelingslanden, gingen volle
dig de mist in. Vele gedelegeer
den vroegen zich in af wat ze hier
aan het doen waren.
Het is duidelijk dat zonder de vei
ligheidscontrole van de IAEA
veel uitwisseling van technolo
gie en de verkoop van radioactief
materiaal niet tot stand zouden
komen. De actie van de Amerika
nen vorig jaar heeft geïllustreerd
hoe makkelijk het is de activitei
ten van het agentschap lam te
leggen. Tegen een Amerikaanse
boycot is zelfs Iran, dat heeft
aangeboden het Amerikaanse
deel van het budget voor zijn re
kening te nemen, niet opgewas-
Toch moet het politieke geharre
war snel ophouden voordat lan
den als de Verenige Staten er de
brui aan geven. Het is nu al zeker
dat volgend jaar het gevecht over
Israël weer op tafel komt. Statu
tair is op de geloofsbrieven van
Israël niets aan te merken, en
toch wil een meerderheid van
IAEA-leden ze wegstemmen.
Als de jaarvergadering doorgaat
voor eigen politieke motieven de
statuten van de IAEA te misbrui
ken. dreigt de hele organisatie
haar geloofwaardigheid te verlic
iteur is correspondent i
krant in Wenen).
De Communistische Partij Nederland is onderhevig aan vernieuwing. v w 1 "1
De 'oude' communist Piet Lanser uit Rijsenhout trok in een inter- A I I g 1 j J f
view met deze krant (22 september jl.) fel van leer tegen deze ontwik- l/V H i f 1 III f 11 1 VC I 1 O L M 1 T
keling. Barend Schreuders, oud-fractievoorzitter van de CPN in de V V CiCvl. V/lli yv A 1| 1 7 1 1 I 1
Utrechtse gemeenteraad en vader van het oud-kamerlid Gijs, diende
Lanser twee weken geleden op deze pagina van repliek. In bijgaand
artikel een reactie van Lanser.
Waarom ik CPN'er blijf; onder de
ze kop heeft partijgenoot
Schreuders gemeend veront
waardigd te moeten reageren op
een gesprek dat ik had met de
journalist Weert Schenk. Op 22
september ontving ik het inter
view en Schreuders' artikel te
gen mijn opvattingen over de
huidige politiek onzer partij: de
CPN. Vandaar dit wat late ant
woord.
door
Piet Lanser
Ja Barend, ik schrijf onze partij,
want ook ik blijf CPN'er, of jij of
anderen dat nou leuk vinden of
niet. Alleen zal ik blijven strijden
tegen de reformistische politiek
van de huidige leiding der partij.
Je verbaast je dat de Haagse redac
tie van deze krant er kennelijk
een fijne neus voor heeft wie zij
in verband met de discussie in
onze partij wil interviewen. Na
melijk hen die hard tegen de par
tij en vooral de noodzakelijke
vernieuwing in de CPN optre
den. Heeft het jou, Barend, dan
nooit verbaasd dat enkele jaren
terug hetgeen communisten in
de Kamer, Provinciale Staten of
gemeenteraden zeiden, of daar
buiten voor de bevolking deden,
in de pers en de media vrijwel
werd doodgezwegen, terwijl nu
de laatste paar jaren gesprekken
met Gijs Schreuders, Elsbeth Et-
ty, Henk Hoekstra en anderen
veelvuldig in de burgerlijke pers
zijn verschenen. Van een fijne
neus gesproken.
Ze wisten precies wat zij hebben
moesten, namelijk diegenen die
met hun politiek de partij in twee
delen hebben gespleten en onze
krant De Waarheid aan de rand
van de afgrond hebben gebracht
en de strijd van de werkers tegen
de reeksen van aanslagen op het
levenspeil hebben verlamd.
Je zegt dat het onjuist is dat het
huidige partijbestuur het is die
de CPN wil vernieuwen en de zo
genaamde 'gestaalde kaders'
daartegen zijn.
Je zegt: het congres en het overgro
te deel der leden hebben daartoe
besloten.
De Waarheid
Je zou allereerst moeten beginnen
met vast te stellen, hoe een meer
derheid op het laatste congres tot
stand is gekomen. Maandenlang
had De Waarheid reeds campag
ne gevoerd voor de zogenaamde
vernieuwing. De inhoud van de
krant was reeds lang totaal ge
wijzigd, voordat er een congres-
besluit was gevallen, tot groot
ongenoegen van honderden par
tijgenoten en duizenden lezers.
Bij de discussies in de krant over
de te volgen politiek werden
reeksen ingezonden stukken van
partijgenoten geweigerd. Zo
werd deze partijgenoten de mo
gelijkheid ontnomen huil me
ning kenbaar te maken.
Vervolgens werden uit kleine afde
lingen een handvol leden, soms
vijf afgevaardigden, naar het
congres gestuurd, van wie vier
zogenaamde vernieuwers, terwijl
grote afdelingen daar niet eens
aan toekwamen. Terwijl in zo'n
kleine afdeling de meningen
vóór en tegen zelfs nog ongeveer
fifty-fifty lagen.
Wanneer jij het hebt over het over
grote deel der leden die deze po
litiek steunen, denk ik dat de
wens de vader der gedachte is.
Gezien de velen die zijn weggelo
pen en de velen die strijd leveren
in de partij voor een werkelijk
communistische politiek. En ge:
zien de fatale teruggang van het
lezerstal van de krant. Jij zegt dat
de zogenaamde vernieuwing
moet doorgaan, omdat anders de
rijke tradities van de strijd onzer
partij verloren zouden gaan, wel
nu die worden dagelijks over
boord gegooid, in het bijzonder
door de krant.
Ophitsen
Aan B. Schreuders zou ik willen
vragen: wat versta je nou precies
onder vernieuwing? Bijvoor
beeld zoals de partij thans doet
(in navolging van de FNV): in
stemmen met loonsverlaging of
aan de zijde van de bourgeoisie
ophitsen tegen de socialistische
landen, in het bijzonder tegen de
Sowjet-Unie.
Dat organisatieprincipes van Le
nin niet eeuwigdurend behoeven
te zijn en er niets aan zou mogen
worden toegevoegd, is zeker.
Maar dat wil niet zeggen dat het
leninisme-marxisme in de huidi
ge situatie overboord moet wor
den gegooid.
Als je zegt dat het sektarisme zou
hebben geleid tot het geen in
vloed meer hebben van de partij
bij de bevolking, dan zou ik wil
len zeggen: wij hebben altijd te
midden van de bevolking ge
staan, zowel jij als ik en met ons
duizenden communisten en dat
staan wij nog.
Maar onze partij van nu, met haar
vernieuwing, is op het ogenblik
nergens meer, getuige de '2,5 ze
tel' in de Tweede Kamer. Als je
over de socialistische landen
praat, zeg je dat het een slecht
voorbeeld is, om er direct op te
laten volgen dat in de Sowjet-
Unie voor het eerst in de geschie
denis de macht aan het kapitalis
me is ontnomen en onder zeer
moeilijke omstandigheden een
start moest worden gemaakt met
de opbouw van dat land. En dat
zij een beslissende rol heeft ge
speeld bij het verslaan van het
Hitlerisme en een grote bijdrage
heeft geleverd aan de vrijheid
van ons land.
„Dit mogen en zullen we ook niet
vergeten".
In enkele zinnen, Barend, geef je
een totaal verschillend beeld.
Voor mij. Barend, en voor mil
joenen anderen in de wereld zul
len wij het maar houden op je
laatste versie.
Arbeidersklasse
Ten slotte kom je op Polen; natuur
lijk is de arbeidersklasse de drij
vende kracht, behoren haar de
produktiemiddelen.
Jij ziet de actie der Poolse arbei
ders tegen de Poolse staat als een
strijd voor socialisme en vrij
heid; gelijk Reagan en de paus
en de hele kapitalistische meute.
Ik ben van mening dat die strijd
een onderdeel is van de oorlogs
hetze en de organisatie van we
reldoorlog nummer 3 tegen de
socialistische en andere vooruit
strevende landen. Zo denken
ook duizenden communisten en
sympathisanten. Dat jij de Pool
se regering op één lijn stelt met
die van Chili en Turkije is toch
wel veelzeggend voor de zg. ver-
Iedere gevallen Pool is mij te veel,
maar dat te vergelijken met de
tienduizenden gevallen Chile-
nen, honderden Turken, duizen
den Salvadorianen is toch ab
surd.
Jij denkt dat 'Solidariteit' een vak
beweging is die socialisme wil of
tenminste een betere maatschap
pij. Misschien ook al vanwege
haar prachtig klinkende naan.
Denk dan maar eens aan 'Unita'
(Eenheid) in Angola, een zg. par-
tisanenbeweging tegen de Ange-
lose socialistische regering, die
zegt te strijden voor meer demo
cratie en waarvan iedereen weet
dat zij geleid en gesteund wordt
door het racistische bewind van
Zuid-Afrika en de VS, met geen
ander doel dan opnieuw de
macht te grijpen voor het wester
se kapitaal.
Verder heb je uit het interview iets
gehaald, waarvoor je je schaamt,
daarvoor heb jij je niet te scha
men, jij hebt dat niet gezegd. In
een gesprek wat ik met Schenk
had over Polen, heb ik veel meer
gezegd dan die zin over ontluisde
Polen. Twee uur en een kwartier
duurde dat interview, waarvan
zeker een kwartier over Polen is
gesproken. In dat gesprek heb ik
met tal van voorbeelden aange
toond, wie op de achtergrond
van de acties van 'Solidariteit'
een grote rol hebben gespeeld
Daarbij heb ik gezegd; zeker zul
len er door de Poolse regering
fouten zijn gemaakt.
Maar je moet eerst eens bedenken
hoe de situatie na 1945 was.
Het land platgewalst door de na
zi's; platgebrand; de industrie
verwoest; landbouw en veeteelt
een puinhoop. En als je dan ziet
dat er nieuwe steden en dorpen
zijn verrezen en het land toch
weer vrij welvarend was. En ver
der heb ik gezegd dat ze ook eens
moesten bedenken dat 750.000
Russen hun leven hebben gege
ven om Polen te bevrijden. En
dat de opbouw toch maar tot
stand gekomen is onder leiding
van een regering der verenigde
Poolse Arbeiders Partij.
Die zin in het interview was in het
geheel niet bedoeld als discrimi
natie van de Poolse bevolking.
Janmaat
Zelf heb ik met door Hitier ver
volgde Poolse anti-fascisten sa
mengewerkt en heb ik goede
vrienden onder Poolse mensen
Ons hele leven was een strijd te
gen discriminatie, fascisme en
oorlog en dan mij proberen op
één lijn te stellen met Janmaat is
het laatste wat ik van jou had
verwacht. Maar enfin, de Twee
de-Kamerleden Mateman en De
Vries (CDA) stellen nu ook de
CPN op één lijn met Janmaat en
de CP
Deze smerige belediging aan het
adres onzer partij, toont wel aan
hoe voorzichtig je moet zijn. Ba
rend, met jouw uitlatingen aan
mijn adres.
Ik wil deze discussie eindigen met
te zeggen, dat ook ik lid blijf van
de CPN. omdat ik ervan over
tuigd ben dat zij haar rol als aan
voerster van de strijd der
werkers tegen de uitbuiting en
oorlog opnieuw zal vervullen
(Door de redactie ingekort).