"DIOK heeft nog kanjers genoeg om topper te zijn Hockeydames niet verder dan deling Nieuwe trainer Ton van der Loos: V.d. Weijden kiest AZ Van Huis trainer Danaïden DINSDAG 12 APRIL 1983 Het is goed dat er nog een hoop ouderwetse kasseien zijn tus sen Parijs en Roubaix, de z.g. "Hel van het noorden", want anders zou het een wielerklas sieker als vele andere zijn. Een aantal jaren terug was er sprake van dat het hele par koers zou worden geasfalteerd (de moderne tijd, nietwaar) en de grote wielerbonzen hebben hemel en aarde moeten bewe gen om de hel toch vooral de hel te laten. Het is nu dus een soort reservaat ten dienste van wiel- Overigens is het aantal slechte stukken vergeleken bij vijftig jaar geleden danig vermin derd. Je kunt de vooruitgang nu eenmaal niet helemaal met de handen tegenhouden. De Volkskrant vindt de race niet meer van deze tijd, gekken werk, je kunt net zo goed een paar handen punaises over een parkoers gooien en kijken wie er heelhuids doorkomt. Ach. Is het nou zo erg dat er één race is die herinnert aan de verschrik kingen waarmee renners vroe ger veel vaker te kampen had den? Lang Vijftien kilometer voor de finish verliet Hennie Kuiper met een vertrokken, heroïsch bemod- derd gezicht zijn medevluch ters in Parijs-Roubaix. Een af standje van niks, maar o, wat kunnen 15 km lang duren. Er leek geen eind aan te komen. En toen die lekke band, of nauw keuriger: dat verkreukelde achterwiel na het rijden door een miniatuur zwembad. Kij ken naar dat drama leverde bij mij al gekromde tenen in de. schoenen en zweet tussen de schouderbladen op, laat staan het te moeten ondergaan, zoals Kuiper overkwam. Naderhand (ja, naderhand) kun je zeggen dat die tegenslag zijn overwinning nog meer reliëf gaf. Het verschafte hem extra glorie. Dat beeld van hoe hij ze gevierend door de finish ging, ben ik al weer vergeten. Het zal wel op de bekende manier zijn geweest met de armen in de lucht. (Voetballers hebben vele manieren van juichen ter be schikking, wielrenners slechts één omdat de reclame op de trui nu eenmaal goed zicht baar moet zijn). Maar nog lang zal mij heugen hoe Kuiper naast die puinho- perige fiets stond: met dat Al- Jolsongezicht (voor wie het niet weet: Al Jolson was een blanke artiest die als neger gesch minkt furore maakte), getérgd en hard in zijn handen klap pend om zijn ploegleider De Bruyne tot spoed aan te ma nen. Waar blééf die vent ook zo lang? Hij reed nota bene in een auto. Peter Post was dit nooit overko men, dacht ik meteen hoogst onredelijk. Diens renners krij gen gewoon zo vlak voor de fi nish geen materiaalpech. Dat verbiedt-ie. De rest was ook bloedstollend: dat gepruts aan het achterwiel dat natuurlijk onwillig bleef zitten waar het zat. Daarna eindelijk een nieuw rijwiel, waarmee Kuiper bij het op tempo trekken bijna nog tegen een motor op reed Naar men zei duurde het hele ak kefietje niet meer dan 20 tot 25 seconden. Het kan ook niet veel meer zijn geweest, want zoveel lag Kuipers immers niet voor. Voor mijn gevoel duurde het een eeuwigheid. De Belgische tv gaf het incident later nog eens vertraagd weer. Dat leek er wat beter op. En zelfs toen kon ik het gevoel niet van me afzetten dat het in werkelijkheid nóg langer had geduurd Mooi Parijs-Roubiax heeft, het zal nie mand verbazen, een rijke histo rie. In andere klassiekers wil de zege bij verrassing nog wel eens gaan naar een matig be kende coureur, in deze zelden of nooit. Daarvoor is er te veel kwaliteit nodig. Het mooiste Parijs-Roubaix ver haal dat ik ken, speelde zich in 1930 af. Nou ja, mooiste. Het is maar wat je mooi noemt. In de laatste 40 km van Parijs- Roubaix 1930 gingen twee ren ners aan kop: de Belg Julien Vervaecke en de Fransman Jean Maréchal. Van Vervaecke was bekend dat hij in de eind sprint geen knip voor de neus waard was. Als die twee dus samen in Roubaix zouden aan komen, kon Maréchal op één been winnen. De Belg kreeg daarom van zijn ploegleider, Ludovic. het con signe geen meter kop meer te doen. Wellicht zou Maréchal zich dan zo vermoeien dat Ver vaecke er aan het slot nog al leen tussenuit zou kunnen gaan. Maréchal was de wieltjeszuigerij van de Belg gauw zat en schold de ploegleider en Vervaecke uit voor alle beroerdigheid die hij onder zijn hersenpan verza meld had. En dat moet niet ge ring zijn geweest. Hij deed nog meer. Hij bedreigde de Belg met zijn pompje en dreef hem herhaaldelijk in het moerassi ge gras naast de kasseien. Kortom, "Maréchal ging te keer lijk een razende en tem peestte lijk een dierentemmer", aldus de beroemde Belgische ploegleider en schrijver Karei van Wijnendaele in zijn boek "Het Rijke Vlaamsche Wielerle- ven". Diens verslag houd ik hier verder aan: "Ten slotte we waren gekomen op 7 km der aankomst - vraagt Maréchal aan Vervaecke voor de allerlaatste maal van "kop te gaan". Deze weigert en dan? Opeens maakt Maréchal een gebaar en paf'. Met zijn hand slaat hij Vervaecke in het ópen wezen, en wel met zoveel ge weld dat deze ten gronde stuikt en in den gracht terecht komt. Maréchal kiest het hazenpad. Vervaecke kruipt al schreiende en tempeestende uit den gracht, weer op zijn rijwiel, en zet den Franschman na. Hij nadert meter voor meter, maar de aankomst is te nakend. Ma réchal komt eerst over de meet, met nagenoeg 150 meter voor sprong op Vervaecke". De Belg wilde de Fransman met een te lijf gaan en er was een compleet elftal helpers, verzor gers en officials voor nodig om hem tegen te houden. De gen darmerie moest op haar beurt met kracht Franse en Belgische toeschouwers scheiden. Nieuwe woede steeg op toen de k<ierscommissaris Maréchal naar de tweede plaats terug zette en de zege aan Vervaecke gaf. "Deze beslissing viel als een steen op het hert van de Fransche supporters". Maréchal zwoer dat hij dat jaar nog een klassieker zou winnen en hij hield woord: hij triom feerde op briljante wijze in Pa rijs-Tours. Het jaar daarop bleek Maréchal in Parijs-Rou- biax tot de figuranten te beho ren. Karei van Wijnendael wist waarom. "Hij had een groot kampioen kunnen worden, maar de zonne zijner kunnen en glorie ging rap ten onder in de wolken van overmoed en zelfgenot, om niet te zeggen in de drukkende atmosfeer van een liederlijk leven". Taal die je metéén weer met de hel in verband brengt. Parijs-Roubaix in lang vervlogen dagen. Toen moesten de renners nog zelf hun rijwiel repareren. De lekke band leverden ze netjes bij (Archieffoto) de ploegleider Vilé Al een paar keer heeft de Belan genvereniging Amateurvoet balclubs Amsterdam de KNVB gevraagd "het verleden" van de voorzitter van de sectie be taald voetbal, mr. Eric Vilé na te gaan. Of Inj in de tijd dat hij nog bestuurslid was van de FC Utrecht afwist van dan wel be trokken was bij de vele zwart geld manoeuvres van deze ver eniging. Het weekblad Vrij Nederland heeft de afgelopen weken tame lijk overtuigend aangetoond dat Vilé's handen niet schoon zijn, om het maar heel vriende lijk te zeggen. Je zou ook kun nen beweren dat hij van de hoed en de rand wist. Maar de bond houdt alle boten af met de mededeling dat de zaak onder de rechter is en dat er moet worden gewacht tot die heeft gesproken. Ik vind dat zulke flauwekul én kop-in-het-zand-stekerij. Alsof de bond geen eigen verant woordelijkheid heeft. Daar wordt toch altijd zo hoog over opgegeven? Als een speler uit het veld wordt gezonden, als een amateurclub onder tafel geld betaalt dan weet men in Zeist precies wat men moet doen. Men heeft immers de be schikking over een eigen sys teem van straffen. Maar een hoge official aanpak ken die laten we zeggen dicht in de buurt heeft gestaan van uiterst bedenkelijke praktijken nèe, dat laat men op zijn be loop, dat moet de rechter maar uitmaken. Het minste wat het bondsbestuur had kunnen doen was tegen Vi lé zeggen: waarde heer, u legt nu publiekelijk een verklaring af dat u van niets weet en dat alle beschuldigingen laster zijn óf u stapt op, want aan de top van het toch al enigszins bedui melde betaald voetbal kunnen we geen dubieuze figuur heb ben. Maar nee, men verkiest te zwij gen. En maar weinigen maken zich daar druk over. Dat vind ik nog het meest onheilspellen de. Vreemd. De afgelopen week is er weer iets vreemds aan de oppervlakte gekomen in de affaire-FC Utrecht. De KNVB zou het be drag dat de FC Utrecht kreeg voor het afstaan van doelman Hans van Breukelen aan het Nederlands elftal rechtstreeks hebben gestort op de rekening van de Club van Honderd in Utrecht die de zwart-geld transacties bij de club regelde. Vrij Nederland levert ook het document dat er op betrekking heeft. Hel blad suggereert dat de KNVB het zwart-geldcircuit van FC Utrecht financierde. In dat artikel houdt KNVB-voor- lichter Wim Jesse, na contact met de financiële afdeling te hebben gehad, bij hoog en bij laag vol dat het geld nooit naar iets of iemand anders gaal dan de club zelf. Een dag later zegt de KNVB plot seling dat er geen enkel be zwaar bestaat om gelden die een club toekomen aan derden over te maken indien de club daar schriftelijk om verzoekt. Dat is herhaaldelijk gebeurd. Maar waarom beweert Jesse dan eerst dat het nóóit gebeurt? Ik citeer hem nog maar even: "Onmogelijk en daarom onmo gelijk omdat als blijkt dat het banknummer waarop de KNVB het geld heeft overge maakt niet overeenkomt met het officiële banknummer van de club ons accountantskan toor Moret en Limperg onmid dellijk aan de lijn hangt om te zeggen: heren, dat klopt niet". Misschien kunt u er chocola van maken. Ik niet. LEIDEN - Even terug in de tijd. Naar 1973. In een artikel in deze krant lieten de studen ten-rugbyers van LSRG aan de vooravond van de beslissende strijd om de landstitel destijds blufferig weten dat ze die "oude knarren van Den Haag" wel eens even zouden pakken. Het moest maar eens uit zijn met de hegemonie van HRC en daar zouden de studenten dus voor zorgen. Het verhaal was nog maar net ver spreid of Ton van der Loos hing quasi kwaad aan de telefoon. "Ons pakken? Laat me niét la chen. We rollen ze op. Kom zon dag maar eens kijken, dan zul je het zien", zo pakte hij de hand schoen in de woorden-oorlog op. De prop, één van de vijf broers die destijds de ruggegraat vorm den van het vrijwel onverslaan bare Haagse team, kreeg gelijk. Op het Piet Paaltjenspad werd LSRG moeiteloos als concurrent 'geloosd' en HRC denderde naar de zoveelste nationale rugbytitel. Nu, precies tien jaar later, is alles door Paul de Tombe LEIDEN - Lugdunum-voetbal- ler Henry van der Weijden heeft gisteravond overeen stemming bereikt met AZ'67 over een éénjarig contract. De 19-jarige Leidenaar gaat op amateurbasis bij de Alk- maarse club spelen. Van der Weijden, die ook in de be langstelling stond van Ajax, Feyenoord en Haarlem, heeft voor AZ gekozen, "omdat ik daar de meeste kans heb om door te breken". "Ik heb gesprekken gehad met Hans Eykenbroek en Joop Brand. Die zagen het wel in me. Het eerste jaar is voor mij een proefjaar. Daarna moet ik in aanmerking zien te komen voor een profcontract". Nu hij definitief voor AZ heeft gekozen, is er voor voor Van der Weijden een einde geko men aan een periode waarin hij wekenlang de diverse clubs afliep om mee te trai nen en oefenwedstrijden te spelen. Ook bij Ajax, Haar lem en Feyenoord had de HAVO-scholier aan de bak gekund. "Maar Feyenoord is mijn club nooit geweest. Ik voelde wel iets voor Ajax, maar bij AZ heb ik de, meeste mogelijkheden. Ik moet vol gend jaar vier keer in de week gaan trainen. Dat moet ik dan combineren met mijn school, want ik zak dit jaar voor het examen. Dat weet ik nu al". anders. Niet alleen waar het de sportieve verhoudingen betreft, bok waar het de personen aan gaat. Die van LSRG zijn allang uit beeld verdwenen, de studen ten-club is in alle opzichten over troefd door het ooit vriendelijk geadopteerde DIOK, Den Haag is niet meer zó dominant en Ton van der Loos loopt nog wel in de rugbywereld rond, maar is tegen woordig heel wat gematigder in zijn reacties. Voorzichtig zelfs, nu hij met in gang van het nieuwe seizoen "voorlopig voor een jaar" bij DIOK gaat fungeren als opvolger van trainer Peter de Bruyn, ooit zijn ploeggenoot. Geen yilde uit spraken meer, maar een rustige vooruitblik. Logisch ook. "Toen sprak ik voor mezelf en wist ik dat ik in het beste team van Ne derland speelde, nu krijg ik de verantwoording voor een selec tie die na het behalen van de Ne derlandse titel niet meer dat ni veau heeft bereikt. Als het aan mij ligt, gaan we het achter el kaar maken, maar er zijn natuur lijk een hoop andere factoren die daarbij meespelen", beseft hij. Uitdaging Niettemin: de uitdaging lonkt. Zonder papieren, maar met een schat aan ervaring begint Ton van der Loos straks aan een nieuw avontuur in de rugbywe reld. Als trainer moet hij de Leid- se club èn zichzelf bewijzen wat hij op dat gebied kan. Hij is niet bang voor een mislukking, be sliste snel dat hij het zou doen op het moment dat het bestuur van DIOK bij hem aanklopte. On danks de geringe beloning ("al les gaat op onkostenbasis, zo er al onkosten zijn"), ondanks het gebrek aan diploma's. "Maar zo'n papiertje zegt me niks, het gaat er toch alleen maar om hoe je het overbrengt. En ik heb ja renlang onder goede oefenmees- ters getraind en hoog gespeeld". Door zijn rugby carrière (hij speel de zo'n 18 jaar voor HRC en tien tallen malen voor Oranje) kwam het eerste contact met de Leidse burgerrugbyers tot stand. Het werd nadien verhevigd omdat hij in Leiden een delicatessenwin- kel runt en vaak wedstrijden van DIOK bezocht sinds hij zelf door een ernstige knieblessure werd uitgeschakeld. Het was dan ook niet zó vreemd dat de keus op hem viel. "DIOK werd voor het blok gesteld om dat Peter de Bruyn na vier jaar wilde stoppen en de club ging kijken op de rugbymarkt. Er was geen toptrainer meer vrij, van de drie die er in Nederland rondlo pen, en in het overleg dat daarna is gevoerd is mijn naam gevallen. Kennelijk was ik vrij zinnig over gekomen, want niemand heeft er bezwaar tegen gemaakt dat ik geen papieren heb. Daar heb ik nog speciaal naar gevraagd. En nogmaals, wat zegt zo'n papiertje nou?. Ik heb genoeg meege maakt om de jongens te evena ren die zulke papieren wèl heb ben". Rugby hoeft hij de spelers niet meer te leren in de periode na De Bruyn ("want dat is echt een ver schrikkelijk goede trainer"), hij zal zich meer richten op het her stellen van het saamhorigheids gevoel, de bereidheid om voor el kaar te werken, elkaar te inspire ren. Daar schortte het nogal eens aan, merkte hij op de momenten dat hij DIOK het afgelopen sei zoen bezig zag. "Hoe goed De Bruyn ook is als trainer, op een gegeven moment verwatert de verhouding toch als je vier jaar bij een club bent. Dan worden de jongens knorrig, is de inspiratie een beetje zoek. Zeker als er an dere belangen meespelen, zoals bij DIOK het geval was met het clubhuis. Dan is er dus een frisse wind nodig en moet je uitgaan KOEALA LOEMPOER (ANP) Even gingen de gedachten te rug naar Vancouver. Daar stuitte de Nederlandse dameshoc- keyploeg in 1979 op een wilskrachtig Schotland, dat tijdens het wereldtoernooi pas in de verlenging voor Oranje boog. In Koea- la Loempoer bleek Schotland voor Nederland gisteren op nieuw moeilijk te bestrijden. Het bleef 0-0. Een resultaat, dat extra teleurstellend was omdat concurrent Verenigde Staten even eerder tegen Wales ook niet verder was gekomen dan een gelijk spel, 1—1. van een sfeerverbetering voor het eerste en tweede team. Dat zal goed zijn voor de vereniging". Negatief gezien het duel tegen Spanje (3- 33) horen we ook niet in A thuis. Organisatorisch zijn de clubs ook verder dan het Nederlands team". In alle opzichten. DIOK had in het verleden de naam dat het niet al leen in het veld het "doorzetten is onze kracht" gestalte gaf. Het leidde soms tot negatieve publi citeit en dat was één van de rede nen dat Van dér Loos nooit in Leiden wilde spelen in de perio de dat hij nog actief was als rug byer. "Maar die image is sterk aan het veranderen", heeft hij opgemerkt. "Daarom had ik niet veel tijd nodig om ja te zeggen, hoewel ik het niet ambieërde om trainer te worden. Maar organisa torisch wil de club het nog beter gaan aanpakken en dan wil ik graag de helpende hand toeste ken om het beeld van het rugby nog meer te verbeteren". Landelijk is dat nog lang niet ide aal en dat zal het vermoedelijk ook niet worden "omdat de bondsprestatie achter blijft bij het niveau van de verenigingen. Het nationaal team speelt nog steeds in de B-poule, waarin het jaren geleden ook al vertoefde en Verkopen Bij de club die wat dat betreft heel ver is gaat de rugbyer in hart en nieren verder proberen de sport zo goed mogelijk te verkopen. Hij deed.al pogingen in die rich ting als commercieel manager bij HRC, in het nieuwe seizoen zal hij die lijn doortrekken als trai ner van DIOK. "Ik zie liever' dat we tegen sterke Engelse teams goed voor de dag komen, dan dat we landskampioen worden. Een titel alleen, staat niet persé ga rant voor de vreugde in het spel. Voldoening schenkt een goeie pot, met 15 vrienden keihard werken. Dan is het geen must om te winnen. Maar DIOK heeft kan jers genoeg om een topteam te zijn, zeker als Koemans ook nog eens terugkomt. Mag het zo uit pakken dat we naar de titel kun nen fietsen, dan zal ik die graag meepakken". Wat dat betreft wil hij best terug in de tijd. De Nederlandse superioriteit was zo groot dat Monique Broere voor rust geen enkele bal te ver werken kreeg. Ook de dondersla gen en bliksemflitsen, die een naderende tropische regenbui inleidden, konden Oranje niet het vleugje extra inspiratie ge ven om de rond Joan Dobie ge groepeerde Schotse defensie te overwinnen. "Ik heb te weinig goede passes gezien", aldus Van Heumen, "de bal ging te vaak on nodig verloren". Aletta van Ma nen, die zich als rechterverdedig- ster al snel een vaste plaats in de equipe heeft verworven, pro beerde tevergeefs keer op keer met lange rennen de worstelende voorhoede te hulp te komen. Een verkoelende wind liet ook meer aanslagen op het krachtreservoir toe. Tien minuten voor rust moest Sandra le Poole al plaats maken voor Eveline Kuik. Het was jammer dat de Nederland se speelsters in de eerste helft de hoge bal niet mochten gebrui ken. Van Heumen wilde de 'scoop' achter de hand houden voor het duel met de Verenigde Staten. Hij liet daardoor wel een verrassingswapen ongebruikt. Pas in de tweede helft gunde hij de speelsters wat dat betreft meer vrijheid zonder dat er een overmatig gebruik van de lob werd gemaakt. Na de hervatting kreeg Monique Broere voor het eerst werk op te knappen toen Sheila Henderson en Allison Ramsay voor haar op doken. De Haagse greep be kwaam in. Uit alle macht bleef Nederland proberen de winnen de treffer te produceren. Marieke van Doorn schoot echter in kans rijke positie over het doel van Jinty Stewart en de als een paard zwoegende Marjolein Eysvogel zag haar meeste voorzetten mis lukken. Ook met Yvonne Hooge- wegen voor Annelies Kaptein kwam de beslissende doorstoot niet. "Je zag dat de tegenstan ders zo moe waren als karrepaar- den", zei Margriet Zegers. De Britse speelsters bleven echter strijden voor elke meter kunst- gras. Australië won vanmorgen met 3-2 van India en nam daardoor de leiding in groep A. De stand is: Ï.Australië 2 2 0 0 4 8-3 2. Verenigde Staten 2 1 1 0 3 4-1 3. Nederland 2 1 1 0 3 2-1 4. Schotland 2 0 1110-3 5. Wales 2 0 1112-6 6. India 2 0 0 2 0 3-5 LEIDEN - Hans van Huis is door De Danaïden aangetrokken als nieuwe trainer /coach. Gister avond werden de laatste finan ciële afspraken gemaakt tussen bestuur en de nieuwe technische man, die in augustus in functie treedt. Hans van Huis is een telg uit de be kende Warmondse korfbalfami lie en deed na zijn actieve loop baan bij Warmond zijn trainings ervaring op bij Olympiaan. Bij deze Haagse tweedeklasser is hy aan zijn vijfde seizoen bezig. Het bestuur van de Leidse over- gangsklasser heefl lang moeten zoeken naar een opvolger voor interimcoach Kees van Vliet, die in november aantrad na het plot selinge vertrek van Ron Ek. Pas nadat de principeafspraak met Van Huis gemaakt was meldde zich een tweede sollicitant.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 9