J
Vicon maait gras voor
voeten van Wagner weg
Wat mag een
dollar kosten?
Rentestijging drukt winsten
Economie
Extra
Geldmarkten
Beursweek
-c
jjgjwgl
l Ö'i G
ZATERDAG 14 MEI 1983
Extra
Het jaarverslag klinkt als een
klok. De verwachtingen voor
de komende periode zijn gun
stig. Vicon Landbouwwerktui
genindustrie, onderdeel van de
Thyssen-Bornemisza groep,
heeft de afgelopen jaren be
hoorlijk aan de weg getimmerd
en de resultaten zijn navenant.
Wat ooit een klein Nieuw-Ven-
neps familiebedrijf was, is uit
gegroeid tot een concern van
zeven bedrijven in Nederland
en elf buitenlandse vestigin
gen. Met een voor de jaren 60-
70 merkwaardig beleid heeft
Vicon zijn voordeel gedaan.
Waar andere ondernemingen
wegens het gunstige economi
sche klimaat louter uitbreid
den, deed Vicon aan produkt-
beperking. Na zich aanvanke
lijk een buil te zijn gevallen
aan een wat ambitieus perso
neelsbeleid, koos Vicon in de
jaren 70 voor de zogenaamde
inleenkrachten. Daarmee kan
in drukke perioden extra per
soneel worden ingezet. In een
tijd van slapte wordt met het
vaste personeelsbestand van
ongeveer duizend mensen (in
Nederland) gewerkt. Hierdoor
kan gedwongen ontslag wor
den voorkomen.
Maatpak
Door de vooruitziende blik lijkt
Vicon zich een maatpak te heb
ben aangemeten. In het recen
telijk verschenen jaarverslag
kon dan ook over 1982 een
groei van 22 procent worden
genoteerd. In een periode waar
hele bedrijfstakken lijken te
worden weggevaagd, groeit
het Nieuw-Vennepse bedrijf
tegen de recessie in.
In Nederland heeft Vicon behal
ve produktiebedrijven, een
verkoopkantoor en een export
maatschappij. De onderdelen
voor de landbouwmachines
worden gefabriceerd in een ei
gen gieterij. De kunststoffen
zijn afkomstig van Vicon Po
lyester in Emmen en Vicon
Mechanica in Eindhoven
bouwt de, voor een groot ge
deelte gecomputeriseerde, ma
chines waarmee de landbouw
werktuigen worden gecon
strueerd.
Ongeveer 90 procent van de tota
le produktie gaat naar het bui
tenland. Het bedrijf beschikt
over eigen vérkoop-maat
schappijen in België, Frank
rijk, Spanje, West-Duitsland,
Engeland, Denemarken, Ver
enigde Staten, Canada, Japen,
Brazilië en India. In plaats van
de verkoop over te laten aan
dealers in het buitenland heeft
Vicon gekozen voor eigen ves
tigingen.
Hoofd-voorlichter J.M. Veltman
legt uit dat bewust voor deze
opzet is gekozen om de "moor
dende concurrentie" van bui
tenlandse produkten zelf het
hoofd te kunnen bieden. Bo
vendien staat produktbegelei-
ding bij Vicon hoog in het
vaandel.
De produkten die Vicon maakt
zijn in twee groepen te verde
len: de machines voor ruwvoe-
derwinning; zoals grasmaaiers,
harken en balenpersers en ma
chines voor gewasteelt; zaai-
machines, spuitmachines en
kunstmeststrooiers. Met dit
laatste produkt -waarmee Vi
con 25 procent van de wereld
markt beheerst- verwierf het
bedrijf landelijke faam door de
uitgebreide aandacht in het
KRO-programma Brandpunt
in de Markt in februari van dit
jaar. Een gebeurtenis die het
bedrijf "in opperste staten"
heeft gebracht, aldus het
jaarverslag.
Het aantal produkten van Vicon
is relatief klein. "Meer door
minder" luidt het credo bij dit
bedrijf en dit sluit ook weer
aardig aan bij de aanbevelin
gen in het rapport dat de Com
missie Wagner heeft samenge
steld inzake het industriebe
leid. Niet aleen ziet deze com
missie de landbouwwerktui
gensector als een van de kans
rijkste industrietakken in Ne
derland, maar een detailstudie
geeft aan dat export, automati
sering en produktbeperking de
belangrijkste voorwaarden zijn
voor een verantwoorde be
drijfsvoering in deze industrie.
Eens
Verschillende instanties hebben
zich na de uitspraken van de
De Commissie-Wagner noemt de landbouwwerktuigenindustrie
één der meest kansrijkste bedrijfstakken in ons land. In een de
tailstudie ziet zij vooral toekomst in de export. Aan de overheid
adviseert de commissie een "offensief industriebeleid.
Als antwoord hierop kondigde staatsecretaris van Zeil (economi
sche zaken) onlangs een exportsubsidie aan van 40 miljoen gul
den voor de landbouwwerktuigenindustrie.
Analyses van deze industrietak door de Metaalunie, het Centrum
voor Bedrijfseconomisch Onderzoek van de Erasmusuniversiteit
en de Rabobank onderstrepen de bevindingen van de Commissie-
Wagner. De Metaalunie en de Erasmusuniversiteit zien op ter
mijn zelfs afzet-mogelijkheden in ontwikkelingslanden.
Vicon in Nieuw-Vennep is één van de drie grootste producenten
van landbouwwerktuigen in Nederland. Wat uitvoerige studies
eerst nu aan het licht brengen heeft dit bedrijf reeds jaren gele
den zelf bedacht.
Hieronder het verhaal van Vicon, die Wagner en consorten voor
was en daarvan nu de vruchten plukt.
commissie Wagner bezigge
houden met het doorlichten
van de landbouwwerktuigen-
industrie. Zo zijn er de afgelo
pen maanden rapporten ver
schenen van de Metaalunie,
het Centrum voor Bedrijfseco
nomisch Onderzoek van de Er
asmusuniversiteit en van de
Rabobank.
In hoofdlijnen zijn de conclusies
van deze rapport eensluidend:
er zit toekomst in de land
bouwwerktuigen. Op de bin
nenlandse markt is weliswaar
sprake van verzadiging, zodat
men hier slechts kan rekenen
op de afzet van vervangende
en innoverende apparaten,
maar het buitenland biedt nog
talrijke kansen.
De vraag is of die adviezen nog
veel zullen uithalen. De drie
grote landbouww^ktuigbe-
drijven halen al meer dan drie
kwart van hun jaaromzet in het
buitenland. In een relatief klei
ne markt kunnen zij zich ken
nelijk goed handhaven.
De Metaalunie en de Erasmusu
niversiteit spreken in hun rap
porten over mogelijkheden in
ontwikkelingslanden. Maar
ook deze mogelijkheden heeft
Vicon in een vroeg stadium ge
zien en zit daarom nu al met
een kleine fabriek in India.
Risico's
Na een moeizaam begin, lijkt er
nu wat schot te zitten in het be-
drijfle in zuidoost India. Op dit
moment wordt er net quitte ge
draaid. Door veel contacten
met de boeren en overleg met
de ontwikkelingsorganisatie
Nuffic, worden de produkten
speciaal afgestemd op de be
hoeften. In tegenstelling tot
het westen heeft een ontwikke
lingsland weinig aan hoog
waardig technologische pro
dukten. Een machine moet
daar op de eerste plaats duur
zaam en makkelijk te repare
ren zijn. De machines worden
hoofdzakelijk in de Nederland-
Se vestiging ontwikkeld en ge
fabriceerd om vervolgens in
onderdelen te worden ver
scheept naar de plaats van be
stemming.
door
Anneloes Timmerije
Nu al is Vicon bezig de markt in
andere ontwikkelingslanden af
te tasten. Voorzichtig, omdat
hieraan niet alleen commercië
le, maar ook politieke risico's
kleven. In een interview met
het Financieele Dagblad vori
ge maand, merkte Vicon-direc-
teur Oosterling op, dat er voor
de financiering van exporten
naar deze zogenaamde "risico
landen" een taak voor de over
heid is weggelegd. Ervaringen
met de Nederlandse Crediet
Verzekering Maatschappij
(NCM) zijn niet onverdeeld
gunstig. Weliswaar waakt deze
instantie soms voor het plegen
van onverantwoorde investe
ringen, maar de criteria van
NCM zijn vaak overdreven.
Oosterling pleit dan ook voor
een verbetering van het beleid
voor ontwikkelingskredieten.
Een grote stap van de ontwikke
lingslanden naar de Verenigde
Staten laat zien, dat Vicon daar
een steeds betere positie lijkt
in te nemen. De industrie voor
landbouwwerktuigen in de VS
zit in een diep dal. Het Nieuw-
Vennepse bedrijf kan daardoor
concurreren met giganten als
International Harvester en Fer
guson. Veltman: "Het pro
bleem van de meeste grote be
drijven is, dat er een te groot
aantal produkten wordt gefa
briceerd. Inspanningen wor
den op een verkeerde manier
gebruikt. Vicon heeft door die
tijdige produktbeperking haar
kennis economisch benut. Re
sultaat is een machine van ho
ge kwaliteit, waarmee je kunt
concurreren".
Desondanks wordt er met Inter
national Harvester samenge
werkt. IH verkoopt Vicon pro
dukten (onder eigen naam) en
recentelijk heeft Vicon het pa
tent van een balenperser van
IH gekocht. Op deze manier
kunnen beide bedrijven naast
elkaar op de Amerikaanse
markt opereren.
Te laat
Als we de rapporten over de
landbouwwerktuigenindustrie
als graadmeter nemen, lijkt Vi
con en bedrijf "volgens het
boekje". De collega's Lely en
Zweegers hoeven daarvoor
niet onder te doen. In dit licht
komt de detailstudie van de
commissie Wagner een beetje
als mosterd na de maaltijd.
Staatsecretaris van Zeil (econo
mische zaken) heeft onlangs
aangekondigd, dat de overheid
exportsubsidies ter beschik
king stelt voor de landbouw
werktuigenindustrie. De ko
mende jaren wordt hiervoor
zo'n 40 miljoen gulden uitge
trokken, waarvan 10 miljoen
reeds dit jaar beschikbaar
komt. Veltman verwacht niet
dat de grote bedrijven Zwee
gers in Geldrop, Lely in Maas
land en Vicon voor dergelijke
subsidies in aanmerking ko
men. Enigszins zuur, erkent
Veltman, daar Vicon jaren ge
leden reeds bij de overheid
heeft aangeklopt, maar toen
nul op rekest kreeg. Inmiddels
is het bedrijf dit stadium voor-
bij.Anders gezegd: het "offen
sieve" industriebeleid dat de
overheid wil gaan voeren lijkt
aardig, maar zou ook wel ver
keerd kunnen uitpakken. Met
de subsidie aan kleinere be
drijven wordt een markt aan
geboord die volgens Veltman
niet veel ruimte meer biedt.
Gevolg kan zijn, dat slechts de
sterken het hoofd boven water
zullen houden: een selectiepro
ces dat zich de afgelopen jaren
reeds op "natuurlijke" wijze
heeft voltrokken.
Wie weet wat geen dollar mag kosten? Dat is een van de grote
vragen die momenteel aan de orde is in het economisch topbere-
aad dat overal ter wereld plaats vindt ter voorbereiding van de
bijeenkomst van de regeringsleiders van de grote industrielan
den in Williamsburg eind van deze maand.
De economische problematiek is in een nieuwe fase aangekomen.
Eerst was het belangrijkste punt de inflatie te beteugelen. Dat is
boven verwachting gelukt. Zelfs zo goed dat er een stagnatie van
de economische groei door is ontstaan. De vraag is nu hoe die
economische groei weer tot stand te breugen, zonder de geldont
waarding opnieuw aan te wakkeren. En economische groei kan
alleen tot stand komen als de wereldhandel blijft toenemen.
Maar drie kwart van de wereldhandel wordt afgerekend in dol
lars en voor de meeste landen is de dollar momenteel te duur.
Dat geldt voor de ontwikkelingslanden die dollars hard nodig
hebben om de noodzakelijke voedselimporten te betalen maar
vooral ook om de rente op hun buitenlandse schuld op te bren
gen. Zij kunnen alleen dollars verdienen door hun grondstoffen
te exporteren. Maar omdat de dollarkoers de laatste drie jaar
gemiddeld met 25 is gestegen krijgen ze voor iedere ton
grondstoffen die ze exporteren in verhouding steeds minder
dollars.
Niet alleen ontwikkelingslanden hebben last van de harde dollar.
Ook een land als Frankrijk komt erdoor in de problemen. Daar
ziet de regering met lede ogen aan hoe iedere Fransman zyn
spaargelden zo snel mogelijk in dollars of andere harde valuta's
omzet, omdat het vertrouwen in de Franse franc volledig is ver
dwenen.
Zelfs de Amerikaanse regering vindt de koers van de dollar te
hoog. Want daardoor kunnen Amerikaanse exporteurs steeds
slechter op de wereldmarkt concurreren en dat kost banen in de
VS. Bovendien zijn importen voor de Amerikanen relatief goed
koop, wat het aandeel van de eigen industrie op de thuismarkt
ook nog eens onder druk zet.
Officieel vindt vrijwel iedereen de dollar dus overgewaardeerd,
maar toch blijft de koers van de Amerikaanse munt zonder
moeite op hetzelfde hoge niveau. Volgens de Amerikaanse rege
ring valt er weinig aan de koersontwikkeling te doen. De dollar
is zo sterk, omdat de rente in de Verenigde Staten in verhouding
tot die in andere landen nog steeds hoog is, zegt men. En die
rente is hoog omdat de Amerikaanse regering voorlopig kampt
met enorme financieringstekorten van 200 miljard per jaar.
Dus moet de regering beleggers een forse rente betalen om het
benodigde geld te kunnen lenen om dit gat te vullen.
door
Paul Frentrop
Maar zegt de Amerikaanse minister van financiën: "Wanneer de
economische groei eenmaal aantrekt, stijgen de belastingin
komsten. Dan is dat financieringstekort gauw verdwenen en
dan zal ook de rente en dus de koers van de dollar dalen". Of de
andere landen die klagen over de hoge dollarkoers daar dus
maar even op willen wachten.
Nu is deze redenering niet al te geloofwaardig. Andere landen met
de Franse president Mitterrand als felste woordvoerder zeggen
dat het prolbleem juist andersom ligt. De hoge dollarkoers be
lemmert de groei van de wereldhandel, dus kan er geen econo
misch herstel optreden zolang de dollar overgewaardeerd blijft.
Of de Amerikanen er dus maar voor willen zorgen dat de dollar
koers omlaag gaat. Volgens Mitterrand kan dat gebeuren wan
neer de centrale banken van de rijke landen op de valutamarkt
interveniëren om de koers van de dollar op een lager peil te
houden.
Dat zou dus betekenen da{ de centrale banken de dollars die ze nu
als reserve in hun kluizen hebben liggen moeten gaan verkopen
en daarvoor anderde munten, als bijvoorbeeld de Franse francs,
in de plaats aan gaan houden. Er zijn weinig centrale banken die
voor dit idee enthousiast zijn. Zij houden hun dollars liever voor
als de nood aan de man komt.
Bovendien hebben alle centrale banken slechte herinneringen aan
interventies op de valutamarkt. Tussen 1973 en 1979, toen men
de koers van de dollar nog een beetje in de hand probeerde te
houden, hebben de centrale banken van de grote industrielan
den gezamenlijk meer dan 10 miljoen dollar verloren bij hun
interventies op de valutamarkt, volgens een studie van profes
sor Taylor van de universiteit van New York.
Dat komt omdat speculanten altijd gauw in de gaten hebben wan
neer een centrale bank in de markt actief is. Zij kunnen hun
transacties dan afstemmen op die interventies die belangrijke
informatie verschaffen voor de verwachte koersontwikkeling.
En voor die speculanten dat zijn meestal de banken en grote
multinationals is het risico zeer beperkt als ze toch weten dat
een centrale bank een munt op een bepaald niveau gaat steunen.
Ze stuwen de koers dus altijd in een andere richting dan de
centrale bank in gedachten had. Dus is gebleken dat ondanks
alle ingewikkelde economische computermodellen ook centrale
banken niet in staat zijn te voorspellen wat de "juiste koers" van
een dollar of een andere munt nu eigenlijk is.
Ook al is de koers van de dollar nu in ieders ogen te hoog, toch
willen de centrale banken hun dollars niet verkopen, want ze
weten hoe slecht hun voorspellingen in het verleden waren. En
wie garandeert dat ze er nu ook niet naast zitten en de koers van
de dollar niet nog verder omhoog gaat?
Daarbij komt dat alle centrale banken er rekening mee moeten
houden dat ze hun dollars binnenkort nog wel eens hard nodig
kunnen hebben. Want allemaal zijn ze verantwoordelijk voor het
toezicht op hun eigen handelsbanken die nog miljarden dollars
tegoed hebben van landen als Brazilië en Mexico. Als dat geld
niet op tijd bij de banken komt, moet de centrale bank bijsprin
gen om een crisis te voorkomen. En omdat het gaat om vorderin
gen in dollars moet de centrale bank dus dollars bq de hand
hebben. En zolang iedereen dollars aan wil blijven houden blijft
de koers hoog en blijft een dilemma voor een oplossing van de
economische problemen bestaan.
door
C. Wagenaar
Voor Amsterdam was het een ge
broken week wegens Hemel
vaartsdag, zodat op het Dam
rak terughoudendheid over
heerste. Dit werd in de hand
gewerkt door het afglijden van
Wall Street, waar ondanks ho
ge dagomzetten in vier dagen
rond twintig punten verloren
gingen.
Onze beurs begon aanvankelijk
uitstekend. Vooral de lokale
industrie zette hoog in met een
sprong van drie punten op de
index, terwijl het algemeen ge
middelde ongeveer anderhalve
punt wist te stijgen. Maar gaan
deweg ging het grootste deel
van deze winst door afbrokke
ling weer verloren. De mei
maand heeft zich tot dusver
voor ons financiële bestel niet
gunstig ontwikkeld.
Ook na de fors hogere aanpas
sing van het disconto dat vori
ge week met één klap een vol
procent werd verhoogd, blijkt
de rentestijging nog niet beëin
digd te zyn. Minister Ruding
van financiën had nog maar
nauwelijks de verwachting uit
gesproken dat de recente ren
testijging tijdelijk zou zijn en
weer spoedig in een daling zou
overgaan, of zijn eigen ministe
rie schreef een nieuwe staatsle
ning uit tegen 8,25 procent, een
kwart procent hoger dan de le
ning van vier weken geleden.
En prompt reageerde de obliga-
tiemarkt met verdere dalingen,
waardoor het rendement op
staatsleningen tot 8,2 procent
steeg. De obligatie-index
moest hierdoor deze week
weer meer dan een vol procent
prijsgeven en nadert gevaarlijk
dicht de honderd, het niveau
dat vorig jaar november in op
waartse richting werd doorbro
ken.
Maar ook premier Lubbers lijkt
ervan overtuigd te zijn dat dit
optrekken van de rente in ons
land maar van tijdelijk aard zal
zijn. Dit standpunt is overigens
wel te begrijpen, want de ren
testijging vormt een lelijke te
genvaller voor de regering die
in haar streven tot lastenver
lichting voor het bedrijfsleven
een zeer goedkoop en efficiënt
middel van lage rente in han
den had gekregen. Dit nu te
moeten prijsgeven is geen
prettige ervaring, want on
danks de discontoverhoging
van vorige week is de opslag-
rente door de banken gehand
haafd, zodat rood-staan bij
banken anderhalf procent
meer kost dan een maand gele
den. En dat scheelt een flinke
slok op een borrel.
Daarom nemen steeds meer on
dernemingen als zij de kans
schoon zien, thans hun toe
vlucht tot een aandelenemis
sie. Hierdoor kan het eigen ver
mogen krachtig worden ver
sterkt en de zware schuldenpo
sitie worden verminderd.
Nu Océ-Van der Grinten zijn
heeft afgesloten, heeft
het Akzo-concern bekendge
maakt een poging te willen wa
gen het aandelenkapitaal met
10 procent uit te breiden mid
dels een claim-emissie. Het
aanzienlijk betere beurskli-
maat en vergeleken met een
jaar geleden fors hogere
koerspeil maakt een aandele
nemissie op zich al veel ge
makkelijker. En met een gun
stige winstontwikkeling zoals
thans bij Akzo is succes bij
voorbaat verzekerd.
Akzo was dan ook vrijwel het
enige fonds van de actieve
markt dat deze week overeind
bleef en opliep van f 55 tot f 65.
De rest van de aandelenmarkt
kwam in navolging van de
obligatiemarkt door de rentes
tijging onder druk, zodat vele
aanvankelijk flinke koerswin
sten naderhand tot kleine ver
beteringen werden terugge
drukt.
De politiek sloeg deze week
krachtig in de beurswereld toe.
Londen werd zeer flauw nadat
bekend werd dat over een
maand nationale verkiezingen
zullen worden gehouden. On
danks de grote voorsprong van
de huidige conservatieve rege
ring in de opiniepeilingen, is
de beurs in de Britse hoofdstad
er kennelijk toch niet gerust op
dat premier Thatcher de over
winning zal behalen. Een ne
derlaag zou hervatting van de
inflatie, hoge rente en sociale
onrust betekenen, zo is men
van oordeel. Unilever moest
hierdoor enige guldens terug.
Zeer flauw was deze week HAL
Trust die door de te late ople
vering van de Nieuw Amster
dam van f210 op f180 terug
moest. Nutricia verloor bijna
f 10 door verwachte druk op de
winst en Gamma moest f 6 te
rug door de winstdaling van 50
procent in het eerste kwartaal.
Ook de uitgevers kwamen on
der druk en verloren f 3 tot f 5.
Maar elders bleef er ook nog
een deel van eerder flinke win
sten over. IBB-Kondor en Ver
enigde Glas stegen f 10. Bols,
HBG, Nationale Nederlanden
en Norit f 5. Door de dividen-
thervatting steeg Borsumü van
f 130 tot f 145.