Bodem asfaltfabriek
ernstig verontreinigd
Vliegboot na 25 jaar terug in Valkenburg
Studenten organiseren
expositie over tulpen
Vroeger was het zwaarder
Opknappen Catalina 'gigantische klus'
-C
Zeer giftige stoffen in grondwater
Katwijker B. Imthorn 40 jaar collectant
Streek
DINSDAG 20 SEPTEMBER 1983
VALKENBURG - Neder
land begint steeds meer
oog te krijgen voor het
Vliegend' verleden. Van
overal op de wereld wor
den oude vliegtuigen naar
de lage landen gesleept
om te worden opgeknapt
of tentoongesteld. Met
sommige zal zelfs weer
worden gevlogen, zoals
met de DC-2 die de we
reldberoemde vlucht van
de 'Uiver' naar Australië
nog eens zal overdoen.
Ook in Nederland zelf worden op
de meest uiteenlopende plaatsen
nog oude toestellen 'gevonden'
die de moeite van het bewaren
waard zijn.
Eén zo'n brok technisch vernuft
van voor de oorlog is een Catali
na vliegboot. Tot diep in de jaren
vijftig heeft de Nederlandse ma
rine met fleze combinatie van
boot en vliegtuig gevaren en ge
vlogen. In totaal zijn er sinds het
eerste oorlogsjaar 78 Catalina's
in dienst geweest bij de Neder
landse marine.
Op dit moment is er weer een Cata
lina terug op de basis in Valken
burg voor een algehele restaura
tie. Niet door de lucht of over wa
ter, maar in een laadbak van een
grote vrachtwagen van de lucht
macht is het toestel in onderde
len in het Rijndorp aangekomen.
Het heeft de laatste 25 jaar dienst
gedaan als speeltje voor de jeugd
in het Bosbad Hoeven in Noord
Brabant. Voor een dubbeltje per
persoon konden belangstellen
den een kijkje nemen in het inte-
Tijd
Alles wat los en vast zat is dan ook
uit het vliegtuig verdwenen.
"Het zit er daarom niet in dat het
vliegtuig ooit nog de lucht zal in
gaan", zeggen de luitenants-ter
zee J. Steenkamp en D.U. van
der Maal. Zij begeleiden de grote
opknapbeurt die de Catalina 16-
212 op het vliegkamp in Valken
burg krijgt.
"Een gigantische klus", noemen ze
door
Thijs Jansen
het. In de stille uurtjes zijn mari
nemensen op een rustig plekje
van het vliegkamp druk aan het
sleutelen aan de Catalina uit
1944. Ze hebben er nu nog de tijd
Dat komt volgens de twee luite-
nants-ter-zee, omdat nog niet alle
Orion-verkenningsvliegtuigen
op Valkenburg zijn gestatio
neerd. De bedoeling is dat er
eind volgend jaar dertien zullen
zijn. Daarvan zijn er nu acht op
de basis. "Het grondpersoneel is
echter al in dienst. Omdat het bij
de Orion om een nieuw toestel
gaat is er op dit moment nog rela
tief weinig onderhoud aan. Daar
door hebben we wat tijd over".
"Bovendien is het zinnig werk,
want het opknappen van het toe
stel kan meteen dienen als voort
gezette opleiding voor personeel.
En we hebben nog wel wat erva
ring in huis van mensen die vroe
ger met de Catalina hebben ge
werkt".
De vliegboot heeft van 1940 tot
1958 bij de Nederlandse marine
dienst gedaan. Van de 78 Catali
na's die voornamelijk in het
voormalige Nederlands Indië en
daarna in Nieuw Guinea werden
ingezet, zijn er 23 door vijandelij
ke acties verloren gegaan. Vijf
tien van deze vliegboten raakten
door allerlei ongelukken buiten
gebruik.
De laatsten, waaronder het 'Val
kenburg-toestel', verlieten in '57-
58 de dienst. Het vliegtuig dat nu
in Valkenburg staat is de enige
Nederlandse Catalina die be
waard is gebleven. In totaal be
staan er nog ongeveer 170 Catali
na's (vliegend, in musea en als
wrak). In Amerika en Canada
vliegen er nog ongeveer 80. Het
toestel wordt daar onder meer
gebruikt door de brandweer.
Vier
In Europa zijn er nog vier. Eén
staat er in het RAF-museum op
Cosford in Engeland, twee in De
nemarken en de vierde op het
vliegkamp in Valkenburg. Van
deze vier is alleen het toestel in
Valkenburg nog in originele
staat met neuskoepel en blisters
(De koepels opzij van het toestel.
Deze konden worden open gezet
waarna er onder meer een machi
negeweer in stelling kon worden
gebracht). De andere drie heb
ben in plaats van een neuskoepel
een dichte neus.
De Catalina's zijn voor de Neder
landse marine als 'manusje van
alles' gebruikt. De Nederlandse
Catalina's werden tijdens de oor
log afgeleverd aan het 321 Dutch
Sqaudron dat was gelegerd op
China Bay in Ceylon. Later gin
gen ze terug naar Nederlands In
dië en weer wat later naar Nieuw
Guinea. Het toestel werd tijdens
de oorlog voornamelijk gebruikt
als verkennings-, transport- en
reddingsvliegtuig. Ook werden
ze met dieptebommen ingezet te
gen duikboten.
Bij de marinebasis in Valkenburg
weten oud-gedienden nog sterke
staaltjes over het vliegtuig te ver
tellen. Zo zouden er in het begin
van de oorlog meer dan zeventig
mensen tegelijk zijn geëva
cueerd uit Ned. Oost Indië naar
Australië. Ook bij een reddingac
tie zouden er ongeveer zeventig
mensen als haringen in een ton
met de vliegboot naar veiliger
oorden zijn vervoerd.
Bij het opknappen van de laatste
Nederlandse Catalina zijn de ma
rinemensen nog niet op al te gro
te problemen gestuit. "Het is
echt iets voor plaatwerkers", zeg
gen Van der Maal en Steenkamp.
"De romp is vrij slecht. Ook
stukken van de vleugel zijn niet
zo best meer, maar dat is niet
zo'n probleem. Het is echter wel
een erg intensief arbeidsgebeu-
ren".
Alles
"We kunnen verder alles, want het
vliegkamp beschikt over techni
ci die alle diciplines beheersen,
maar we worden beperkt door de
beschikbare mankracht". Vol
gens de twee officieren is het zin
vol om de vliegboot nu goed te
De romp van de Catalina nadert zijn voltooiing. Ruim zeventig mensen zijn ooit met een dergelijk toestel
geëvacueerd. (Foto Koninklijke Marine Bas Linsen)
restaureren, zodat deze er weer
t\yintig jaar tegen kan. "Nu kan
het nog. We hebben eigenlijk al
veel te veel laten lopen. Dit ge
bied is te lang verwaarloosd. Ei
genlijk hebben we het veel te laat
in de gaten gekregen dat derge
lijke vliegtuigen moeten worden
bewaard".
Als de Catalina klaar is zal het een
plaatsje krijgen in het luchtvaart
museum Kamp Zeist in Soester-
berg. Daar komt het te staan
naast een Neptune en een Dako
ta, twee roemruchte vliegtuigen
die in Nederland jarenlang
dienst hebben gedaan. Verwacht
wordt dat het werk in februari
klaar is en dat het toestel op 1
april offcieel wordt overgedra
gen aan het luchtvaartmuseum.
De vier studenten die de tentoonstelling over het "tulpen trekken" samenstellen: (vlnr) Josje Dekkers,
Carolien van Es, Brigit van dè Vijfeijken en Hugo ter Avest. (Foto Holvast)
Over het in bloei trekken vanbollen in Rijnsburg
RIJNSBURG - In het i
van Rijnsburg wordt vanaf half
oktober een tentoonstelling ge
houden over het in bloei "trek
ken" van tulpen. Vier studen
ten die een opleiding tot mu
seummedewerker volgen aan
de Reinwardt Academie in Lei
den, zijn op dit moment druk
bezig met de voorbereidingen
van de tentoonstelling. Het in
richten van tentoonstellingen
maakt deel uit van hun studie.
De vier studenten Josje Dek
kers, Birgit van de Vijfeijken,
Hugo ter Avest en Carolien van
Es - noemen het onderwerp
van hun tentoonstelling "ty
pisch Rijnsburgs". Uit onder
zoekingen is volgens hen ge
bleken dat het trekken van tul
pen rond 1900 in en rond Rijns
burg is ontwikkeld.
Het trekken van bolbloemen
houdt in dat bolgewassen door
een speciale temperatuursbe-
handeling sneller tot bloei wor
den gebracht waardoor bij
voorbeeld al in december tul
pen kunnen worden verkre
gen. Door het bloementrekken
kunnen kwekers bovendien
aan de slag blijven in de win
termaanden, waarin anders
toch weinig te doen is.
Materiaal
De vier studenten hebben de
Rijnsburgse be^lking opge
roepen foto's, prentbriefkaar
ten en gereedshappen die op
de begintijd van het "tulpen-
trekken" betrekking hebben,
beschikbaar te stellen voor de
expositie. Mede dankzij die op
roepen zijn er inmiddels een-
oude stookkachel, trekkisten,
bollengereedschap, fotomate
riaal en zelfs een schilderij met
tulpenbroeiers geschonken of
in bruikleen gegeven. Boven
dien heeft de Lissese middel
bare tuinbouwschool uit haar
archief historische foto's ter
beschikking gesteld. Daar
naast had het Rijnsburgse mu
seum zelf al enkele oude ge
reedschappen 'in voorraad'.
Overigens is er nog steeds be
hoefte aan materiaal voor de
tentoonstelling. Zij die voor
werpen of foto's beschikbaar
willen stellen, kunnen contact
opnemen met Josje Dekkers,
tel. 071-174595.
Trekschema
stantie naar voorwerpen uit
Rijnsburg. Maar ''kwekersge
reedschappen en bijvoorbeeld
'trekschema's uit andere plaat
sen in de bollenstreek zijn ook
welkom. "In principe wijken
die natuurlijk weinig af van de
spullen die in Rijnsburg wer
den gebruikt", zegt Birgit van
de Vijfeijken. Illustratiemate
riaal, zoals foto's van kwekers
en kassen, moet bij voorkeur
wél uit Rijnsburg afkomstig
zijn. Omdat de vier studenten
ook willen laten zien hoe het
dagelijkse leven van de kwe
kers er omstreeks 1900 uitzag,
doen zij tevens een beroep op
Rijnsburgers om kleding en
huishoudelijke gebruiksvoor
werpen uit die periode be
schikbaar te stellen.
Op de tentoonstelling wordt niet
alleen aandacht aan het verle
den geschonken. Via een door
lopende dia-presentatie zal ook
de huidige gang van zaken in
de bollentrekkerij worden ge
toond. De expositie duurt tot
1985. In dat jaar wil het genoot
schap Oud-Rijnsburg op de
zolder van het museum een
tentoonstelling over Rijnsburg
gedurende de Tweede Wereld
oorlog inrichten.
ALPHEN AAN DEN RIJN
Het grondwater onder
het terrein van de Neder-
landsche Asphaltfabriek
(NAF) aan de Prins Hen
drikstraat is zeer ernstig
verontreinigd. Tot die
conclusie komt TNO in
Delft, die op zes plaatsen
monsters van het grond
water heeft genomen en
onderzocht. Een nader on
derzoek naar de omvang
van de verontreiniging is
zeer gewenst. Ook is het
volgens TNO dringend
nodig dat wordt onder
zocht welke maatregelen
moeten worden genomen.
Op verzoek van de gemeente en
met medewerking van de asfalt
fabriek werden medio juli op zes
plaatsen in en om de fabriek bo
ringen verricht om de kwaliteit
van het grondwater te kunnen
onderzoeken. De gemeente
vreesde dat de bodem door de
produktie van teer en andere ma
terialen in de loop der jaren
verontreinigd is geraakt. Die
vrees bleek terecht.
Op vier van de zes onderzochte
plaatsen bleek het grondwater
het honderd— tot duizendvoudi
ge van de maximaal toegestane
hoeveelheid benzeen te bevat-
TNO, dat het grondwater onder de asfaltfabriek heeft onderzocht, dringt
maatregelen.
ten. Benzeen is een giftige aro
matische koolwaterstof. In het
grondwater werden ook tal van
andere giftige stoffen aangetrof
fen, zoals tolueen, ethylbenzeen
en xyleen.
Zoals bekend heeft de gemeente
kortgeleden de asfaltfabriek een
aanbod gedaan om het complex
en de grond aan te kopen. Het is
de bedoeling dat de NAF naar el
ders verhuist en dat op de plaats
van de asfaltfabriek woningen
worden gebouwd. De gemeente
heeft tijdens de onderhandelin
gen met de NAF-directie het
aanbod gedaan om de kosten van
het schoonmaken van de grond
KATWIJK - "Met die ko
peren centen liep je
vroeger al halverwege de
collecte met een gebo
gen stok. Dan moest je
de collectezak legen in
een wit linnen zakje voor
je weer verder kon". Aan
het woord is de heer B.
Imthorn uit Katwijk aan
Zee, die al veertig jaar de
collecte ophaalt in de
Nederlands hervormde
gemeente.
door
Ria van Griethuizen
"Ja, dat was me wat hoor", zegt
de 70-jarige collectant die voor
lopig nog van geen ophouden
wil weten. "Met zo'n lange stok
stootte je weieens tegen ie
mand z'n hoofd. In '50 gingen
we naar de Nieuwe Kerk en
daar was 't nog wel moeilijker,
dan moest je met die stok tus
sen al die vakken door. De
vrouwen droegen toen nog
kappen met gouden ornamen
ten. Dat was wel uitkijken
hoor, maar het is mij gelukkig
nooit gebeurd" dat er tegenaan
stootten.
"Zo'n zak kon je van de stok af
halen, en als die stokken wat
ouder waren dan kon het wel
eens gebeuren dat de zak van
de stok afviel. Dat gaf een ge
weld, nou, dan moesten de
mensen natuurlijk wel even la
chen. Éen keer viel de collecte-
zak net op z'n kop en toen rol
de al het geld eruit. De mensen
uit de bank kropen allemaal
over de grond".
In september 1943 is Van Im
thorn als collectant begonnen.
"Een neef van me vroeg of ik
het wou doen. M'n vrouw lag
toen in de kraam van m'n oud
ste zoon, daarom weet ik het
nog zo goed. Ik had er eigenlijk
helemaal zoveel zin niet in,
maar het is er van -lieverlee
toch van gekomen". "Hij heeft
nog nooit een zondag overge
slagen", mengt mevrouw Im
thorn zich in het gesprek. "Hij
is natuurlijk wel eens een keer
tje ziek geweest, maar zogauw
hij weer kon dan ging hij
Perpermuntjes
De collectanten tellen het geld
niet zelf. "De collectezakken
legen we in bussen in de doop-
kamer". De bussen worden op
slot gedaan en gaan later naar
de bank. Toch weet Van Im
thorn te vertellen dah er wei
eens knopen bij de collecte za
ten. "Dat was natuurlijk kwa-
jongenswerk. Er zaten ook
weieens kingetjes in. Ja, peper
muntjes dus". Tegenwoordig
komt dat niet meer voor. "Nu
zitten er nog wel eens buiten
landse munten in, dat wel.
Vooral in de zomermaanden
komt dat nogal eens voor".
Elke zondagochtend en —avond
moest Imthorn samen met ne
gen anderen present zijn. "We
waren met zes collectanten en
vier diakenen". Nu, na veertig
jaar, is er nog nauwelijks iets
veranderd. "Er is nu weieens
een diaken minder, maar de
kerk is nog altijd goed gevuld
hoor".
Er zitten tijdens de ochtenddien
sten achthonderd mensen in
de kerk, schat Van Imthorn.
Hij weet niet hoeveel geld dat
in het kerkelaatje brengt, maar
dat zoekt hij even op in het
kerkblaadje. "Kijk maar hier",
zegt hij als hij zijn leesbril ge
vonden heeft. In een balansje
staat: vier september, 1474 gul
den.
op het spoedig nemen van
(Foto Wim Dijkman)
voor haar rekening te nemen. De
transactie ging uiteindelijk niet
door omdat de asfaltfabriek een
hoger bedrag van de gemeente
wilde hebben. De gemeente trok
daarop haar aanbod in.
De gemeente neeft het TNO—rap
port direct opgestuurd naar de
provincie, die de plannen coördi-
neert voor de bodemsanering, en
naar dg inspectie van de volksge
zondheid. Nog deze week is een
vergadering belegd tussen ge
meente, provincie en inspectie.
Voor directeur J.C.M. Heemskerk
van de asfabriek is de uitslag van
het TNO-onderzoek geen ver
rassing. "Wij hebben in overleg
met de gemeente en TNO die
plekken uitgekozen, waarvan wij
vermoedden dat de bodem
verontreiniging het ernstigst zou
zijn. Er zal nader onderzoek no
dig zijn, want het is zeker niet zo
dat het gehele terrein in diezelf
de mate is verontreinigd".
Met name het watermonster, dat
onder de opslaghal werd getrok
ken, gaf een extreem hoge uit
slag te zien. Dit grondwater,
bruin van kleur en met een teer
lucht, is zeer ernstig verontrei
nigd. "Het zou iets te maken
kunnen hebben met de oude
teertanks die nog altijd onder de
vloer van de hal aanwezig zijn",
veronderstelt directeur Heems
kerk. "De asfaltfabriek draait se
dert 1910. In vroeger tijden heb
ben de tanks voor de opslag van
teer onder de grond gezeten. La
ter zijn ze buiten gebruik gesteld,
leeggepompt en gevuld met zand
en grond. Het is niet uitgesloten,
dat de tanks nog open zijn".
TNO heeft in eerste instantie het
grondwater onderzocht, omdat
verontreiniging hiervan de mees
te gevolgen voor de volksge
zondheid kan hebben. Er zijn
ook grondmonsters genomen,
maar die zijn nog niet onder
zocht. TNO houdt deze monsters
tot nader bericht in bewaring.
Zowel de asfaltfabriek als de ge
meente wachten af, welke stap
pen de provincie overweegt.