c Van der Lubbe, de onpeilbare Proces tegen Leidenaar begon halve eeuw geleden "Vernoem een straat naar Van der Lubbe ZATERDAG 17 SEPTEMBER 1983 Extra Een halve eeuw geleden begon in Leipzig het proces tegen Leidenaar Marinus van der Lubbe, beschuldigd van het in brand steken van het Rijksdaggebouw in Berlijn. Een proces dat van grote invloed was op het aan de macht komen van Hitier en zijn nazi's. Van der Lubbe zelf gedroeg zich voor zijn rechters bijna apathisch; hij viel zelfs in slaap toen het doodvonnis tegen hem werd uitgesproken. Toch was hij voordien een strijdbare en zeer beweeglijke jongeman met een avontuurlijk karakter, zoals blijkt uit bijgaande achtergrondreportage die vooral zijn "Leidse" jaren tracht bloot te leggen. door Bert Paauw Vijftig jaar geleden, in septem ber 1933, begon in het Duitse Leipzig een proces dat we reldwijde belangstelling trok en dat vooral in Nederland veel aandacht kreeg. Begrij pelijk, want in de beklaag denbank zat de 24-jarige Lei denaar Marinus van der Lub be, beschuldigd van het in brand steken van het Rijks daggebouw in Berlijn, de ver gaderplaats van de Duitse parlementariërs Een daad met vergaande politieke consequenties. Want de brand - eind februari'33, ruim een week voor de Duitse parlementsver kiezingen - speelde Hitier en zijn nationaal-socialisten heel na drukkelijk in de kaart. Inspelend op de algehele verbijstering en verontwaardiging en alle schuld in de schoenen schuivend van de communisten - Van der Lubbe had immers communistische ideëen en sympathieën - boekte Hitier een grote verkiezingszege. Een zege die hem weliswaar niet de gehoopte meerderheid in het parlement bracht, maar die zijn positie wel zodanig versterkte dat hij korte tyd later de absolute macht kon grijpen. En dat laatste zal Van der Lubbe. wat men hem ook allemaal heeft toegedicht, met zijn daad zeker niet hebben beoogd. In de loop der jaren is druk gezocht naar het hoe en waarom van de brand stichting. Theorieën zijn ontwik keld over medeplichtigen, waar bij de suggestie dat de nazi's Van der Lubbe z'n gang hebben laten gaan en hem zelfs een handje hebben geholpen, tot de meer waarschijnlijke mogelijkheden behoort. Zelf heeft Van der Lubbe destijds verklaard de brand in zijn eentje te hebben aangestoken als waar schuwing tegen het fascisme. En wellicht in de hoop iets los te ma ken bij de Duitse arbeiders die tamelijk apatisch en gelaten het oprukkende nazisme over zich heen lieten komen. Wie was Ma rinus van der Lubbe die na een geruchtmakend proces op 23 de cember 1933 ter dood werd ver oordeeld? Geboeid Als jongste uit een gezin met drie zoons wordt hij op 13 januari 1909 in Leiden geboren. In totaal moeten zeven kindermonden worden gevuld omdat Marinus' moeder uit een eerder huwelijk vier kinderen heeft meege bracht. Armoe is troef in het ge zin Van der Lubbe dat in Den Bosch terechtkomt waar de va der met het venten van koop waar aan de kost probeert te ko men. Veel trekt hij zich overi gens niet van z'n gezin aan - hij wordt uiteindelijk uit de ouder lijke macht ontzet - en wanneer de astmatische moeder in 1921 overlijdt belandt Marinus in Oegstgeest waar een getrouwde halfzuster zich over hem ont fermt. Marinus is dan 12 jaar en kan het aanvankelijk goed vinden in het vrome gezin Sjardijn. Hij be zoekt enkele jaren de christelijke school in Leiden en gaat op 14- jarige leeftijd werken als loop jongen bij een kruidenier. Dat bevalt hem niet, hij gaat in de leer bij een metselaar, komt te recht in de 'bouw' waar hij goed aanpakt. Het is in dit wereldje waar hij kennis opdoet van de ideëen van de arbeidersbewe ging. Hij raakt dusdanig geboeid door de idealen van vrijheid en gelijk heid dat hij een regelmatige be zoeker van de openbare leeszaal wordt waar hij werken van onder anderen Karl Marx en Henry Ford leest. Of hij het allemaal be grijpt is vraag twee. In elk geval sluit hij zich op 16-jari- ge leeftijd aan bij de communis tische jeugdbeweging De Zaaier. Het moet hem wel in conflict brengen met zijn gelovige stief vader, de verpleger Sjardijn. Om de goede verstandhouding niet kapot te maken besluit Marinus na enige tijd een ander onderdak te zoeken. Sjardijn heeft later over die perio de gezegd: "Wij betreurden het zeer, maar er was geen houden meer aan, hij wilde weg. Ik heb hem nadien nog wel een aantal keren gezien en gesproken en daarbij steeds de indruk gekre gen dat hij nog net zo eerlijk en spontaan was als vroeger. Wel deed hij druk aan politiek en agi teerde tegen allerlei zaken. Ik heb hem nog gewaarschuwd een beetje voorzichtig te zijn omdat hij daar wel eens last mee zou Oogoperaties Op 16-jarige leeftijd overkomt Ma rinus een ernstig ongeval dat een drastische invloed op zijn ver dere leven uitoefent. Bij wijze van grap trekken collega's op het werk een kalkzak over zijn hoofd waarbij stukjes kalk in zijn ogen terecht komen. Kort daarop krijgt hij zelfs een hele emmer kalk over z'n hoofd en alleen drie zware operaties in de kliniek voor ooglijders van professor Van der Hoeve, waar hij vijf maanden verblijft, kunnen voor komen dat Marinus volledig blind wordt. Het werken als metselaar is afgelo pen en met een levenslange inva- liditeitsrente van 7,44 gulden in de week moet hij zich verder zien te redden. Hij gaat tot het grote leger werklozen behoren, al is hij niet te beroerd om allerlei klus sen aan te pakken als hij de kans krijgt. Zo werkt hij in die jaren onder meer enkele weken als kelner in de stationsrestauratie van Leiden, als zomerhulpje in het restaurant Hof van Holland in Noordwijk, als slachter en als hulp op een zandschuit. Zijn handicap speelt hem daarbij .nogal eens parten. In laatstge noemde baan wordt hij bijvoor beeld ontslagen omdat hij regel matig in het water valt. Samen met z'n vriend Koos de Vink (nu 79) probeert hij het in de aardappelhandel. De Vink heeft een paar jaar geleden in het weekblad Vrij Nederland verteld waarom ook dat geen succes werd. "We kochten zakken aard appelen in voor 50 cent. Ik geloof dat er wel 50 kilo in zo'n zak zat en die gingen we dan uitventen per kilo in de Leidse buurten. Maar Rinus was veel te aardig, die verkocht die aardappelen aan de arme mensen op de pof. Dan beurden we nog niks". De Vink is één van de Leidse vrien den die Van der Lubbe maakt als hij in september '26 zijn intrek neemt in het pand Uiterstegracht 56 waar mevrouw Van Zijp ka mers verhuurt aan studenten en jeugdige werklozen. De huur ders van Uiterstegracht 56 zijn vrij eensgezind in hun afkeuring van de kapitalistische maat schappij en hangen op de één of andere wijze het communisme Bekende figuur Van der Lubbe laat het niet bij dis cussies. Hij agiteert onder werk lozen, leidt stakingen en demon straties, vecht met de politie, gooit de ruiten in van het ge bouw van het Maatschappelijk Hulpbetoon en verzorgt op eigen houtje communistische scholing aan een groepje jeugdigen in een pand aan de Bouwelouwensteeg 32 waar hij inmiddels is ingetrok ken. Kortom, Van der Lubbe is in Lei den een bekende figuur. Bewon derd in kringen van linkse arbei ders, verguisd bij anderen die niets van de oproerkraaier moe ten hebben. Koos de Vink in het eerder aangehaalde VN-inter- view: "Je zult nooit iets van Van der Lubbe begrijpen als je niet weet dat we het vreselijk arm hadden in die tijd. We waren rechteloos. En daar kwam Rinus tegen op. Rinus was mijn vriend en ik ben altijd achter hem blijven staan. Politiek waren we niet hetzelfde. Ik was nog partij-communist, hij had er al mee gebroken en vond dat de arbeiders het zelf moesten doen. Partijen waren toch maar bureaucratisch, vond hij. Ik heb voor de communistische partij bedankt na de brand, toen ze Ri nus van allerlei smerige dingen gingen beschuldigen. Dat hij ho moseksueel was en dat hij zich door de fascisten had laten om kopen. Ik weet dat dat niet zo is. Rinus was niet naief en homo seksueel was hij helemaal niet. Ik heb nog briefjes voor hem ge bracht, stiekem, naar een ge trouwde vrouw waar hij een ver houding mee had. Die man van die vrouw kwam daar achter en is Rinus met een mes achterna gekomen. Maar Rinus was zo sterk als een beer. Hij heeft die kerel dat mes gewoon afgepakt. Wat ik in Rinus bewonderde was zijn eerlijkheid en solidariteit. Hij was voor geen mens bang". Steunaanvragen Door het Burgerlijk Armbestuur in Leiden, waar Marinus regelmatig aanklopte voor bijstand, werd nauwkeurig bijgehouden wat hij allemaal uitspookte. In nauw overleg met de politie werd meerdere malen een steunaan vraag afgewezen. Enkele passa ges uit de archieven van het toenmalige Armbestuur (nu So ciale Dienst): "13 januari 1931 - Van der Lubbe werd tijdens het relletje op woensdag 7 januari gearresteerd, bovendien kon men nog meede len dat Van der Lubbe des mid dags aan de fabrieken van Clos en Leembruggen communisti sche propaganda maakt, hij is reeds meermalen door de politie verjaagd. Ook aan het stempello kaal is hij momenteel één van de grootste oproermakers. Nog kan worden gemeld dat hij meesten tijds de kost krijgt bij zijn com munistische vrienden. Maandag 12 januari verkocht hij een werk- lozenkrant aan stempelaars en steuntrekkers tegen de prijs van 2 cent. Besluit: Van der Lubbe blijven steunen, doch iedere week bij de politie informeren of hij verzet gepleegd heeft of muit gestookt, en zoo ja, dan geen steun geven". "19 januari 1931 - Vrijdagavond is Van der Lubbe gearresteerd we gens het verkopen van steunbon- nen voor werklozen. Bij fouille ring vond men een.lijst om in te tekenen voor steun aan de Com munistische Boerenjeugdbond. Van der Lubbe Door de politie werd één en an der aan ons meegedeeld. Besluit: zowel de ondersteuning als de stempelkaart intrekken". Dat Van der Lubbe zich niet laat intimideren of bij de pakken gaat neerzitten blijkt uit het feit dat hij steeds opnieuw bij het Arm bestuur op de stoep staat, steun of geen steun. Nogmaals een greep uit de aantekeningen van de toenmalige beambten van het Armbestuur. Uitleenbibliotheek 7 december 1931 - Van der Lubbe vraagt 100 gulden handelsgeld. Is voornemens een uitleenbiblio-/ theek in te richten. Is zelf reeds in het bezit van verscheidene boeken, doch moet natuurlijk een uitgebreide collectie voorra dig hebben. Tevens moet hij een woning huren en wat installatie- geld hebben. Hij verklaart deze zomer in verschillende landen te hebben gezwalkt, doch zou niet gewerkt hebben. Aan de Bank van Leening heeft hij 300 gulden gevraagd, doch dat verzoek werd afgewezen. Besluit: afwijzen". "31 december 1931 - Van der Lub be vraagt 50 gulden te mogen ontvangen. Hij is voornemens een (communistische) leesbiblio theek op te richten, waarvoor hij ter installatie 50 gulden verzoekt. Zijn enige inkomen is thans 7,44 gulden per week. Besluit: afwijzen". "28 oktober 1932 - Van der Lubbe verzoekt een bedrag van plm. 50 gulden voor het inrichten van zijn woning benevens om zich opnieuw in de kleren te steken. Hij is sinds een maand weer te Leiden woonachtig, na 3 maan den in de gevangenis te hebben doorgebracht voor het vernielen van ruiten van het gebouw Maat schappelijk Hulpbetoon. Hij heeft een pakhuis gehuurd van Onderwater. Het benedengedeel te wil hij verhuren aan zakenlui en zichzelf boven installeren. Ook wil hij een vergaderzaal in richten. Hij wil zich nu dienst baar maken aan de geestelijke verheffing van de arbeiders en tracht dit te bereiken door het geven van cursussen, praatavon den enz. Een gedeelte van het ge vraagde zal derhalve benut wor den voor zijn propaganda. Besluit: afwijzen". "10 november 1932 - Van der Lub be is in hongerstaking gegaan en heden opgenomen in het Acade misch Ziekenhuis, is aldaar di rect gaan eten. Aan de Genees kundige Dienst is opdracht gege ven beslag te leggen op de invali- diteitsuitkering ter dekking van de verpleegkosten". Trektochten Dat Van der Lubbe over een ruste loos en avontuurlijk karakter be schikte blijkt uit de trektochten die hij door Europa maakt. Lif tend en lopend doorkruist hij meedere malen Duitsland en komt ook in Joegoslavië en Hon garije terecht. In een dagboek beschrijft hij zijn belevenissen. Het 'beloofde land'. Rusland, komt hij niet in. Hem wordt een visum geweigerd. De Russen hebben geen behoefte aan een kritische pottenkijker. Daarnaast maakt Van der Lubbe wilde plannen om als eerste Ne derlander het Kanaal over te zwemmen, een prestatie waar het weekblad Het Leven 5000 gulden voor heeft uitgeloofd. Eind '32, begin '33 krijgt Marinus steeds meer last van zijn oog kwaal. Op 4 januari moet hij op nieuw naar de oogkliniek waar de artsen een vorm van tubercu lose vaststellen die onafwend baar tot blindheid zal leiden. Als hij na een maand uit de kliniek ontslagen wordt maakt hij zich op voor een nieuwe reis, een reis naar Berlijn die later zijn laatste blijkt te zijn. Inmiddels is Hitier tot rijkskanselier benoemd en roeren de nazi's zich steeds bru taler waarbij sociaal-democraten en communisten het moeten ont gelden. Van der Lubbe verblijft al enige tijd in Berlijn als het op maan dagavond 27 februari 1933 tot de brand in het Rijksdaggebouw komt. Achteraf wordt duidelijk dat hij al driemaal eerder in Ber lijn een poging heeft gedaan een overheidsgebouw in brand te steken. Marinus wordt op heterdaad be trapt. Vrijwel direct daarna be ginnen de pogingen van nazi's en communisten om elkaar mede plichtigheid aan de brand in de schoenen te schuiven. Bruinboek In het Rijksdagbrandproces, dat 44 weken zal duren, worden voor aanstaande communisten aange klaagd en ten tonele gevoerd, maar die 'stunt' loopt uit op een jammerlijke mislukking voor de nazi's. Wegens gebrek aan bewijs moeten de communisten worden vrijgesproken. Intussen is de communistische we reld met een zogenaamd Bruin- boek voor de dag gekomen waar in een complot tussen Van der Lubbe en de nazi's wordt veron dersteld. Een complot bedoeld om de communisten in een kwaad daglicht te stellen en te kunnen uitschakelen. In hun ij ver om zich van Van der Lubbe te distanciëren worden hem 'heulen met de fascisten' en 'ho moseksuele neigingen' toege schreven. Daarbij wordt niet ge schroomd gebruik te maken van valse verklaringen en halve waarheden. Ten aanzien van de vermeende ho moseksualiteit bijvoorbeeld laat men Sjaak de Vink (een broer van Koos) in het Bruinboek ver klaren dat hij vaak met Van der Lubbe in één bed heeft geslapen. In werkelijkheid had Sjaak de Vink daar op laten volgen 'zon der dat ik iets van homoseksuele neigingen bij hem waargenomen heb'. Als tegenhanger van het Bruin boek verschijnt een Roodboek, samengesteld door vrienden van Van der Lubbe. Fel wordt stel ling genomen tegen de verdacht makingen in het Bruinboek ("Even voorzichtig ruiken aan dit boeketje onjuistheden, leu gens en verdraaiingen. Niet meer Een straat, een pleintje of een gracht vernoemen naar Marinus van der Lubbe. Dat is wat de Leidenaars Kees Walle en Leo Meijer graag zouden zien gebeuren. Walle, oud-gemeenteraadslid voor de PSP, heeft in het verleden al eens een voorstel in die richting gedaan maar werd naar zijn zeggen door de toenmalige burgemeester Vis met een vage toezegging afgescheept. Omdat het voorstel van Walle op het stadhuis bleef circuleren is gemeentevoorlichter Meijer er op ingesprongen met als gevolg dat de straatnamencommissie van de gemeente Leiden zich begin dit jaar serieus over 'het probleem' boog. De stemmen staakten - 3 tegen 3 bij 1 onthouding - maar het college van B en W heeft inmiddels besloten de naam van Marinus van der Lubbe op de reservelijst van straatnamen te doen plaatsen. Kees Walle: "Van der Lubbe heeft op verschillende plaatsen in de Leidse binnenstad gewoond, op de Uiterstegracht 56, op het Levendaal 74, in de Bouwelouwesteeg 32, in de Lange Vrouwenkerksteeg 19. Een vernoeming in één van die buurten als daar nieuwbouw wordt gepleegd lijkt me een zinvolle zaak. Bijvoorbeeld als er straks nieuwe huizen op de plaats van het huidige postkantoor achter het Levendaal worden neergezet". Volgens het tweetal Walle/Meijer is de beeldvorming over Van der Lubbe vooral bepaald door de brand. "Er zijn na de brand afschuwelijke dingen over de man gezegd. Er is op een onsmakelijke wijze met hem gesold. Hij werd bijvoorbeeld gevonnist op grond van een wet die pas tijdens het proces rechtskracht kreeg. Een volkomen ongebruikelijke en ongehoorde zaak in de wereld van de rechtspraak. Hij is door de geschiedenis uitgespuugd en ook door de autoriteiten in de stad Leiden altijd angstvallig verzwegen. Maar hoe je ook over Van der Lubbe denkt, hij was een bekende Leidenaar en gezien tegen de achtergrond van zijn tijd met de armoede, de honger en de werkloosheid kun je best waardering opbrengen voor zijn betrokkenheid en idealisme. Een Van der Lubbestraat zou je daarom kunnen zien als een soort rehabilitatie". dan een neus vol nemen, anders vallen wij reeds dadelijk flauw van den stank, die uit deze mest- poel opstijgt"). Erg best dringt het Roodboek niet tot de buiten wereld door. Zwijgzaamheid Aan Van der Lubbe lijkt dit alles voorbij te gaan. Tijdens het pro ces vertoont hij niets van de strijdbaarheid die hem voordien zo kenmerkte. Meestentijds met gebogen hoofd, af en toe glimla chend, soms slapend, laat hij de procesgang voor wat hii is. Het zwijgen van Van der Lubbe was en blijft één van de grote raadselen van het proces. Piet van Albada, ook één van de vroe gere vrienden van Marinus, heeft daarover later nog eens zijn ver wondering geuit: "Soms dachten we dat de Duitsers een ander voor hem in de plaats hadden ge zet. Dat hij zweeg was helemaal niet zijn gewoonte". Hier en daar is gesuggereerd dat Marinus, die vanaf de arrestatie tot aan zijn dood vrijwel dag en nacht geketend was, via bepaal de middelen suf werd gehouden. Feit is dat vrijwel niemand Mari nus mocht bezoeken of spreken. Ook niet mr. G. de Jongh (oud- strafrechter, oud-rechter van in structie en oud-kinderrechter) die een groot deel van het proces meemaakte en zijn ervaringen te boek stelde. Geen wonder dat het gedrag van Van der Lubbe hem en vele anderen tot de con clusie bracht met een psycho paat, een warhoofd van doen te hebben. Mr. de Jongh: "Volgens een alge meen gedeelde mening mag je een psychopaat, een oneven wichtig, abnormaal mens, dat niet normaal reageert op omstan digheden die hem beïnvloeden - welk normaal mens valt bijvoor beeld in slaap terwijl de dood straf tegen hem wordt geëist? - het door hem gepleegde misdrijf niet zo ernstig aangerekenen als een individu die over al zijn geestvermogens volledig be schikt". Het was een opvatting die door ve len, al dan niet terecht, werd ge deeld. Het belette de Duitse rechters niet, gebruik makend van een inderhaast ingevoerde nieuwe wet, de doodstraf over Van der Lubbe uit te spreken "wegens hoogverraad, gepaard gaande met oproer verwekkende brandstichting". Op 10 januari 1934 voltrekt de beul het vonnis. Marinus van der Lub be wordt, enkele dagen voor zijn 25ste verjaardag, onthoofd. Voornaamste geraadpleegde bronnen: Archief Leidsch Dagblad; Archief Vrij Nederland; Der Reichstags- brand, Fritz Tobias; Der Brandstif- ter. Horst Karasek; De Brand, het proces Van der Lubbe, mr. G.TJ. de Jongh; Roodboek, publicatie van het internationale Van der Lubbe-comi- té; De Brand in den Rijksdag, het of- ficieele rapport van de internationa le juristencommissie (delen uit het Bruinboek).

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 19