Banen als jubileum geschenk Architect als gratis adviseur Waddinxveense bouwer investeert ruim een ton in werklozenproject ZATERDAG 14 MEI 1983 PAGINA 19 "We willen tot de overlevenden be horen", benadrukt Van Duimen. "Bouwvakkers zullen tot in leng ten van jaren nodig zijn. Om de doodeenvoudige reden dat er al tijd huizen zullen moeten wor den gebouwd. Wat wij met onze actie hebben bereikt is dat enke le bedrijven waarmee we nauw samenwerken aan het denken zijn gezet of ze ook zoiets kunnen opzetten. Hun ogen zijn openge gaan. Ze zien nu in dat je over een jaar of wat ook vakkundige kerels nodig hebt die de kar kun nen trekken. Dan is het nu hoog tijd om daar wat aan te doen." Medewerking Arbeidsbureaus die hebben mee- gezocht om de juiste mensen voor Rehorst te vinden, juichen het plan toe. "Ik kan niet anders zeggen", stelt Van Duimen, "dan dat we ontzettend veel medewer king vanuit deze hoek hebben gekregen. Het benaderen van die mensen kun je zelf natuurlijk nooit en te nimmer doen. Want dan word je in de kortste keren overspoeld met telefoontjes en krijg je geen kans om aan je werk toe te komen. Ja, er zijn tóch wel wat belletjes gepleegd. Vooral van ouders die het initiatief goed vonden en en passant vertelden dat ze óók een knul van die leef tijd thuis hadden zitten die maar niet aan de bak kon komen. Dat ons personeel niet loopt te mok ken dat er geen feestje wordt ge geven is ook wel duidelijk, denk ik. Er lopen genoeg vaders bij ons rond die in hetzelfde schuitje zitten: een kind thuis hebben dat graag wil werken maar dat de kans niet krijgt." Precies weet Rehorst het niet, maar hij vermoedt dat de hele operatie werkloze schoolverla ters het bouwbedrijf zo'n 125.000 gulden kost. "Het is moeilijk te meten", licht de directeur toe. "Ze zitten in de produktie dus verdienen ze geld, maar in het pakket zit ook een vakopleiding. Twee dagen in de week moeten die jongens naar school. Die op leiding kost ons geld." Zoals gezegd, de eerste ervaringen zijn positief. Toch verwacht Van Duimen dat er nog wel enige jon gens zullen afvallen. "Die hou den het na een paar maanden voor gezien, omdat ze er heel wat anders van hadden verwacht. Dat moet kunnen, daar hebben we best begrip voor. Primair gaat het om die allereerste stap. Als zo'n jongen bij een baas komt en hij kan zeggen dat 'ie al een jaar of wat heeft gewerkt, dan heeft hij wat kennis in zijn bagage. Zo'n baas zal heel anders reage ren dan wanneer er iemand te genover hem staat die nog nooit iets heeft gedaan." door Jan Westerlaken Verrassing Jan Boot (17), Anton Eldik (18) bei den uit Woerden en Fred Lind: sen (22) uit Rotterdam, tot voor kort zonder werk, beamen dit volmondig. Het arbeidsbureau bracht de jongens in contact met de Waddinxveense bouwer en de overeenkomst was snel gesloten. "Het was een complete verras sing", zegt Jan "toen die oproep kwam dat we in de bouw aan de jongens met wie ik op school zat hebben nog geen baan. Ik was maar wat blij dat ik wat kon gaan doen, want thuis zitten is niks voor mij." De bouwerij is voor Fred niet hele maal nieuw. De MTS-er had in zijn stageperiode al eens op en kele bouwwerken meegedraaid. Nu doet hij nog meer ervaring op. "Als ik alle posten heb gehad wil ik proberen een leidingge vende functie te krijgen. Je moet eerst zelf op de steigers hebben gestaan om het bouwen in je vin gers te krijgen. Heb je dat niet, dan word-je later als uitvoerder compleet onder de voet gelo pen." Eén jaar Jan, Anton en Fred hebben in elk geval voor één jaar gegarandeerd werk. En met hen nog eens 22 schoolverlaters. Voor langer durft de bouwer geen belofte te doen. "Omdat", zegt directeur G. Rehorst, "we niet verder vooruit kun nen blik ken. Wij zijn om maar eens een voorbeeld te noe men sterk afhankelijk van de overheid hoeveel huizen er mo gen worden gebouwd. Daarom kunnen wij als bouwbedrijf niet zeggen: we nemen jullie aan en zien wel waar het schip strandt. Maar het is beslist niet onze be doeling om die jongens na een jaar weer de straat op de sturen. Integendeel, we zullen er alles aan doen om ze in dienst te hou den. We bouwen alleen een voor zichtigheid in, omdat we de werkgelegenheid voor mensen die tientallen jaren bij ons zijn niet in gevaar willen brengen." De overweging om juist jonge werklozen een kans in de bouw te bieden omschrijft Van Dui men als volgt: "We moeten er nu meer dan ooit voor waken dat de bouw nóg meer vergrijst. De laat ste jaren is de gemiddelde leef tijd sterk gestegen. Stap maar een willekeurig bouwwerk op. Je ziet er alleen maar mensen van boven de veertig. Juist in deze tijd van stadsvernieuwingen en renoveren heb je zo hard vak mensen nodig. Als zij er dus uit stappen staat er niemand klaar om hun plaatsje in te nemen. Daar moeten we voor waken, an ders loopt het spaak." Het Waddinxveense bouwbedrijf Rehorst (230 medewerkers en een omzet van 70 miljoen gulden in 1982) gaat het potje voor de viering van het 70-jarig bestaan besteden voor een project om 25 werkloze schoolverlaters aan een baan te helpen. Met medewerking van de arbeidsbureaus worden jongemannen die in de bouw hun kostje willen verdienen uitgenodigd om te solliciteren. Het lijkt op een droom: een ja rig bouwbedrijf dat geen feest viert maar het geld daarvoor aanwendt om 25 werkloze schoolverlaters aan een baan te helpen. Rehorst, een bouwer in Waddinxveen, maakt die droom tot een werkelijkheid. De rollen wor den voor één keer omge draaid: niet de jarige krijgt een cadeau, maar de jarige presenteert jonge werklozen een job. Geen groot feest voor het perso neel. Alleen een borrel, een kop koffie en een koekje. Gezellig in de kantine. Zo sober heeft Re horst zijn verjaardag gevierd. En het personeel heeft er vrede mee. Directeur G. van Duimen zegt het zo: "Tienduizenden guldens verbrassen, zomaar over de balk smijten, dat past niet in deze tijd. Toch wilden we het zeventigjarig bestaan niet geruisloos voorbij laten gaan. Eind vorig jaar werd het idee van de werkloze school verlaters aangedragen. We heb ben dat uitgewerkt en ik kan niet anders zeggen dan dat het prima loopt." slag konden." Jan had bewust voor de bouw gekozen, Anton wilde aanvankelijk liever maga- zijnwerk doen. Maar daar is hij op teruggekomen. "We hebben het prima naar ons zin en hebben zeker niet de gedachte de erva ren bouwvakkers voor de voeten te lopen." Jan en Anton zijn de 'maatjes' van een ervaren timmerman. Nu nog houden zij zich bezig met het stellen van funderingen, later zullen ze op andere plaatsen in de bouw worden ingezet. Als het karwei klaar is, wat dan? "Dan zien we wel weer", zeggen ze, "maar we hopen in de bouw aan het werk te kunnen blijven. Het idee van Rehorst is prima. Eigen lijk zouden veel meer werkge vers dit moeten doen." De Rotterdammer Fred Lindsen sprong een gat in de lucht toen hem een baan op een bouwwerk werd aangeboden. "De meeste Directieleden Van Duimen (rechts) en Rehorst: "We willen tot de overlevenden behoren" Waar de wetswinkel doorgaans overuren maakt, daar is de architectenwinkel voor velen nog een onbekend versclijnsel. Terwijl er in en rond menige woning toch heel wat wordt geklust. Miep Hoenson sprak met twee Leidse bouwmeesters over hun winkeltjes. door Miep Hoenson Taco Mulder rechts): in de eerste plaats bouwkundige, daarna pas ontwerper. Wonen is al lang niet meer een kwestie van een dak boven je hoofd hebben, maar veel meer een levenskunst. Gelijkvormigheid van bouw en inrichting blijkt voor velen geestdodend te werken. Met een bankstel bij de tv en een eethoek onder de lichtaansluiting in het plafond is praktisch niemand meer tevreden. De woonbladen en bouwmarkten leiden een florerend bestaan: een beetje doe-het-zelver blijft knutselen aan zijn huis, is het niet uit liefhebberij, dan wel uit pure noodzaak. Want vakmanschap is voor velen onbetaalbaar meesterschap. En op een kwade dag verschijnt er in het stucwerk plotseling een indringende scheur. Of wordt het huis te klein en kan een dakkapelletje uitkomst bieden. Kortom: meer dan ooit zijn Nederlanders graag en veel met hun home bezig. Een uitbouwtje hier, een podiumpje daar, een uitgebroken muurtje tussen de keuken en de (te krappe) woonkamer. Zelden ontbreekt het aan ideeën om het huis te verfraaien. Des te meer aan antwoorden op vragen hoe het anders mag. Filantroop Dat is zo ongeveer de achterliggende gedachte voor de Architecten winkels, die in steeds meer steden worden opgericht. Er bestaan nu al zo'n dertig van dergelijke winkels, waar iedereen op gezette tijden kan binnenstappen. Alle mogelijke voorlichting over het gehele terrein van het bouwen, wonen en de woonomgeving zijn er gratis verkrijgbaar. Is de architect van nu een filantroop geworden, die zijn deskundigheid gratis en voor niets aanbiedt? Zo ver gaat de dienstverlening natuurlijk ook weer niet. Het was voor de Leidse architect Taco Mulder bijvoorbeeld idealisme, maar zeker ook pure noodzaak om de deuren van zijn burau aan het Hooglandsekerkhof één avond per week open te zetten. Taco Mulder (hij begon negen jaar geleden met één van de eerste architecten winkels van het land); "De hele dag door kreeg ik bekenden en vrienden over de vloer met allerhande vragen. Dan was er weer een goot lek, dan deed de schoorsteen het niet. Ik kreeg daar een beetje genoeg van. Dergelijke bezoekjes houden je natuurlijk ontzettend op. En je kunt voor het geven van zulke adviezen moeilijk geld gaan rekenen. Toen heb ik gezegd: komen jullie voortaan maar op donderdagavond met klachten, die ik van achter mijn bureau kan oplossen". Drempelvrees De Leidse architect Boudewijn Veldman had weer andere rédenen om - nu een jaar geleden zo'n winkel te beginnen aan de Oude Vest. Veldman signaleerde een niet aflatende drempelvrees voor het fenomeen architect. Ten pnrechte, zo meent hij. "Ik wil de mensen duidelijk maken dat de meter niet gaat tikken zodra je hier een voet over de drempel zet. Er zijn zo ontzettend veel zaken die je op een rijtje moet hebben voordat je gaat verbouwen of veranderen. Wat bijvoorbeeld haast niemand weet is datje altijd toestemming moet hebben van Bouw- en Woningtoezicht. Ook als je binnenshuis gaat verbouwen. Alleen denk ik dat meer dan de helft van de verbouwers, die binnen hun muren bezig zijn, daar niet om vraagt". Veldman beheert zijn winkel onder het motto: baat het niet, dan schaadt het niet. "Dat uurtje van vijf tot zes is voor de mensen een makkelijke tijd. En ik zit hier dan toch nog". Subsidieaanvragen, isolatie-perikelenvochtoverlast, scheuren, loszittend stucwerk en dakkapellen: vallen dergelijke huis-, tuin- en keukenproblemen niet veel eerder onder de competentie van een aannemer? Taco Mulder: "Vergeet niet datje als architect op de hoogte bent van alle mogelijke bouwtechnische zaken. Men is geneigd te denken datje alleen maar tekeningen maakt, maar je bent in de eerste plaats bouwkundige. Daarna pas ontwerper". Sociaal Taco Mulder kan er na negen jaar nog geestdriftig over vertellen ("je bent in zekere zin sociaal bezig"), maar zijn vrijwilligerswerk heeft uiteraard ook vervelende kanten. "Het kan lastig werk zijn. Als er iemand komt met schade aan z'n huis bijvoorbeeld, en je moet tegen de aannemer in praten. Soms kun je niet anders dan een collega afkatten. Tja, je hebt voor het werken in een architectenwinkel echt wel diplomatie nodig". De architect kan aan de hand van een nauwgezet bijgehouden "boekhouding* zien dat er sprake is van een verschuiving van het soort vragen waarmee men komt Bleven die in de beginjaren nog beperkt tot kleine bouwkundige problemen, de laatste tijd rollen er hele verbouwingen over de tafel. "Ik ga natuurlijk geen complete bouwkundige tekeningen maken in die uurtjes", zegt Taco. "Dat soort werk kan niet gratis. Maar ik kan wel een plan maken, de mensen attenderen op de bouwkundige consequenties van hun verbouwing en een raming geven van wat het allemaal gaat kosten". Beide architecten maken hun klanten ook wegwijs in het woud van (gemeentelijke) instanties. Je zult, zo betogen ze beiden, de mensen de kost moten geven die niet beseffen datje voor elke verbouwing toestemming moet hebben en dikwijls een tekening moet hebben. Al bladerend in zijn boekwerk schieten Mulder heel wat voorbeelden te binnen van doe-het-zelvers die alvast maar aan het breken waren geslagen. Aan paniekerige toestanden ontbreekt het niet in het leven van beide bouwkundigen. Dragend Mulder: "Soms komen ze bij me, gealarmeerd door de buren, als het gat voor de dakkapel al is geslagen zonder dat er een tekening is, laat staan toestemming. Dan komen ze naar mij toe omdat ze effe vlug een tekening moeten hebben. Of ze staan op het punt een muur uit te breken, maar zijn vergeten dat die muur toevallig wel dragend is". Beide architecten beheren hun winkeltje in de wetenschap dat met de toename aan vrije tijd de verbouwings- en veranderingsdrang sterk groeit. Dat veel mensen zelf gaan klussen vinden ze alleszins begrijpelijk. Veldman: "Het uurloon van de vakman is in pakweg tien, vijftien jaar meer dan verdubbeld. Lang niet iedereen kan dertig, veertig gulden per uur betalen. Dus slaat men zelf aan het verbouwen. Dat geeft op zich niets. Zolang de constructie, het echte werk, door een vakman wordt gedaan. Die afwerking kunnen de meeste mensen zelf wel voor hun rekening nemen". Dat om dezelfde financiële reden, maar evenzogoed uit onwetendheid, vaak met een grote boog om de architectenbureaus wordt heengelopen wordt uiteraard door beiden betreurd. Mulder en Veldman hopen echter dat zij hoe langer hoe meer voor het kleine werk worden ingeschakeld. Boudewijn Veldman: "Het beroep van architect is te vergelijken met dat van een arts. De één wil alleen het grote werk doen, de ander wil huisarts zijn. Natuurlijk heb je collega's die alleen grote bouwsels willen ontwerpen. Maar juist het kleinschalige werk in de binnenstad heeft voor mij z'n charme". Rustiger Tenslotte: vindt Taco Mulder het niet vervelend dat hij een 'concurrent' erbij heeft kregen? "Ben je gek? Ik heb het inderdaad een stuk rustiger gekregen nu Veldman z'n deuren ook openzet. Maar ik juich die ontwikkeling van harte toe. Het zou juist heel goed zijn als iedere architect wekelijks zo'n open huis zou houden. Dan komen we misschien eindelijk eens van die drempelvrees af'.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 19