c Guerrilla tegen de bodemprijs: wordt de klant moe? Nieuwe druk op rente Economie Extra Wir-premie niet altijd voordelig ZATERDAG 15 OKTOBER 1983 Extra De prijzenslag, de melkoorlog. Vooral een zaak tussen super markten onderling, zo lijkt het. Maar er schuilt een diepgaande strijd achter, die de elkaar zo driftig bekampende Edah's, Van der Broeks, Profimarkts en andere prijskrakers min of meer aaneensmeed. Allemaal willen ze de vrijheid om een ar tikel net zo goedkoop te verko pen als ze dat wensen. Dat gevecht, tegen opgelegde minimum- en bodemprijzen, richt zich tegen vooral fabri kanten. Breekijzer: de merklo- ze of buitenlandse en in elk ge val goedkopere produkten. In de melkoorlog is inmiddels enig succes geboekt. De mini mumprijs is deze week met ze ven cent verlaagd, al is de strijd daarmee niet gestreden. Er is immers nog steeds een minimumprijs, er zijn nog steeds door de fabrikant veror donneerde bodemprijzen. De onrust op het prijzenfront, voor zover ooit afwezig, begon op 31 augustus bij Edah met een rechtstreekse, paginagrote oorlogsverklaring aan de fabri kanten. Vanuit Helmond, zetel van deze V&D-dochter, kon digde het grootwinkelbedrijf in schreeuwende letters een neerwaartse doorbraak aan van 45 bodemprijzen. De hoop was gevestigd op enerzijds steun van de detaillisten en an derzijds verdeeldheid onder de fabrikanten. Riskant Immers, het opdringen van de 'onbekende merken' zou zowel kleine winkelier als fabrikant wel eens kunnen verleiden tot prijsverlagingen. Beide zien met lede ogen toe hoe tal van supermarkten het merkartikel en de detailhandel steeds ver der uit de markt dringen en zullen graag het verloren ter rein heroveren. Maar ze weten ook dat de 'prijs- krakende' supermarkten niet (geheel) buiten het per Ster- spot aangeprezen merkartikel kunnen. Niet voor niets wil" Edah juist voor die artikelen lagere prijzen. Niet voor niets waakte Edah er bovendien wel voor producenten van al te sterke merken uit te dagen, zo als Douwe Egberts en Heine- ken. Te riskant, want geen win kel kan het zich permitteren deze merken niet te verkopen en het doorbreken van bodem prijzen brengt nu eenmaal het risico van een boycot met zich Vandaar dat Edah een zorgvuldi ge guerrillatactiek uitstippel de, gericht op de zwakke plek ken in het fabrikantenfront. Ze bleken (nog?) niet zwak ge noeg om een bres te kunnen slaan. Zeventien fabrikanten bleken uiteindelijk een een heid te kunnen vormen, terwijl Edah alleen bleef staan. Zij staakten de levering van 25 van de 45 produkten. En omdat de kleinere winkels, sterk gebon den aan merkartikelen en snel in nood bij een boycot, pasten voor een prijzenslag met de su permarkten werd het voor Edah buigen of barsten. Het werd buigen. Edah, dat de voorraden onder het regime van de boycot snel zag opdro gen, respecteert sinds een klei ne twee weken het fenomeen van de bodemprijs weer. Om bij de consument in de gunst te blijven zijn intussen wel 56 an dere artikelen afgeprijsd, maar daarbij is alles met een 'bo dem' buiten schot gebleven. Overproduktie Veel verbazing zal het niet wek ken, dat de actie van Edah is mislukt. Het is nog maar drie jaar geleden dat het stelsel van bodemprijzen werd ingevoerd om rust te krijgen op de markt en om verkoop onder de kost prijs te voorkomen. De indus trie kampte toen met overpro duktie die een druk legde op de prijzen en de felle concur rentie die ook toen al bestond tussen de grootwinkelbedrij ven deed de rest: het verschil tussen kostprijs en verkoop prijs smolt weg. Afgezien van de bodemprijzen is De vraag luidde of Digros, net als de concurrerende grootgrutter Edah. ook het risico liep van een 'merkenboycot' door de zogeheten bodemprijzen van fabri kanten te negeren. Maar directeur Jan van der Broek, nimmer te beroerd om voor de pers even de vergadering te onderbreken, geeft zijn eigen reactie voor rang boven een rechtstreeks antwoord. "Edah? Bodemprijzen doorbreken? Dat doen ze allang niet meer. Het is toch be kend dat wij de goedkoopste zijn? We houden Edah echt wel in de gaten". Kort om, de concurrentie op de levensmiddelenmarkt heeft dit najaar in al zijn fel heid weer de kop opgestoken. er sindsdien niets veranderd. Nog steeds is er sprake van overcapaciteit bij de procucen- ten en een scherpe wedijver tussen de supermarkten. Het zou daarom wreed zijn als de fabrikanten nu weer zouden af zien van bodemprijzen, al zal er altijd aarzeling blijven als het gaat om de keuze meer af zet bij lagere prijzen of minder afzet bij hogere prijzen. Toch kan het doorbreken van de bodemprijzen moeilijk worden afgedaan als een naïeve daad. Nederlandse merkfabrikanten kunnen dan onderling een soort kartel vormen en prijsaf spraken maken, er komt een moment dat supermarkten goedkoper in het buitenland terecht kunnen. Dat is momen teel het geval met melk, suiker en brood, produkten waarvoor in Nederland wettelijke mini mumprijzen zijn vastgesteld. Digros en Edah vinden al ge ruime tijd dat de melkprijzen in Nederland kunstmatig hoog worden gehouden. "Kijk maar naar de winsten die de zuivel industrie maakt", aldus direc tie-secretaris Wolf van Edah. Edah en Digros importeren dan ook melk uit België en verko pen die onder de Nederlandse minimumprijs. Dat leidde vori ge week tot het doorbreken van die wettelijke minimum prijs, dus voor Nederlandse melkprodukten, bij Konmar in Den Haag, een andere dochter van V&D, en de Hermans- groep. Consternatie bij de melkhandelaren, de detaillis ten, die wel voorstander zijn van een minimumprijs, maar dan wel op een met België con currerend niveau. De Nederlandse Organisatie van Melkhandelaren zorgde zo voor de steun waarop Edah bij het doorbreken van bodem prijzen tevergeefs gokte en dat gaf de doorslag: begin deze week besloot het Produkt- schap voor Zuivel de melkprijs inderdaad, met zeven cent dus, te verlagen. Afbraak Het zal, zoals gezegd, de prijskra kers niet stuiten in hun strijd voor totale afschaffing van prijsgrenzen. Zij menen nog steeds dat de prijzen van een groot aantal artikelen omlaag kan zonder beneden de kost prijs plus btw te komen. Maar ze vergeten erbij te vermelden, dat dit alleen geldt voor win kels met een beperkt assorti ment, een hoge omzet en wei nig of geen service. Prijsbe- derf, marktverpesting en drei gende afbraak van Nederland se bedrijven en kleinere win kels, zo luidt dan ook de kri tiek van het bedrijfsleven voor zover het zich bedreigd voelt. door Wim Fortuyn En de consument? Die ziet het allemaal wat lijdzaam aan, als we tenminste reclame-advies- eur Schermerhorn, van het Amsterdamse bureau J. Walter Thomson, mogen geloven. Schermerhorn stelde een on derzoek in naar het effect van de reclamecampagne van Edah, nadat dit winkelbedrijf de bodemprijzen doorbrak. Daaruit zou blijken dat de actie weinig succes heeft gehad. De klant zou steeds meer zijn ge troffen door 'aanbiedingsmoe heid', nu de ene na de andere aanbieding over zijn hoofd wordt uitgestort. Bij het onder zoek hadden bijna 300 van de 400 (telefonisch) ondervraag den (74 procent) de adverten ties van Edah niet gezien. Er is, luidt de conclusie van Schermerhorn, bij de Neder landse consument sprake van een grote winkeltrouw: van de 400 ondervraagde gezinnen bleken er 392 (98 procent) al meer dan een half jaar bij de zelfde winkel te kopen. Zeven tig procent winkelt zelfs al lan ger dan vier jaar op dezelfde plaats. Nu moeten de reclame jongens het niet hebben van prijskrakende grootgrutters, maar van de voortdurend aan een voorsprong werkende (in noverende) merkenindustrie. Niet dat er een luchtje zit aan de cijfers van Walter Thomson, maar ze zeggen weinig over een verschuiving in het win kelgedrag en zijn ook voor an dere uitleg vatbaar. Tal van klanten zal inderdaad het nut van het gezwalk met de prijzen zijn ontgaan. Zij zullen zich hoogstens hebben verbaasd over de wispelturigheid van Edah en het vermoeide hoofd hebben geschud. "We wisten dat we risico's liepen", zegt woordvoerder Wolf dan ook. (Foto GPD) Maar hij spreekt wel tegen dat de actie van Edah geen succes zou hebben gehad. Er zou daarentegen sprake zijn ge weest van een "zeer bevredi gende" ontwikkeling in de om zetcijfers. Geslepen Lachende derde blijft in alle om standigheden Albert Heijn, toch niet de goedkoopste, dat tegen de verdrukking in blijft groeien dankzij een even uitge kookt als evenwichtig prijs- en merkenbeleid. Het Zaandamse bedrijf slaagt er in steeds meer klanten te trekken, eigen mer ken te produceren èn de merk fabrikanten aan zich te ver plichten. Ahold, dat niet alleen met Albert Heijn maar ook met Miro aan de weg timmert, stelt zich met een inderdaad geslepen diplo matie op tussen klant, fabri kant en concurrent. Zo gaf men in Zaandam op de melk oorlog slechts de reactie dat vooral duidelijkheid was ge wenst. Daar kun je nog alle kanten mee uit. Zou de waar heid dan toch in het midden liggen? De Newyorkse effectenbeurs wisselt de laatste tijd wekelijks van decor. Boekte Wall Street vorige week een saldostijging van 40 punten op de Dow Jo nes Index, deze week gingen er in twee dagen 25 punten verlo ren en daarna was er niet veel meer te doen. De Amsterdam se effectenbeurs, langzamer hand gewend aan de tot dusver zeer tijdelijk gebleken koers- verstoringen in New York, liet ook ditmaal de storm vrij gela ten over zich heen gaan. Dinsdag sloeg het algemeen ge middelde zelfs een nieuwe his torische top aan. Alleen woens dag namen vele beleggers ri goureus winst op de in de afge lopen paar weken fors opgelo pen koersen en traden vooral op de lokale markt nogal scherpe koersdalingen op. Ook de begrotingsdebatten heb ben de Amsterdamse beurs ta melijk onberoerd gelaten. Alle grote regeringsbezuinigingen bleven vrijwel overeind en alle alternatieven die ten koste zou den gaan van nieuwe begro tingsgaten werden afgewezen. Minister Ruding van financiën bevestigde bovendien in de Kamer dat het de regering ernst is fiscale verlichting te geven bij het aankopen van aandelen tegen een zeker be drag. Maar eerder dan 1985 zul len deze maatregelen niet ef fectief worden. In de Verenigde Staten is intus sen weer grote onzekerheid ontstaan over het komende rentebeloop. Dat kwam al snel tot uitdrukking in een fikse verhoging van de effectenbele- ningstarieven. De kort geleden doorgevoerde renteverlaging van een van de vele kleinere Amerikaanse banken is dan ook door geen enkele andere bank overgenomen. Aanleiding voor deze onrust was de opmerking van topman Volcker van het Amerikaanse centrale-bankwezen dat hij zich in de komende tijd meer bezig zal houden met het laag- houden van de inflatie, dan van de rente. Volcker is be zorgd over de opwaartse druk op de lonen, die geleidelijk uit De rentestijging in de Verenigde Staten had onmiddellijk ge volg voor de dollar, die deze week in Amsterdam weer steeg van 2,86 tot f2,93. Hier door ontmoetten de gulden en de Duitse mark binnen het Eu ropese valutaverkeer enige druk, waardoor er een zekere ontspanning optrad nadat vooral onze munt vorige week hoog naar de top was opge klommen. Naast de onverwachte rentestij ging in de Verenigde Staten was er een Iraans dreigement, dat de effectenbeurs parten speelde. Vrees voor verscher ping van de strijd tussen Iran en Irak en het mogelijke afsnij den door Iran van de oliedoor- voer vanuit de Golfstaten ver oorzaakte maandag meteen een fors koersrijzing voor de oliewaarden in New York en voor Koninklijke Petroleum op onze beurs. Samen met Unilever en KLM was Koninklijke Petroleum dan ook één van de weinige hoofdfondsen deze week een winst van rond vijf gulden boekte. Andere aanvankelijk fraaie koersstijgingen werden later in de week vrijwel onge daan maakten. In meerdere ge vallen ging de koerswinst zelfs over in een verlies. Alleen En- nia liep f5 uit. De meeste uit gevers moesten door winstne mingen terug. Sommige, zoals Wolters-Samsom, zelfs fors met rond f 20 aan verlies. Ook VNU kon, ondanks een nieuwe obligatie-emissie met warrants (kooprechten op aan delen), de vorige slotkoers niet behouden. Borsumy, Nyver- dal-Ten Cate en Nutrica moes ten tot f 5 inleveren. Maar Otra was f20 en Twentsche Kabel f 30 hoger. Op de Europese op- tiebeurs in Amsterdam lag we derom de klemtoon op de koopcontracten voor opties Koninklijke Petroleum en Uni lever, gevolgd door Philips en KLM. Dinsdag was een drukke dag voor Koninklijke, met onder meer 1212 koopopties per ok tober. De drukte bij de staats leningen was aanmerkelijk ge ringer dan vorige week. Ook het aantal koopopties voor goud en zilver daalden flink. De gemiddelde dagomzet op de optiebeurs lag op rond 12.000 contracten tegen 14.000 een week geleden. De belastingdruk in ons land is torenhoog, maar één maatregel beoogt te vermijden, dat de grens naar het onrecht niet wordt overschreden. Die ligt bij een heffing van 80<fc (van het inkomen) aan inkomsten belasting en vermogensbelas ting tezamen. Het kan zijn dat iemand zeer vermogend is, maar over een zeker jaar (door b.v. tegenvallende bedrijfsre sultaten) een negatief- of een zéér laag inkomen heeft. Dan komt de redding in de vorm van de z.g. "anticumulatie-re geling". De vermogensbelas ting (van bijvoorbeeld 1983) wordt teruggegeven voorzover deze tezamen met de inkom stenbelasting (van b.v. 1982) méér bedraagt dan 80 van het inkomen over het jaar 1982. Dus: als het inkomen nihil is (80 van nul is: nul), kan de gehele vermogensbelasting worden teruggegeven. Bij een inkomen van b.v. 3000,- kan inkomsten- n vermogensbe lasting bij elkaar (hoe groot het vermogen ook zou zijn) niet meer dan 2400,- bedragen. In wezen is over 3000,- geen inkomstenbelasting verschul digd, maar iemand kan een groot vermogen hebben waar over méér dan 2400,- aan vermogensbelasting verschul digd is. Die heffing wordt dan beperkt tot ƒ2400,-. Men kan dus altijd nog over 20% van het inkomen beschikken. On der "inkomen" wordt in dit verband ook beschouwd het inkomen van de vrouw, waar voor zij zelfstandig in de in komstenbelasting wordt be trokken. In deze tijd van automatisering gaat lang niet alles automa tisch, dus moet om zo'n beper king van de heffing, zo'n terug gaaf, schriftelijk worden ge vraagd en wel binnen een jaar, nadat de definitieve aanslagen inkomstenbelasting èn vermo gensbelasting onherroepelijk vaststaan. Deze liggen in het algemeen vast, indien binnen twee maanden na ontvangst van de aanslagen geen bezwaar is aangetekend. De aanslagen worden eerst opgelegd naar de normale maatstaven (dus: zon der rekening te houden met de 80 %-verzachting) en men moet zelf maar zo attent zijn om te zien dat men (een deel van) de belasting kan terugontvangen. Indien een verzoek om terug gaaf niet binnen twaalf maan den is ingediend zal de Inspec teur vermoedelijk wel "ambts halve" een vermindering wil len verlenen, maar in alle ge vallen zal de activiteit van de belastingplichtige moeten uit gaan. De teruggaaf van vermo gensbelasting gaat nog verder in het geval dat het belastbaar inkomen (van byvoorbeeld 1982) negatief is en in compen satie kan komen met de posi tieve inkomens over 1981 en 1980. Dat kan weer leiden tot geheel of gedeeltelijke terug gaaf van vermogensbelasting van de jaren 1982 en 1981. Sommige ondernemers die hoopvol een verzoek tot terug gaaf van vermogensbelasting indienden, zijn bedrogen uit gekomen. Want bij de vraag, welke inkomstenbelasting in een jaar was betaald (belang rijk element bij de teruggaaf.) werden twee posten in minde ring gebracht: de toegekende investeringsbijdragen (wir- premies) en de verrekenbare buitenlandse bronbelasting. Met name vanwege die wir-re- ductie wordt de teruggaaf in tal van gevallen tot nihil gere duceerd en komt de bedoeling van de regeling verre van gaaf over. Zoals gezegd, beloopt de teruggaaf alles wat méér aan inkomstenbelasting en vermo gensbelasting wordt betaald dan 80% van het inkomen. Door nu die inkomstenbelas ting te korten met de wir-pre mie, die tot belangrijke bedra gen kan oplopen, komt ook de teruggaaf dienovereenkomstig lager uit. Daarby valt te bedenken, dat de wir-premie geen vermindering van het belastingtarief in houdt, maar in wezen een sub sidie op investeringen is, die door de zorg van de belasting dienst via de aanslagregeling wordt uitgekeerd. Het kan zelfs zijn, dat door een wir-pre mie een negatieve aanslag in de inkomstenbelasting wordt opgelegd, waardoor een onder nemer (aan hem worden alleen wir-premies verleend) geheel achter het net gaat vissen. De wir kan aldus uitwerken, dat men vermogensbelasting moet betalen, die men zonder wir niet verschuldigd zou zijn. Het is in wezen onjuist, dat een zui vere belastingmaatregel als de "80 %-regeling" door een sub sidie van haar kracht kan wor den beroofd. De vaste commis sie voor Economische Zaken en Financiën hebben naar de achtergrond geïnformeerd, maar ze lieten zich met de me dedeling, "dat de wetgeving op dit punt formeel juridisch is geformuleerd" de discussie ontnemen.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 25