De trend is tweedehands ZATERDAG 12 FEBRUARI 1983 Extra PAGINA 15 Een tijd van inleveren heeft zo zijn eigen modeverschijnselen. Wat te denken van winkeltjes in tweedehands kleding? Ze rijzen als paddestoelen uit de grond, getooid met fraaie namen als Second Trend, Mazzeltje, Reprise en Antenova. Vuilniszakken vol worden er aangesjouwd. En de snufTelaars kunnen vervolgens hun hart ophalen, want van alles is er tenslotte maar één exemplaar. Miep Hoenson belicht een nieuw fenomeen, dat druk doende is big business te worden. 'Inleveren kost geld, maar bij ons levert inleveren geld op'. De advertentie kon zo verwarrend niet zijn of een hele rij vrou wen voelde zich niks te goed om voor de deur van de nieuw te openen twee dehands kledingzaak te gaan wachten. Koffers vol kleren sleepten de dames mee, en geef ze eens onge lijk. Je weet nooit of die blouse nog vijf gulden op brengt; die te krappe jurk nog een tientje. Mieke Slingerland (22) van Se cond. Hand Lady heeft het ge weten. Ze nam het meeste goed maar aan, blij als ze was niet met lege rekken te hoe ven opengaan. In de haast bood ze voor sommige kleren te veel, voor anderen juist weer te weinig. Binnen drie dagen was het winkeltje aan de Leidse Aalmarkt propvol en kon ze alle aangeboden dameskleding weigeren, be halve de echt mooie dingen, want daarvoor is altijd wel plek. Smoezelig Juist de randgevallen - smoe zelige of verouderde kleding - brengen het meest pijnlijke aspect van het beheren van zo'n winkeltje aan het licht. Want vertel een vrouw die met een vuilniszak vol kleren komt aansjouwen maar eens dat het onverkoopbare rom mel is. In de paar weken dat Mieke nu draait heeft ze daar mee al meer dan genoeg erva ring opgedaan. "Sommige mensen vinden dat iets nog echt goed is, en dan begrij pen ze gewoon niet waarom je het niet aanneemt. Leg dat dan maar eens uit". Minder moeite heeft Maijan Palm van Second Trend aan de Leidse Langebrug daar mee, maar zij is door de jaren heen dan ook een door de wol geverfde winkelhoudster ge worden. "Vuilniszakken vol neem ik niet aan", zegt ze re soluut. "Nee, ik ben heel streng, ik heb geen zin in troep. Het moet heel en fris zijn en schoon, schoon, schoon. We steken gewoon onze neuzen erin. Weet je, al komt het schoon uit de kast, dan zit er nog vaak een lucht je aan. Het is vaak gênant hoe iets stinkt. Je moet het echt eventjes een sopje geven. En het mag niet ouder zijn dan een jaar of twee. Bloesjes met punten ofzo.. hee hoor, dat kan niet meer. Het moet zo modieus zijn dat degene die het brengt het zelf weer zou willen kopen". Chris de Nobel van Nou En op de Haarlemmerstraat heeft een nuchtere kijk op het aan bod. "Je kunt niet verwach ten dat mensen met trendkle- ding aankomen. En dat hoeft ook niet. Er bestaat genoeg kleding die niet aan mode on derhevig is. Het moet er als nieuw uitzien, dat wel, er mo gen geen gebreken aan zitten. Daarom hebben wij hier bo ven de toonbank van die felle lampen. Elk scheurtje, elk vlekje komt genadeloos aan het licht. Je moet wel. Anders krijg je al gauw de naam dat je troep hebt." Uitverkoop Half januari opende Mieke Slingerland haar zaakje aan de Aalmarkt - voor een twee dehands zaak de meest moei lijke tijd om te beginnen. De reeds bestaande winkeltjes kunnen daarover meepraten. In de uitverkoop hangen gloednieuwe bloesjes vaak voor minder dan bij de 'se- cond'zaken. Voor nog minder kan het niet. Zowel voor de eigenaar van de winkel als de inbrengsters moet het leuk blijven. Meestal wordt de kle ding in consignatie (bewa ring) gebracht. Pas als er daadwerkelijk wordt ver kocht krijgt de voormalige ei genaresse haar geld minus 40 tot 50 procent voor de bemid deling. Over het hele bedrag moet de winkelier nog eens 18 procent btw afdragen. Daar staat tegenover dat zijn kosten minimaal zijn. Chris de Nobel bijvoorbeeld zat met een leeg pand toen zijn Marjan Palm van "Second Trend" aan de Langebrug: "Ik ben heel streng. Ik heb geen zin in troep". (Foto Look Zuyderduini winkel in vrijetijdskleding aan de Haarlemmerstraat niet meer liep. Want ook de dragers van spijkerbroeken kopen minder en prijsbewus ter. De rekken stonden er, de toonbank ook en alles wat De Nobel te doen had was een etalage inrichten en de naam 'Nou En' op de winkelruit schilderen. Binnen tien da gen had hij genoeg inbreng om in november '81 te kun nen openen. Hij gokte op twee paarden: de koopjeslust en de verslechterende econo mische situatie. Chris de No bel: "Dat mensen op kleding bezuinigen staat als een paal boven water. Dat ze graag een koopje hebben is altijd al zo geweest. Twee vliegen in één klap". De kosten mogen dan lager zijn, de inkomsten zijn dat ook. Een tweedehands jurk kan nog zo chique en duur zijn geweest, meer dan 100 gulden kan er in alle redelijk heid niet voor worden ge vraagd. En verder is het af wachten wie over de drempel heenstapt en net dat kleding stuk uit de rekken pikt dat nog past ook, want van alles is er natuurlijk maar één. Klanten van tweedehands winkeltjes zijn dan ook echte snuffelaars, die er rustig een paar uur voor uittrekken om te kijken of er iets van hun gading tussen hangt. Vuilniszakken Meer dan de helft gaat uiteinde lijk weer terug naar de oor spronkelijke eigenaars, zegt Chris de Nobel, en dat is tel kens een kleine financiële strop. Aan de te retourneren rokken, broeken en jurken heeft hij wel aandacht moe ten besteden. Ze nemen ruimte in. De winkel staat er barstensvol mee en in het magazijn ligt een stapel die nog eens zo groot is. Als gros sier in tweedehands kleren moet je een gigantische voor raad hebben. De administra- door Miep Hoenson tie vergt veel tijd omdat van elk kledingstuk nauwkeurig moet worden bijgehouden wie de eigenaresse is. Bij Marjan Palm en Irene Toet van 'Second Trend' liggen in het keukentje achter ook al de vuilniszakken hoog opge stapeld, maar het rouleersys teem werkt wat sneller. Alles hangt er één maand. In de praktijk is de dames geble ken dat alles wat langer hangt toch niet wordt ver kocht. Die ochtend wordt er een paar keer gebeld door een in brengster met steeds dezelf de brandende vraag: name lijk of er al wat verkocht is. "Die hebben zeker geld no dig", giert Marjan Palm het uit. "Ja dames" (tot de aan wezige klanten) "we zijn hier net de kredietbank hoor". Echt rijk worden de inbreng sters er natuurlijk niet van. Het geld dat ze voor hun ge dragen spullen krijgen is be doeld als een extraatje, waar mee ze onmiddellijk iets leuks voor zichzelf gaan ko pen. "Dat maakt dit werk zo relaxed" zegt Marjan. "Ieder een is blij. De brengsters om dat ze wat terugkrijgen voor dingen die ze toch niet meer dragen, en de koopsters zijn blij dat ze voor weinig geld iets leuks kopen". Zelf zeggen Irene en Marjan er ook niet rijk van te worden. 'Tenminste: niet slapend". Altijd bezig Voor velen is het beheren van een tweedehands winkeltje al lang g$en 'leuke hobby' meer in een geverfde garage. Mar jan Palm: "Je moet gewoon zakelijk zijn. Je kunt zo'n winkel niet runnen als je er als huisvrouw iets bij wilt doen. Als je een winkel hebt moet je op vaste tijden open zijn bijvoorbeeld. En je moet alles op een rijtje hebben staan. Het is erg arbeidsin tensief werk. Je hebt je admi nistratie, je gaat op rooftocht, je haalt kleren soms op, dus als je het goed doet ben je he le dagen bezig, ook al ben je met z'n tweëen". Mieke Slingerland gaf haar baan in een boetiek op voor 'Second Hand Lady' aan de Aalmarkt, een naam overi gens die niet haar eerste keus was. Haar winkeltje heette in eerste instantie Second Hand Rose. Ze was goed en wel open of ze kreeg al een brief op hoge poten van de advo caat van het Haagse Second Hand Rose', dat al jarenlang het adres is waar de Haagse society haar twee avonden gedragen uitgaanskleding in brengt. De naam bleek te zyn geregistreerd en dus moest Mieke voor een andere kie zen. Dat deed aan de belang stelling voor haar pas ge opende winkel niets af. Zelfs de eigenaresse van Second Trend kwam kijken. "Ze was heel sportief', zegt Mieke Slingerland over Marjan Palm. "Hoewel het voor haar toch met leuk moet zijn, want mijn vriendinnen en ik brachten altijd al onze kle ding bij haar. Kijk, als je in een boetiek werkt sterf je na tuurlijk van de kleren. Maar ja, die vriendinnen komen nu bij mij. Marjan was toch heel aardig, ze gaf me zelfs tips. Dat ik beter geen leren jassen kan aannemen, want die doen het niet meer. En dat een pakje te laag was ge- prijsd.Ja, dat was leuk". Omajurken Leren jassen zijn dus uit de mo de, leren broeken daarente gen vliegen weg. En om door oma's ingebrachte suède jas sen wordt door de jonge meisjes gevochten. De oma jurken doen het ook nog al tijd uitstekend, zo ervaart het nostalgische tweedehands kledingwinkeltje Antenova in de Alphense Julianastraat Al bijna vier jaar lang strijkt en vermaakt men daar oude jurken, die van mooie stoffen zijn gemaakt maar waarvan het model vaak zakkeng is Antenova is één van de wei nige winkeltjes die het met van particuliere inbreng moet hebben, maar van 'de adresjes' onder de groothan delaren. bij wie ze het 'eerste recht' hebben. Ook hier wordt de spoeling steeds dunner. Daarom worden er bij Antenova ook nieuwe jur ken gemaakt van flannel, kant en brokaat: het resultaat is vaak minstens zo nostal gisch. Komt de klant voor modernere tweedehands kle ding, dan wordt hij doorge stuurd naar een nieuwe loot aan de Antenova-stam: Retro, dat sinds oktober in de Hoofdstraat floreert. Zodoen de heeft Antenova nog geen last van de concurrentie. Het Leger des Heils, van ouds her de verzamelaar van over tollige kleding, heeft even min wat te duchten van de winkeltjes. Het aanbod van kleding is volgens een woordvoerdster van het Al phense Leger nog altijd goed. "En ergens is dat niet zo pret tig. Het betekent dat mensen nog steeds niet geleerd heb ben om zuiniger met hun goed om te springen". Heel wat vrouwen gaan in de kledingbakken van het Leger rommelen in de hoop er iets leuks te bemachtigen. Een kledingstuk dat - eenmaal ge wassen en opgstreken - later weer goede sier maakt in een tweedehands winkel. Marjan Palm kwam daar achter toen ze niet verkochte kleding, door haar aan het Leger weg gegeven, weer zag terugko men in haar winkeltje aan de Langebrug. Boos werd ze er niet om. dat niet. "Nee, ben je gek, iedere vrouw heeft het recht om er wat by te scharrelen. Maar ik hoef die kleren hier niet te rug, dus geef ik wat er over blijft liever aan een ander goed doel". In de rij Het Leger gebruikt een deel van de opbrengst van oude kleren voor speciale projec ten. Een ander deel wordt niet verkocht, maar gereser veerd voor daklozen en men sen die vanwege een brand geen draad meer aan hun lijf hebben. Weer een ander deel wordt elke vrijdagochtend voor een appel en een ei ver kocht in een pandje aan de Hoofdstraat 116. Slechts an derhalf uur trekt het Leger uit voor die verkoop. "Om ne gen uur staat er meestal al een ry mensen te wachten, en om half elf is het schoon op" Onder de wachtenden bevin den zich veel Turken en Ma rokkanen, die voor een paar gulden gekleed willen gaan. De tweedehandszaken, waar de gebruikte kleding keurig in rekken hangt, worden ge meden. Liever grasduinen ze in de bakken en zakken by het Leger. Mieke Slingerland "Nee, Tur ken en Marokkanen vinden het hier te duur En ze zyn ge wend om af te dingen. Dan bieden ze de helft. Maar dat kan ik niet maken, want ik heb per slot van rekening een prijs afgesproken met de brengster". Overigens wordt door alle be trokkenen gemeld dat 'jet koopsters niet je inbreng-' sters zyn". Met andere woor den: de vrouwen die de eigen kleding inbrengen zullen het zelf uit hun hoofd laten om zich te verwaardigen in zo'n zaak iets te kopen. Hoe kan dat nou? "Kyk, de mensen die nieuw kunnen betalen komen hier nog steeds niet", zegt Marjan Palm van Second Trend. "De géne is wat dat betreft nog groot. Het oudere publiek zie je ook niet, want mensen die het vroeger arm hebben ge had willen nu nieuw kopen. Die associëren tweedehands met de cnsistyd. En het echte Leidse publiek gaat naar Zee man en Brons. Maar de jonge mensen raken er vertrouwd mee". Schroom In Leiden - en m mindere ma te Alphen - heet het dat de schroom overwonnen ts. Maar toch geven Marjan en Irene hun w aar nooit mee in plastic zakken, waarop Se cond Trend' staat gedrukt. "Om die reden is het ook goed dat wc hier een beetje achteraf zitten". Weer een an der nieuw tweedehands win keltje in de Voorschotense Voorstraat heeft styf gesloten vitrage voor de ramen han gen. De buurvrouw mocht eens zien dat je binnen staat Hoewel., luister eens naar Chns de Nobel: "Je maakt zulke gekke dingen mee. Het komt gewoon voor dat de ene vrouw iets komt brengen dat door haar buurvrouw wordt gehaald" Hy zegt dat het trouwens be slist niet dc minst draag- krachtigen zyn die in 'Nou En' komen kopen. "Je moet niet vergeten dat lang niet ie dereen van dc huidige mode gecharmeerd is. Je ziet hier kleding die nergens anders hangt" Bij mannen ligt het anders. Praktisch alle bezitters van tweedehands winktll h<l> ben ooit geprobeerd iets in hir11kIr111111ti- i'.i.ui dm n Ze zijn van het idee afgestapt, omdat het aanbod veel te ge ring is: een pak wordt dne, vier jaar gedragen en is dan ouderwets, de maat van een broek luistert heel nauw. Ook trouwkleding valt niet te sly- ten Blijkbaar wil n-n VTOUW op haar trouwdag toch iets dat helemaal van haarzelf is Voor schoenen - al zyn het gloednieuwe miskoopjes - zyn vrouwen ook nog wat huiverig, zo blijkt Maar dat zyn dan ook dc enige uitzonderingen. Een tientje voor een blouse, dertig gul den voor een jurk, het vliegt weg. Tweedehands is actueel, en dat is tegelykertyd de gro te angst van menig eigenaar van zo'n winkel. Want wat ge beurt er over een paar jaar. als tweedehands kleding ge meengoed is geworden? Dan is er geen aanbod meer. want afgedankte kleren kun je niet eeuwig blyven verhandelen Tegen die tyd is de tweede- handshandel gedoemd weer net zo snel te vcrdwyncn als ze is opgekomen. Maar zo ver is het nog lang met

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 15