„Jij was fout, Henk"
5 QT
Delgado en Arroyo:
stille Spaanse
titelpretendenten
Martelaren
bepalen
Tour-beeld
van het
weekeinde
Zelfs uit eigen kamp geen steun Lubberding
Blunder van
jury: ritzege
voor Laurent
Forse
boete
MAANDAG 18 JULI 1983
ST.ETIENNE - De 70e ron
de van Frankrijk gaat de
geschiedenis in als de
Tour der martelaren. Bij
gebrek aan kampioenen
brengen stakkers de
grootste wielerwedstrijd
op ieders tong.
Gekraak van botten in plaats van
het traditionele gebaar van die
ene meester over het hele pelo
ton. De Tour de France beleefde
bij het ingaan van de laatste fase
een weekeinde van "ach, wat zie
lig".
Eerst bleef op de Puy de Dome
Pascal Simon kreunend en steu
nend gele-truidrager. Vervolgens
maakte Michel Laurent een salto
voorover. Intussen is de strijd
om de eerste plaats van het eind
klassement weer volkomen
open.
Zielepoten
In de criteriums na de Ronde van
Frankrijk, waarin de renners hun
inspanningen uit de zwaarste
koers van het jaar in klinkende
munt omzetten, zullen de ziele
poten het best betaald worden.
Vooral Pascal Simon, de Frans
man, zag zaterdag op de Puy de
Dome, in een door de Spaanstali-
gen Arroyo, Delgado en Jimenez
beheerste klimtijdrit, zijn voor
sprong in het algemeen klasse
ment van ruim vier minuten te
ruglopen tot minder dan een mi
nuut.
De man van het "gebroken" schou
derblad stapte toch maar weer
op en bleek in de eenzame klau-
Ploegleider Echavarri poseert trots met zijn twee t
terpartij met de klok als tegen
stander ernstiger gewond dan
sceptici vermoedden. De eerste
plaats van Simon werd een aflo
pende zaak. Ineens was er weer
een handvol kanshebbers voor
de laatste gele trui. Misschien
wel twee handen vol.
Op stelten
In de schaduw van overgewaaide
Spanjaarden en een Columbiaan
presteerden Johan van der Velde
en Peter Winnen goed op de Puy
de Dome. Zij versloegen bijvoor
beeld Alban, Millar en Breu. Bei
de Nederlanders achtten zich in
eens ook niet kansloos meer toen
zij minuten op de eerste plaats
ingelopen bleken te zijn.
"Ik sta weer bij de mensen", zei Jo
han van der Velde. "Als ik mp
aan de voet van de Alpe d'Huez
goed voel, ga ik de boel op stel
ten zetten. Als ik maar een dag in
de Alpen zo goed zou rijden als
drie jaar terug voor Joop, dan
heb ik een beetje kans".
En Peter Winnen: "Het is een gek
ke tour. Ik moet zo lang mogelijk
blijven profiteren e
moment toeslaan".
Aan de vooravond van de eerste
grote Alpen-etappe naar l'Alpe
d'Huez waren Van der Velde en
Winnen bepaald geen zielepoten.
Hun ploeggenoot Henk Lubber-
ding was, ondanks dat hij hen
voorbijstreefde in het klasse
ment, de schlemiel.
SAINT-ETIENNE (GPD) Een
opmerkelijk feit bij een opmer
kelijke top tien in de Tour de
France: twee Spanjaarden op de
eerste rij. Niemand van de favo
rieten die tot dit weekeinde meer
van ze wist dan dat Angel Arroyo
vorig jaar als eindwinnaar van de
Ronde van Spanje op doping
werd betrapt waardoor hij die
eerste plaats kwijt raakte en dat
Pedro Delgado de afgelopen
week heel stilletjes vele minuten
bonificatie sprokkelde. Ze
koersen niet of nauwelijks bui
ten hun landsgrenzen. Zodoen
de.
Ineens drongen ze zich nadrukke
lijk op met een eerste plaats (Ar
royo) en een tweede in de zware
klimtijdrit op de Puy-de-Dome.
Daarmee werden ze de grote ver
rassing van de top tien van het
algemeen klassement die een bij
zonder kenmerk draagt: slechts
twee renners (Bernaudeau en Si
mon) hebben geen ploeggenoot
in die elitegroep. En het opmer
kelijke van dat aspect is weer dat
de ploeg die kort voor de start de
grootste klap kreeg omdat Ber
nard Hinault zich terugtrok er
met twee renners bij zit: Laurent
eoed Fignon en Mare Madiot.
Met Angel Arroyo en Pedro Delga
do beleeft de Spaanse wieler
sport onverwacht weer een grote
Tour-tijd. Het is lang geleden dat
er vanuit dat land iets bijzonders
werd gepresteerd. Het laatste
hoogtepunt dateert van 1974
toen Vicente Lopez Carril achter
Eddy Merckx en Raymond Pou-
lidor in Parijs als derde op het
podium kwam en Domingo Pe-
rurena daar werd gehuldigd als
winnaar van de bergprijs. Het
enige wat daarna nog gevierd
werd maar dat mocht nauwe
lijks naam hebben was een
etappe-overwinning van Miguel
Lasa in 1978.
tuur waarmee de medici proef
draaiden voor de dopingcontro
les bij het wereldkampioenschap
voetbal. „Het was iets onschul
digs voor de luchtwegen", zegt
Arroyo. Zijn sponsor liet het niet
zitten bij de uitspraak van de
Wielerfederatie en schakelde de
burgerrechter in. Dat proces
loopt nog.
De vraag nu is, hoe ver Pedro Del
gado en Angel Arroyo gaan ko
men na hun spectaculaire op- a
mars. Arroyo is de man met de v^piiiaio
meeste ervaring: 26 jaar en bezig pedro Delgado maakte
aan zijn vijfde profseizoen. Na de
lagere school heeft hij alleen nog
maar gewielrend en tijdens vrije
uren zijn diensten aangeboden
aan de boeren van Avila, het
dorp waar ook Julio Jimenez
woont, de bergkoning van de
Tour in 1965, '66 en '67. Net als
bij alle andere Spanjaarden lig
gen zijn grootste prestaties in het
eigen land, want daar wordt na
genoeg het gehele jaar-program
ma afgewerkt.
De huidige Spaanse voorzitter van
de internationale federatie UCI,
Luis Puig Esteve betreurt bij
voortduring het gemis aan con
tact dat daardoor ontstaat met
het wielrennen in het buiten
land. „Daarom komen wij er te
genwoordig zo slecht vanaf', is
een uitspraak die hij bij elk inter
view doet. Arroyo heeft dit jaar
nog niets gewonnen. Spaanse
journalisten verklaren dat door
de mentale klap die hij kreeg als
gevolg van zijn dopingzaak.
Hij werd betrapt via tot dan in
Spanje niet gebruikte appara-
Lubberding
SAINT ETIENNE (GPD) Zelfs uit zijn eigen
kamp kreeg hij geen steun. De verbazing op het
gezicht van de kort tevoren gediskwalificeerde
ritwinnaar Henk Lubberding werd nog groter
toen assistent-ploegleider Jules de Wever kort
weg zei: „Ik ga geen protest indienen. Dat is
zinloos. Ik heb de televisiebeelden gezien en jij
was fout, Henk".
Terwijl de geschaafde, bloedende
Michel Laurent op het podium
verscheen waar hij tegen alle
reglementaire logica in gehul
digd werd als winnaar, stapte de
ontgoochelde Nederlander op de
fiets. „Ik heb wel sprints meege
maakt waarin gekkere dingen
gebeurden en waar niets over
werd gezegd. Ik voel. me niet
schuldig".
Maar de jup' bleef onverbiddelijk.
„Als de internationale commis
sarissen ooit een kans hebben
gehad om zich te bewijzen is het
nu wel", riep de woedende Lau
rent, die zich honderd meter van
de eindstreep in Saint-Etienne in
een piepklein gaatje tussen Lub
berding en het metalen drang
hek had gedrongen en daar stui
terend als een gummibal uit was
gekomen. In hun ijver om aan
dat verlangen van de Fransman
tegemoet te komen gingen de ju
ryleden vervolgens wel erg ver.
Tot ieders verrassing werd Laurent
tot ritwinnaar uitgeroepen en dat
was iets wat echt onmogelijk
was, want toen de Fransman nog
SAINT-ETIENNE (GPD) Na
een langdurige vergadering
over de valpartij van Michel
Laurent heeft de jury Henk
Lubberding behalve de dis
kwalificatie een boete opge
legd van 1000 Zwitserse
francs, een straf van 15 secon
den en 15 punten. In hetzelf
de communiqué motiveert
men ook de beslissing waar
om men de zege aan Laurent
heeft gegeven. Zonder zich te
bekommeren om de letter
van het reglement stelt de ju
ry dat nu Lubberding is te
ruggezet naar de tweede
plaats men zich baseert op de
praktijk van een sprint-met
twee. De renner die het
slachtoffer van die overtre
ding is wordt daarom tot win
naar uitgeroepen, ook al
heeft hij de finish niet gepas
seerd.
Ook Pascal Simon werd be
straft met tien seconden. Si
mon liet zich in de tumul
tueus verlopen zestiende
etappe van de Ronde van
Frankrijk geregeld duwen.
richting finish liep, arriveerde
een tweede groep waarvan Jean-
Luc Vandenbroucke de eind
sprint won. Hij had dus winnaar
moeten worden. Een probleem
waarover de UCI-blazers tot ver
na de aankomst achter gesloten
deuren vergaderden, maar ze
volhardden in hun blunder.
Schrale troost
Voor Henk Lubberding gaf het al
lemaal al niks meer. Weliswaar
boekte hij door de vlucht met
Laurent, die bij de val een gebro
ken middenhandsbeentje opliep,
zeseneenhalve minuut tijdwinst
en werd hij daardoor met een ze
vende plaats de beste Nederlan
der in het algemeen klassement.
Voor hem was dat een uiterst
schrale troost, „dat klassement,
zei hij verontwaardigd", „zegt
me helemaal niks. Daar rij ik niet
voor. Een ritoverwinning telt
zwaarder voor mij". Maar die
tweede etappewinst na Auril-
lac kreeg hij niet.
„Je kunt wel merken dat we hier in
Frankrijk zijn", vond Lubber
ding, „anders zouden ze zo'n be
slissing niet nemen". De coureur
uit Voorst die bij het passeren
van de eindstreep een vuistslag
kreeg van een verzorger van Lau
rent, betoogde terwijl het pu
bliek hem uitjoelde voorts: „Ik
heb in die eindsprint steeds on
der mijn arm doorgekeken om te
zien of hij binnendoor zou ko
men. Toen dat gebeurde heb ik
gewoon het gat dichtgehouden
en veel verder dan mijn achter
wiel heeft hij niet naast me gere
den. Hij knalde op een poot van
een dranghek en daardoor ging
hij onderuit. Mij heeft hij niet ge
raakt en als ik hem een zwieper
zou hebben gegeven had dat
toch wel gebeurd moeten zijn?"
Op de televisiemonitoren zag hij
vervolgens zijn krijgshandelin
gen nog eens terug, maar op
nieuw luidde zijn pleidooi: on
schuldig. De internationale com
missarissen echter zeiden duide
lijk te hebben geconstateerd dat
Lubberding in de sprint van de
rechte lijn was afgeweken. „Ja",
verdedigde de Raleigh-renner
zich, „als je op het laatst de
zwaarste versnelling, de dertien,
trapt kun je onmogelijk kaars
recht blijven rijden. Daarvoor
moet je gewoonweg te veel
kracht zetten".
daar al
achtereenvolgens Jean-
Vandenbroucke, Christian Sez-
nec. Pascal Poisson, Gerald
Veldscholten en Pierre Bazzo
langs geflitst.
Jules de Wever echter was niet ge
voelig voor de argumenten van
zijn renner. En tot de omstanders
hij: „Henk had uiterst rechts Vandenbroucke had dus moeten
moeten blijven rijden. Op die
manier had Laurent helemaal
geen kans gehad om in zon
gaatje te duiken. Dan gebeurt
zoiets nooit".
Onmogelijk
Geen protest dus van Raleigh, wel
van de formatie La Redoute van
Philippe Crepel. „Sportief gezien
kan ik het wel begrijpen dat de
jury die ongelukkige Michel
Laurent tot winnaar uitroept,
maar volgens de reglementen is
het onmogelijk en ik zou een
slechte ploegleider zijn als ik het
niet voor mijn renner opnam".
Crepel had gelijk. De internationa
le reglementen zeggen dat bij
een valpartij in de laatste kilome
ter de tijd van de winnaar die van
het slachtoffer wordt. Maar val
len of niet, een renner dient met
zijn fiets de finish te passeren.
winnen, maar Laurent die het zo
graag wilde kreeg de zege. De
Fransman was al vrij vroeg na
het vertrek in Issoire ontsnapt en
kreeg na een solo van tachtig ki
lometer gezelschap van Lubber
ding. Die verstoorde daarmee de
droom van Laurent, die hoopte
te winnen in de plaats waar de
sponsor is gevestigd. Immers,
Lubberding is sneller in de eind
sprint.
„Daarom heb ik op het laatst niet
te veel kopwerk meer gedaan en
drong ik Lubberding de kop op
voor de eindsprint. Maar daar
gooide hij zo brutaal de deur
dicht dat hij natuurlijk moest
worden gediskwalificeerd". De
jury deed dat ook. En vervolgens
werd het internationale regle
ment vertrapt en kreeg de Tour
voor het eerst een als zevende
geëindigde renner
deze
Tour een opmars die weinigen
echt goed in de gaten hadden:
van de 84e plaats met een achter
stand van 12 minuten 44 secon
den in Roubaix (derde etappe)
naar een vierde plaats op 1 mi
nuut 45 seconden aan de voet
van de Alpen. Hij rijdt pas twee
jaar bij de beroepsrenners en
won dit seizoen de Ronde van
Aragon en een etappe in de Ron
de van de Mijnvalleien. In tegen
stelling tot Arroyo, kent Delgado
de Alpen. Hij deed die ervaring
op als amateur in de Tour de 1A-
venir en won toen (1981) de etap
pe naar Morzine.
Zijn eerste waarschuwing aan de
favorieten in deze Tour deelde
hij uit op weg naar Luchon toen
hij in de finale met een sterke so
lo tweede werd. Vervolgens
schraapte hij onopvallend maar
succesvol bonificatietij d bij el
kaar.
Laurent deed het zonder fiets en Als een gummibal stuitert Michel Laurent over het aankomstparcours
bovendien als zevende want van de zestiende etappe. Henk Lubberding heeft in de sprint voor twee het
voordat hij over de streep hinkte gat aan zijn rechterkant iets te nauwkeurig gedicht en Laurent tuimelt in
groepje met de hekken, terwijl zijn fiets achter Lubberding een eigen weg kiest. Voor
Luc de Fransman liep alles toch nog goed af.
Lubberding werd gedeklasseerd en Laurent werd, tegen alle regels in, tot
ritwinnaar uitgeroepen. Hij was best bereid met de fiets op de schouder
nog even te poseren (foto onder), hoewel hij een middenhandsbeentje had
gebroken in zijn linker hand.
(Foto's ap)
Bont
Rond de Spanjaarden tekent zich
in het algemeen klassement een
bont gezelschap af: een Ier (Kel
ly). twee Nederlanders (Van der
Velde en Lubberding), een Por
tugees (Agostinho) en vier Fran
sen (Simon, Fignon, Madiot en
Bernaudeau) in de volgorde van
het algemeen klassement zoals
dat in St. Etienne op papier
kwam:
PASCAL SIMON: Hij heeft veel
last van zijn schouderbladbles
sure en bovendien weet hij van
zichzelf: „Ik ben geen echte
klimmer".
LAURENT FIGNON: ook hij is
geen specialist in de bergen,
maar zijn doorzettingsvermogen
compenseert veel. Fignon be
hoort niet tot de lievelingen van
het Franse wielerpubliek. Ze vin
den dat hij vanachter zijn chique
brilletje niet kijkt als een coureur
maar als een intellectueel die
pardoes die ruige wereld is bin
nengestapt. Ze noemen hem „de
professor" en ze ergeren zich aan
zijn eigendunk. Bovendien bo
tert het niet al te best tussen hem
en zijn kopman Bernard Hinault.
Kortom: Fignon pretendeert zich
teveel vinden de supporters.
SEAN KELLY: zelf heeft hij al
tijd gezegd dat hij in deze Tour
niet echt bij de favorieten be
hoort omdat deze wedstrijd voor
hem te lang duurt. Hij vertegen
woordigt een wielerarm land:
Ierland, waar hij nog steeds een
huis heeft in zijn geboortedorp
Carrick-on-Sure (Tipperary) dat
zijn wielerprestaties onlangs eer
de met een naamswijziging in
het stratenregister: er kwam een
Sean Kelly Place.
MARC MADIOT: ploeggenoot
van Laurent Fignon. Een renner
zonder ambities. Zijn grootste
genoegen beleeft hij aan hard
werken voor kopman Bernard
Hinault die hem dan ook altijd
prijst als zijn super-knecht. Zijn
grootste handicap in de bergen is
zijn angst bij het dalen.
HENK LUBBERDING: boeren
zoon uit Voorst, alles behalve
een klimgeit maar in goede doen
kan hij uitstekend meekomen.
„Ik voel me echter nog geen hon
derd procent", aldus Lubberding
die de laatste jaren met ziekte
tobde. Hij rijdt in de Alpen als
knecht van Van der Velde en
Winnen.
JEAN-RENÉ BERNAUDEAU:
na Bernard Hinault de meest po
pulaire Franse renner. Hij dankt
dat aan eeuwig optimisme en
grote bereidheid tot grappen en
grollen. Plus wat aansprekende
wieleruitslagen, zoals het vier
maal achtereen winnen van de
Midi Libre. Bernaudeau heeft
momenteel zoveel last van een
bronchitis dat hij zichzelf weinig
kans meer geeft.
JOHAN VAN DER VELDE: in
deze Tour nooit ondersteboven
geraakt door teleurstelling wan
neer het niet ging zoals hij wilde.
„Mijn dagen komen nog. Als we
maar eens in de Alpen zijn", rea
geerde hij steeds na minder goe
de momenten.
JOAQUIM AGOSTINHO: met
zijn 41 jaar de oudste renner die
ooit de Tour reed. Hij werd ont
dekt door ploegleider graaf Jean
de Gribaldy die hem ergens uit
de binnenlanden van Portugal
haalde. Hoewel hij nooit iets be
langrijks won, werd Agostinhos
naam in het wielrennen groot
wat hfj dankte aan zijn land van
herkomst, zijn oerkracht en het
feit dat hij als dienstplichtig mili
tair in Angola vocht Eind '81
stopte hij met wielrennen. Hij
ging de schapenfokkerij van zijn
blind geworden schoonvader lei
den en kwam tot ieders verras
sing dit seizoen ineens weer te
rug in het profpeloton.