Boeken per computer Voedsel drogen een ouderwets alternatief Sprookjeshuis Vogelrestaurant maken Beweegmannetje om zelf te maken Tips voor kleuren foto's Touroperator en reisagent samen in First Extra DINSDAG 28 DECEMBER 198 Het drogen van voesel is de oudste manier van conserveren. Zo lang de hoeveelheid water klein is, kunnen schimmels, gisten en bacteriën hun vernielende werk niet doen. Gedroogde voedings waren kunnen lange tijd worden bewaard. De micro-organis men worden door het drogingsproces natuurlijk niet gedood. Dus als het gedroogde voedsel vochtig wordt, bederft het sne- 1. Behalve drogen kennen we tegenwoordig nog vele andere manie ren om onze overvloed aan voedingsmiddelen gedurende lange re tijd goed te houden. Een moderne variant op het aloude dro gen is het 'dehydreren' (ontwateren), een proces dat in de voe dingsindustrie vaak wordt toegepast. Toch is die oude techniek van doodgewoon drogen nog lang niet verdwenen, integendeel, de laatste tijd is er toenemende belangstelling voor deze milieu vriendelijke vorm van conserveren. Het droogproces is afhankelijk van de relatieve vochtigheid van de lucht, de hoeveelheid waterdamp die de lucht bevat in ver houding tot de hoeveelheid die de lucht maximaal kan bevatten. Hoe hoger de temperatuur van de lucht, hoe meer waterdamp deze kan bevatten. Daarom is het zelfs op de meest vochtige dagen nog mogelijk om dingen te drogen in een betrekkelijk laag brandende oven bijvoorbeeld. In woestijngebieden is de relatieve vochtigheidsgraad van de lucht bijzonder laag, drogen gaat daar dus heel makkelijk. Maar langs tropische kusten is de vochtigheid, ondanks de hitte zo groot dat drogen alleen in de felle zon kan gebeuren. In alle tijden hebben mensen levensmiddelen bewaard door ze op de een of andere manier te drogen. Vooral vruchten, zoals da dels, vijgen en druiven. Maar ook vis legde men op de klippen te drogen (dat heet nog steeds klipvis), of men prikte de vis aan stokken (stokvis). Beroemd is de techniek waarmee in Zwitser land rundvlees werd en wordt gedroogd, het Bundnerfleisch. Helaas is dat bijna niet meer te krijgen, ook al omdat zelfs hoog in de Alpen de droge vrieslucht is verontreinigd. In Zuidoost- Azië zijn gedroogde garnalen een geliefd artikel. Wij kennen de gedroogde peulvruchten; erwten, bonen en kapu cijners. Gedroogde abrikozen, peertjes of appeltjes. Maar ook rozijnen zijn gedroogde vruchten: speciaal voor dat doel ge kweekte druiven. Gedroogde bananen waren enkele tientallen jaren geleden ook by ons nog een bekend artikel. We zien ze bijna nooit meer, omdat de moderne transportmiddelen ons ver se bananen aan huis brengt. Het is opmerkelijk dat ons verlan gen naar kleinschaligheid allerlei 'ouderwetse' winkeltjes doet ontstaan, waar deze en dergelijke drogerijen weer worden ver kocht. Het woord drogist is hiermee meteen verduidelijkt, al verkocht deze eertijds voornamelijk gedroogde kruiden. Het is helemaal niet moeilijk om zelf tuinkruiden te drogen. Hang ze, ondersteboven, in een bosje gebonden op een droge plek waar een beetje 'tocht' is. Een trapgat is prima bijvoorbeeld. Appeltjes kunnen eenvoudig worden gedroogd door ze, ge schild en in partjes gesneden, op een goed geventileerde plek neer te leggen. Helaas wordt dit fruit erg snel bruin, en het is niet gemakkelijk om dit te voorkomen. Probeer het daarom liever eens met bananen. Snijd ze in dunne plakjes en laat die op een rooster drogen boven een radiator van de verwarming. Ze wor den keihard en knisperig, npt een soort chips. De plakjes kun nen ook aan een draadje worden geregen en voor het raam, bo ven de radiator, worden opgehangen. Wie er iets meer over wil weten kan het boekje "Het drogen van groenten en fruit, kruiden en paddestoelen" aanschaffen. Het is geschreven door Sigri Sahlin en uitgegeven bij Zomer en Keu- ning. De prijs bedraagt 19,90. Wie met de camara aan de slag gaat de komende feestdagen, kan misschien plezier hebben van de volgende zes tips, om een zo goed mogelijke „reportage" in kleurenfoto's te krijgen. - Overdrijf niet met kleur. Bekyk een foto-object goed; als de lens te veel „bont" te zien geeft, ga dan wat dichterbij staan. Liever enkele grote kleurvlakken dan een heel palet van kleuren, dat de foto onrustig maakt. - Probeer een bepaalde kleur te la ten overheersen, maar zorg er voor dat er een tweede, afwijken de kleur in zit. - Let op de lichtinval. Als u „met de zon mee" fotografeert, krijgen de kleuren een sterk accent. By zy- en tegenlicht ontstaan licht- en schaduwcontrasten die een foto behoeden voor te felle kleuren. Het licht is 's morgens en 's avonds „milder" dan midden op de dag. Benut de mogelijkheden van die ideale foto-uren. Ga er eens op uit met de camera, en probeer ook eens een mooie avondlucht met een ondergaan de zon tussen wolkenpartijen te vangen. Versterk de dieptewerking door de wijkende en de "op je af komen de kleuren" te combineren. Blauw in de achtergrond en bij voorbeeld rood of orarye op de voorgrond van het been leveren samen een foto met veel diepte op. - Gebruik geen films van diverse merken door elkaar. Houd u aan het filmpje dat u goed bevalt; dan komt u niet voor vervelende verrassingen, na het afdrukken. Reisbureaus en touroperators kunnen in de nabije toekomst ook elektronisch gaan commu niceren. Daarmee bereikt men, dat van minuut tot minuut een overzicht verkregen kan wor den van alles wat in de reiswe reld beschikbaar is. Het sys teem dat daarvoor wordt ont wikkeld, heet First, afkorting van Fully Integrated Reserva tion System for Travel. De bedoeling van het First-sys- teem is het beter beheer van accommodatie, vervoer en reispaketten door middel van een centrale computer. De winst zit hem in het snelle en tweezijdig gebruik. Aan de ene kant door de touroperator en aan de andere kant door de reisbureaus. De eerste moet de mogelijkheid hebben om zijn aanbiedingen in de computer op te bergen, zodat de reisbu reaus la minute de mogelijk heden kunnen zien en vervol gens terstónd boeken. Het sys teem werkt over de telefoon lijn en is opgebouwd volgens het zogenaamde viewdata-sy- teeem, in Nederland bekend door onder meer PTT's Viditel. Ofschoon bij het ontwikkelen van First allereerst uitgegaan is van de problematiek, zoals die zich bij touroperators voor doet, hebben de noodzakelijke faciliteiten voor de reisagenten in belangryke mate de basis kenmerken voor het systeem bepaald. Mogelijkheden Iedere agent zal voor iedere tour operator, tot wiens voorraden hij toegang heeft, vier moge lijkheden worden geboden. Al lereerst het opvragen van een breed scala van informatie, dan het verkrijgen van een overzicht van beschikbare rei zen naar elke gewenste be stemming, vervolgens het ma ken en bevestigen van een boe king en ten slotte het "printen" als boekingsbevestiging. Dat laatste is het sluitstuk voor de klant, waaruit zwart-op-wit blijkt dat hij ook inderdaad heeft geboekt. De reisagenten en -bureaus krij gen toegang tot het First-sys- teem met een standaard Vidi tel- of viewdata-toestel. Daar bij hoort een compleet schrijf- First biedt touroperators en reis machine-toetsenbord met een eenvoudige printer. Bij het raadplegen van het systeem zal de agent worden gevraagd zijn keuze te maken van welke touroperator hij gegevens wenst. Daarna zal de presenta tie en geboden informatie on der controle van de desbetref fende operator geschieden. Door middel van zogenaamde zoek- en boomstructuren kun nen allerlei gegevens worden opgevraagd, die door de tour operator zelf uiteraard zo "vers" mogelijk moet worden gehouden. Door het intoetsen van bestemming, vervoermid del, reisduur en gewenste ver trekdatum zal het voor de agent mogelijk zyn om zijn klant te adviseren, eventueel twee eerdere en twee latere ge vraagde reisdata te verschaf fen. De beschikbaarheid van een reis naar een bepaalde be stemming kan in een code als lenten vele mogelijkheden. "vrij", "vol" of "beperkt" wor den gegeven. Automatisch De reservering kan geschieden door by een bepaalde reis een "accept-code" te geven. Daar na wordt een boekingsnum mer toegekend en reservering automatisch bevestigd. Even daarna kan de opgestelde prin ter de gegevens zwart-op-wit geven. Met alle noodzakelijke details. Zowel het resbureau als de klant krijgt een kopie van die bevestiging. Bij een eventuele annulering kunnen de reis en accommodatie direct weer aan het bestand van de touroperator worden toege voegd. Zeker in het begin zal First via de telefoonlijn - eventueel in sa menwerking - met Viditel kunnen werken. Later zal, zo wel bij de touroperators als by de grote reisagenten, overwo gen moeten worden om vaste lijnverbindingen te benutten. Bij zeer intensief gebruik zijn zelfs zogenaamde datalijnen, die geweldige stromen compu terinformatie aankunnen, het overwegen waard. Het slagen van First - dat door Infox Viewdate in Hillegom wordt ontwikkeld - zal na tuurlijk afhangen van de ac ceptatie van het nieuwe me dium van zowel touroperators als reisagenten. Mochten tour operators aarzelen hun kennis in een dergelijk viewdata-sys teem onder te brengen, dan zal de behoefte van reisbureaus om deel te nemen ook niet groot zijn. Het hele systeem kan door middel van code woorden en -nummers tegen misbruik worden beveiligd. Zeker in de aanvang is niet meer dan PTT-standaardappa- ratuur (Viditel) nodig. „Sprookjeshuisjes" worden deze tweedelige doosjes vol verras singen genoemd. Of die naam nu precies „de lading dekt" weten we niet, zeker is wel, dat deze nieuwe „boekjes" van uit geverij Van Reemst er in geslo ten toestand uitzien als een echt huisje. Compleet met een voordeur en een raam, waar door je werkelijk naar binnen kunt kijken. (Prijs 12,50). Na het openen van de voordeur, deelt het huis zich in tweeën. In het linkergedeelte blijkt het 25 pagina's dikke zigzagboekje te zitten, dat net zoals de rest van het huisje helemaal in kleur gedrukt is. De rechter helft van het huisje is echter helemaal het „einde": daar kan je - als het ware - inkruipen. Het is een soort kijkdoosje, dat uit een aantal achter elkaar ge plaatste decors bestaat, en een bepaalde situatie uit het sprookje uitbeeldt. Hier en daar zit zelfs nog een bewe gend onderdeel, zoals een ka mer-, zolder- of kastdeurtje, dat echt open en dicht gedaan kan worden. Kortom een inte- rieurtje, dat de fantasie prik kelt en waar je steeds weer op nieuw naar wilt kijken. En dan nog even dit: vermoede lijk vergaat het u net zoals ons. Wanneer u eenmaal zo'n sprookjeshuisje in uw bezit hebt. Je raakt er door geïnspi reerd, en voor je het weet zit u met de kinderen - rondom „de knutseltafel" cn bent u be zig met het maken van een ei gen sprooKjeshuis. Op de ou derwetse manier, dus met de bekende schoenendoos als „huis" en een aantal ansicht kaarten of tijdschriftplaatjes als „sprookje". Stel eerst (met de kinderen) een verhaaltje samen. Knip daarna de plaatjes uit en plak die met knutsellym op kartondik pa pier. Na het drogen knipt u de figuurtjes nogmaals uit, echter nu met een extra plakstrook aan de onderkant. Vouw deze dubbel en breng hier de lym op wanneer u de figurant in de toneel-doos op z'n plaats plakt. Met de decors en de achter grond doet u precies hetzelfde. U zult merken, dat al knippend en plakkend het verhaal ont staat of veranderd wordt, en dat de kinderen steeds enthou siaster worden, naarmate meer figuren hun plaatsje krijgen. Overigens dient een dergelijke zelfmaak-sprookjesdoos niet te worden verward met een echte kykdoos. Deze laatste heeft immers een kijkgat aan de smalle kant van de doos, ter wijl de sprookjesdoos als het ware op de lange zijkant ligt, met de opening naar voren ge richt En als u het helemaal „span nend" wilt maken, legt u twee schoenendozen met de ope ning naar elkaar toe - dus zon der deksel - en u plakt ze aan een zijde over de korte kant met plakband aan elkaar vast, zodat er een scharnier ontstaat. Op die manier kan de sprook jes- of verhaaldoos openklap pen, net zoals bij het echte ex emplaar op de foto. ppuwyui Zo doe je dat 1. In de winterperiode moeten we de vogels die in eigen land overwinteren, weer een handje helpen om aan de kost te ko men. Een 'voederhuisje' in de tuin zullen ze, als sneeuw en vorst het zelf fourageren on mogelijk maakt, zeker op prijs stellen. Zaag de onderdelen, liefst van watervast verlijmd multiplex, op maat. Een bruik bare maat voor de bodemplaat is bijvoorbeeld 50 x 30 cm. 2. Schaaf de zijkanten van de bodemplaat en de bovenkant van de beide schuine wanden onder een hoek van 45 graden af. Als u een cirkelzaagmachi ne met verstekinstelling hebt, doet u het uiteraard machinaal. De twee zijwanden moeten in de nok netjes haaks tegen el kaar liggen. Als u nauwkeurig schaaft of zaagt, klopt dit van zelf. 3. Maak met de gatzaag enkele gaten (bijv. 5 cm diameter) in de zijwanden. Dat geeft het vo gelrestaurantje een vriendelijk gezicht en ze fungeren tevens als 'aanvlieggaten'. Maak in de bodemplaat, aan beide zijkan-1 ten, enkele kleinere gaten, waarlangs water kan weglo pen. 4. Monteer de drie delen. In de nok komt een driehoekig pro fiel (in de dhz-zaak te koop). Gebruik tweecomponenten lijm en schroeven om alle ver bindingen te maken. Schuur alle kantjes glad en onscherp) en behandel het huisje twee maal met blanke lak. Als u de zy wanden niet van gaten voor ziet, kunt u ze ook bekleden met een stukje (bijv. rood) bi- tumenmateriaal 5. Zo maakt u de poot: bevestig op een vierkante of ronde hou ten paal een stukje hechthout. Lijm en schroef dat vast. Boor dicht bij de vier hoeken kleine gaatjes voor de schroeven waarmee u het huisje op de paal bevestigt. Gebruik daar voor behalve schroeven even- ppns wat tweecomponenten lijm. Zet de paal minimaal 40 cm in de grond. 6. U kunt elke dag wat voer op de bodemplaat strooien, maar zo'n voedersilo is handiger. Neem een stukje plastic (rege- nafvoer)pijp en zaag aan de on derkant enkele V-vormige gaatjes en plaats een passende platisc dop op de pijp. Gooi de silo vol met gemengd vogel zaad. Terwijl de beestjes hun graantjes wegpikken, komen er vanzelf weer nieuwe te voor schijn (maak de V-gaatjes niet te groot!). Gemak dient de mens Mensen willen steeds makkelij ker fotograferen. De Disc-ca mera, de direct-klaar camera en het Agfa-family-systeem zijn daar voorbeelden van. In de afgelopen maand is daar nog een sport- en vrijetijdsca- mera bijgekomen. Hij heet de Agfa-sport en wordt door een rode kunststoffen koker be schermd tegen stoten, stof, zand en vocht. De camera be schikt over een automatisch fllmtransport en over een ei gen elektronenflitser. Hij is door zijn opbouw en bescher ming geschikt voor winter en watersport, strandplezier en voor het meenemen bij fietsen of wandelen in de vrije natuur. naald geen enkele speling in de kurk heeft, want dat staat een ge lijkmatige schommelbeweging in de weg. Zet het be weegfiguur tje altijd op de rand van een blad of plank, zodat er genoeg ruimte voor de slingerende aardappel is. Meer van dit soort beweeg-werk- stukken en -proeven staan be schreven in het boek „Proeven met beweging", een uitgave van uitgeverij Gottmer in Haarlem. Het 48 pagina's dikke boek, dat helemaal in kleur gedrukt en op een speelse manier geïllustreerd is, kost f 19,50. In de serie „Proeven met..." is ook een boek verschenen, dat hele maal gaat over doe-proeven met lucht. De prijs hiervan is even eens f 19.50. Het is helemaal niet zo moeilijk om dit balancerende beweegman netje in elkaar te zetten. De kin deren kunnen het zelf - met even tueel voor het „gevaarlijke" werk (het hanteren van een scherp stanley-mes) - een beetje hulp van vader of moeder. Het is een leuk knutselwerkje voor een de cemberdag. Dit soort klusjes is nog leerzaam ook! Je leert spelenderwijs om gaan met het begrip „zwaarte punt" en alles wat daarmee te maken heeft. Het zwaartepunt van het gehele werkstuk ligt on der het punt, waar het mannetje op de plank staat. Dat komt door de plaats van de aardappel en het veel grotere gewicht ervan. De aardappel functioneert als een soort tegenwicht, waardoor het mannetje niet onderste boven geduwd kan worden. Ook al leg je hem helemaal plat op de plank, dan nog komt ie onmid dellijk overeind en blijft hij net zolang heen en weer „schomme len", totdat hij weer in (stil staand) evenwicht is met de aardappel eronder. Veel bijzondere dingen zyn er voor zo'n mannetje niet nodig. Ge bruik voor een stuk stevig ijzer- draad een oude kleerhanger, een extra lange (ijzeren) breinaald of een restant van de waslijn. Na-| tuurlijk kan de aardappel door een ander „gewicht" vervangen worden; neem dan wel iets dat zich makkelijk op het yzerdraad laat schuiven - bijvoorbeeld een balletje natuurklei of Darwi. Let erop, dat het materiaal voldoen de gewicht heeft. Het tegendeel geldt voor de onder delen van het mannetje zelf. Die moeten juist zo licht mogelijk zijn. Geschikte materialen zijn kurken (zie foto), watten bal letjes, piepschuim en dergelijke. Snijd de verschillende delen met een scherp stanleymesje in de gewenste vorm en lijm het fi guurtje met hobbylijm of con tactlijn* in elkaar. Maak het voor al niet te groot en als het je alleen om de „technische" kant van de proef gaat, is een enkele kurk, met aan de onderkant een naald erin, eigenlijk al genoeg. Overi gens moet dat wel een stevige naald zyn, met een scherpe punt. Hoe scherper, hoe beter; de wrij ving met het oppervlak is dan na melijk het kleinst, waardoor het figuurtje langer heen en weer blijft schommelen. Boor de kurk zo nodig voor, met een priem o.i.d., zodat de naald (met het oog) er voor ongeveer de helft in verdwijnt. Belangrijk is, dat de

Historische Kranten, Erfgoed Leiden en Omstreken

Leidsch Dagblad | 1982 | | pagina 16