De symbolen voor vroeger zijn de instrumenten van nu Onderzoek Leidse universiteit gevaren bestrijdingsmiddelen Algemene Technische School honderd jaar oud: Eén hond in Voorschoten loopt altijd los, maar..' Lalden DINSDAG 1 FEBRUARI 1983 Het schoolgebouw aan de Haagweg. Voor schooltijd werd er vroeger het verkeer geregeld, opdat de leerlingen veilig konden oversteken. door Saskia Stoelinga LEIDEN De Algemene Technische School aan de Haagweg, vroeger "De Practische Am bachtsschool" geheten, bestaat dit jaar een eeuw. Een kwart eeuw bestaansrecht beteken de in 1908 nog een feest maal in het roemruchte Leidse établissement "Zomerzorg". Oud-leer lingen en genodigden van de Vereniging "De Practische Ambacht school" mochten hierbij aanwezig zijn. De spijslijst uit die tijd vermeldt dat begonnen werd met Schild padsoep gevolgd door een bief stuk van den Haas. Het over vloedige maal dat voorts be stond uit snijboontjes, kropsa ladegarnalen croquetten, zalm met mayonaise, pudding, vruchten en kaas werd besloten met het roken van een goede si gaar. Voor de luttele somma van vijftien cent kon daarbij een groot glas Pilsner bier wor den genuttigd. Tja, dat waren nog eens tijden. Dat was nog eens een jubileum: aan een goedverzorgde dis zitten, sa men met vakmannen die wis ten wat een hamer en een spij ker was. Het initiatief tot het stichten van de Leidsche Ambachtsschool is uitgegaan van de werkba- zenorganisatie "Bouwkunst en Vriendschap". Uit haar leden werd een commissie benoemd, die op 18 april 1882 gewag maakte van het bestaan van de Vereniging "De Practische Ambachtsschool". Er waren 150 leden, variërend van fabri kanten tot rijke weduwen, toe getreden tot dit genootschap. Zij allen maakten het mogelijk dat een jaar later, op 1 mei 1883, een gedeelte van het voormalige Caecilia-gasthuis in de Sionsteeg, dienst kon doen als ambachtsschool voor onderricht in de vakken tim meren en smeden. Dat is ongeveer de inhoud van het eerste gedeelte van het boekje "100 jaar Ambachts school", samengesteld en ge schreven door M.A. Kerkhof en K.H. de Bruijn. Door giften en welwillendheid van ge meente, overheid en begunsti gers, kon de school uitgroeien tot een instituut dat tot ver over de landsgrenzen bekend heid genoot. Parijs Neem het jaar 1888. Toen stond de Leidse Ambachtsschool als toonbeeld voor het beroepson derwijs in Nederland op de we reldtentoonstelling in Parijs. De commissie van beoordeling der inzendingen kende de school zelfs een diploma toe, alsmede een zilveren medaille. Vanaf die tijd stroomden de leer lingen toe. Het werd bijna een eer om het onderwijs op deze school te mogen volgen. De ve le aanvragen om plaatsing maakten het noodzakelijk dat er een groter gebouw kwam. In 1891 werden er plannen ge maakt voor de bouw van een nieuwe school die 160 leerlin gen moest kunnen herbergen. Voor 37.490 gulden zette de heer A.P.P. Boef een degelijk bouwwerk neer aan de Haag weg, op de plaats waar de hui dige school nog steeds staat. Dank zij het edele aanbod van een vriend, die het ambachts- onderwijs een warm hart toe droeg, werd het bestuur in staat gesteld af te zien van een kostbare lening. Deze filan troop bood namelijk een rente loos voorschot aan van 40.000 gulden, met een aflossing van 2000 gulden per jaar. Een jaar later in 1892 stond de school er. Inmiddels waren ook de eerste diploma's uitge reikt. De vier afgestudeerden vonden allen direct een werk kring. Het loon: negen tot twaalf cent per uur. Na het 25-jarig bestaan kwamen de burgers die geen opleiding hadden genoten in opstand. Zij merkten dat de gediplomeerde jongelui een belangrijke voor sprong op hen hadden en zon nen op middelen om deze ach terstand ongedaan te maken. Dit leidde in 1911 tot de ope ning van een avondopleiding. Direct meldden 94 gegadigden, variërend in leeftijd van 20 tot 50 jaar, zich aan. Kattekwaad Er vonden wat verschuivingen plaats. Niet alle aandacht ging meer naar de praktijk. Het mi nisterie gaf de ambachtsscho len de opdracht de leerlingen ook lessen te geven in voortge zet lager onderwijs oftewel theorie. In verband daarmee werd uit de naam van de ver eniging het woord "practi sche" geschrapt. Leerling Barkema verliet in 1920 de school. Hij herinnert zich vooral de grappen die ze met de leraren uithaalden. Gela chen hebben ze vooral die keer toen ze door de gaatjes, die ze in de vloer hadden geboord (over vandalisme gesproken) een hoeveelheid inkt via een trechter naar het onderliggen de lokaal lieten vloeien. Rake lings langs het hoofd van de le raar op het bureau. In 1930 moest men zich weer bezighouden met uitbreiding van de gebouwen. Het hoofd gebouw uit 1892 begon gebre ken te vertonen en bood onvol doende ruimte voor de acht honderd avond- en dagleerlin gen, die de school inmiddels telde. Aan de overzijde van de Haagweg werd grond gekocht en verrees een 'dependance'. Een groot deel van het werk werd gedaan door de leerlin gen, die daar hun praktijkles sen kregen. ken "dat meer dan ooit onmis bare tact nodig is om het on derwijs te laten doorgaan". Er waren nog andere problemen. Een vader schrijft of het hem niet euvel zal worden geduid, dat zijn zoon wegens het ont breken van enig schoeisel de school zal moeten verzuimen. Eensgezind samenwerken aan de opbouw van het land, was het motto na de oorlog. De jon gens van de ambachtsschool werden ingezet waar dat nodig was: 84 meterkastjes en 84 tuinhekjes en trappen voor huizen in de Tomatenstraat; een complete speeltuin voor de vereniging "Ons Eiland"; meu bilair voor de nieuwe meisjes vakschool in Alphen a.d. Rijn en zelfs leuningijzers voor het belastingkantoor in Rotterdam werden hier vervaardigd. Begin jaren vijftig dienden de plannen voor onderwijsver nieuwing zich aan. Naast de beginselen van een degelijke vakkennis moest men de leer ling ook gaan bijbrengen, hoe zij zich ook na hun schooltijd in de samenleving hebben te gedragen. Directeur Brilman sprak de gediplomeerden in die tijd zo toe: "Jullie kansen staan goed" en met verheffing van stem, "de tijd van het witte boord is voorbij". Waarmee werd bedoeld dat sinds de uit breiding van het aantal lessen algemene vakken, zoals talen e.d., de kloof tussen hoofd- en handarbeider was gedicht. Televisie De ambachtsschool maakt plaats voor de technische school. Op het moment dat de televisie een algemeen goed wordt en men de hele wereld de huiska mer kan binnenlaten, krijgen de directeuren van betreffende scholen het gevoel dat het ech te handwerk in de verdrukking gaat raken. Leerde men vroe ger een vak voor het leven, nu Gjkt het beter een bredere ba sis te leggen. Het tijdstip van beroepskeuze moet worden uitgesteld, zo besliste men. De opleidingen worden uitge breid met een leerlingenstelsel tn parttime afdelingen. Ook kan er op A-, B- of C-niveau eindexamen worden gedaan. Desondanks wordt in 1968 het treurige nieuws verspreid, dat er een terugloop is in het aantal leerlingen. Ook het aantal le den en begunstigers van de Vereniging loopt terug. Het technisch onderwijs komt in de verdrukking. Scholenge meenschappen van mavo-havo en vwo zuigen de leerlingen weg. De huidige directeur van de technische school aan de Haagweg, K.H. de Bruijn, wijt dat in 1974 aan tweeslachtig heid. "Het onderwijs is te wei nig technisch en bovendien te weinig algemeen". Hy denkt dat de toenemende bekend heid van deze halfslachtige ontwikkeling mogelijk één van de oorzaken is van de teruglo pende belangstelling voor deze tak van onderwijs. In 1969 meldt het eerste meisje, Jolanda Koekkoek, zich aan op de technische school. Vier jaar later is zij gediplomeerd auto monteur en krijgt onmiddellijk werk in een garagebedrijf. "Ik heb altijd goed mijn eigen boontjes kunnen doppen. De jongens namen het overal voor mij op, wat er ook was". Hamer Een ontwikkeling die zich vooral de laatste jaren door fusies en samenwerkingsverbanden heeft voortgezet. De Bruijn kan zich vandaag de dag dan ook niet aan de indruk onttrek ken dat het beroepsonderwijs weer enig aanzien krijgt. Ook juicht hij de samenwerkings vormen met ander beroepsop leidingen toe. "De mogelijkhe den voor jongens en meisjes, die dit type onderwijs volgen nemen weer toe. Aan het even wicht tussen theorie en prak tijk dat voor mijn gevoel lange tijd zoek is geweest, wordt ge werkt". Krachtig volgt dan: "Hamer en spijker zullen niet langer al leen maar een symbool zijn voor de oude ambachtsschool, maar het zullen ook daadwer kelijk de instrumenten zijn voor de "Vereniging voor Alge meen Voortgezet en Beroeps onderwijs". Het boekje "100 jaar Ambachts school" is gelardeerd met schitterende oude foto's, waar op menig leerling, die deze am bachtsschool of technische school bezocht, zichzelf zal herkennen. De prijs van dit kleinood is slechts vijf gulden en het kan worden gekocht op de school aan de Haagweg of bij boekhandel de Kier aan de Nieuwe Rijn. De klas timmeren van leraar Zekveld uit 1956. Eensgezind Elf jaar later, in 1941, werd het verbouwde en uitgebreide hoofdgebouw nog feestelijk geopend. Daarna werd het stil. Oorlog. In de jaarverslagen van die tijd is men zeer spaarzaam met de berichtgeving. Men gaat niet verder dan op te mer "Aan het evenwicht tussen theorie en praktijk wordt gewerkt". Dertien juni '82 was een mooie dag. De jeugdige verdachte was daarom ook maar naar het Noordwijkse strand gegaan. Na een tijdje te hebben ge zwommen besloot hij te gaan zonnen. Zwembroekje uit om helemaal bruin te worden en geen witte zones op het lichaam te krij gen. Helaas, de politie zag het en gaf hem een bekeuring, want naakt zonnen, dat mag niet in Noordwijk. "Ik begreep daar niets van", zei de verdachte. "Op Schiermon nikoog had ik ook naakt ge zwommen, dus ik dacht: dat zal hier ook wel mogen". Noordwijk is Schiermonni koog niet, meende de rechter te moeten opmerken. De officier van justitie vond dat de feiten vaststonden en hij stak daarom geen redevoering af en zei alleen maar: eis zeven tig gulden boete. "Jezus", klonk het enkele seconden na dat hij dat had gezegd twee stemmig vanuit de zaal. De verdachte was evenals zijn verbaasde metgezellen van mening dat het een nogal hoge boete was. "Ik snap dat niet: je komt uit het water, trekt je zwembroekje uit, zodat-ie ook wat sneller droogt en je ligt al leen maar naakt op het strand, omdat je dan mooi bruin wordt. Je stoort daar toch nie mand mee". Kon allemaal wel waar zijn, vond de rechter, maar het mocht nou eenmaal niet. Punt uit. "Wilt u in hoger beroep gaan", vroeg deze vervolgens nog. "Is het een principiële zaak voor u?" Dat was het en daarom kreeg de verdachte een boete van 51 gulden, zodat hij de Loslopen In Voorschoten mogen honden niet loslopen. Het echtpaar dat gistermorgen voor de balie stond wist dat, maar: "onze honden liepen per ongeluk op straat". Per ongeluk? "Ja, ziet u, meneer de rechter, er was vi site en daardoor zagen onze honden kans om naar buiten te glippen". En toen kwam één van uw dieren dus onder een auto, vervolgde de rechter. "Inderdaad", ant woordde één van de eigenaren, "maar ik verzeker u: wij laten onze honden altijd aan de lijn uit". Veertig gulden eiste de officier van justitie. De man sputterde tegen."Die veertig gulden is tot daar aan toe, maar die agent, die ons eei. bon gaf, bekeurt ie mand anders nooit". Kon hy wat duidelijker zyn? "Er loopt altijd een hond los - en die agent weet dat - waarvan de ei genaar nooit een boete krijgt". "Bovendien", zo vervolgde hij, "is die agent nog een dieren- mishandelaar ook, want hij zei: wacht u maar even op de diere- ,\yl door Wim Brands nambulance, zij vervoeren uw poedeltje wel. Nou, ik heb myn aangereden poedel zelf maar naar de dierenarts gebracht. En dat was maar goed ook, want weet u wanneer die am bulance kwam? Een uur later". U behoeft een correctie, sprak de rechter minzaam. Dertig gul den boete kreeg de eigenaar. "En misschien kunt u eens een praatje met de gemeente ma ken over die hond, die altyd losloopt, want het zou toch zie lig zijn als dat dier ook onder een auto kwam hè". Dialoog Rechter: "U heeft dus zonder kaartje in de trein gezeten?" Verdachte: "Ik had wel een kaar tje". Rechter: "O ja?" Verdachte: "Ja hoor". Rechtei" "En waarom hebt u dat kaartje niet laten zien dan?" Verdachte: "Dat kaartje heb ik op de wc per ongeluk doorge spoeld". LISSE - Onderzoekers van de Leidse Universiteit be ginnen volgende week een onderzoek naar de ge varen van het werken met bestrijdingsmiddelen in de bloembollenteelt. Om dat onderzoek is gevraagd door de voedingsbond FNV na klachten van werknemers over hun ge zondheid. Volgens districtsbestuurder W. Meere van de voedingsbond blijkt een aantal leden dat werk zaam is in de bloembollensector klachten te hebben waarvoor geen diagnose kan worden ge steld. Onderzoek door een kundige op het gebied van giften heeft volgens Meere uitge wezen dat er een verband kan be staan tussen de klachten en het gebruik van bestrijdingsmidde len. De onderzoekers van de Leidse univerisiteit zullen onder meer nagaan of dat verband er inder daad is. De Arbeidsinspectie die is belast met het toezicht op ded werkom standigheden heeft laten weten een dergelijk onderzoek niet vol ledig zelf te kunnen uitvoeren. Daarom heeft de Leidse weten schapswinkel besloten de zaak aan te pakken. De gezondheids klachten van een aantal werkne mers in de bollenstreek waren voor de wetenschapswinkel aan leiding om de Rijksuniversiteit bij het onderzoek in te schake len. In hoeverre het Landbouw schap en de Arbeidsinspectie bij het onderzoek kunnen worden betrokken, wordt nog bekeken. De voedingsbond FNV noemt het onderzoek "precair". Bij de bond leeft de vrees dat de be drijfstak door het onderzoek en de publiciteit die dit met zich meebrengt kan worden ge schaad. Problemen Tijdens het vooronderzoek is naar voren gekomen dat de gevaren en risico's van de gebruikte be strijdingsmiddelen nauwelijks by de werknemers bekend zijn. Dit geldt in het bijzonder voor de effecten van de gebruikte midde len op lange termijn. Verder is als probleem gesignaleerd dat de voorschriften voor een verant woorde manier van werken met bestrijdingsmiddelen (zoals het dragen van handschoenen, gas maskers, en speciale werkkle ding) vaak onbekend zijn by de werknemers die ermee om moe ten gaan. Uit een eerste gesprek tussen werknemers, vakbond en weten schapswinkel is gebleken dat in de praktijk op veel bedrijven on verantwoord wordt omgegaan met bestrijdingsmiddelen. Zelfs verboden middelen worden hier en daar gebruikt. Artsen weten beroepsziekten van werknemrs die omgaan met bestrijdingsmid delen bovendien vaak niet als zo danig te herkennen. De ziekte verschijnselen worden evenmin systematisch bijgehouden. Ook kwamen de gespreksparte- ners tot de conclusie, dat de con trole van de Arbeidsinspectie op eent verantwoord gebruik van bestrijdingsmiddelen veel te wensen over laat. Tijdens het vooronderzoek is ge bleken dat er weinig bekend is over de beschikbaarheid van an dere mogelijkheden voor erg schadelijke bestrijdingsmidde len. De wetenschappers willen aan de hand van het onderzoek te weten komen of er inderdaad alternatieven zijn voor de meest schadelijke chemische bestrij dingsmiddelen en of die econo misch toepasbaar zijn. De onderzoekers willen onder meer nagaan welke veiligheids maatregelen momenteel feitelijk worden gebruikt en welke con trole de Arbeidsinspectie daar op uitoefent. Zij willen ook uitsluit sel over wie er aansprakelijk is wanneer werknemers schade on dervinden van het gebruik van bestrijdingsmiddelen en of er recht bestaat op schadevergoe ding. Bovendien is het de bedoeling te weten te komen welke kennis en ervaring er beschikbaar is bij de huisartsen in de bollenstreek over de beroepsziekten onder de bloembollentelers. En of de art sen kunnen bijdragen bij het sig naleren van met name effecten op lange termijn van het gebruik van bestrijdingsmiddelen. Door enquêtes onder werknemers en door literatuuronderzoek ho pen de wetenschappers ant woord te kunnen vinden op de vragen: welke ziekten verschijn selen komen veelvuldig voor on der bloem bollentelers die werken met bestrijdingsmidde len en hoe vaak komen de telers met de diverse bestrijdingsmid delen in contact. De officiële start van het onder zoek is op dinsdag 8 februari. Dan organiseert de voedings bond FNV samen met de Leidse wetenschapswinkel een openba re informatieve bijeenkomst over het werken met bestrij dingsmiddelen. Deze bijeen komst wordt gehouden in de Pauluskerk in Lisse.

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 4