-c BMW v.d. Plas Rob Gorris BV AUTO Vergissen menselijk maar ook moeilijk... Congres evangelisten met 3500 deelnemers l lieg aar Oppassen bij het tanken BMW 3-serie: oude karakteristiek van moderner snit Ambachtsweg 14, Katwijk aan Zee tel. 01718-26161 Hoge Rijndijk 278, 2314 AL Leiden tel. 071-896000 WOENSDAG 8 JUNI 1983 Varia Samengesteld door Koos Post /-r\ A UtO /~r> co-o* I Hessing importeert Ford Thunderbird Deze sierlijke coupé is de nieuwste aanwinst van Hessing. Het Bilt- se bedrijf importeert als enige in Europa deze Ford Thunder bird. Een model voor Ford Amerika net zo belangrijk als de Sier ra voor Ford Europa. Maar wel in een heel andere klasse: een wagen met een vijf liter achtcilinder motor. En ook in een heel andere prijsklasse: met alles erop en eraan tegen de tachtig mil le. Bij Hessing blikt of bloost men echter niet van zulke bedragen. "Een prijs op het niveau van redelijk vergelijkbare Europese wagens in hun sobere basisuitvoering", constateert men claar. En ze weten waar ze over praten, dat staat vast. Ze hebben zich daar aan de Utrechtseweg gespecialiseerd in verschrikkelijk du re auto's: "Goedkope wagens kunnen we niet verkopen maar dure gaat goed". Hessing is officieel importeur van de kolossale Amerikaanse Fords. En van de Italiaanse raspaardjes als Ferrari. Voorts offi cieel dealer van de meest luxueuze Britse wagens zoals Jaguars, Bentleys, Rovers en dergelijke. En nu ook nog importeur van bijna-nieuwe dure Europese auto's. De duurdere produkten van Opel, Ford Duitsland, Audi, Mercedes en BMW staan met enkele duizenden kilometers op te tellers in de gigantische showroom van marmer en glas. Dat als vrucht van een parallel-import waarover woordvoerder Piet Hessing geen cijfers of getallen wenst te geven. "Die zou de concurrentie ook graag horen", beweert hij. En neringdoende collega's nemen deze parallel-import uit Duitsland bepaald niet in dank af. Maar de Hessings zeggen dat ze zo de klap van de snel gestegen dollarprijs te boven hebben kunnen komen. In de jaren zestig sprongen zij met grote voortvarendheid in een gat in de markt met de import van grote Amerikanen. In de jaren zeventig heb ben ze daar dik aan verdiend. Maar de jaren tachtig begonnen met een stevig oplopen van de Amerikaanse dollarprijs: "In een maand of vijf maar liefst dertig tot veertig procent. Toen viel een groot deel van onze handel weg". Piet Hessing zegt dat ze het bedrijf met wereldwijde handel en het opzetten van die Duitse parallel-importen op poten hebben kunnen houden: "In afwach ting van het moment dat de overgewaardeerde dollar zijn eigen lijke waarde zal krijgen". Opel vernieuwt Senator en Monza Nu we toch in de exclusieve regionen van het auto-aanbod zitten: Opel heeft zijn allerduurste modellen - de Senator en de daarvan afgeleide coupé, de Monza - onderhanden genomen. Zelf spreekt de Duitse General-Motordochter van een "aërodynamische face lift". Met andere woorden, er is wat aan het uiterlijk gedokterd om de luchtweerstand omlaag te brengen. De Cw-waarde van de sedan zakte daarbij van 0.43 naar 0.37 en van de Monza van 0.40 naar 0.35. De achterkant wat hoger, de voorkant wat lager en dat betekent niet alleen minder brandstof maar in de meeste gevallen ook betere rijkwaliteiten. Verder zijn er nog enkele minder opvallen de wijzigingen doorgevoerd. Bovendien is de Senator-serie - tot nu toe uitgevoerd met inspuit- zescilinder motoren van 2,5 liter (136 pk) en 3 liter (180 pk) - aan de onderkant uitgebreid met een viercilinder twee liter versie: de Senator 2,0 E. De grootste verdienste van dat jongste model is natuurlijk zijn prijs. Voor bijna 39 mille heeft men zo'n royale sedan, waarmee volgens de fabriek een snelheid van 180 km per uur kan worden gehaald. Op de rit die ik met deze prettig com fortabele wagen kon maken was er echter nergens gelegenheid om de motor op zijn uiterste krachten te beproeven. Natuurlijk mist men in zo'n viercilinder iets van de enorme sou plesse en het prettige overschot aan vermogen die de zescilinder Senatoren zo'n grandioze rij karakteristiek geven, maar ook zon der dat blijft het rijden in het grootste Opel-model een uiterst comfortabele en dus plezierige belevenis. Opel verwacht door deze uitbreiding toch een groter aandeel te kunnen verwerven in de "zware" klasse, die nu nog altijd door enkele merken wordt beheerst. De stormlopen van Opel op hun schier onaantastbare pcities zijn steeds zonder spectaculair re sultaat gebleven. Velen z tggen dat de naam Opel in deze de grootste handicap is. De auto zelf is het beslist niet... Gehaast wringt de be stuurder zich bij het zelf bedieningstankstation tussen de pompen en de auto's door. Hij ziet een vrij plekje. Nog wat in gedachten verzonken grijpt hij de slang, tankt, betaalt en wil snel ver dwijnen. Maar hij heeft de verkeerde pomp ge pakt en de verkeerde brandstof getankt. Wat nu? Een belachelijk verhaaltje? Be slist niet. Het gebeurt vaker dan men denkt. En zeg nooit: dat zal mij niet overkomen. Daarom ditmaal: als het je overkomt wat dan te doen? Super in plaats van normaal Er zijn verschillende vergissin gen mogelijk. Als eerste de minst erge: super in plaats van normaal getankt. Dan wordt al leen schade toegebracht aan de portemonnee. Omdat bij su- perbenzine nu eenmaal een su- perbenzine-motor past. An ders is deze vloeistof even nut teloos als hifi-stereo op de kof fergrammofoon van opa. Toch voeden tal van automobi listen hun pretentieloze moto ren voor normale benzine nog steeds bewust met superbenzi- ne. Het fabeltje van de bruisen de kracht van de tijger in de tank is kennelijk niet uit te Normaal in plaats van super normale benzine in plaats van super tankt. De motor valt echt niet uit, hij start ook steeds weer en de tank kan worden leeggereden. Maar wel met be leid. Hier dreigt zware bescha diging van de motor als men niet bemerkt dat men verkeerd heeft getankt en dat is verre van denkbeeldig. In een op superbenzine gebouw de motor tracht men door een bijzonder hoge compressie van het brandstof-luchtmengsel - dus door sterk samendrukken - de in de benzine aanwezige energie tot het uiterste te be nutten. Superbenzine laat zich zonder problemen in een der gelijke kleine ruimte samen persen. Normale benzine daar entegen verbrandt bij hoge sa menpersing te snel en zodoen de hard stotend en kloppend. Zo'n ruw verbrandingsproces kan zuigers en lagers ruineren. Niet echter als heel rustig wordt gereden en de tank steeds weer wordt bijgevuld met superbenzine. Het is in dit geval dus belangrijk dat men de fout constateert en er naar handelt. Diesel in plaats van benzine Maar het kan veel erger, bijvoor beeld als diesel tankt in plaats van benzine. De argeloze auto mobilist wordt al snel verrast door een stotterende motor werking en overslaan van de motor. Na enkele honderden meters stopt de motor, want door de in vergelijking met benzine te dikke dieselolie ont breekt het in de benzinemotor aan een intensieve verstuiving en kan dus niet op een voor verbranding geschikte wijze worden vergast. Binnen de kortst mogelijke tijd is het hele brandstofsysteem door de olie achtige vloeistof verstopt en worden de bougies vet. Kort om, er functioneert niets meer... Wegslepen is de enige oplossing. Misschien het beste naar de plaats waar men heeft getankt. Meestal is dat het dichtst nabij. Bovendien zal daar vaak de be reidheid tot de noodzakelijke hulpverlening het grootst zijn. De tank moet namelijk hele maal leeg. En dat is een hele klus. Temeer omdat de prakti sche aftapschroeven tegen woordig nauwelijks meer voor komen. Normaal?.... Super?.... Diesel? Het is uitkeijken geblazen aan de Benzine in plaats van diesel Tenslotte kan men ook benzine in plaats van dieselolie tanken en dat is ook niet best. De snor rende werking van de diesel gaat over in een hard kloppen, de verbranding gaat hortend, en stotend, de motor vertoont een bijzonder lawaaiig, rate lend gedrag. Dat ligt ook wel voor de hand: de op de vonkende bougies aan gewezen benzine ontmoet hier in de dieselmotor volkomen andere omstandigheden. Er ontwikkelt zich een weerspan nig ontstekingsgedrag en daar mee een overmatig haperende ontsteking. De verbranding verloopt dus niet vlot en soepel, de ingespo ten benzine wordt in plaats daarvan als het ware als een sa mengebalde lading ontstoken. Het gaat er ongeveer net zo aan toe als bij de koude start van een diesel, nu echter op een permanente wijze. Hierdoor wordt de motor overdadig mis handeld en dit kan het begin zijn van veel trammelant. Daarom ook hier: probeer niet op eigen kracht de dichtbijzijn- de hulp te bereiken. Zet de mo tor in hemelsnaam maar af en laat de auto wegslepen. En dan natuurlijk ook nu de tank le gen. De enige troost: een zeke re benzinerest deert niet. Dit in tegenstelling tot dieselolie. Dus men behoeft bij het schoonmaken niet zo grondig te werk te gaan. Alles bij elkaar men kan door zo'n vergissing bij de pomp grondig in de perikelen komen of op zijn minst flinke tijd kwijtraken. Het beste is der halve: goed, heel goed uitkij ken. RIJ- IMPRESSIE BMW verkocht vorig jaar alleen al in ons land bijna tiendui zend "drietjes". Het succesvol le model was dus kennelijk nog lang niet aan het einde van zijn populariteit. Integendeel. Toch stond in het begin van dit jaar in het Münchener hoofd kwartier de opvolger klaar, die inmiddels al volop in de ver koop is. Een niet-ingewijde, die "oud" en "nieuw" naast elkaar ziet staan, zal moeite hebben te ge loven dat het blauwwitte merk zo'n zes jaar arbeid en een mil jard mark in deze vernieuwing heeft gestopt. Zo weinig opval lend is het verschil naar bui ten. Toch bleef nagenoeg geen stukje carrosserie ongewijzigd. Het bewijst wel dat de construc teurs goed zijn geslaagd in hun nadrukkelijke opdracht: de ou de karakteristiek inpassen in de eisen van de huidige techni sche ontwikkelingen. Daarbij wordt de vormgeving voor het overgrote deel be paald door windtunnel en computer. Onveranderlijk rolt dan vandaag de dag de wig- vorm uit de bus. Dus de neus wat verlaagd en de achterkant iets verhoogd. Met als bijkom stig voordeel een grotere kof ferbak. Maar niet alleen daar kon bij de vernieuwing van BMW's 3-se- rie ruimtewinst worden ge boekt. Hoewel de binnenma- ten niet groter zijn geworden kon iets meer ruimte tussen voorstoelen en achterbank worden verwezenlijkt. Geen overdadige luxe, want de ach •Ml'. (TV terpassagiers hadden tot nu toe in deze BMW's vrij karige beenruimte. Het is ook in de jongste versie nog niet overda dig, maar elke centimeter meer is meegenomen. Althans in de tweedeurs versies. Hoe het zal zijn in de vierdeurs weet ik nog niet. Hij komt er aan, hij was al op de RAI te zien, maar hij zal pas tegen het einde van het jaar leverbaar worden. In de royalere kofferbak vindt men het gereedschap in een doosje weggestopt onder de klep. Dit als een staaltje van de nauwgezetheid waarmee de uitrusting van deze serie is ver zorgd. Het prachtige dash board rondom de bestuurder is een toonbeeld van doelmatig heid. Met onder meer een bat terij lichtjes die aangeven wan neer de auto aan een service- beurt toe is. In de duurdere modellen van de serie vindt men ook een ver- bruiksmeter waarop men elk moment kan aflezen wat de motor aan brandstof gebruikt. Wat overigens nog steeds niet echt gering is. Want kwam ik na een tijdje toeren in de 316 nog maar net aan de één op tien, in de 320i kon ik ook dat niet halen. Ik neem echter aan dat dat de meeste 3-rijders niet zal deren. Zij kopen zo'n wagen niet om zijn zuinigheid. Zij gaan door de knieèn voor de nog steeds voortreffelijke rij-eigenschap- pen. Toch is er wat dat betreft het no dige veranderd. De vering is bijvoorbeeld wat soepeler ge worden. Iets minder stug. Maar nog opvallender komt de vernieuwing van de voorwiel- ophanging door, waardoor het wat eigenwijze weggedrag - dat vele rasautomobilisten juist zo aardig vonden - nu is verdwe nen. Een kind kan met de nieu we drie de was doen, zou men met de nodige overdrijving kunnen zeggen. In de achteras werken vering en schokdemper die by vorige modellen steeds een geheel vormden - nu onafhankelijk van elkaar, waardoor de klei nere oneffenheden in de weg dekken gladder worden ver werkt. De laagst geprijsde BMW - de 315 - is by de vernieuwing buiten schot gebleven. De 316 (zoals bekend met de 1,8 liter motor) is niet wezenlijk stiller gewor den. Ik reed er één met een vierbak. Wellicht kan men met vijf versnellingen wat meer rust bereiken. Maar dan moet men bereid zijn een kleine dui zend gulden meer neer te tel len. De 318i heeft ook een 1,8 liter mo tor, maar dan met mechani sche inspuiting. De 320i en de 323i hebben elektronische in spuiting. Deze zescilinders zijn opvallend stil geworden. De 320 heeft door die inspuiting een vermogen van 125 paarde- krachten gekregen, waarmee de wagen kan worden opge jaagd tot een topsnelheid die dicht in de buurt van de 200 ki lometer per uur ligt. Het is met zulke krachten onder de motorkap prettig te ervaren dat de remmen uitzonderlijk goed functioneren. Een lichte druk op het rempedaal is al voldoende om de tegenwer kende krachten te mobiliseren. Dat neemt niet weg dat het be spelen van al die motorische krachten toch de nodige be heersing vergt. BMW heeft het een en ander ge daan om het benzineverbruik te drukken. Ik noemde al de ver- bruiksmeter op het dashboard en de bak met vijf versnellin gen. Daarbij kan men nog de voorziening optellen die de benzinetoevoer afsluit zodra men tijdens het rijden het gas pedaal loslaat. Geen druppel wordt zo onnodig verspild. Toch maakt dat alles het rijden met deze 3-serie nog niet we zenlijk zuinig. Maar nogmaals, daarvoor schaft men zich deze BMW niet aan. De automobilist wil de nog al tijd wat stug aanvoelende, maar oh zo exact functioneren de wagen bezitten om er het gewenste rijplezier aan te bele ven. En hij (of zij natuurlijk) is bereid daar stevig voor te beta len. Dat blijkt wel. Want BMW is be paald niet goedkoop te noe men. Ook de verbeteringen aan de 3-modellen zijn flink ge prijsd. BMW mag zelf prijsver hogingen van enkele duizen den guldens redelijk vinden, ze komen op toch al stoere prij zen. Wie nu een 316 wil hebben moet ongeveer 27 mille neer tellen. Voor een 320i komt daar nog eens meer dan tien mille bij... Prijzen die er niet om liegen. Toch heeft een duur merk als BMW niet of nauwelijks onder de recessie te lijden. ADVERTENTIE Een unicum in de geschiedenis van de christelijke kerken. Zo omschreef de 63-jarige Ameri kaanse evangelist Billy Graham gisteren op een persconferentie in Amsterdam de internationale conferentie van 'reizende evan gelisten', die volgende maand in de hoofdstad van Nederland wordt gehouden. Naar verwach ting zullen zo'n 3500 evangelisten uit 130 landen aan deze conferen tie deelnemen. Zeventig procent komt uit de Derde Wereld. Graham vertelde, dat hij meer dan twintig jaar met plannen voor een dergelijke conferentie had rondgelopen. De bijeenkomsten krijgen het karakter van een 'pastorale en theologische trai ning', omdat verreweg de meeste deelnemers weinig opleiding hebben genoten en er een grote behoefte bestaat aan scholing. De conferentie is van 12 tot 21 juli in het Rai-congrescentrum. Er is voor Amsterdam gekozen 'van wege de gastvrijheid van Neder land', zei Graham, en het feit dat Nederland tot de weinige landen behoort, waar geen visumproble men zijn te verwachten bij een Billy Graham in Amsterdam: 'Unicum in de geschiedenis' internationale bijeenkomst als deze. Graham sprak ook over een 'war me ontvangst door de Neder landse kerken'. Hij zag daarbij over het hoofd, dat de Raad van Kerken onder invloed van kerke lijke organen voor zending en evangelisatie nogal lauw heeft gereageerd op de plannen. Op een informele oproep tot steun reageerde de Raad van Kerken bij monde van zijn voorzitter, professor dr. Berkhof, met een nota, waarin de evangelisatie methode van Graham en de zij nen kritisch wordt benaderd. De raad liet het aan de afzonderlijke kerken over om steun aan de conferentie te geven, maar voor zover bekend is geen van de ker ken daarop ingegaan. Berkhof verklaarde desgevraagd, dat er weinig animo bij de Raad van Kerken was, onder meer om dat de organisatie van de confe rentie geheel in handen is van Grahams beweging. "Mijn po gingen om een brug te slaan tus sen de organisatoren en de Ne derlandse kerken zijn nog niet geslaagd. Maar de Amerikanen maakten het me ook niet gemak kelijk". Enthousiasme is er daarentegen wel in kringen van baptisten en opwekkingsbeweg ingen. Niet minder dan 8000 belangstel lenden meldden zich voor de conferentie. Met het oog op de beperkte ruimte en de financiën konden er 'slechts' 3500 worden toegelaten. Het zijn, naar Gra ham vertelde, mensen die net als hijzelf rondtrekken om het evan gelie te verkondigen. De mees ten behoren tot een kleine zelf standige kerk. Sommigen werken helemaal op zichzelf. Hun gemiddelde leeftijd is vrij laag. "Wat dat betreft kun je zeg gen, dat in Amsterdam de kerk van morgen congresseert", zei Graham. Hoewel de nadruk op training en toerusting ligt, zal de conferentie kwesties als sociale verantwoor delijkheid en de strijd voor de vrede niet uit de weg gaan. Zelf bevestigde Graham gisteren zijn steun aan de Freeze-beweging in Amerika, die ijvert voor onmid dellijke bevriezing van de kem- wapenarsenalen in de wereld. Graham heeft aan de conferentie geen evangelisatiecampagne verbonden. Dat zou maar aflei den. Wel zullen deelnemers op zondag 17 juli in verschillende plaatsen samenkomsten houden, mogelijk gevolgd door straat campagnes. Afscheid Berkhof Tijdens de maandelijke verga dering van de Raad van Kerken, vandaag in Amersfoort, heeft professor dr. H. Berkhof (her vormd) het voorzitterschap overgedragen aan professor dr. D. C. Mulder (gereformeerd) van de Vrije Universiteit in Amster dam. Van 1974 af heeft Berkhof leiding gegeven aan de raad. De scheidende voorzitter herinner de in zijn afscheidsrede aan het aanvankelijke uitgangspunt van de raad: als kerken alléén ge scheiden doen wat om des gewe tens wille niet samen kan wor den gedaan. Hij moest nu vast stellen, dat de overgrote meer derheid van de kerkelijke be leidsvoerders in de raad niet meer achter deze visie staat. De samenwerking moet zo min mo gelijk uitdagen en zo min moge lijk kosten. "Het oecumenische gebod, dat ons in het begin sa menbracht, wordt geruisloos prijsgegeven". Geloof, gemeenschap en gerechtig heid zijn, volgens Berkhof, de drie pijlers waarop de Raad van Kerken zyn werk moet doen. Op het gebied van gerechtigheid (maatschappelijke vragen) heb ben de kerken veel samenge daan. Op de twee andere terrei nen leek vaak de leus te gelden: doe als kerken niets samen, wat je evengoed of beter alleen kunt doen. Berkhof riep de kerken op, deze terugtrekkende beweging te stoppen. Om dit te stimuleren, stelde hij voor, het aantal secties van de raad uit te breiden. In een daar van zullen de drie organen van de grote kerken voor 'kerk en theologie' samen met afgevaar digden van de zes andere kerken hun krachten moeten bundelen voor een oecumenische doorden king van de problemen, die ze ook in hun eigen kerk op dit ge bied allang tegenkwamen. Beroepen. Hervormde Kerk: aangenomen de benoeming tot pastoraal medewerker te Ouden hoorn J. H. Leijenhorst Nieuwer- kerk aan de IJssel, het beroep (door de synode) tot legerpredi- kant kandidaat J. H. Dekkers Wierden, naar Eethen-Drongelen K. Borsje (diakonaal consulent) Lunteren; beroepen te Kapelle (Z.) M. Smith Haarlem, te Sche- veningen D. Bosma IJsselmon- de, te Haulerwijk T. Tysma Oot- marsum. Gereformeerde Ker ken: beroepen te Woerden S. de Jong Lunteren; aangenomen naar Schoonoord W. Wester Dro- geham; bedankt voor Krimpen aan de IJssel S. Landheer Kam pen. Christelijke Gereformeer de Kerken: aangenomen naar Zaandam A. G. van der Heijden (vlootpredikant) Den Helder; be roepen te Delft J. Plantinga Leeuwarden. Gereformeerde Gemeenten: bedankt voor Doe- tinchem D. Hakkenberg Lisse.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 21