De vuurproef voor Duisenberg
Oliemarkt onder grotere druk
C
Het faillissement van de Tilburgsche Hypotheek Bank
ZATERDAG 8 OKTOBER 1983
Tussen 1880, het jaar van de ves
tiging in Tilburg, en 1975 ver
anderde er weinig bij de Til
burgsche, die gestaag uit
groeide tot een hypotheek
bankje met een balanstotaal
van 200 mijoen gulden. Direc
teur Bouman werd bij de Am-
ro weggehaald om de bank
verder te laten groeien.
Hij slaagde daarin. Vooral door
het aantrekken van een mede
werker (een handelaar in on
roerend goed), die in het Noor
den des lands aan huizenhan
delaren kredieten ging ver
trekken. Eind 1978 stond er
voor 675 miljoen gulden aan
hypotheken uit en eind 1980
was dat opgelopen tot 815 mil
joen.
Extra
In '78 begonnen ook de moeilijk
heden. Sommige kredieten
deugden niet. De oude accoun
tant vertrok om nog onopge
helderde redenen en op 1 ja
nuari 1979 nam een nieuwe de
controle op de cijfers over.
Vanaf die datum vielen door
een wijziging in de wet ook de
hypotheekbanken onder het
toezicht van de Nederland-
sche Bank.
In november 1980 doet de Fisca
le opsporingsdienst (FIOD)
enkele invallen bij huizen
handelaren in Friesland en
ook bij het hoofdkantoor van
de bank in Tilburg. Hierdoor
opgeschrikt komt een accoun
tant van DNB kijken of alles
nog wel in orde is. De directie
van THB verzekert hem dat
dit het geval is en de accoun
tant gaat weer gerustgesteld
terug naar Amsterdam. Twee
maanden later wordt een vol
gende accountant eveneens
gerustgesteld naar huis ge
stuurd.
Pas in april 1981 heeft de Neder-
landsche Bank in de gaten dat
er ernstige problemen zijn bij
de Tilburgsche.
Ir. van den Diest, voormalig
topman van Volker-Stevin,
wordt op tijdelijke basis aan
getrokken (zijn salaris zou
2300 gulden per dag bedragen)
om de problemen op te lossen.
Bouman heeft dan al zelf ont
slag genomen.
In juni ronden twee accoun
tants van de Rijksaccoun
tantsdienst naar aanleiding
van de FIOD-affaire een on
derzoek af, waarin de verlie
zen bij THB worden geschat
op 24 miljoen gulden, in
plaats van de winst van 5 mil
joen gulden waar in het
jaarverslag over 1980 melding
van was gemaakt.
De directeur van FGH wordt
dan ook commissaris bij de
Tilburgsche om de boel in de
gaten te houden.
Tijdens een buitengewone aan
deelhoudersvergadering op 4
september '81 wordt even zo
vrolijk gesuggereerd dat de
problemen nu achter de rug
zijn.
Mede op grond van de daar ge
dane uitspraken kunnen in
oktober weer nieuwe pand
brieven worden uitgegeven
om tegen 13 procent rente
geld van beleggers aan te
trekken. Van den Diest weet
de banken zover te krijgen,
dat ze hem (THB) nog geld
blijven lenen. Alleen Slaven-
burg(..) doet niet meer mee.
In april 1982 vertrekt met stille
trom de voorzitter van de
raad van commissarissen van
THB, drs. Delsing, die op dat
moment tevens directeur van
de Nederlandse Credietbank
was en even later blijkt het
fiasco onafwendbaar.
De slepende affaire rond het
faillissement van de Til
burgsche Hypotheek Bank
(THB) heeft de afgelopen
weken voor nieuwe op
schudding gezorgd in de fi
nanciële wereld. Voor het
eerst werden de problemen
niet keurig onderling door
de hoge heren uit het bank
wezen geregeld. Want dit
maal dreigen ook particulie
re pandbriefhouders geld te
verliezen. Zij hebben min
der respect voor de bestaan
de orde.
Daarom hebben zij drie hoog
leraren laten uitzoeken wat
er nu precies is gebeurd en
daardoor is er een tipje op
gelicht van de sluier die no-
maliter over de duistere on
roerend goedwereld hangt.
De Nederlandsche Bank
(DNB) wordt openlijk uitge
daagd haar beleid te verant
woorden en de professoren
dreigen met verdere onthul
lingen, wanneer pandbrief
houders niet schadeloos
worden gesteld.
Dit is de grote test voor de
president van de Nederland
sche Bank, Wim Duisenberg.
Zijn eerste reactie was niet
al te best.
Toen "rooie" Wim Duisenberg
krap twee jaar geleden de
troon op het Amsterdamse
Frederiksplein besteeg kop hij
niet vermoeden, dat hij binnen
de kortste keren tot over zijn
oren in de déconfitures zou zit
ten. In gebruikelijker Neder
lands heet dat faillissement en
in dit geval kan men gewoon
spreken van drie bankschan
dalen. De Amsterdam-Ameri
can Bank, Slavenburg en -heet
van de naald- de Tilburgsche
Hypotheek Bank. Twee faillis
sementen en één -met de hak
ken over de sloot- overname,
waarvoor de Nederlandsche
Bank, in haar rol als hoedster
van alle banken, in feite ver
antwoordelijk is.
Tijdens zijn inhuldiging zei Dui
senberg: "U hoeft er de eerst
komende jaren niet op te reke
nen uit mijn mond'schokkend
nieuws te horen". De nieuwe
president van de Nederland
sche Bank moest eerst nog het
vertrouwen van de bancaire
wereld verwerven. Zijn voor
ganger, de hooggewaardeerde
Jelle Zijlstra, had een duidelijk
beleid uitgestippeld. Dat zou
voorlopig worden voortgezet.
Op monetair gebied gebeurde er
dan ook weinig. Zijlstra had in
zijn laatste jaar de regering nog
een brandbrief gestuurd. Er
moest nu eindelijk eens bezui
nigd worden, omdat de Neder
landsche Bank anders niet
meer voor de gevolgen kon in
staan en Nederland zou afglij
den uit de economische eredi
visie naar de desolate afdelin
gen daaronder, waar landen als
België, Denemarken en Ier
land vertoeven. De politiek
nam deze waarschuwingen
van Zijlstra ter harte. Duisen
berg kon dan ook in zijn eerste
jaarverslag zijn tevredenheid
uitspreken over het gevoerde
beleid.
Duisenberg had dus het politie
ke tij mee. Maar het bankwe
zen, waarvan DNB toezicht
houder is, stelde hem zwaar op
de proef. Tijdens zijn leerperio
de bij Zijlstra eind '81, werd hij
al geconfronteerd met het
schandaal, rond de Amster
dam-American Bank, een klein
bankje in de hoofdstad, dat
door enkele duistere' Zuid-
Amerikanen bleek te zijn leeg
gezogen en over de kop ging.
Het geld van gemeenten als
Hillegom en Urk bleek ver
dwenen. Een misser, maar
zoiets kan voorkomen. De AA-
Bank was uiteindelijk maar
klein.
Toen kwam Slavenburg. Aan
vankelijk leek het mee te val
len. Het Franse Crédit Lyon-
nais had de zaken daar keurig
geregeld. Met hulp van DNB
werd de boel overgenomen.
Toen de Fransen echter goed
in de administratie van het
Rotterdamse hoofdkantoor do
ken, bleken de verliezen en
miskleunen -nog los van alle
duistere praktijken- gigantisch
groot.
Op het moment dat de Fransen
nog maar een paar frank op
vakantie naar het buitenland
mochten meenemen, sleepte
Crédit Lyonnais honderden
miljoenen guldens naar Rotter
dam om Slavenburg overeind
te houden. De top van de Fran
se staatsbank was woedend op
DNB. Zij voelde zich opge
licht.
Desondanks werd er een oplos
sing gevonden die -al ver
dwijnt een steeds groter deel
van de Slavenbrug-top intus
sen in de cel- kennelijk voor al
le betrokken partijen bevredi
gend is. Maar niemand buiten
de kleine groep van ingewijde
bankmensen weet er het fijne
Het schijnt dat DNB de Fransen
heeft gegarandeerd om Slaven
burg (nu Crédit Lyonnais) li
quide te houden. Dat wil zeg
gen, dat DNB Slavenburg op
de geldmarkt geld ter beschik
king stelt, wanneer andere
geldgevers dat niet aandurven.
Maar om hoeveel het gaat en,
belangrijker nog,, tegen welke
prijs blijft een mysterie. Zoals
te doen gebruikelijk in de
bankwereld zwijgt men in alle
talen, geen mens klapt uit de
school.
Uitdaging
In de affaire rondom de Tilburg
sche Hypotheek Bank zijn wat
dat betreft taboe's doorbroken.
Aanvankelijk was het ook hier
de bedoeling om de zaak on
derling, zonder gerucht te re
gelen. Want zo werkt de bank-
"wereld nu eenmaal. Maar DNB
had buiten de waard gerekend.
Op aandringen van enkele gro
te pandbriefhouders, die hun
namen niet willen noemen,
heeft de Vereniging voor Ef
fecten Bescherming (VEB)
(een club die wordt gespon
sord door het bedrijfsleven en
al jarenlang zegt op te komen
voor de belangen van aandeel-
v houders, maar nog weinig hel
dendaden op haar blazoen
heeft staan) drie professoren
een onderzoek laten instellen
naar wat er met THB precies is
gebeurd en hoe pandbriefhou
ders toch nog hun geld terug
kunnen krijgen.
De inmiddels nationaal bekende
heren Rijnvos, Beekman en
Franken rapporteerden hun
eerste bevindingen aan DNB
met het verzoek om reactie. De
Nederlandsche bank weigerde
medewerking en liet de be
windvoerders van de Tilburg
sche gewoon doorgaan met de
afwikkeling van de boedel op
zo'n manier, dat de pandbrief
houders er gezamenlijk voor
200 miljoen gulden bij in drei
gen te schieten.
De hoogleraren besloten daarop
hun onderzoek publiek te ma
ken. Bovendien schreven ze er
een extra hoofdstuk bij, waarin
stond hoe eventueel het be
stuur van de THB, de accoun
tant en zelfs de Nederlandsche
bank juridisch aansprakelijk
gesteld konden worden voor
de schade die de pandbrief
houders zouden lijden.
De reacties in de media -eerst
nog wat timide, want het be
trof hier toch kritiek aan het
adres van de Nederlandsche
Bank- barstten weldra los. Tij
dens een persconferentie in de
Amsterdamse RAI, waagden
de drie keurige hoogleraren
het DNB voor de "keus" te
stellen. Men gaat door het fail
lissement van de THB af te
wikkelen, waarbij de pand
briefhouders dus geld kwijt ra
ken. Dan kan DNB rekenen op
een langdurige procesvoering,
waarbij allerlei zaken boven ta
fel kunnen komen die het aan
zien van het bankwezen zullen
besmeuren.
Professor Rijnvos merkte fijntjes
op, dat het tot dusver gepubli
ceerde onderzoek nog wat los
se eindjes kent, die eigenlijk
door
Paul Frentrop en
Anneloes Timmerije
nader onderzocht moeten wor
den. Maar hij gaf tevens duide
lijk te kennen dat dit niet zou
gebeuren, als de pandbriefhou
ders volledig uitbetaald krij
gen.
Met andere woorden: de Neder
landsche Bank zorg dat de
pandbriefhouders hun geld te
rugkrijgen (en daarvoor zal zij
ongeveer 70 miljoen gulden
moeten betalen), of de vuile
was wordt buiten gehangen.
Nog nooit is de Nederlandsche
Bank zo openlijk uitgedaagd.
Jeuk
Duisenberg's reactie op deze uit
daging was heftig, maar niet
verstandig. Vanuit Washing
ton, waar hij de jaarvergade
ring van het IMF bijwoonde
liet hij weten, "dat zijn handen
jeukten". Hij ging niet echt in
op de inhoud van het rapport,
maar speelde de man in plaats
van de bal: met een zekere
hoogmoed zei hij niet te begrij
pen, waarom de kleine spaar
der, betrokken bij het tranen
dal van THB, plots zoveel aan
dacht krijgt. Immers, zo luidt
zijn redenering, zij hebben zich
begeven "in de boze wereld
van de toonder-stukken". Hij
bedoelt dus gewoon: met
pandbrieven wordt veel gespe
culeerd en het is de manier om
zwart geld te beleggen.
Het is, om nog even met Duisen
berg mee te redeneren, dus he
lemaal niet zo erg dat de pand
briefhouders de dupe worden
van het faillissement van THB.
Dan hadden zij hun geld maar
op een "behoorlijke" manier
moeten beleggen.
Toegegeven, met pandbrieven
wordt een hoop gerommeld en
niet alleen bij Tilburgsche.
"Extra potjes" kunnen via het
kopen pandbrieven netjes wor
den weggewerkt zonder dat
daar belasting over betaald
wordt. Deze waardepapieren
zijn "aan toonder", staan dus
niet op naam. Zo ontsnapt de
belegger aan de inkomstenbe
lasting vèn aan de dividendbe
lasting, die bij andere vormen
van beleggen (bv. aandelen)
wel wordt berekend, maar zo
eenvoudig ligt dat niet.
Niet alle pandbriefhouders zijn
belastingontduikende specu
lanten.
De VEB, die juist het tegenover
gestelde beeld wil schetsen,
publiceert ontroerende brie
ven van weduwen, aow-ers en
anderen die hun laatste zuur
verdiende centjes in de Til
burgsche hebben belegd en nu
bij wijze van spreken nauwe
lijks meer te eten hebben.
Onder de naar schatting driedui
zend pandbriefhouders bij
THB zijn de arme weduwen
ongetwijfeld in de minderheid,
maar de president van de Ne
derlandsche/Bank heeft niet
het recht om alle schapen over
één kam te scheren.
Onder meer naar aanleiding van
het beruchte faillissement van
Texeira de Mattos in de jaren
zestig werd de wet Toezicht op
het Kredietwezen ingesteld. In
het verlengde hiervan trad te
vens de zogenaamde collectie
ve garantieregeling in werking.
Het gehele Nederlandse bankwe
zen, dus de centrale bank, de
Postcheque- en Girodienst, de
particuliere banken èn de hy
potheekbanken stellen ziqh
sindsdien gezamenlijk garant
voor de uitbetaling tot een be
drag van 35.000 gulden per cre
diteur in geval van een faillis
sement.
Maar voor pandbriefhouders is
er een adder in het gras: de be
perkende bepaling in de wet,
dat tegoeden op naam gesteld
moeten zijn. De pandbrief is,
zoals gezegd, per definitie een
anoniem waardepapier. Van
daar ook, dat Duisenberg ge
makkelijk zijn handen van de
pandbriefhouders bij de Til
burgsche af kon trekken door
vanuit de VS op te merken, dat
zij zich maar hadden moeten
laten inschrijven in het schul
dregister.
Op die wijze immers kunnen
toonderstukken worden veran
derd in vorderingen op naam.
De nu gedupeerde spaarders
zouden dan wel in aanmerking
zijn gekomen voor een uitke
ring van de collectieve garan
tieregeling.
Laat THB nou net zo ongeveer
de enige hypotheekbank in
Nederland zijn, die niet over
zo'n schuldregister beschikt.
De pandbriefhouders van Til
burgsche hadden dus -of zij dat
wel of niet wensten daargela
ten- niet eens de kans om hun
toonderstukken op naam te
stellen. Zij hadden zich in de
ogen van Duisenberg helemaal
niet in moeten laten met deze
hypotheekbank. Dat is niet al
leen een merkwaardige opvat
ting, maar ook een schijnheili
ge. Want dat zou betekenen dat
het toezicht van DNB zich
slechts zou uitstrekken over
een gedeelte van de bij het
bankwezen ondergebrachte
gelden.
Als rond pandbrieven dan een
sfeer van zwart geld hangt en
als de Tilburgsche dan geen re-
gistratieregister heeft, waarom
mag zo'n bank dan bestaan?
Antwoord: Duisenberg
spreekt met boter op zijn
hoofd.
Nu vond Duisenberg nog een ar
gument om de pandbriefhou
ders in de steek te laten. Een
pandbriefhouder geeft zich nu
eenmaal over aan het beleggen
in onroerend-goed, van ouds
her de wereld van speculanten
en grijze rijzige mannen in
pakken, die nu eens wat won
nen en dan weer verloren. "It's
all in the game", zegt Duisen
berg dan ook. Maar dat gaat al
leen op voor beleggers uit die
gefortuneerde kringen, die bij
verlies met gepaste manmoe
digheid opnieuw een gokje wa
gen. Zo ligt het niet voor de
kleine spaarder, die meent dat
hij er goed aan doet zijn geld in
pandbrieven om te zetten. Die
waren toch zo vast als een
huis?
Herkansing
Als een vader die niet boos is
maar wel verdrietig omdat zijn
zoon gebrek aan inzicht ver
toont, merkt Duisenberg nu op
dat de pandbriefhouder (als hij
slimmer was geweest) het alle
maal had kunnen voorzien. De
uitgifte van pandbrieven THB
in oktober 1981 werd geken
merkt door een hoog rende
ment van 13 procent. Een ren
tepercentage dat volgens Dui
senberg ver boven de toen gel
dende tarieven op de kapitaal
markt lag. Dit had de belegger,
volgens Duisenberg, aan het
denken moeten zetten over te
verwachten het risico.
Maar alweer snijdt Duisenberg
daarmee gelijktijdig in eigen
vlees, want aan de staatsobli
gaties uit die periode zit dan
ook een luchtje. Deze droegen
namelijk een rendement van
12,75 procent. Bovendien week
de Tilburgsche met haar rente
tarief geenszins af van de ande
re hypotheekbanken. De West-
land-Utrecht gaf in diezelfde
periode pandbrieven uit tegen
13 procent en de Friesch Gro-
ningsche koppelde nota bene
een rentepercentage van 13,5
procent aan haar pandbrieven.
Duisenberg en de zijnen hebben
het in deze tijd niet makkelijk.
Bij de THB dreigen voor het
eerst particulieren, die niet zijn
ingewijd in het financiële cir
cuit, de dupe te worden. Maar
de baas van de Nederlandsche
Bank reageert met schou
derophalen. "Dat gedoe over
de pandbrieven" vindt hij
sterk overdreven. Of zoals zijn
-in het rapport-Rijnvos veel be
sproken- rechterhand mr. Mul
ler onlangs in Hamburg ver
kondigde: "Bij een afnemende
maatschappelijke bereidheid
om privé-risico's te aanvaar
den zijn de reacties van het pu
bliek in de regel emotioneel".
Intussen zijn er in de Tweede Ka
mer vragen gesteld over de Til
burgsche. Dat biedt Duisen
berg de gelegenheid minister
Rudings antwoorden te inspi
reren en zo krijgt hij wellicht
een herkansing om zijn beleid
te verantwoorden. Wat het is
wel duidelijk dat daaraan be
hoefte is.
AMSTERDAM - Na vijf dagen
van koersdalingen en een ver
lies van 30 punten op de Dow
Jones-index voor industrie,
keerde dinsdag in Wall Street
het getij. Bij sterk toenemende
omzetten begon de index flink
te stijgen. Na drie dagen werd
het verlies van 30 punten weg
gewerkt en betrad de beurs
een nieuwe historische top.
Maar in Amsterdam bleef het
koersbeeld enigszins grillig
hoewel ook hier vele fondsen
nieuwe jaartoppen en zelfs his
torische koersstanden aansloe
gen. Tegenover deze plussen
stelden zich evenwel ook enke
le forse r
Centraal stonden deze week in
de meeste financiële beurscen-
tra van de vrije wereld de on
verwacht sterke daling van de
Amerikaanse dollar en de
eveneens vrij forse prijsdaling
van de ruwe olie. De dollar
volgt hiermee het patroon dat
zich kort geleden al begon voor
te doen bij het pond sterling.
Deze week konden de toeris
ten in Amsterdam dollars ko
pen even beneden de drie gul
den, wat in geen maanden is
voorgekomen. De officiële om
rekeningskoers daalde zelfs tot
f2,89. Merkwaardigerwijs zak
te ook vrij rigoureus de goud
prijs, die meestal een omge
keerd beeld aan dat van de dol
lar laat zien. In Londen kwam
het gele metaal op de laagste
stand sinds vorig jaar oktober.
Het meest opvallende kenmerk
van het huidige internationaal-
economische klimaat is het feit
dat ondanks de opleving er
- toch aan de basis een ruim aan
bod van goederen blijft be
staan. Bemerkte dat deze week
de gronstofmarkt, ook de olie-
markt begint er de gevolgen
van te ondervinden.
Nu de zomer is geëindigd blijken
de olietanks van de internatio
nale olie-industrie zo boorde
vol te zijn geraakt dat hier en
daar zelfs al enige paniek is uit
gebroken. Zo heerst er binnen
de OPEC opnieuw grote angst
dat de wilde toestanden van af
gelopen voorjaar met prijzen,
produktieslag en al zich weer
zullen gaan herhalen. Het olie
rijke Engeland zag hierdoor
zijn nationale valuta in het bui
tenland flink in koers dalen.
De olieaandelen in Wall Street
geraakten onder fikse druk.
Ook in Amsterdam liet Konink
lijke Petroleum het er deze
week lelijk bij zitten. De prijs
zakte van 137 gulden op 129
gulden. Aangezien Koninklij
ke nog altijd per traditie ons
hoofdfonds ter beurze is, domi
neert dit aandeel sterk de
beursindex. Na drie dagen
handel liet de groep internatio
nals meer dan drie punten val
len en was ook het algemeen
gemiddelde bijna twee punten
lager dan eind vorige week. De
dalende dollar trok ook de ove
rige internationals naar bene
den, of remden de opmars. La
ter in de week begon zich ook
hier enig herstel te ontwikke
len.
Ook op onze geldmarkt werd de
invloed van de dalende dollar
en pond merkbaar. De gulden
kwam met de Westduitse mark
prompt boven in de top van
het economisch monetaire
stelsel terecht en kan bij conti
nuering hiervan tot ingrijpen
van de Centrale Bank leiden.
Dit perspectief was de oorzaak
van een flinke rentedaling. De
banken trokken schielijk de
opslagrente van een half pro
cent in en op de markt voor hy
potheekrente ontwikkelde
zich zelfs een soort veldslag
om de gunst van de hypo
theekgevers.
De obligatie-index bleef zich ver
der boven de honderd bewe
gen. De laatste 9-procent-
staatslening waarop midden
deze maand gestort moet wor
den liep op tot 104 procent. Ge
ruchten als zou de Nederland
sche Bank de discontoverho
ging die een maand geleden op
zo'n overrompelende wijze tot
stand kwam, ongedaan willen
maken, begonnen dan ook de
ronde te doen.
Moesten aandelen Koninklijke
Petroleum deze week door de
druk op de olieprijzen het
loodje leggen, aandelen KLM
konden er daarentegen enorm
van profiteren. Vorige week
kwamen er, tijdens de in Wall
Street gehouden aandelene
missie, nog koersen van 144
gulden voor, maar deze week
liep de notering op tot circa 158
gulden. Vuurwerk werd er ook
weer ontstoken voor de uitge
verssector. Onder aanvoering
van Elsevier-NDU, die ook bo
ven de 400 gulden niet van op
houden weet en deze week
zelfs tot 435 gulden aantrok,
met een stijging van 25 gulden,
hepen vooral Kluwer, Wolters
Samson, Telegraaf en Wegener
mee omhoog.
Evenals KLM lieten ook Schuite-
ma en Nijverdal-Ten Cate een
verdere stijging van 10 gulden
zien. terwijl er bij Océ van der
Grinten en Verenigde Glas 20
gulden op de koers van vorige
week vrijdag terechtkwam.
Een flinke reactie lieten daar
entegen Leidsche Wol, Proost
en Brandt en Fokker zien.