Leen 's een
hond of kat
Aparte afvoer van
chemisch huisvuil
Vakantie-oppassysteem
kan verfrissend werken
Plannen VNG vorderen snel
ZATERDAG 11 JUNI 1983
Asiels of dierenpensions - zo ze al niet vol zijn - mogen bij dierenbezitters dan op financiële of
andere bezwaren stuiten, veel andere mogelijkheden om huisdieren tijdens de vakantie onder te
brengen resten er niet. Of toch wel? Na een aarzelend begin lijkt het vakantie-oppassysteem van
de Leidse dierenbescherming langzaam voet aan de grond te krijgen. We spraken erover met de
coördinatrice mevrouw Paauw en de Leidse dierenarts Muurüng.
door Miep Hoenson
De vakantieuittocht staat voor de
deur. En voor dierenbezitters rijst
daarmee elk jaar weer de vraag:
waar laten we hond of kat? Zeker
als de buurvrouw toevallig net zelf
met vakantie is, of als men
bezwaren koestert tegen het
onderbrengen in asiels of
dierenpensions.
Voor al die piekeraars - Nederland
telt een slordige drie miljoen
honden en katten, dus reken maar
uit - kan het oppassysteem van de
Dierenbescherming uitkomst
bieden. Voor de dierenbezittende
vakantiegangers een zorg minder,
en voor de oppassers tegelijkertijd
een aardige suggestie om eens een
huisdier op proef te hebben. Na
twee weken oppassen kan men aan
den lijve ondervinden wat het in de
praktijk betekent om een dier over
de vloer te hebben. Ook mensen die
het wat bezwaarlijk vinden om het
hele jaar voor een beest te zorgen,
maar dat voor een paar weken net
leuk vinden, kunnen als oppassers
aan hun trekken komen. Een op het
eerste gezicht griezelige, maar
wellicht therapeutische oplossing is
het voor degenen die van nature wat
huiverig zijn voor viervoeters.
De Leidse dierenarts F. Muurling
gelooft er heilig in dat juist bange
mensen van hun angsten
afgeholpen kunnen worden. "Er
zijn niet zoveel kwaaie dieren",
gelooft hij. "Als je op de hond of kat
Coördinatrice
van een ander past hoefje echt niet
bang te zijn dat het beest niet zou
luisteren of kwaad zou willen. Hij
heeft geen territorium te
verdedigen. Je geeft het beest eten
en laat het uit. Het is op dat moment
van je afhankelijk, dus waarom zou
het kwaad willen? Nee, dat gaat
praktisch altijd goed".
Armer
Het oppassysteem is even simpel als
doeltreffend opgezet. De
Dierenbescherming Leiden en
Omstreken fungeert als bemiddelaar
tussen eigenaar en oppasser. Beide
partijen kunnen zich aanmelden,
waarna de Dierenbescherming die twee
bij elkaar tracht te brengen. Er zijn twee
mogelijkheden: de verzorger trekt in het
huis van de eigenaar of het dier komt bij
de oppasser in huis. De verzorger hoeft
niet bang te zijn voor het geval het beest
iets zou overkomen. Hij is er niet
aansprakelijk voor. Bovendien kan hij
met zijn vakantiedier gratis terecht bij
de Leidse dierenartsen Muurling,
Helder en Roest.
Zijn deze dierenartsen filantropen
geworden? "Ach, daarvan zullen wij niet
armer worden", zegt Muurling droog.
"Men moet natuurlijk niet komen voor
prikken of entingen. Maar als het beest
ziek wordt is het voor ons geen enkel
probleem om het een keer gratis te
behandelen".
Het is overigens per sé niet de bedoeling
dat iemand een slaatje uit het oppassen
gaat slaan. Alleen de kosten van
verzorging worden vergoed aan de
oppasser.
Uniek is het oppassysteem niet. Op
diverse plaatsen elders in het land is het
al van de grond gekomen. De naar een
goed doel zoekende club Fifty-One (een
soort Rotary) kaartte het jaren geleden al
aan. Met name clublid Muurling deed
zijn best om het van de grond te krijgen.
Dat lukte maar ten dele. Van hetzelfde
laken een pak bij de
Dierenbescherming, die jarenlang een
'Actie Pleegdier' voerde. Vandaar dat
beide dierenbeschermers nu de banden
aaneen hebben gesmeed. De tijd is rijp
voor die samenwerking, zo oordeelt
Muurling. "De Dierenbescherming
Leiden en Omstreken heeft nu een
nieuw bestuur. Eindelijk kunnen alle
dierenartsen erachter staan".
Kanttekeningen
Het administratief heidense karwei zal
worden afgewikkeld door r
Paauw uit Zoeterwoude,
contactpersoon van de
Dierenbescherming, worden
afgewikkeld. Iedereen die ma;
beetje in de buurt van Leiden woont kan
zich aanmelden via haar
telefoonnummer (01715-1562). Voorlopig
heeft ze er nog weinig werk aan. "Er
melden zich wel eigenaren van dieren,
maar nog veel te weinig mensen die
willen oppassen", stelt ze wat
teleurgesteld vast.
Wat de reden kan zijn van een nog
tegenvallende belangstelling? "Veel
mensen willen best oppassen, maar gaan
juist in de piek tijdens de
schoolvakanties weg. De eigenaren
idem dito. En verder kan het op de
meest uiteenlopende redenen
afspringen. Dan heb je net twee r
bij elkaar gebracht, en plotseling heeft
de eigenaar een andere oplossing
gevonden. Of de oppasser wil graag in
het huis van de baas van de hond gaan
zitten, maar daar wil die baas dan niets
van weten."
Het tweetal geeft de moed nog lang niet
op. "Elk contact datje legt is nuttig, en
we hebben al heel wat mensen kunnen
helpen", zo verzekert mevrouw Paauw.
Beiden zetten wel een paar
kanttekeningen bij het welslagen van de
logeerpartij. Zo moet een onervaren
oppasser volgens de dierenarts niet
meteen de grootste bouvier uitzoeken
om twee gezellige weken mee door te
brengen. Laten zij maar een wat sulliger
hondje meenemen. "Niet omdat zo'n
grote hond gevaarlijk is, maar omdat een
mens de neiging heeft zich terug te
trekken als hij een grotere hond ziet. Het
beest merkt dat onmiddellijk en zal zich
moediger gaan voelen. Terwijl je als
mens boven het beest moet blijven
staan. Een hond moet in rang onder je
staan, dat is hü in zijn natuurlijke
omgeving ook gewend".
Oppasser en baas moeten voorts kennis
met elkaar hebben gemaakt, want het
uitwisselen van informatie over het
gedragspatroon van het vakantiebeest is
geen overbodige luxe. En natuurlijk
moet het beest zelf ook de gelegenheid
krijgen om te wennen aan zijn tijdelijke
Sociale functie
Een huisdier kan voor de mens een
belangrijke (sociale) functie vervullen.
Uit diverse onderzoeken zou blijken dat
het hebben van een huisdier goed voor
de gezondheid is. Hartpatiënten met een
huisdier hebben een jaar na hun
hartaanval een beduidend hogere
overlevingskans dan patiënten zonder
hond, kat, hamster of kanarie.
Gezelschapsdieren kunnen spanningen
bij de mens verminderen. Maar soms
schuilt er gevaar achter de categorie
dierenbezitters die uitroepen hun beest
meer te vertrouwen dan de gemiddelde
medemens. Wat bijvoorbeeld te doen als
de eigenaar zoveel van zijn beest houdt
dat hij er geen moment afstand van wil
doen? Dan wordt zo'n viervoeter een
sta-in-de-weg bij het "sociaal
functioneren" van de mens. Volgens
dierenarts Muurling kunnen mens en
dier best voor even worden gescheiden.
Wat het meezeulen van een kat naar het
vakantieadres betreft kan hij kort zijn:
daarmee doet men het dier geen plezier.
Een kat hangt het meest aan de eigen
omgeving. Met een aai en een bak eten is
een kat beter af dan in een vreemde
omgeving of in een pensionhok.
Muurling wil meteen wel even
afrekenen met het fabeltje dat een hond
wegkwijnt als hij zijn baas een paar
weken niet ziet. "Het beest past zich
gemakkelijker aan dan je zou denken.
Veel beter dan mensen dat kunnen.
Natuurlijk heeft een hond een
ervaringswereld, maar het dier heeft
geen denkvermogen. Het dier voelt
tijdens de afwezigheid van zijn baas wel
dat het iets mist, maar wèt het mist weet
het niet. Heimwee heeft een beest
praktisch nooit, zolang het maar genoeg
aandacht krijgt. Een hond die de hele
dag opgesloten zit in een hok en af en toe
een bak voer krijgt zal waarschijnlijk
géén hap eten, omdat hij liefde en
aandacht tekort komt".
Waarschuwing
Een waarschuwing aan dierenbezitters
die hun hond na een logeerpartij weer
komen ophalen, is volgens beiden wel
op z'n plaats. Het is helemaal niet
denkbeeldig dat het beest met zijn
houding even geen raad weet als het zijn
baas weer voor zich ziet Muurling:
"Sommige honden gaan zich, wat wij
noemen, schamen. Die kruipen weg
voor hun baas, omdat ze het even niet zo
goed meer begrijpen dat hij er weer is.
Als je veel om je beest geeft is dat sneu,
maar je moet niet kwaad of teleurgesteld
zijn".
Tenslotte een opgeheven vinger tegen
mensen die tijdens hun vakantie in een
plaats als Antwerpen belanden: of zij
alsjeblieft de verleiding kunnen
weerstaan om zo'n schattig of zielig
beestje van de vlooienmarkt te 'redden'.
Eenmaal teruggekeerd in Holland is er
doorgaans geen redden meer aan. De
meeste van die hondjes, poesjes en
vogeltjes zijn doodziek. Muurling kan er
niet genoeg op hameren. "Zodra het
mooi weer is en de mensen weer
stukken gaan rijden zie ik het alweer
aankomen. Steevast op maandag komen
de eersten al aanzetten op het
spreekuur. De meesten zijn zo
gebrekkig of ziek dat ze of afgespoten
moeten worden of in een asiel
belanden".
We zijn gemakzuchtig. Een
paar pilletjes van de dokter,
een leeg batterijtje, een res-
tantje chloor of een lege
verfbus: wat moeten we er
mee? Gooi maar in de vuil
niszak of spoel maar door het
toilet, dan zijn we het kwijt.
Maar in al die pilletjes, in
chloor, in batterijtjes en in
verfresten zitten nog stoffen
die het milieu bedreigen
Om het milieu in bescherming te
nemen heeft de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten een
plan bedacht waaraan iedere Ne
derlander zijn steentje kan bij
dragen: elke gemeente, groot of
klein, richt een plaats in waar de
inwoners 'lastig' huishoudelijk
afval kwijt kunnen. Voor bedrij
ven moeten er 25 regionale plek
ken komen waar zij hun che
misch vuil kunnen afgeven. Op
het eerste gezicht een goed plan.
Maar is het haalbaar? En wie
neemt de lasten voor zijn reke
ning?
Voortrekkers-
De VNG besloot een boekje te
schrijven waarin alle problemen
aangaande chemisch huisafval
op een rijtje worden gezet. Plus
suggesties hoe een vraagstuk als
dit kan worden aangepakt. Het
boekje zal in juli onder alle ge
meenten worden verspreid.
Daarna volgt een intensieve
voorlichtingscampagne.
Eindhoven en de provincie Gelder
land zijn voortrekkers. Eindho
ven werkt al acht jaar op deze
manier. Enkele bedrijfsterreinen
fungeren als verzamelplaats
waar zowel de industrie als de
burger met kleine beetjes che
misch huisvuil terecht kan. Gel
derland is dit jaar pas begonnen,
maar heeft het wel goed aange
pakt. Van de 96 gemeenten die
deze provincie telt, doen er maar
liefst 93 aan het gescheiden ver
werken van huishoudelijk afval
mee. Begrijpelijk ook wel, want
de provincie heeft er geld in ge
stopt Het enige dat de gemeen
ten moeten doen is zorgen voor
opslagruimte en mankracht De
provincie zorgt voor de verpak
king en de afvoer van het che
misch huisvuil. "Het loopt hier
buitengewoon goed", zegt Jan
Nijenhuis, milieucoördinator bij
de VNG. "Alleen vallen de kos
ten een stuk hoger uit dan we
hadden gedacht"
De tot nu toe gebruikelijke wijze vo
voor milieupedreigend afval komen.
Voor de milieudeskundige van de
VNG is dit in elk geval een
graadmeter. "Die gemeentelijke
opslagplaatsen", zegt hij, "zullen
best van de grond komen. Als je
ziet hoeveel reacties ik al heb ge
had, niet te geloven. Bovendien
hebben wij steun van milieu
groepen. Zij kunnen best wat
druk uitoefenen op de overheid.
Die regionale afgifteplaatsen zul
len wat moeilijker tot stand ko
men, vermoed ik. In elk geval
heeft het bedrijfsleven er belang
stelling voor getoond. Dat is na
tuurlijk al een goed teken."
i huisvuil ophalen behoeft bijstelling. Er moeten aparte verzamelpunten
(foto ANP)
Vijftig kilo -
Het concrete voorstel van de VNG
komt hier op neer: elke gemeen
te opent een depot, grotere plaat
sen (met meer dan 40.000 inwo
ners) zouden er meer kunnen ne
men. De inwoners van een ge
meente kunnen hier kleine hoe
veelheden chemisch huisvuil
kwijt. Men moet het echter zélf
brengen. Alleen bedrijven die
wat grotere hoeveelheden (tot
ongeveer vijftig kilo per jaar)
moeten laten afvoeren, kunnen
het op afroep laten halen. De
komst van deze depots betekent
niét dat de plaatsen waar nu
overblijfselen van medicijnen of
fotografisch afval kunnen wor
den afgegeven, zullen verdwij-
Integendeel zelfs. De wens van de
Vereniging van Nederlandse Ge
meenten is om die bedrijven bij
het innemen van chemisch huis
vuil nauwer te gaan betrekken.
Het voordeel daarvan is dat er
ruimere inlevertijden zullen zijn.
Jan Nijenhuis: "Je moet dit ini
tiatief, het inschakelen van die
bestaande zaken, zien als een
soort bijkantoor van de PTT. In
derdaad, we hebben ook gedacht
aan kringloopwinkels. Ik denk
dat zij op dit moment niet des
kundig genoeg zijn om dit pro
bleem het hoofd te bieden."
De bevolking produceert elk jaar
zo'n zes miljoen kilo (6000 ton)
chemisch afval. Omgezet per
hoofd van de bevolking, heeft de
VNG berekend, komt dit neer op
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten heeft zich gebogen over de vraag hoe chemisch en
ander huisvuil gescheiden kunnen worden verzameld. Een plan waar nu al met verlangen naar
wordt uitgekeken. De voorbereidingen, zo verwacht de VNG, zullen nog wel anderhalfjaar
vergen. Daadwerkelijk aan de slag gaan zal men pas in 1985. Alles hangt echter af van de
medewerking van de burger en, niet te vergeten, de kosten die het gescheiden verwerken van
huishoudelijk afval met zich meebrengt.
door Jan Westerlaken
slechts een halve kilo. Het be
drijfsleven (niet de chemische in
dustrie) heeft een jaarlijkse pro-
duktie van 24.000 kilo. De vereni
ging schat dat er veel meer che
misch afval wordt geproduceerd.
De VNG denkt dat tachtig pro
cent via de legale weg wordt af
gevoerd, de rest wordt geloosd.
Op vuilnisbelten of in het water.
Met het invoeren van depots re
kent de VNG erop dat vijftig pro
cent van het chemisch te bestem
der plekke komt.
Grens
Jan Nijenhuis: "De industrie heeft
bij ons aangeklopt met de vraag
of er verzamelpunten voor dit
vuil kunnen komen. Laat ik dui
delijk zijn: zij moet voor haar ei
gen zaalges zorgen. Wat ik me
echter wél kan voorstellen is dat
de regionale depots een dubbele
functie krijgen: voor de gemeen
ten én de bedrijven. Maar de in
dustrie mag niet meer dan die
vijftig kilo aanbieden. Stellen we
die grens niet, dan lopen we de
kans dat chemische bedrijven
straks ook met hun afvalproduk-
ten een beroep op onze opslag
plaatsen zullen doen. Dat is niet
de opzet van de plannen. Althans
nu niet. Draait de zaak eenmaal
goed, dan kan erover worden ge
praat. Maar er moet dan wel geld
op tafel komen."
Een berekening is er al gemaakt.
Wil een zaak, om een voorbeeld
te geven, duizend kilo chemica
liën laten afvoeren volgens het
VNG-plan, dan moet zij veertien
honderd gulden op tafel leggen.
Een niet gering bedrag, maar
toch altijd nog goedkoper dan
wanneer zij zelf voor het vervoer
moet zorgdragen.
Geld lijkt het sleutelwoord in deze
kwestie te worden. Inwoners en
bedrijven hoeven bij het over
handigen van hun chemisch af
val dan wel niets te betalen, de
kosten om die voorziening tot
stand te brengen en die in stand
te houden zullen toch ergens
vandaan moeten komen. Gelder
land, het is al gezegd, heeft geld
in het project gestoken. Zuid-
Holland zou eveneens bereid zijn
de zaak financieel te steunen. De
VNG gaat zeer binnenkort met
het ministerie van volksgezond
heid en milieu praten of er uit de
ze hoek nog wat geld kan worden
verwacht voor, bijvoorbeeld, het
oprichten van de regionale de
pots. De kosten van zo'n verza
melplaats worden geschat op een
kwart miljoen gulden. Het is de
bedoeling dat er vijfentwintig,
verspreid over het hele land, ko
men.
Twee kwartjes-
Wie draait er voor de kosten van
een gemeentelijk depot op? Hier
kan de schoen nog behoorlijk
gaan wringen. De VNG is er in
haar berekening van uit gegaan
dat de opslagplaats tussen de
twee kwartjes en f 2,50 per inwo
ner zal gaan kosten. Geld dat zo
goed als zeker via een verhoging
van de reinigingsrechten zal wor
den gevorderd. "Dat zou een
drempel kunnen zijn", denkt Jan
Nijenhuis. "Er zijn wel een hele
boel gemeenten die dit plan wil
len doorvoeren, maar er is ook
nog een politiek lichaam. De ge
meenteraad heeft in deze het
laatste woord. Het verhogen van
de reinigingsrechten is zeker
geen populair middel."
Toch is de milieu-coördinator van
de VNG optimistisch. "Iedereen
ziet er brood in. Bedrijven en ge
meenten. Een voorbeeld? We
hadden in ons boekje vijf pagi
na's voor advertenties bestemd.
Meer zat er niet in, dachten wij.
Nu zitten we al aan de twintig en
dan te bedenken dat de sluitings
termijn pas over een paar weken
is. In sombere buien heb ik echt
wel eens gedacht, nee, hier komt
geen fluit van terecht Twee
kwartjes per persoon is nogal
een behoorlijk bedrag. Kijk ik
naar al die positieve reacties,
nee, dan hoef ik niet te wanho
pen."
Voordelen heeft het plan niet al
leen voor het milieu, maar ook de
werkgelegenheid is ermee ge-
regionale verzamelpunten mini
maal twee mensen moeten
werken. Dat betekent dus vijftig
arbeidsplaatsen. Daarnaast zul
len ook de vervoersbedrijven
personeel moeten aantrekken.
Alleen voor de gemeentelijke de
pots hoeven geen extra krachten
te worden geworven. De ambte
naren krijgen wél meer werk?
"Dan hoeven de gemeenten min
der mensen af te stoten", rea
geert Nijenhuis alert.