■C Simonis houdt ontwikkeling van "basiskerk" niet tegen Kabinet doet Waddengebied geweld aan Woensdrecht: (ook) een politiek signaal LEZERS SCHRIJVEN Dominees DONDERDAG 14 JULI 1983 Meningen PAGINA 13 Verbijstering en teleurstelling is de meest gehoorde ondertoon - tot in het bisschoppencollege toe - in de reacties op de benoeming van mgr. Simonis tot aartsbis schop - coadjutor van Utrecht. Dit had nooit ipogen gebeuren, zeggen de mensen die onze bis schoppen van naby meemaken. En toch gaat het door. Een spot prent in de krant beeldt uit hoe de bisschoppen worden gedropt als pauselijke para's "met U, over U, zonder U" vanuit het vliegtuig van de paus dat de spreuk voert "Veni, vidi, vici". door C. van Vliet ofm Het ligt in deze zelfde lijn als mgr. Simonis in een T.V.-interview zijn benoeming verduidelijkt met de vaststelling dat de r.k. kerk geen democratie zou zijn. Nu kun je over democratie in de kerk lange discussies houden, maar belangrijker is 't om zicht te krijgen op wat er gebeurt als de kerk zo on-democratisch van bovenaf wordt geleid. En waar schijnlijk is 't nog belangrijker elkaar eerlijk te vragen, hoe opti mistisch wij nu nog met "Room se blijheid" aan de toekomst van de r.k. kerk in Nederland kun nen meewerken. On-democratisch Toen het tweede Vaticaans Conci lie eindigde (1965) verwoordde prof. Tromp de gevoelens van ve le Gurie-leden toen hij zei: wij zullen minstens 10 jaar nodig hebben om de zaak weer in 't ga reel te krijgen. Niet lang daarna kwam dr. A. Simonis naar Ne derland in de overtuiging dat hier orde op zaken moest worden gesteld. Hij werd toen niet demo cratisch maar door toedoen van de nuntiatuur lid van de Diocesa ne Pastorale Raad en het Pasto raal Concilie. Er werd gebruik gemaakt van de democratische structuren om ie mand naar voren te schuiven die deze democratie eigenlijk niet zag zitten. Uitgerekend werd hij op Oudjaar 1970 tegen de demo cratische procedure in benoemd tot bisschop van Rotterdam. Het protest van de priesters, de de kens, de D.P.R. e.a. kon dit niet keren. Hij werd door kardinaal Alfrink gewijd, zij het met een waardig en onverbloemd protest. Nu 12Vi jaar later, gebeurt onge veer hetzelfde en krijgt kardinaal Willebrands zijn grootste teleur stelling te verwerken. Het is nu - en dat is het verschil met Oud jaar 1970 - voor de meeste katho lieken wel duidelijk dat hier sprake is van kerkpolitieke macht en dat dit niet hetzelfde is als de machtige werking van de H. Geest. De Curie en de paus willen de Ned. kerkprovincie in het gareel houden, koste wat het kost. En het gaat uiteraard veel kosten. Angstig bezorgd Soms zou ik wel eens diep in de harten van deze machthebbers willen kijken. Maar misschien is het voldoende om in mijn eigen hart te kijken als ikzelf macht wil uitoefenen of een machtige hand te hulp wil roepen. Ons spraak gebruik zit vol met uitdrukkin gen welke dit illustreren: dit neem ik niet, dat gaat mij te ver, je kunt toch niet alles tolereren, waar blijven we anders, er moet nu opgetreden worden, waarom grijpen ze niet in? Het komt ooit wel eens voor dat zo'n oordeel juist is, maar meestal is het een angstig bezorgd hart dat zich hierin uit. Als dat samengaat met een karak ter dat de zaken wel graag flink wil regelen, wordt het beleid tot een dictatuur en krijgen de men sen terecht het gevoel dat er over hen heen wordt gewalst, of dat nu in het. gezin, in de gemeente of in de kerk gebeurt. Het is ook de angst in ons hart, of ons gekwetste machtsgevoel, waardoor wij vaak een beroep willen doen op wat de bisschop pen en de paus (moeten) zeggen. Daarmee wordt de kerk verengd tot een instituut dat van bovenaf alles bepaalt en niet democra tisch kan zijn. Kerk van bovenaf Toevallig was ik in de kerk toen mgr. Simonis voor het laatst in het bisdom Rotterdam het Vormsel toediende, op zondag 10 juli. Hier in de praktijk, met na me naar de kinderen toe, maar over hun hoofden heen ook naar de ouders toe, kwam de kerk van bovenaf -onverbloemd tot uit drukking. In plaats van inspire rende woorden over de groei naar volwassenheid en het dra gen van eigen verantwoordelijk heid kregen de kinderen - in een overigens sympathieke vraag- en antwoordsfeer - te horen zij de geboden van God en de kerk moesten onderhouden. "Ik heb in het bisdom Rotterdam duizenden kinderen gevormd, maar vraag me af: doen ze nog iets aan hun geloof of knoeien ze maar wat aan"? Toen ik dat hoor de dacht ik ineens: zullen er mis schien toch een aantal angstig bezorgde ouders in de kerk zit ten die blij zijn, dat het maar weer eens wordt gezegd? De inleiding op de handoplegging en de zalving onderstreepten een sacramentenbeleving-van bo venaf. Ik hoorde zo ongeveer het volgende: er zijn 85 vormelingen en daarom doe ik het samen met de twee paters; paus Paulus VI heeft dat toegestaan, dus gebeurt het bij de paters ook echt. Toch gaat het door De nieuwe positie van mgr. Simo nis m de Nederlandse kerkpro vincie zal wel heel wat ongewen ste gevolgen hebben. Ik denk dan aan het stroeve contact met de pastores, aan de oecumene op een laag pitje, aan de onderwaar dering van de vrouw in de kerk, aan de afkeuring van samenwo nenden en homofielen, aan het afhaken van volwassen gewor den kerkgangers. Maar misschien heeft het ook een positief gevolg. De volwassen ge worden geloofsgemeenschap zal nu mogelijk in heel Nederland haar eigen plaats duidelijker in nemen en kiezen voor een snelle re ontwikkeling van de basis- kerk, tegen de verdrukking in. Overal zie je de laatste jaren nieuwe initiatieven aan de basis groeien. We zijn er nog lang niet, maar toch gaat het door en hope lijk nu in een versneld tempo! Het plaatsen van brieven van lezers betekent niet dat de redactie de daarin weergegeven mening onderschrijft. Brieven kunnen van redactiewege worden ingekort. Simonis: ongewenste gevolgen... De vorige week besloot de rege ring, dat de Franse maatschappij Petroland gas mag gaan exploi teren in de Waddenzee. Om pre cies te zijn in het Zuid wal veld, dat grofweg ligt tussen de drie hoek Harlingen, Terschelling en Vlieland. Zeker is het allemaal nog niet, want eerst zal over dit „beleidsvoornemen" moeten worden geadviseerd, waarna ook de Tweede Kamer er nog zijn zegje over kan doen. Wanneer het beleidsvoornemen onge schonden uit die procedure-ron de komt is voor Petroland na ruim twaalf jaar (de aanvraag voor een winningsconcessie da teert van 12-02-1971) de weg vrij om het gas boven de grond te ha len en tegelijkertijd de natuur wetenschappelijke en land schappelijke waarden van de Waddenzee aan te tasten. En waarom? door Karei van der Zwiep Het Waddengebied, bestaande uit eilanden, zee, zandplaten, slik- velden, kwelders en dijken is een van Europa's laatste en grootste ongerepte en relatief ongeschon den natuurgebieden. Vanwege zijn hoge produktiviteit aan bio massa, de basis van alle leven op aarde, behoort het samen met de tropische regenwouden zelfs tot de belangrijkste gebieden ter we reld. Dit gebied wordt van veel kanten bedreigd, uit zijn (natuur lijke) evenwicht gebracht. In steeds intensievere.mate. Door: militaire activiteiten (het is het grootste oefengebied voor de NAVO-luchtmachten); massa-re creatie; indijkingen; water verontreiniging (vooral door de Rijn); delfstofwinning; buislei dingen. De opsomming is niet volledig, maar geeft slechts een indicatie om welke factoren het gaat. Elk op zich, autonoom beoordeeld, zou dit soort activiteiten wellicht minder reden geven tot grote be zorgdheid. Het Waddengebied is groot en beslaat tussen Den Hel der en Esbjerg in Denemarken 10.000 vierkante kilometer. Al die bedreigingen samen beteke nen echter een. gigantische aan slag op het voortbestaan van het gebied. De verwevenheid van de verschillende onderdelen van het gebied, de subtiele ecologi sche samenhangen en de natuur lijke dynamiek zijn zo sterk, dat een aantasting van een onder- deel aantasting van het geheel betekent. In de Nederlandse Waddenzee wordt de zeehond (het enige zee- zoogdier dat wij nog kennen) xangzaam maar zexer uitgeroeid door waterverontreiniging; voor namelijk met uit de Rijn afkom stige vervuiling. De afsluiting van de Zuiderzee, nu al weer vele tientallen jaren gele den, en van de Lauwersmeer, la ten nog steeds hun invloeden gelden. Een in het verleden aan gelegde gastransportleiding rondom Rottumeroog, destijds zeer diep ingegraven, kleppert nu bij zwaar weer los over het Wad als gevolg van de zeer sterke dynamiek van de bodem. Ook hier; het zijn slechts voorbeel den welke aantonen hoe moei lijk, ja vrijwel onmogelijk het is om diverse menselijke ingrepen afzonderlijk zonder enige relatie met andere activiteiten en hun effecten op het Waddenmilieu te beoordelen. Desondanks ge- beurt dat stelselmatig met als be langrijkste argumenten: de scha de aan het milieu is miniem en dat leidt dan ook snel tot het oor deel dat de maatschappelijke re levantie (lees: de economische voordelen) van de activiteit be langrijker is. In dit „gat" vallen eigenlijk alle beslissingen, die ten aanzien van dit gebied wor den genomen met per saldo een totale achteruitgang en verloede ring van dit zeer hoogwaardige gebied. Zo ook de voorlopige beslissing om aan Petroland een cdncessie te verlenen gas te winnen in de Waddenzee. Ook die activiteit heeft vergaande consequenties voor het Waddenmilieu. Tiendui zenden vogels, voornamelijk ei- 'dereenden en steltlopers zullen als gevolg van de winning, die minimaal twintig jaar zal duren, van hun „huis en haard" worden verdreven. Evenzo de in de westelijke Waddenzee nog voor komende zeer geminimaliseerde Lawaai- en lichthinder zullen dit uitgestrek te gebied, de enige plek in Ne derland waar je van alle kanten de horizon kunt waarnemen, da nig verstoren en verontrusten. Een installatie ter hoogte van een zes verdiepingen hoge flat, dag en nacht verlicht, zal voortaan het gezicht van dit deel van het Waddengebied bepalen om van mogelijke calamiteiten nog maar niet te spreken. En wat staat daar dan allemaal tegenover? Werkgelegenheid en een stimulans voor het Noorden, met name Friesland, en aardgasinkomsten voor 's lands schatkist. Bij een nadere analyse blijken die argu menten heel wat gerelativeerd te kunnen worden. Zeker; gaswin ning brengt werk mee. Petroland schermt in dit geval met honderd permanente arbeidsplaatsen en dat viel aardig in het palletje van de lokale en provinciale bestuur ders in Friesland. Op de simpele vraag hoe men aan dit aantal komt, kwam echter geen ant woord. De bestuurders stelden niet eens de vraag. Met enige moeite is er echter wel een re kensom te maken, maar met de meest goede wil komt men dan nog niet verder dan 20 22 per manente arbeidsplaatsen. De aardgasbaten voor 's lands schatkist dan? Ook dat argument blijkt nauwelijks stand te hou den. Integendeel zelfs. De staat gaat er in inkomsten op achteruit als Zuidwal wordt gewonnen. Dat hangt samen met de exploi tatiekosten van off-shore velden, die veel hoger zijn dan bij landlo- katies zoals bijvoorbeeld Sloch- teren, maar ook met de belas tingstructuur van de winsten op kleine en grote velden. Van Slochteren-opbrengsten, waar van de kostprijs per m3 een frac tie van een cent is, gaat globaal 95 procent naar de schatkist. Van de kleine velden 50 tot 70 pro cent. Vandaar ook dat de maat- schappijen veel liever de kleine velden exploiteren. Daar valt meer aan te verdienen. Zodoende wordt het ook duidelijk waarom de opeenvolgende mi nisters van financiën met tegen vallende aardgasbaten hadden en hebben te kampen. Wanneer nu Zuidwal in exploitatie wordt genomen gaat de kraan van Slochteren nog verder dicht en krijgt de staat opnieuw minder; naar schatting 100 miljoen gul den per jaar. Kortom; er zitten weinig of geen voordelen voor de Nederlandse samenleving aan deze winning. Vanwege de min der wordende belastingopbreng sten zelfs nadelen. Wat blijft er bij dit alles nu nog over van het beleid dat de Neder landse regering in 1980 heeft vastgelegd in de nota „De Wad denzee" en waarvan de hoofd doelstelling luidt: behoud, be scherming en waar mogelijk her stel van het Waddengebied. Wei nig, ook al belooft de regering thans dat er na de Zuidwalwin- ning niet meer geboord mag wor den in het Waddengebied en om dat te garanderen de nota De Waddenzee zal worden aange past. Dat is flauwekul. De nota De Waddenzee, die de procedure van de planologische kernbeslis sing doorliep, heeft tot nu toe geen enkele garantie gegeven dat de hoofddoelstelling wordt nage leefd en zou dat dan nu plotse ling met een voorgestelde wijzi ging wel gebeuren? Bovendien laat de Mijnwet, on danks een gewijzigde nota De Waddenzee, boringen toe en een wet is een „harder" instrument dan een nota met beleidsvoorne mens. De enige garantie die reëel is, is dat in ieder geval de rijks overheid wettelijk wordt gebon den zich te houden aan het voor gestelde beleid. Bescherming, behoud en herstel van een zo groot natuurgebied als het Waddenzeegebied kan slechts dan worden gegaran deerd, indien de samenleving zich dat tot doel stelt. Vertaald in bestuurlijk-juridische termen betekent dit, dat de nationale wetgever vast moet leggen wat die doeleinden zijn en tot welke offers, afzien van gaswinning bij voorbeeld, men bereid is. Dat is een politieke keuze. (De auteur is als jurist werkzaam bij de Landelijke Vereniging tot Be houd van de Waddenzee). De vliegbasis Woensdrecht wordt, als het ooit zover komt, de toe komstige locatie voor de plaat sing van kruisraketten. Daarmee hebben regering en (een meer derheid van de) Tweede Kamer niet alleen een technische, maar ook een politieke beslissing ge nomen. Immers: de NAVO-part- ners weten nu, na het kamerde bat van twee weken geleden, dat Nederland de plaatsing serieus voorbereidt; en de Sowjet-Unie hoeft er, althans voorlopig, (dus) niet op te rekenen dat ons land een afwijkend standpunt zal in nemen ten opzichte van de bond genootschappelijke strategie. Het wekt enige verbazing dat CDA-defensiespecialist Joep de Boer in zijn artikel op deze pagi na van vorige week volstrekt aan dit aspect van het kamerdebat voorbijgaat. Hij legt zelfs niet uit waarom het besluit is genomen, maar constateert slechts dat "veel mensen" er "behoorlijk van zijn gechrokken" en onder neemt vervolgens een verwoede poging aan te tonen dat het alle maal zo'n vaart niet loopt: het aanwijzen van Woensdrecht als toekomstige rakettenbasis is niet zo fataal (iets minder fataal? ww.) als de linkse partijen en de WD wel hebben voorgesteld; er kan nog geen spa in de grond worden gestoken om het terrein zelfs maar bouwrijp te maken. Met an dere woorden: volk van Neder land, ga maar rustig slapen, het CDA waakt over u. door Wim Wirtz Wat De Boer - voor de duidelijk heid - ook had kunnen doen was uitleggen dat het "Woensdrecht- besluit" is genomen a. om een einde te maken aan de onrust die was ontstaan naar aanleiding van verklaringen van het IKV over allerlei mogelijke locaties, en b. onder toenemende druk van de NAVO-partners op de Neder landse regering. Zoals hierna zal blijken is vooral het laatste niet zonder betekenis. Genève In Genève wordt tussen de Ameri kanen en de Russen nog steeds druk onderhandeld, met als inzet de plaatsing van 572 (of minder) atoomraketten voor de middel lange afstand in West-Europa. De N AVO is bereid daarvan af te zien indien de Russen besluiten tot een evenredige ontmanteling van hun SS-systernen. Uit ver klaringen over het Genève-over- leg blijkt dat de Sowjet-Unie daartoe niet onvoorwaardelijk bereid is en dat zij bovendien ernstig rekening houdt met een zekere verdeeldheid in de NA VO, waardoor het dubbelbesluit van 1979 op losse schroeven kan komen te staan. Vandaar dat in het bondgenoot schap voortdurend wordt geha merd op politieke eenheid in de NAVO en op politieke signalen die duidelijk moeten maken dat het de NAVO, inclusief ons land, ernst is met de voorgenomen plaatsing van de Euro-raketten op de westelijke helft van dit continent. "Niet-operationeel" Het aanwijzen van Woensdrecht als toekomstige rakettenbasis is zo'n signaal, maar het is nog te vroeg om te kunnen beoordelen of deze fase van "niet-operatio- nele" voorbereiding automatisch zal leiden tot de plaatsing van de kruisraketten. Aan de andere kant is naïef om, in navolging van De Boer, de keuze voor Woensdrecht als een louter tech nische en weinig betekenende beslissing af te doen. Het aanwij zingsbesluit heeft het Ameri kaanse Congres uitermate gun stig gestemd en de Nederlandse regering moet wel erg sterk in haar schoenen staan wil zij straks alsnog besluiten van de plaatsing af te zien. Maar formeel staat er nog niets vast. Het wachten is (nog steeds) op de Defensienota (volgens het regeerakkoord een "ijkpunt" voor de beslissing over al of niet plaatsing) en op het resultaat van het Genève-overleg, dat in be langrijke mate bepalend zal zijn voor het standpunt van de rege ring. Intussen, aldus nog steeds het regeerakkoord, treft de rege ring voorbereidingen (zoals "Woensdrecht") "om de moge lijkheid van feitelijke plaatsing open te houden". Zodra de ope rationele fase aan de orde is - voorbereidingen voor de feitelij ke plaatsing, zoals aanbesteding e.d. - zal de regering eerst de Ka mer raadplegen. Als (een meer derheid van) de Kamer dan tegen de "echte" voorbereiding be zwaar maakt, gaat het feest niet door. Instemming CDA en WD hebben overigens al eerder uitdrukkelijk met deze strategie ingestemd. Bovendien heeft minister De Ruiter (defen sie) bij de aanwijzing van Woens drecht al direct toegezegd dat er niet vooruit zou worden gelopen op de definitieve politieke beslis sing over het al of niet plaatsen van de kruisraketten. Met andere woorden: het regeerakkoord blijft op dit gebied in tact. Tegen die achtergrond zijn de uit spraken van De Boer over "de enige formule" waarmee het CDA de dag van het Woens- drecht-debat wist te redden en de "keiharde afspraak" die tus sen Kamer en regering is ge maakt (over het tijdstip van de beslissing), nogal overdreven. Het is bovendien een misvatting te menen dat het debat over Woens drecht de duidelijkheid over de rakettenkwestie heeft vergroot (De Boer: "We weten nu waar we aan toe zijn"). Minister De Ruiter kwam in het zelfde debat met het voorstel om de NAVO-partners een brief te schrijven, waarin hun voorzich tig in overweging wordt gegeven een aantal van de bestaande kerntaken in Nederland af te sto ten. In de Kamer werd prompt een relatie gelegd met de aanwij zing van Woensdrecht als toe komstige locatie voor de kruisra ketten. De WD voelt niets voor een afstoting van kerntaken, maar zou, volgens de uitleg van de oppositiepartijen, uiteindelijk met de brief van De Ruiter heb ben ingestemd in ruil voor de aanwijzing van Woensdrecht als toekomstige rakettenbasis. Hoewel de coalitiepartijen dit in al le toonaarden ontkennen, komt De Boer in zijn artikel zeer na drukkelijk op die relatie terug: aan de ene kant zouden bestaan de kerntaken kunnen worden afgestoten zonder dat dit ge paard hoeft te gaan met een besluit tot plaatsing van de kruisraketten; aan de andere kant kunnen er geen raketten worden geplaatst zonder dat er bestaande kerntaken verdwij nen. In die redenering blijft het stand punt van het CDA vaag. De Boer zegt namelijk niet dat een aantal, bestaande kerntaken hoe dan ook moet worden afgestoten. Hij legt slechts een koppeling tussen een vermindering van be staande kerntaken en de plaat sing van de kruisraketten, zon der daarover een waarde-oordeel uit te spreken. Om daaruit de conlusie te trekken dat "we nu weten waar we aan toe zijn", lijkt nogal misplaatst Onzekerheid Het debat over Woensdrecht heeft slechts geleerd dat de bestaande onzekerheid over de kruisraket ten nog wel enige tijd zal voort duren. De politieke opvattingen over de plaatsing zijn nog steeds dezelfde (PvdA tegen, VVD vóór, CDA verdeeld). En de coalitie partijen (CDA en WD) gaan een harde, onderlinge confrontatie nog steeds zorgvuldig uit de weg, in het besef dat de rakettenkwes tie het voortbestaan van het nu zittende kabinet wel eens ernstig zou kunnen belemmeren. In die situatie zal de rol van de sterk verdeelde CDA-fractie haast per definitie schimmig blij ven en kan er geen sprake van zijn, zoals De Boer beweert, dat de partij het strijdperk "met open vizier" betreedt Trouwens: met welk open vizier? (De auteur is redacteur bij dese krant) "Keiharde geldverdieners en ran cuneuze dominees": wat zouden die twee met elkaar te maken hebben? Lezing van dit ingeka derde artikel (L.D. 9 juli) binnen een verhaal over belastingfraude bracht mij dusdanig onzindelijk journalistiek denken onder het oog, dat ik als gewoon gemid deld burger daar op wil reageren. In het artikel wordt terecht be treurd dat tengevolge van de eco nomische omstandigheden niet alleen het gilde van de belasting fraudeurs groeit, maar eveneens de groep "jaloerse buurmannen" die het niet kunnen laten om als tipgevers op te treden. Ook wordt vermeld, dat door ver schillende auteurs verschillende oorzaken voor het niet betalen van belasting worden aangeduid. De een noemt de toename van de belastingdruk, de ander de on vrede met de besteding van de belastinggelden. "O", denk je dan, "daar komen nu zeker die dominees in het vizier. Bedoeld worden waarschijnlijk acties tegen defensiegeld of tegen kern-energie-vervuiling". Hoewel ik het woord "rancu neus" dan nog niet zo goed be grijp, zou ik me wel kunnen voorstellen dat onder deze groe pen enkele dominees te vinden ziin. Maar nee, dat blijkt niet be doeld. Deze groep met onvrede over de besteding van de belas tinggelden wordt niet nader in gevuld, maar in één laatste pen- nestreek blijken de rancuneuze dominees de eerder genoemde jaloerse buurmannen te zijn. Niet alleen lijkt het mij onwaar schijnlijk dat speciaal predikan ten naast belastingfraudeurs niet direct predikanten zullen uitzoe ken om hun praktijken kenbaar te maken. "Dat ten eerste. Een tweede ding is echter belangrij ker. Voor zover ik de hedendaag se preidikanten ken is bij al de zorgen, die zij hebben te beharti gen het aanbrengen van fraudu leuze buurmannen wel de aller laatste, zoals niet geheel buiten hun aandacht vallend. Op zijn hoogst kan men eens een keer een aanduiding in een preek ver wachten over de onrechtvaardig heid hiervan t.a.v. van anderen. Mocht het zo zijn, dat de schrijver rancuneuze gevoelens heeft t.a.v. predikanten (en ik kan me heel goed voorstellen dat daar aanleiding toe is), laat hij zich dan persoonlijk daarover tot de ze mensen zelf wenden, en even tueel over het resultaat daarvan zindelijk publiceren, inplaats van deze volkomen onbewezen kreet te plaatsen. Theodora C. Jansen Prins Bernhardlaan 53 Oegstgeest

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 13