Vóór alles het verworvene behouden -( E",a WOENSDAG 12 JANUARI 1983 tweede nationale conferentie gehouden van de Chama Cha Mapinduzi (Partij van de Revolutie), de t enige politieke partij in Tanzania. Centraal stonden r een kritische terugblik op het verleden en een nieuwe m Kfl W w aanzet voor de komende vijf jaar, waarbij ook li RH V W ïv A president en partijleider Julius Nyerere de hand in M eigen boezem stak. Is zijn streven naar Afrikaans socialisme mislukt, of is dat slechts de vrome wens van zijn critici? Albert Stol, journalist en medewerker van het NOVIB-orgaan Onze Wereld, schetst de problemen van het huidige Tanzania. door Albert Stol Dat het Tanzania econo misch niet voor de wind gaat is voor iedereen duide lijk zichtbaar. Het ont breekt aan vele essentiële goederen voor dagelijks ge bruik. Maar ergens, aldus president Julius Nyerere, betekenen de tekorten ook dat het land zich heeft ont wikkeld want zo'n vijftig jaar geleden klaagde nie mand over gebrek aan zeep, suiker, brood, bakolie of benzine. Daar werden andere middelen voor ge bruikt en gebrek aan suiker betekent in Tanzania dan ook eigenlijk gebrek aan een welvaartsartikel. Terwijl de economische terug gang in zowel de rest van de wereld als in bijvoorbeeld de omringende landen wordt ge weten aan de algehele wereld- recessie, roepen de critici van Tanzania dat dat land de eco nomische achteruitgang heeft te danken aan het falen van de ujamaa-(broederschap) ge dachte, de bureaucratie en de wens om zich op eigen kracht te ontwikkelen. Die aantijging kan eigenlijk onmiddellijk ont zenuwd worden, want in deze opvatting zou de toestand in landen met een kapitalistisch model er rooskleuriger moeten uitzien en dat is in Afrika zeker niet het geval. Bewijzen Het ontwikkelingsmodel in Tan zania heeft er tenminste toe bijgedragen dat de tekorten en de armoede gelijk verdeeld zijn, in tegenstelling tot andere landen waar overdadige rijk dom van enkelen hand in hand gaat met de bittere armoede van de grote meerderheid van de bevolking. Omdat Tanzania door het eigen ontwikkelingsmodel en de sterke persoonlijkheid van president Nyerere meer in de belangstelling staat dan andere landen wie spreekt er over buurlanden als Roeanda, Boe- roendi en Malawi - lijkt het of het land zich vanwege het ei gen experiment steeds meer moet „bewijzen". Dat legt een onevenredige druk op het land; de tekortkomingen krij gen alle aandacht terwijl de be reikte resultaten nauwelijks aan bod komen. De vraag of Nyereres politiek nu wel of geen vruchten heeft af geworpen wordt vooral in het Westen steeds meer ontken nend beantwoord. Er wordt ge sproken over een vastgelopen ontwikkelingsmodel en de langzame dood van het uja- maa-socialisme. Er zijn nu ruim 20 jaar voorbij sinds het toenmalige Tanga nyika de formele politieke on afhankelijkheid verwierf in de cember 1961. In 1964 vormde het een federatieve unie met Zanzibar (en het kleinere ei land Pemba) en werd de huidi ge republiek Tanzania gebo ren. Drie jaar later, in 1967, hield president Nyerere zijn beroemde rede waarin hij de Arusha declaratie aankondig de, een revolutionair en geest driftig ontvangen programma dat de gehele politieke econo mie van Tanzania moest veran deren; niet langer afhankelijk van anderen maar vertrouwen op eigen kracht (self reliance). Tanzania vertoonde bij zijn onaf hankelijkheid alle karakteris tieken van de onrechtvaardig heden van het koloniale sys teem. De economie was onder ontwikkeld en in handen van buitenlandse ondernemingen, de meerderheid van de bevol king arm, analfabeet en versto ken van voorzieningen. Slechts een kleine meerder heid van Europeanen en Azia ten - die de economische macht bezaten en domineer den - leefde in comfort en beinvloedde de levenwijze van de opkomende Afrikaanse eli te. Onderwijs was in handen van Europese christelijke mis sies waardoor er een verschil in opleidingsniveau was ont staan tussen christenen en an deren, vooral moslims. In 1962 verklaarde Nyerere dan ook dat „het Tanganyika dat we erfden een geheel ander Tanganyika is dat we gaan op bouwen om onze kinderen na te laten". De filosofie waarmee Nyerere van plan was het onaf hankelijke Tanzania in tien jaar méér te ontwikkelen dan gedurende de veertig vooraf gaande jaren van Britse over heersing het geval was geweest maakte, niet alleen in Tanzania zelf grote indruk maar in ge heel Afrika en daarbuiten. Nog steeds houdt Nyerere vast aan zijn opvattingen over broe derschap, gelijkheid, zelfver trouwen en geloof in een Afri kaanse benadering van de Afri kaanse problemen. Dat bete kende het afwijzen van het ko loniale liberalisme en afschaf fen van alle buitenlandse - westerse waarden en institu ties die slechts het belang van enkelen dienden. In plaats daarvan werd ernaar gestreefd om zich terwille van de ont wikkeling niet te ontdoen van de traditionele Afrikaanse waarden, Afrikaans te blijven in plaats van een nabootsing van het Westen te zijn. In deze opvatting kunnen Afri kanen wel leren van technolo gisch meer ontwikkelde staten maar, hoeven niet onderwezen te worden hoe ze in Afrika moeten leven. Kortzichtig De Arusha declaratie betekende niet dat Tanzania van de ene dag op de andere een Afri kaans socialistische model staat werd. Integendeel, Nye rere hoopte zijn doel in zo'n jaar of tien te bereiken maar heeft al toegegeven dat het in feite nog wel zo'n dertig jaar kan duren voordat het ideaal zal worden bereikt. Het is ech ter kortzichtig om dit als een falen te beschouwen omdat geen enkel land een dergelijke opgave in zo'n kort tijdsbestek voor elkaar kan krijgen. En bo vendien, in andere landen de den de leiders ook dergelijke beloften die echter verzandden in retoriek, machtswisselingen of zelfs uitsluitend uitgespro ken zijn om aan de macht te komen. In Tanzania echter zijn de belof ten van februari 1967 nog springlevend en niet ergens onderweg gestrand; ondanks alle tegenslagen. Veel van de kritiek op Tanzania kan worden teruggebracht op het feit dat - vooral na de na tionalisaties in het land - het westerse liberalisme het Tan- zaniaanse model eigenlijk graag ziet mislukken en het land gaarne met hangende pootjes ziet terugkomen in de schoot van het kapitalisme. Want slagen van het Tanza- niaanse model kan wel eens aanstekelijk werken op andere landen en zou een einde ma ken aan de opvatting dat Afri ka zich uitsluitend kan ontwik kelen met behulp van het Wes ten. Internationale financiële instel lingen staan dan ook veelal wat sceptisch tegenover Tanzania omdat het een weg volgt die niet met hun opvattingen over de inrichting van een econo mie overeenkomt. Omdat het Tanzaniaanse model te eigen zinnig werd bevonden verkoel den de relaties met de belang rijkste westerse industriële landen, maar werden de ban den met vooral de Scandinavi sche landen, Italië, Canada en Nederland sterker. Bureaucratie De doelstellingen van de Arusha- declaratie lijken bereikt te zijn maar de vraag is hoe, tegen welke prijs en of zij blijvend zijn. Ujamaa, alhoewel nog steeds op weg, heeft bijgedra gen tot de eenheid van het land en vermindering van buiten landse invloed en overheer sing, zeker in vergelijking met omringende landen. Op het terrein van de sociale diensten (gezondheidszorg, volwasse nen educatie en onderwijs) zijn grote stappen voorwaarts ge maakt, groter zelfs dan in de verwachting lag. Maar de groei van allen werd duur betaald met een zeer langzame econo mische groei waardoor tekor ten schering en inslag zijn. Dat wordt nog verergerd door een bureaucratie die, ondanks Nyereres verzet, te vaak aan de eigen welvaart en welzijn denkt. Dat kan er gemakkelijk toe leiden, zoals hier spottend wordt gezegd, dat het Econo mische Overlevings Plan zoals dat nu van kracht is de kant opgaat van een Persoonlijk Overlevings Plan. Niet bevor derlijk voor de opbouw van het Afrikaans socialisme maar misschien wel .menselijk, want het wachten op de materiële voordelen die de ujamaa zou schenken begint sommigen nu wel wat erg lang te duren. 'Ik breng u geen goed nieuws, maar de waarheid, hoe bitter die ook is. De feiten geven geen aanleiding tot zoete woor den. Ik hoop en geloof dat de waarheid ons zal schokken en de kracht zal geven onze vrij heid te behouden". Deze waar schuwing sprak president Nyerere uit tijdens zijn vier uur durende redevoering waar mee het eind oktober begon nen tweede partijcongres van de CCM in Tanzania werd ge opend. Tekorten Tanzania's basisprobleem is dat verdiensten en consumptie niet in evenwicht zijn; er wordt meer geconsumeerd dan ver diend. Het land heefi onvol doende inkomsten om alle za ken in het buitenland te kopen om het volk te voeden, kleden, onderwijs en gezondheidszorg te geven alsmede om de fabrie ken draaiende te houden. De president herinnerde er ook aan dat Tanzania ernstige scha de leed door het uiteenvallen van de Oostafrikaanse Ge meenschap (Tanzania. Kenia en Oeganda) waardoor nieuwe post- en telegraafverbindingen noodzakelijk werden, een ge heel nieuwe burgerluchtvaart moest worden opgezet en het spoorwegmateriaal moest wor den aangevuld Ook de oorlog tegen Amm was duur in zowel levens als geld: 648 soldaten vonden de dood. 467 raakten ernstig gewond en de totale kosten bedroegen vierduizend miljoen shilling. Tenslotte was er een vierde factor die in het nadeel van de economie werk te: het weer met langdurige droogte perioden. Nyerere: „We zijn er niet in ge slaagd iedereen van basisbe hoeften te voorzien terwijl de verwachtingen wel zijn ge schept. Door de sterk toegeno men vraag nemen de tekorten toe en ik kan niet zeggen dat daar een einde aan zal komen. Een succes dat een steeds gro ter beroep doet op onze moge lijkheden in het onderwys In 1961 gingen ongeveer een half miljoen kinderen gedurende vier jaar naar school, nu 3.5 miljoen gedurende zeven jaar. in Zanzibar zelfs alle kinderen gedurende elf jaar. De crisis is dat we niet ieder kind kunnen voorzien van plaats, onderwij zers en leermiddelen. Datzelf de geldt voor geneesmiddelen in onze apotheken. We hebben de transport- en industriële sector ontwikkeld, maar suc ces betekent ook meer vraag - en daardoor tekorten - naar buitenlandse valuta. Verzwakt Al in 1977 sprak Nyerere over de noodzaak van betere industrië le dicipline, vermindering van de kosten van regering en se- mi-staatsinstellingen (o.a. de landbouwproduktschappen) en verhoging van hun efficien cy. Nu stelde hij vast dat daar niets van terecht is gekomen. „Veel Tanzanianen werken hard. maar veel anderen verdoen hun tijd op het werk of zijn er gewoon met onder het nieuwe voorwendsel dat ze op zoek moeten naar essentiële con sumptiegoederen. Onze 450 se- mi-staatsinstellingen hebben hun personeel niet terugge bracht in verhouding tot hun produktieve taak. We moeten bezien of deze instellingen wel nodig zijn, we ze niet moeten afschaffen of laten samensmel ten. Het aantal ambtenaren in de ministeries is met 35 pro cent toegenomen en het is ab soluut noodzakelijk dat de re gering. elk ministerie, regio of district, eens nagaat of al die mensen wel een dagtaak heb ben" .Sommigen van deze ambtena ren zouden het land MB boten dienst bewijzen als ze voedsel zouden verbouwen en export- gewassch Ministeries maken streefcijfers op die geen reke ning houden met de werkelijke mogelijkheden en ongelukkig genoeg baseren we soms onze uitgaven daarop. Maar brood kan alleen gemaakt worden van meel in de bakvorm, niet van meel dat we ons voorstel len". Maar als belangrijkste fout zag Nyerere het op alle niveaus niet begrijpen en in praktijk brengen van de principes van self-reliance, het vertrouwen op eigen kracht Onze ouders echter, aldus de president konden hun eigen yzer smel ten en smeden en maakten er gebruiksvoorwerpen van "Modem" „Vandaag de dag. met tekort aan buitenlandse valuta, doen onze boeren dat niet meer omdat ze denken dat het „modern" is om die gereedschappen uit het buitenland te krijgen. We den ken zelfs dat het "modern" en daarom beter is onze baby's te voeden met geïmporteerde melk. We gaan steeds maar door met het aankweken van gewoonten die tegengesteld zyn aan onze socialistische en self-reliance politiek. De wor tels van deze fout liggen in het leiderschap van zowel partu als regering, in ons. de leiders" Nyerere beendigde zijn betoog, dat haarscherp de problemen van een ontwikkelingsland en zyn relatie met rijke donorlan den aangeeft, met de vraag "Als we niet op ons zelf ver trouwen. van wie zijn we dan afhankelijk v' Lege winkels, een bloeiende zwarte markt, gebrek aan eerste levensbehoeften, fa lend transportsysteem, een industriële sector die nau welijks op halve capaciteit draait, een uitgeputte de viezenvoorraad en vermin derde landbouwopbreng- sten vormen het troosteloze uitgangspunt voor Tanza nia's nieuwe en zware eco nomische oorlog. In een eerste poging om uit de vicieuze cirkel te komen heeft de regering een Structureel Aanpassingsprogramma opge steld, een driejarenplan om hetgeen bereikt is te consolide ren. Nieuwe projecten zullen niet worden opgezet, vooral niet in de sociale sector. Geen uitbreiding dus in de komende jaren van nieuwe scholen en gezondheidscentra omdat het al moeilijk genoeg is de be staande in stand te houden. Auto's De import van nieuwe auto's wordt geheel stopgezet en de schaarse valuta worden uitslui tend besteed aan openbaar ver voer, vrachtwagens en fietsen. Overzeese reizen van vooral overheidsfunctionarissen wor den stopgezet. Iedereen die kan werken moét werken en voor juni 1983 moeten de pro gramma's daarvoor gereed zijn. Indien nodig zullen wet ten worden uitgevaardigd om af te dwingen dat inderdaad ie dereen werkt. Niemand heeft recht op werk in loondienst, al leen recht op de mogelijkhe den tot werk. Die mogelijkheid bestaat op het platteland. Het vierde vijfja renplan (1982-1986) waarin 21 procent van de uitgaven aan de ontwikkeling van de landbouw zou worden besteed (tegen 12.8 in het vorige vijfjarenplan) wordt herzien om nog meer gelden ter beschikking te stel len aan de agrarische sector. Elk Tanzaniaans dorp zal een gemeenschappelijke akker van minimaal 100 ha moeten bezit ten en bewerken terwijl de overheid ervoor zal zorg dra gen dat de boeren op tijd hun produkten betaald krijgen - en niet zoals nu vaak een jaar la ter, wat niet bevorderlijk werkt op de werklust - en op tijd de beschikking krijgen over za den, kunstmest, insecticiden Nadruk zal worden gelegd op ir- rigatie-landbouw om de weers invloeden te beperken. Er zal harder worden opgetreden te gen partij- en overheidsfunc tionarissen die hun taken ver zaken terwijl de partij nu ook controle zal uitoefenen over de regering en haar instellingen. Het tweede partijcongres ver werpt de aantijgingen dat de Ujamaa-politiek en self-relian ce de oorzaak zijn van de eco nomische moeilijkheden. Het SAP-programma is door de re gering opgesteld in samenwer king met een door de Wereld bank gefinancierde advies groep en moet de basis v voor een lening van 900 mil joen dollar van de Wereldbank en het IMF. Laatste gaatje Het grote punt waar alles om draait is natuurlijk of de woor den en plannen ook in daden zullen worden omgezet. Zullen er inderdaad hoofden rollen van ambtenaren en anderen die rustig hun eigen gang blij ven gaan en de eigen consump tie belangrijker vinden dan de pogingen Tanzania uit het slop te halen? Het antwoord daarop is moeilijk te geven want het is geen aantrekkelijk vooruit zicht een broekriem nog ver der aan te halen die al in het laatste gaatje zit. Een aantal maatregelen lijkt in ieder geval wel dwingend te werken. Door geen privéauto's en onderdelen meer te impor teren zullen steeds meer men sen aangewezen zijn op open baar transport en terecht eisen dat dat redelijk functioneert. Door de privéauto's terug te dringen komen er inderdaad valuta vrij om knelpunten op te lossen. Zo heeft Usafiti Dar es Salaam (UDA), de busdienst in de hoofdstad 496 autobussen no dig om een goede service te verlenen in de uitgestrekte stad en voorsteden. UDA heefi de beschikking over 222 bus sen waarvan er slechts 114 rij den en de rest door gebrek aan onderdelen langzaam staat te verroesten Geld moet er ook komen voor banden: één auto bus die een retourrit naar de stad Songea in het zuiden maakt heeft door de slechte wegen een nieuwe set banden nodig. En door het tekort aan banden blijven dus steeds meer bussen in de garage en verslechtert het openbaar ver voer met de dag. Van groot belang om de produk- tiviteit en inventiviteit op het platteland te bevorderen was de beslissing in 1981 om dis tricts- en dorpsraden toe te staan op lokaal niveau gelden te innen en uit te geven waar door grotere zeggenschap en eigen inbreng ontstaat. Er zal naar worden gestreefd Dief ger van bovenaf dorpen te in strueren en te onderwijzen maar te accepteren dat de dor pelingen zelf het meeste weten van hun problemen. Erkenning Verdwijnen van kostenverslin- dende produktschappen zou volgens sommigen de prijzen die de boeren voor hun pro dukten ontvangen met vijftig procent kunnen verhogen. Nyereres overweging om er een aantal af te schaffen of sa men tc smelten lijkt dus in het voordeel van de boeren, maar zal ongetwijfeld op verzet van de produkschappen zelf stui ten. Tot nu toe is de landbouw steeds gezien als een activiteit als alle andere die geen extra aandacht nodig zou hebben Alhoewel het gehele Tanzaniaanse be staan cr van afhankclnk |fl niet de landbouw een lage sta tus en verlaten veel jongeren, vooral na enige opleiding, de dorpen om werk te zoeken in de steden omdat ze de land bouw minachtend bezien. Maar ook daar zijn ze afhanke lijk van de landbouw die de lasten om Tanzania te dragen niet meer kan opbrengen. Dat er nu in het vierde vijfjaren plan grote veranderingen plaatsvinden ten aanzien van de gelden bestemd voor de landbouw - oorspronkelijk was de industrie meer dan de land bouw toegewezen (35 procent) - is een helaas late erkenning voor de overheersende rol van de agrarische sector. Samen met de andere voornemens be tekent het wel een nieuwe aan zet uit de problemen te komen. Het grote gevaar blijft echter dat niet iedereen het opbrengt om de lange en moeizame stryd die Nyerere voorspelde aan te gaan omdat de maatre gelen eigenlijk te laat zijn ge nomen en het persoonlijke overlevingsplan al een factor van betekenis is geworden Inhoud Mocht Tanzania er echter in sla gen om vooral door middel van de landbouw dc economische crisis in te tomen, pas dan zou den de woorden van de Zam- biaanse delegatieleider bij het tweede partijcongres echte in houd krijgen. Hij verklaarde dal de rede van Nyerere voor het congres eigenlijk niet al leen bestemd was voor Tanza nia "maar voor ons Afrikanen allemaal en dc gehele Derde Wereld"

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1983 | | pagina 23