"Dit land heeft aan een peetvader geen behoefte' Zwaar examen Russisch voor vwo Mr. A.A.M. van Agt, zijn lflt0r\M6W afscheid en benoeming: Tuinmeubelen DONDERDAG 19 MEI 1983 Varia PAGINA 19 Vannacht weer onrustig geslapen. Eigen stomme schuld, weer in de oude fout vervallen: over het lot van een Russische dissident gele zen, vlak voor het slapen gaan. Dat bevordert de nachtrust nooit. Zijn naam is dit keer Valeri Repin, die zich schuldig heeft verklaard aan landverraad. Hij wordt berecht volgens artikel 64, en kan de dood straf krijgen. Op 1 maart heeft hij voor de Leningradse televisie be rouw getoond, en de buitenlanders genoemd die hem hadden geholpen „bij het verzamelen van geheime informatie over militaire zaken en strafkampen en als „contactperso nen van buitenlandse geheime diensten hebben gefungeerd. Daar bij waren ook drie Nederlandse ge heime agentes: Laura Starink, He- lene Swildens en Hella Rottenberg, en de Nederlander Jan Smelt. Als heterofiel ken ik de eerste drie wel, de laatste niet, voor zover ik weet. Dat maakt het allemaal alleen nog maar triester. Maar laat ik eerst even de feiten geven. In 1974 richtte Alexander Solzjenitsyn het „Rus sisch Maatschappelijk Fonds voor Hulp aan Politieke Gevangenen en hun Gezinnen op. Dat Fonds was broodnodig. De Sowjet-Unie is wel iswaar een arbeidersparadijs, maar wie om politieke redenen ont slagen wordt of gevangen wordt gezet kan niet op een prettige rege ling rekenen die hem bijvoorbeeld 70 procent van zijn laatst genoten salaris garandeert (ik noem maar wat), maar krijgt niets. Ook zijn gezin niet, als dat zonder kostwin ner achterblijft. Sinds de oprichting van het Fonds worden de beheerders in Moskou, Leningrad en andere steden op al lerlei manieren lastig gevallen: ar restaties, gevangenisstraffen, mis handelingen, huiszoekingen, in be slagname van medicijnen, levens middelen, geld en kleding, etcetera. Bovendien beweren de Sowjet-au- toriteiten bij iedere gelegenheid dat het Fonds zijn geld van de CIA krijgt en ook in opdracht van de CIA handelt. Hierover heeft Solzje nitsyn, na Repins „bekentenis, het volgende verklaard: „De KGB weet zonder enige twijfel, want dat is in het Westen eenvou dig te achterhalen, dat het Fonds beschikt over de wereldrechten en de aanzienlijke opbrengsten van alle delen van „Goelag Archipel, en dat het Fonds onder officieel toe zicht staat van de Zwitserse staat en geen enkele relatie onderhoudt met de CIA of enige andere wester se organisatie. Maar terwijl de Sow jet-autoriteiten de hele bevol king laten hongeren kunnen zij niet toestaan dat de armsten onder de burgers, de familieleden van de gevangenen, worden geholpen. Daarom hebben zij door middel van de pers hun feitelijke politiek als volgt gevormuleerd: menslie vende activiteiten staat in de Sow jet-Unie gelijk aan landverraad. De beheerder van het Fonds in Mos kou, Sergej Chodorovitsjlegde op 7 maart in Moskou een uitvoerige verklaring af waarin hij onder meer opmerkt: „Het Fonds is geen organisatie. Er is geen organisatorische structuur of lidmaatschap. Het Fonds heeft vrienden en vijanden, maar geen werknemers. De liefdadigheid is geen voorwendsel maar de essentie van het Fonds. Chodorovitsj, een dapper man, maar dat zijn al die Russische dis sidenten die hun tegendraadse houding in volledige openbaarheid plegen te manifesteren, schrijft ook nog: „De autoriteiten hebben iedereen die zich met hulp aan politieke ge vangenen bezighield altijd al in ons land vervolgd, maar sinds de oprichting van het Maatschappe lijk Fonds hebben de repressies een steeds wreder karakter gekregen. Waar het om gaat is, dat lief dadigheid niet formeel verboden wordt door de Sowjet-wetgeving, ook al zijn medeleven en liefdadig heid (met andere woorden: mense lijkheid) duidelijk niet verenig baar met de communistische ideo logie en moraal. Daarom hebben de autoriteiten zoveel moeite gedaan om het Fonds te betitelen als een spionage-organisatie, die is opge richt door westerse geheime dien sten. En hij besluit zijn stuk met: „Het lijkt er veel op dat de KGB de enige geheime dienst in de wereld is die belangstelling heeft voor het Russisch Maatschappelijk Fonds voor Hulp aan Politieke Gevange nen en hun Gezinnen'. Arina Ginzburg, die jarenlang in Moskou voor het Fonds gewerkt heeft en nu in Parijs woont sinds zij met haar man, Alexander Ginz burg, de Sowjet-Unie moest verla ten, citeert uit een brief van een voormalig politiek gevangene (,yAls er nieuws is over Valeri Re- pin, laat dan wat horen. Valeri heeft op voorbeeldige wijze het Fonds beheerd en mijn gezin is hem heel dankbaar), en vertelt dan: „Valeri is zich niet, zoals dat zo vaak gebeurt, met dit moeilijke en gevaarlijke werk gaan bezighou den omdat het lot hem daarmee in aanraking had gebracht doordat familieleden of naaste vrienden ge vangen waren gezet. Nee, hij wilde gewoon op een praktische manier hulp verlenen aan mensen die in nood waren en die hulp nodig had den. Hij was daarbij niet opdrin gerig, maar ontspannen, nauwkeu rig en serieus. Ik weet precies wat ik zeg, want ik heb enkele jaren met hem samengewerkt. Hoe het komt dat zon man opeens dingen gaat bekennen die niet waar zijn, en hoe al die Nederlan ders daarbij betrokken raakten, zal ik morgen proberen te ontraad selen. „Toen ik in november het podium verliet, werd het he lemaal stoppen. Het is de volgende ochtend voor vier jaar verder gaan, of stoppen, omdat het in dit bedriji nu eenmaal onmogelijk is om te zeggen: ik ga eens een paar maanden rustnemen om daarna als minister president weer verder te gaan. Als dat gekund had, had ik het gedaan... „Nu zit daar een nieuwe minister-president... En na een korte pauze: „met een markante vitaliteit... een zéér dynamisch heer. Laat hem daar blijven. Ik vind dat hij het uitstekend doet. Hij verdient het om daar ge ruime tijd te blijven. Ik heb geen enkele aandrift om terug te keren naar het Catshuis... U vindt dat u uw land in goede handen hebt achtergelaten. „Ik ben zéér content, ja... Het land heeft geen behoefte aan een peet vader. De vader is overtuigend genoeg. Mr. A. A. M. van Agt gaat, het zal duidelijk zijn, naar Brabant om daar geruime tijd te blijven. Het commissariaat in Den Bosch is géén plaats op de reserve-bank. of een reservoir voor oudere, wijze lie den die worden aangeroepen wanneer het land dat vraagt. De vitali teit, die een jaar geleden wég was en had plaats gemaakt voor me taalmoeheid, is weer terug bij de oud-premier die dinsdag, nog even tevreden als de maandag van zijn benoeming, in Des Indes in Den Haag ontvangt. Voor hoe lang? „De vraag rijst, iedereen stelt hem, u ook, dus zal ik het nu maar doen: voor hoe lang? Welnu, ik noem dan geen jaartal. Ik ga niet zeggen, al zou dat in de Brabantse staten en daarbuiten waarschijnlijk t beste klinken en voor mij de beste introductie zijn ik verzeker u dat ik tot, noem eens wat, in Den Bosch zal blijven. Maar ik wil er wél bijzeggen dat ik niet naar Den Bosch ga in de gedachte een intrimaat te moeten overbruggen. Ik ga er niet heen met het voorne men later mijn rentrée te maken in de nationale politiek. Aarze lend: „Dat zou er wellicht ooit wel eens van kunnen komen, wie weet, maar ik plan dat niet, ik ben er niet op uit. Ik ben er alleen maar op uit om dit te gaan doen. Cest bien simple... Van Agt is niet (alleen) door te spreken maar ook door te zwijgen in staat voor verwarring zorgen. Men denke aan de vele functies waar voor hij genoemd is. Leeft, diep onder de zeven sluiers die zijn ziel omhullen, enige aarzeling om naar Den Bosch te gaan? Eerst brengt de nieuwe commis saris het secretariaat-generaal van de NAVO ter sprake („dat is een magnifieke post, dat ant woord ik ook vandaag nog, dat zou ik best willen doen, maar t is volstrekt academisch), om dan naar Den Bosch te stap pen: „Wel, ik heb dat van meet af aan geambieerd, wetende dat vrij snel in 83 die post be schikbaar zou komen. Mijn liefde tot de provincie van mijn jeugd is nooit gedoofd. Ik wil dit met heel veel animo gaan doen... En Van Agt onthult, destijds niet wetend dat hij aan zijn eigen toekomst vorm zou geven, zijn verzet toen tegen de driedeling van Brabant. „Nadat de heer Wiegel in het zuiden had uitge roepen -Limburg-blief-Lim- burg stond ik in de onderhan delingen over de provincie van mijn geboorte een stuk ster ker... Kievitsei- Toch is het enigs zins vreemd om je voor te stel len dat u drie weken terug nog een conferentie van Time over het Atlantisch Bondgenoot schap hebt meegemaakt, en je nu te realiseren dat U straks, overdrachtelijk gezien, het eer ste Brabantse kievitisei in ont vangst zult nemen. Luid lachend: „Ja ja. Dat is ook zo. Ik wil dat niet wegwuiven, t Zal even wennen zijn, de klei- nere schaal. Overigens, de feestelijkheid en de hartelijk heid, 't gevoel voor goede vor men en manieren in Brabant is zper overdadig aanwezig, vér bóven 't gemiddelde in Neder land. Nou ja, oké... Het is ook voor een mens beter om niet al te lang te willen verkeren te midden van de groten der aar de. Tot stof zullen wij wederke ren, en daar bereid ik me nu vast op voor. Van Agt ziet er weinig proble men in om van minister-presi dent, de eerste van de ploeg en bepaler van het beleid, te ver anderen in de teamleider van gedeputeerden met eigen por tefeuilles, een ornament wel licht. „Dat is zo, maar let wel! De ministerraad is niet een col lege dat zich laat kenschetsen als de minister-president met een aantal satellieten. In de ja ren dat ik ander minister was dan minister-president, heb ik de minister-presidenten nooit de indruk gegeven dat ik een satelliet was. Nee. Ik houd het ervoor dat het verschil niet we zenlijk is, hooguit gradueel. Later: „Ik geloof inderdaad te mogen zeggen dat ik als team leider redelijk gefunctioneerd heb, zeker in de eerste vier jaar... Dat tweede kabinet had geen serieuze levenskansen. De Peel Van Agt wil nog niet uitputtend uitweiden over de problemen waarmee Brabant hem straks zal confronteren, al was het maar vanwege het simpele feit dat hij nog geen gesprek met GS heeft kunnen voeren. Wat hem wel raakt, is de problema tiek van de kruisraketten. U bent er zich van bewust dat de Peel zich binnen uw provincie bevindt? Alleen maar naar de vraag hoe de commissaris de daar wellicht komende problemen ziet. „U giet het in zeer cryptische be woordingen, en het is op zich zelf denk ik al veel betekenend dat ik het aanstonds begrijp. De woorden worden nu wat nadrukkelijker uitgesproken, de glimlach verdwijnt: „Laat ik dit zeggen: de nationale re gering, onder toezicht van het nationale parlement, heeft te decideren over al dan niet uit voering van het NAVO-dub- belbesluit, en niemand anders.. Ook geen provinciaal bestuur, ook geen gemeentebestuur heeft zich daar mee te be moeien. En indien de nationale regering met instemming van het parlement mocht besluiten tot algehele of partiële uitvoe ring van het NAVO-besluit to stationering, dan moet dat worden uitgevoerd. Point blank. Door Hans Laroes Later: „Hier valt niets te relative ren. De beslissing is par nature een nationale beslissing, te ne men door de regering onder toezicht van het parlement, by nobody else, en indien in ons systeem zon beslissing geno men wordt, dan moet-ie ook worden uitgevoerd, dat is het dan ook. Nou, dat is mijn op vatting, en daar zal ik desnodig van doen blijken... Nijpels - In de jaren waarin Van Agt als dienaar der Kroon actief is ge weestheeft hij de afkalving van het CDA, in zetels gemeten, kunnen aanschouwen. Daar naast valt de opkomst van de VVD te noteren onder leiding van een provinciegenoot. Be nauwt het u dat u wellicht over vele jaren in Den Bosch door Nijpels zult worden opgevolgd? Na een moment van overpein zing: „Ed Nijpels heeft in Den Haag nog zon lange leertijd door te maken, naar bij voort during blijkt... Tsja. Laten we hem nu eerst de gelegenheid geven om in Den Haag te rij pen, hem niet belasten met prognoses voor de verre toe komst. Nee... Begeleidt hem nu met liefde hier... Terug naar de essentie van de vraag: doorloopt het CDA een proces waarin de partij lang zaam kleiner wordt? Van Agt: „Ik heb een relatie ge legd tussen de ontwikkelings gang van het CDA en de laatste jaren van voortgaande decon fessionalisering. Sommige mensen in eigen kring hebben mij dat euvel geduid, omdat ik daarmee de teloorgang van het CDA zou hebben getekend. Het is niet zo. Ik geloof dat je je ogen niet mag sluiten voor het feit dat er in Nederland een proces van deconfessionalise ring is en voor de waarschijn lijkheid dat de effecten van dit proces zich bij het CDA sterker zullen doen gevoelen dan bij andere politieke partyen... Reveil Dat alles leidt er echter niet toe dat het CDA een verloren zaak is, beslist niet, aldus de com missaris. Op langere termijn beschouwd zal dat proces zn natuurlijke eindpunt bereiken: „Ik ben nogal blijmoedig ge stemd sprekende over de toe komst van het christendom in onze samenleving. Het doet er dan niet toe of je dat reveil daar is dat woord weer ziet over vijf of over tien jaar. Ik zie aan de horizon wél een reveil en alleen daarom géén teloor gang van het CDA. Het heeft mede te maken met de kiemen die onder Van Agt zijn gezaaid en die nu onder het huidige, harde beleid van het kabinet-Lubbers tot wasdom komen. Er is, zegt Van Agt, de oppositie aanwijzend, géén al ternatief en dat besef begint door te dringen het beleid is vruchtdragend, en dat zal op termijn ook in zetels voor het CDA tot uiting komen. Rest de vraag of er niet een vleugje van ironie is te bespeu ren in het feit dat u nu juist in Des Indes verblijft, waar leden van PvdA en WD praten over 2 coalities? „Nu U er toch over spreekt, ik denk niet dat ik nodig ben om roet in dat eten te gooien. Die maaltijd zal de eerstkomende jaren niet eetbaar blijken. Die schotel wordt niet opgediend. Déze coalitie heeft, denk ik, een hele tijd van leven voor zich, en dat hoop ik ook... ADVERTENTIE Toro-Flymo-Brill en Honda Eigen werkplaats slijp* inrichting iavonds koopavond. Jan v.d. Meer B.V. Noordelnde 45-53 Tel. 01713-9008 Roelofarendsveen DEN HAAG - Het lager agrarisch onderwijs werkte gisteren het allerlaatste c-examen af. Het ging om natuurkunde, waarin de onderdelen warmte en weer kunde centraal stonden. De zes opgaven waren over die twee onderdelen eerlijk verdeeld, maar bij de weging van de zwaarte van beide onderdelen ging de balans duidelijk in de richting van warmte. Drie moeilijke vragen openden het examen, zo oordeelden do cent Hans van Nasau en zijn leerlingen van de lagere agra rische school De Brug in Steen bergen. Hun mening was dat men in plaats van met warmte beter met weerkunde had kun nen beginnen. De drie vragen die daarover aan de orde kwa men, hadden dan tenminste een bemoedigende uitwerking gehad. Dostojevski „Het feit dat onze leerlingen zich moeilijk 'kunnen inleven in de Russische samenleving, heeft tot gevolg dat het maken van een Russische tekstverklaring eens zo moeilijk is". Met deze woorden reageerde mevrouw Glastra, docente Russisch aan de Haagse Scholengemeen schap voor Dag- en Avondon derwijs, op het eindexamen dat haar vwo-leerlingen gister morgen moesten maken. door Jan Geert Majoor Het was beslist geen eenvoudig examen dat deze kleine groep leerlingen voorgeschoteld kreeg. De eerste, vrij moeilijke tekst ging over leerlingen van de tiende klas. Een bekend ver schijnsel in Rusland, waar. men een soort middenschool kent. De leerlingen krijgen van een kolchoze de aanbieding om daar een jaar te komen werken, fn ruit daarvoor geeji de kolchoze de garantie dat de leerlingen daarna terecht kun nen op een universiteit. Achteraf blijkt het allemaal ver keerde voorlichting te zijn ge weest. Het ene jaar werken, blijkt twee jaar te zijn en de toelating tot de universiteit blijkt allerminst zeker. Het was een moeilijke tekst, waarvoor het eigenlijk nodig was de Rus sische samenleving beter te kennen. De tweede tekst was ook niet makkelijk, maar in elk geval aanmerkelijk leuker. Het was een stuk over de invloed van Dostojevski op het werk van Al- bert Camus. De derde tekst ging over vliegende schotels en de vraag of er leven buiten de aarde mogelijk is. De laatste twee teksten waren twee traditionele brieven aan de redactie van een krant. Weetjes De laatste krachtsinspanning van de eindexamenkandida ten van het middelbaar mid- denstandsonderwijs had een gezellig voorspel kunnen zijn op de naderende vakantie. Op het programma stond namelijk het vak toerisme, dat op een aantal mmo-scholen in het pak ket kan worden gekozen „Het was een moeilijk examen volgens de leerlingen en ik ben het helemaal met ze eens", was de mening van docent Jan Ver- haaf van de Christelijke Scho lengemeenschap Beneden Maas in Vlaardingen. Hij had vooral bezwaar tegen de enor me hoeveelheid kleine topogra fische feitjes die de leerlingen in het examen moesten spuien. Die grote hoeveelheid „weetjes" zaten overigens verborgen in alle vijf de opgaven. Daar naast zat in de tweede opgave een tabel over het aantal zeil planken op de randmeren die „erg onduidelijk" was. Jan Verhaaf: ,Mijn collega statis tiek zat bij het examen en zelfs hij moest vreselijk goed kijken om te begrijpen wat er nou pre cies gegeven werd".

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 19