-c LOURDES Vraag niet om een verklaring ZATERDAG 4 JUNI 1983 Extra PAGINA 19 Een kleine boerderij net buiten het Twentse Ootmarsum aan de straatweg naar Rossum. Anna Kunne (57) heeft haar koffer al gepakt. Hij ligt, nog opengeslagen, op de tafel die midden in de voorkamer staat, onder de lamp. Vanaf de muren kijkt het verleden op haar neer. Een gecalligrafeerde oorkonde ter nagedachtenis aan het 40-jarig huwelijksfeest van haar schoonouders hangt hoog boven het dressoir. Vlakbij de foto van de familie van voor de oorlog. Herman, de zoon met wie ze trouwde, staat er nog op als jongeman temidden van zijn broers en zusters. Hijzelf wordt behalve door een portret vertegenwoordigd door een bewijs van goed gedrag (hem in 1929 verleend door de Militaire Vereniging onder bescherming van Antonius van Padua) en een ingelijst middenstandsdiploma. Beetje leven Maar ook de goddelijke familie is niet vergeten. Op het kastje onder de huwelijksoorkonde staat een kruisbeeld, in een andere hoek van de voorkamer een replica van de grot van Massabielle waarin Bernadette Soubirous de Moeder Gods zag verschijnen. Een erfstuk van haar schoonhouders. Zo heeft alles in haar huis een plaats. Het is begin mei, een paar dagen voordat Anna op bedevaart naar Lourdes vertrekt. Driejaren geleden is ze er voor het eerst geweest, vertelt ze. Een jaar later nog eens. Samen met Herman, die toen nog leefde. Ze hadden al veel eerder eens willen gaan, maar het was er nooit van gekomen vanwege de boerderij. Anna loopt naar een kast en haalt de foto's van die eerste bedevaart tevoorschijn. Op één ervan staat ze met haar man temidden van een grote, groep andere Twentse pelgrims. Hoeveel is er in die drie jaren veranderd. „Het is met Herman heel snel gegaan", vertelt ze. „Vorig jaar ging hij plotseling achteruit. Longkanker, zei de dokter. En in een halfjaar was het gebeurd. In januari is hij gestorven, nu drie maanden geleden". Maar zelf werd ze ook ziek. Sinds vorig jaar lijdt ze aan een bloedziekte waarvan de dokters de afloop niet kunnen voorspellen. Ze wil in Lourdes bidden om kracht, „wantje wilt toch nog wel een beetje leven", zegt ze zacht voor zich uit alsof ze zich daarvoor wil verontschuldigen. Kanker Paulien Bruggink (35) is getrouwd, heeft drie kinderen. Woont net als Anna in Ootmarsum. Tien maanden geleden, vlak na de geboorte van haar derde kind, ontdekte ze onder haar arm een opgezwollen lymfklier. Weefselonderzoek leerde dat het kanker was. Gevolg: een borstamputatie, bestraling en intensieve chemotherapie. Angst om dood te gaan heeft ze niet gehad, zegt ze. Wel het idee terug te moeten vechten, voor de kinderen vooral. Kort geleden is ze nog bij de dokter geweest, omdat ze anders niet gerust wegging, en alles is goed. „Menselijkerwijs gesproken", zegt ze, „heb ik er nu alles aan gedaan. Voor de rest, dat het goed mag blijven gaan, daarvoor ga ik naar Lourdes". Twee vrouwen, die zich samen met de pastoor van hun parochie aansluiten bij 130 andere Twentse bedevaartgangers, zoals de Twentenaren zich aansluiten bij de 1700 Nederlandse pelgrims, zoals de Nederlanders zich zullen aansluiten bij het legioen van 25.000 bedevaartgangers dat zich in de tweede week van mei in Lourdes bevond: Uit alle windstreken van de wereld, mannen en vrouwen, zieken en gezonden, jongeren en ouderen. Pelgrims naar Lourdes, iedereen met zijn eigen reden. Zoals de ouders van wielrenner Hennie Kuiper uit Denekamp, die behalve Lourdes ook wel eens met eigen ogen de in de buurt gelegen Tourmalet willen aanschouwen waarop zoon Hennie triomfen vierde, hoewel het hem nooit een overwinning in de Ronde van Frankrijk opleverde. Druk Op pelgrimstocht gaan is zo oud als de mensheid. Zolang mensen goden aanbidden, hebben ze hun heilige plaatsen gehad waar ze naartoe trokken om boete te doen, te danken voor een verkregen gunst, te bidden om genezing en levenskracht. De Grieken naar Delphi, de hindoes naar de Ganges, de islamieten naar Mekka, de joden naar Jeruzalem, de christenen naar Rome en Compostela. Lourdes, met zijn bijna vijf miljoen pelgrims per jaar een van de drukstbezochte bedevaartplaatsen van de wereld, is als pelgrimsoord nog tamelijk jong. Het ontstond in 1858 nadat de 14-jarige Bernadette Soubirous was thuisgekomen met het verhaal dat zij in de grot van Massabielle aan de oever van het riviertje de Gave een verschijning had gezien die zich later bekend zou maken als de Moeder Gods. Vanaf het begin, toen de gebeurtenissen in Lourdes waarmee zelfs keizer Napoleon III zich bemoeide voorpaginanieuws waren m de Franse kranten, is het Pyreneeëndorp een keten van tegenspraak geweest. Europa stond rond het midden van de vorige eeuw aan de vooravond van de industriële revolutie en in dat tijdperk, waarin techniek en natuurwetenschap op het punt stonden, de wereld te veroveren, werd het verhaal van Bernadette door velen in Frankrijk gezien als een terugkeer naar de bijgelovige middeleeuwen. Het terrein van de grot werd Handel in Maria-kitsch. Dat is een gangbaar beeld van Lourdes. „Zo wordt er ook meestal over geschreven", zegt voorzitter Van Velthoven van de Vereniging Nationale Bedevaarten, in het dagelijks leven aalmoezenier op de luchtmachtbasis Volkel. „Maar handel vind je overal waar mensen in zo groten getale bij elkaar zijn. Het echte Lourdes vind je in de ziekenhuizen, bij de zieke pelgrims die hier naartoe zijn gekomen met hun grote en kleine zorgen". Dit jaar is het honderd jaar geleden dat de Vereniging Nationale Bedevaarten Lourdes werd opgericht. Een van onze verslaggevers reisde in het gezelschap van de pelgrims mee naar Lourdes. Lourdes: een stad waar het openbare leven geheel doorzieken wordt bepaald. aanvankelijk dan ook op last van de autoriteiten gesloten, maar weer opengesteld toen de mensenmenigten, aangetrokken door verhalen over wonderbaarlijke genezingen, bleven toestromen. Specialisten De eerste medicus die belangstelling toonde voor wat in Lourdes gebeurde was de Franse arts Dunot de Saint-Maclou, die in de vorige eeuw een systematische registratie begon op te zetten over de genezingen. Hij werd in 1885 de stichter van het Medisch Bureau dat vandaag nog bestaat en tot taak heeft vast te stellen of een genezing volgens de geldende wetenschappelijke normen medisch verklaarbaar is of niet. Buiten Frankrijk kregen medici pas belangstelling voor de genezingen nadat de arts Alexis Carrel, die in 1912 de Nobelprijs won, aan het begin van deze eeuw zelf de onverklaarbare genezing had meegemaakt van Marie Bailly, een meisje dat in het laatste stadium van tuberculeuze buikvliesontsteking verkeerde en ten dode was opgeschreven. Carell schreef zijn ervaringen op in een klassiek geworden boek dat de titel meekreeg „Voyage to Lourdes". Daarna gingen ook andere artsen zich met de bestudering van de genezingen bezighouden. In 1927 werd de Internationale Medische Commissie Lourdes opgericht, die tot taak heeft het Medisch Bureau te controleren en waarvan medisch specialisten uit een groot aantal landen lid zijn. Nederland is in die commissie vertegenwoordigd door de Utrechtse hoogleraar in de röntgendiagnostiek prof. dr. C. B. A. J Puylaert (59). Simonis Op zondagmorgen 8 mei stijgen drie Boeings van Transavia van Schiphol op richting Lourdes. Daags tevoren zijn vanuit Roosendaal en Maastricht al drie treinen vooruitgegaan met 200 zieken aan boord. De mei-bedevaart 1983, die onder leiding staat van de Rotterdamse bisschop Simonis, is de 124e die vanuit Nederland wordt gehouden. Voor de organiserende Vereniging Nederlandse Bedevaarten, die honderd jaar geleden werd opgericht, is het een gedenkwaardige Comfortabel onderuitgezakt in de zachte stoelen wordt ons in het vliegtuig een fraai uitgevoerd herdenkingsboekje uitgereikt, waaruit blijkt welke ontberingen de eerste pelgrims uit Nederland hebben moeten doormaken om Lourdes te bereiken. Ruim 40 uren waren ze onderweg, heen en weer geschud in onverwarmde en onhygiënische houten treinstellen. In 1914, na het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, duurde de reis zelfs vier dagen. Voor de zieken onder de pelgrims moet het een ware beproeving zijn geweest. Een tocht door de hel op weg naar de hemel. door Jan Haverkate deze manier een kleine 25.000 zieken naar Lourdes gebracht. Als na een reis van amper een uur de drie vliegtuigen kort na elkaar op het vliegveld van Tarbes bij Lourdes landen, zijn de Nederlandse treinen al enkele uren binnen en liggen de zaken in het Accueil Notre Dame, een van de drie plaatselijke opvanghuizen, ingeklemd tussen het riviertje de Gave en de Esplanade, het sleutelgatvormige plein voor de heiligdommen waarlangs in deze tijd van het jaar de kastanjebomen bloeien, 's Middags wordt de Nederlandse mei-bedevaart 1983 met een mis in de volgestampte Rozenkransbasiliek plechtig geopend. Evenals de pelgrims uit andere landen die met nationale bedevaarten in Lourdes aanwezig zijn, zullen de Nederlanders in de loop van de week op gezette tijden weer bij elkaar komen om kerkdiensten in de eigen landstaal te houden, maar voorop staat de deelname aan de internationale ceremonies. Tweemaal daags, 's middags de ziekenzegen op het plein voor de Rozenkransbasiliek en 's avonds de befaamde lichtprocessie. En tweemaal per week een internationale mis in de ondergrondse Pius-X-basiliek. Het valt moeilijk te ontkennen dat Lourdes zijn aantrekkingskracht voor een niet onbelangrijk deel te danken heeft aan de talloze genezingen die er in de loop der jaren hebben plaatsgevonden en waarvan de laboratoriumrapporten, attesten, Genezingen Al is door de komst van de moderne ambulancerijtuigen en couchette-wagens de tocht wat draaglijker geworden, ook voor de hedendaagse zieken blijft de treinreis naar Lourdes nog altijd een zware opgave. Het traject Roosendaal-Lourdes wordt nu in ongeveer 16 uur afgelegd. In de honderd jaar van haar bestaan heeft de Vereniging Nationale Bedevaarten op röntgenfoto's en getuigenverklaringen, ondertekend door medisch specialisten uit verschillende landen, door het Medisch Bureau zorgvuldig bewaard worden. Uitzonderlijk 'mmmm In het archief van het bureau bevinden zich ongeveer 3500 dossiers van genezingen die door het Medisch Bureau dan wel door de Internationale Commissie als medisch onverklaarbaar zijn erkend. Daarvan zijn er 64 zó uitzonderlijk dat zij door de Rooms-Katholieke Kerk als bovennatuurlijk worden aangemerkt. In 1982 is voor het laatst door de Internationale Commissie na twee jaar onderzoek een genezing als medisch onverklaarbaar erkend. Daarbij ging het om het nu 19-jarige meisje Delizia Cirolli uit Paterno op Sicilië, dat na een bedevaart naar Lourdes plotseling hersteld bleek van een kwaadaardige tumor in haar rechter scheenbeen. Voor de Nijmeegse internist prof. dr. H. Prenen, die verbonden is aan het Radboud-ziekenhuis, staat vast dat er in Lourdes medisch onverklaarbare genezingen hebben plaatsgevonden en nog plaatsvinden. Prenen is leider van het medisch team dat de Nederlandse bedevaart vergezelt en komt al zeven jaar in Lourdes. Ik ontmoet hem op maandag in het Accueil Notre Dame na afloop van zijn spreekuur. „Er zijn hier inderdaad zeer uitzonderlijke gevallen geconstateerd", zegt hij, „maar je moet niet vergeten dat afgezien daarvan in Lourdes ook genezingen plaatsvinden die je elders tegenkomt. Ik maak in mijn ziekenhuis ook soms mee dat een patiënt met maagkanker, die normaal gesproken dood moet gaan, tegen alle verwachtingen in geneest. Daarmee is voor mij het wonder van Lourdes nog niet weg, maar het betekent alleen dat Lourdes niet het exclusieve eigendomsrecht heeft". Studie Sinds de al eerder genoemde Alexis Carrel aan het begin van deze eeuw zijn collega-artsen opriep zich met de bestudering van deze genezing bezig te houden, „omdat autosuggestie niet alles verklaart", zoals hij schreef, hebben doktoren de genezingen van Lourdes bestudeerd zonder nochtans verklaringen te vinden. „Ik weet ook niet", zegt prof. Prenen, „of we die wel ooit zullen vinden. Misschien zijn we er over een aantal jaren toe in staat, misschien ook niet, misschien moetje wel tot de conclusie komen dat wij als mensen te stom zijn om het te begrijpen, maar voor mij is die verklaring eigenlijk niet zo'n punt. Als Lourdes een omgeving is waar dit soort genezingen kunnen gebeuren, dan is daarmee voor mij het bestaansrecht van Lourdes bewezen" Niettemin vindt de Nijmeegse hoogleraar dat er op die genezingen niet te veel nadruk moet vallen, „omdat de meeste zieken die hier komen, niet genezen en toch gesterkt en vol levenskracht weer naar huis gaan. In al de jaren dat ik nu hier kom is dat een van de dingen die me het meest getroffen hebben. Het wonder van Lourdes is voor mij dus evenzeer of misschien nog wel meer dat zieken hier kennelijk de kracht krijgen om zonder wonder verder te leven". zie je dat de mensen nog erg gebukt gaan onder hun eigen lijden, maar in de dagen die volgen verandert dat langzaam, raken ze er van los en aan het eind van de week lijkt die kwelling weg, zijn ze als het ware bevrijd". Voor een deel is dat hervinden van levenskracht door zieke pelgrims zonder twijfel het gevolg van de ontmoeting met andere zieken, waaraan ze de zwaarte van hun eigen lijden kunnen meten. „Als je ziet hoeveel mensen hier zijn die er nog veel slechter aan toe zijn dan jezelf, dan mag ik nog blij zijn en dan besef je ook opeens hoe betrekkelijk alles eigenlijk is", zegt Ted Bloemendaal (19) uit Delft. Hij is voor het eerst van zijn leven in Lourdes, twee jaar geleden moest een van zijn benen worden afgezet omdat boven de knie een tumor zat. De afgekeurde stratenmaker uit Boxtel zegt in andere bewoordingen hetzelfde. Hij woont in een bejaardenhuis. Kan niet meer lopen, zijn knieën zijn kapot. Een beroepskwaal. „Ach", zegt hij, zittend in zijn rolstoel met de rug tegen het Accueil, „beter word ik hier ook niet meer, maar als ik hier rondkijk, ben ik nog 'nen goeien". Niet taboe Maar er is meer, nog even afgezien van het feit dat een bedevaart naar Lourdes voor velen ook een week vakantie is. De zieken komen in een stad waar het openbare leven geheel door zieken wordt bepaald. Lijden en dood, mismaaktheid en verdriet zijn er niet langer taboes die in ziekenhuizen en inrichtingen worden verborgen, maar maken deel uit van het gewone leven. De hulpverlening is niet opgedragen aan professionals, maar aan vrijwilligers die weer gewoon luisteren naar wat iemand te vertellen heeft. Voor de Nijmeegse hoogleraar Prenen is dat elk jaar opnieuw een van de grootste belevenissen van zijn reis naar Lourdes. „Iedereen staat hier voor iedereen klaar, jongeren offeren hun vakantie op om zich hier als ziekenverzorger te barsten te werken. Dat vind ik het wonder van Lourdes. In onze georganiseerde maatschappij, waar niets aan het toeval wordt overgelaten, vind je dat haast niet meer. Hier wordt meteen geholpen en niet eerst drie weken vergaderd. Als je vergeten bent wat naastenliefde is, kun je dat hier terugvinden". Ten slotte werkt in Lourdes de kracht van het geloof. Onpeilbaar want diep verborgen, maar alom tegenwoordig. Voor mgr. Simonis uit Rotterdam, die de nationale mei-bedevaart namens de Nederlandse bisschoppen begeleidt, ligt daarop het zwaarste accent meer dan op de wonderbaarlijke genezingen. „Anders zou je in Lourdes binnen de kortste keren Maasbach-toestanden krijgen", zegt hij. „Dat dat niet gebeurt, komt door de beheerste manier waarop men hier de zaken aanpakt". Dankbaar Voor de Rotterdamse bisschop wordt het wonder van Lourdes gesymboliseerd door een beeld dat boven op de rots van Massabielle staat, vlak achter de Rozenkransbasiliek. „Het stelt een blinde man voor, geknield en met een kruis in de hand. Dat beeld werd geschonken door een Italiaanse familie. Een blinde man uit die familie reisde jaren geleden naar Lourdes om van zijn kwaal te genezen. Beter werd hij echter niet, maar hij vond hier wel zijn geloof terug en uit dankbaarheid schonk hij dat beeld. „Op de sokkel van dat beeld staat: Retrouver lafoie c'est plus que retrouver la vue, het terugvinden van je geloof is belangrijker dan datje weer kunt zien. Dat is voor mij het wonder van Lourdes. Voor de meeste pelgrims, geloof ik, want er zijn er niet veel die hier alleen komen in de hoop dat ze van hun ziekte genezen". „Gezonde pelgrims uit Nederland, die zich in hun parochiekerken vaak verweesd voelen, vinden hier het geloof van hun jeugd terug maar dan samen met pelgrims uit de hele wereld. Zieken komen hier door het geloof tot aanvaarding van hun lijden en als priester maak je daarbij soms ongelooflijke dingen mee. Dezer dagen ontmoette ik hier een vrouw van 52 jaar, ze is voor de laatste keer mee, want ze is ernstig ziek. Zeven jaar geleden heeft ze haar man al verloren, ze laat kinderen achter. Als ik dan het verhaal van deze vrouw hoor, dan voel je je ontzettend klein worden". De ziekenzegen op het plein Gebukt Anne (29) uit Den Haag, die al zes jaar als brancardier naar Lourdes gaat, heeft dezelfde ervaring. „De eerste dag Terug Donderdagavond, morgen begint de terugreis. Terwijl de zon ondergaat achter de Pyreneeën en de lichtprocessie onder de bloeiende kastanjes op de Esplanade voortkruipt als een stroom gloeiende lava uit een plotseling ontwaakte vulkaankrater, staan honderden pelgrims biddend voor de grot. Een ervan is Jacques. Zwakbegaafd zou iedereen hem in Nederland noemen. Hij woont in Heerlen, bij de broeders. Is al vaker in Lourdes geweest. Naast hem staat een rolstoel waarin hi) in plaats van een gehandicapte twee grote jerrycans vervoert. Hij heeft ze juist gevuld met water uit de bron bij de grot. „Voor morgen in de trein", zegt hij terwijl zijn ogen glimmen van pret. Ik vraag hem hoe hij het heeft gevonden. Jacques denkt na. „Da kunde ge niet vertelle, da moete de mensen zelf zien", zegt hij. Waarna hij zich plotseling omdraait en met zijn kar vol water in de menigte verdwijnt. Terug in Ootmarsum. Dinsdag is Anna Kunne aan het werk gegaan in de moestuin. De groente moet worden uitgezet. Paulien heeft de woonkamer overhoop gehaalt, want er moet een bureau bijgeplaatst worden. Het leven herneemt zijn oude gang. Lourdes is ver weg.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 19