De "chip" als bondgenoot in de
strijd tegen werkloosheid
Chip-race is onmogelijk
zonder werkverbetering
C
Naakt
VRIJDAG 24 SEPTEMBER 1982
"De verschillen van mening
over de consequenties van
de invoering van micro-
elektronica zijn maximaal
zodra het gaat over de om
vang van de werkloosheid
die zal ontstaan".
Deze passage uit het rap
port over de maatschap
pelijke gevolgen van de
micro-elektronica dat de
adviesgroep Kathenau in
1979 uitbracht spreekt
boekdelen.
Een onlangs verschenen rapport
van de Raad voor de Arbeids
markt noemt een mogelijke af
braak van werkgelegenheid met
95.000 banen tot 1990. Het
werkelijke effect kan gunstiger
zijn, maar ook ongunstiger. Nie
mand kan dat met zekerheid zeg
gen. Het is ook niet zo relevant
omdat één ding zeker is. Het niet
invoeren van micro-elektronica
of het te langzaam invoeren van
micro-elektronica is desastreus
voor ons land.
door
Prof. dr. ir. H.H. van den
Kroonenberg
Het misleidende van rapporten als
dat van de Raad voor de Arbeids
markt is dat het lijkt of we aan de
hand van de geproduceerde cij
fers rustig een keuze kunnen ma
ken over het ai dan niet invoeren
van micro-elektronica toepassin
gen. Die keuze-mogelijkheid is
er echter niet. Ook niet als de ge
tallen nog hoger zouden zijn ge
weest.
Doorbraak
Van een nieuwe technologische
doorbraak kan Nederland zich
niet afzijdig houden. De micro-
elektronica is zo'n doorbraak
waar juist Nederland veel heil
van kan verwachten. Alleen al
omdat landen om ons heen de
uitdaging van de "chips" hebben
aanvaard, zal Nederland zelfs al
les op alles moeten zetten om in
de race mee te kunnen blijven
doen. Frankrijk heeft een miljar
denplan opgesteld en wil voor
1990 op dit gebied het meest
vooraanstaande land in Europa
zijn. Nederland kan hierop alleen
maar reageren met een plan om
de invoering van die technologie
op zijn minst met dezelfde snel
heid ter hand te nemen.
Hoewel de toepassing van "chips"
in de automatisering vooral in de
administratieve sector, zeker tot
banenverlies zal leiden, kan tege
lijkertijd gewezen worden op de
toename van werkgelegenheid
en op de verhoging van de kwali
teit van het werk die door het ge
bruik van chips kan worden be
reikt.
Door micro-elektronica toepassin
gen kan de mens verlost worden
Meningen
van eentonig werk, gevaarlijk
werk, zwaar werk, ongezond
werk en vuil werk. Automatise
ring hoeft niet eenzijdig op kos
tenverlaging voor produktiever-
hoging gericht te zijn. Er is geen
sprake van een zodanige koppe
ling van de mens aan de machine
dat het tempo van de mensèlijke
arbeid door de machine zou wor
den opgelegd. Kostenverlaging
kan men ook bereiken door het
lagere ziektepercentage dat door
deze humanisering van de arbeid
verkregen wordt.
Drempels
Naast verbetering van arbeidsom
standigheden kunnen door de
automatisering drempels voor
deeltijdarbeid worden weggeno
men. Door geautomatiseerde in
formatie-systemen kan de over
dracht van werk eenvoudiger
worden waardoor werknemers
hun eigen werktijd kunnen rege
len. Flexibel werken is een groot
voordeel dat door micro-elektro
nica toepassingen bereikt kan
worden.
De flexibiliteit van micro-elektro
nica toepassingen opent ook de
mogelijkheid deze op kleine
schaal toe te passen in kleine be
drijven. Kleine ondernemingen
die hoogwaardige technologie
toepassen in produkten, proces
sen en diensten zijn voor de
werkgelegenheid van essentiële
betekenis. De afbrokkeling van
werkgelegenheid in grote bedrij
ven moet worden gecompen
seerd door het starten van vele
nieuwe kleine bedrijven in de
micro-elektronica en informati-
ca-sector.
Niet alleen op het gebied van het
verbeteren van arbeidsomstan
digheden en de verlichting van
lichamelijke arbeid kan de aan
wending van micro-elektronica
humaniserend werken ook de
mentale arbeid kan ondersteund
worden.
Het creatieve ontwerpwerk, dat al
tijd gepaard gaat met eentonig
en repeterend werk kan onder
steund worden door de invoe
ring van Computergesteund Ont
werpen (CAD). Hierdoor wordt
de ontwerper veel onnodig werk
uit handen genomen waardoor
hij meer tijd krijgt voor creatieve
activiteiten. De ontwerpen zijn
sneller klaar en de ontwerpen
worden kwalitatief beter. Daar
door stijgen de kansen op orders.
Daardoor blijft werkgelegenheid
(van anderen) behouden of
wordt nieuwe werkgelegenheid
gecreëerd.
De toepassing van chips ten behoe
ve van de automatisering van
produktieprocessen kan leiden
tot het behoud van arbeidsplaat
sen in de traditionele sectoren
zoals de metaal en de textiel. Als
in deze sectoren geen gebruik
wordt gemaakt van de mogelijk
heden van micro-elektronica,
zullen de kosten te hoog worden
en zal de kwaliteit van de pro-
De micro-elektronica, ofwel de chip, verovert hand over
hand de Nederlandse en buitenlandse markten. Toe
passing van de chip wordt vrijwel algemeen als on
overkomelijk ervaren. De technologie is niet te stuiten,
zo wordt vaak gezegd. Maar wat zijn de maatschappe
lijke gevolgen? Ruim drie jaar geleden bracht de zg.
Commissie-Rathenau een lijvig rapport ter tafel, waar
in de chips-ontwikkeling positief werd uitgelegd. De
eerste jaren zouden er weliswaar een groot aantal ba
nen door verdwijnen, maar op den duur zou dat verlies
weer ruimschoots worden goedgemaakt. Vorige maand
verscheen de Raad voor de Arbeidsmarkt met een rap
port, waarin eveneens gewag werd gemaakt van een
groot verlies aan arbeidsplaatsen. Een ander rapport
met weer andere cijfers. In onderstaande artikelen ge
ven prof. dr. ir. H.H. van den Kroonenberg en dr. drs. T.
Huppes hun visie op de ontwikkeling en toepassing
van de chip. Kroonenberg is rector magnificus van de
Technische Hogeschool Twente, Huppes is als weten
schappelijk hoofdmedewerker verbonden aan de eco
nomische faculteit van de Rijksuniversiteit in Gronin
gen.
t De chip als miniscule verworvenheid op een vinger: bondgenoot of bedreiging
dukten achterblijven by wat
wordt gewenst, waardoor een
snelle afbraak van werkgelegen
heid zal optreden.
Een ontmoedigingsbeleid tegen
automatisering door speciale
heffingen zal snel kunnen leiden
tot verlies van arbeidsplaatsen.
Een aanmoedigingsbeleid daar
entegen door premies toe te ken
nen op automatisering zal tot
meer werkgelegenheid kunnen
leiden. Op de eerste plaats omdat
door de investeringen in de in
dustrie die daarvan het gevolg
zullen zijn, de voortschrijdende
afbraak van werkgelegenheid in
die tot automatisering overgaan
de bedrijven een halt wordt toe
geroepen, waardoor die bedry-
ven van de totale ondergang
kunnen worden gered. Op de
tweede plaats door de aanmoedi
ging die ontstaat om in Neder
land de werkgelegenheid bie
dende industriële automatise
ringsapparatuur te produce
ren. Want dit laatste is van essen
tiële betekenis. Automatisering
mag niet leiden tot een situatie in
Nederland dat de hoogwaardige
automatiseringsapparatuur moet
worden ingevoerd. Die appara
tuur moet hier gemaakt worden:
zowel de hardware als de softwa
re. Op die manier wordt compen
serende werkgelegenheid ge
schapen.
Bondgenoot
Naast het ontwerpen en fabriceren
van automatiseringsapparatuur
waarin micro-elektronica ge
bruikt wordt zal in Nederland in
toenemende mate gebruik moe
ten worden gemaakt van micro-
elektronica in bestaande en nieu
we produkten. Dat kan een volle
dige heroriëntatie van bestaande
industriële bedrijven betekenen
en het stichten van werkgelegen
heid scheppende nieuwe bedrij
ven. Door op alle fronten na te
gaan wat de invoering van micro-
elektronica in processen, pro
dukten en dienstverlening kan
betekenen, kan Nederland zich
wapenen tegen een verlammen
de afbraak van werkgelegenheid
en zijn toekomst veilig stellen
ook als de aardgasbaten afne
men. By die stryd om de werkge
legenheid moet de micro-elek-
tronica, de chip, de computer en
de automatisering onze bondge
noot zijn.
Een begin is al gemaakt. Het opzet
ten van de micro-elektronica
centra in Nederland is van grote
betekenis. Wat nog ontbreekt is
een indringend schoiings- en
herscholingsprogramma. Veel
mensen zullen opnieuw een vak
moeten leren. Dat is inherent aan
technologische omwentelingen.
Van de zich thans aandienende
kans op een technologische
sprong voorwaarts zal Nederland
optimaal gebruik moeten ma
ken.
Elke nieuwe technologie is bedrei
gend voor het bestaande. Toch is
gebleken dat nieuwe technolo
gieën steeds tot onvermoede ver
hoging van werkgelegenheid en
welvaart kunnen leiden. Ook is
gebleken dat de nadelen die aan
nieuwe technologieën kleven
vaak in een te laat stadium on
derkend worden. Laten we bij de
introductie van de micro-elektro
nica die fouten niet maken en
zinvolle toepassingen gewetens
vol invoeren. We moeten ons niet
van de wijs laten brengen door
zwartkijkers, die het liefste zou
den afzien van deze nieuwe tech
nologie. Dat kan echter niet
meer. Het informatietydperk is
al begonnen. We moeten nu mee
doen en reikhalzend uitkijken
naar de grote verrassingen die de
"chip" ongetwijfeld voor ons in
petto heeft.
Prof. dr. ir. H.H. van den Kroonenberg
is rector magnificus van de Technische
Hogeschool Twente.
In de 'Innovatienota' van
het eerste kabinet-Van
Agt wordt de verwachting
uitgesproken, dat de op
micro-elektronica geba
seerde innovatie (vernieu
wing) van het productie
proces zal leiden tot een
verbetering van de kwali
teit van arbeid. Werkne
mers die nu geestdodend,
repeterend, vuil en lawaai
erig werk verrichten zijn
straks overbodig. Met na
me werk van lage kwali
teit zou zich lenen voor
automatisering. Ergo: het
gemiddelde peil stijgt.
door
dr.drs. T. Huppes
Om ten minste twee redenen lijkt
deze conclusie zacht gezegd wat
haastig getrokken. In de eerste
plaats veronderstelt de nota ken
nelijk dat de weggeautomatiseer-
de werknemers elders ander en
beter werk zullen vinden. Zo
niet, dan is er althans voor hen
geen sprake van kwaliteitsverbe
tering, maar van verlies van
werk, c.q. van werkloosheid. An
ders geformuleerd: bij het vast
stellen van de gevolgen voor de
kwaliteit van arbeid kan men in
feite niet om de gevolgen in
kwantitatieve zin heen.
In de tweede plaats wordt veron
dersteld dat de kwaliteit van het
resterende werk op zijn minst ge
lijk blijft en wellicht zelfs stijgt.
Ook hier ware een wat meer ge
nuanceerde benadering wense
lijk geweest. Bij beide punten -
de gevolgen van de "chip"-tech-
nologie voor de kwantitatieve en
kwalitatieve werkgelegenheid
staan we afzonderlijk stil.
Werkloosheid
Twaalfduizend banen verlies per
jaar (Raad voor de Arbeids
markt); zestien duizend per jaar
(Commissie Rathenau); roept U
maar. Het geloof dat "Innovatie
leidt tot werkgelegenheidsher-
stel" berust op een misvatting,
waaraan met name ambtenaren
en ministers van economische
zaken en wetenschapsbeleid zich
tot voor kort (sommigen nog
steeds) schuldig hebben ge
maakt. Zeker, innovatie is nood
zakelijk en dient om talrijke re
denen, waaronder het behoud en
verbeteren van de internationale
concurrentiepositie, krachtig ge
stimuleerd. Maar een herstel van
volledige werkgelegenheid, in de
zin van met z'n allen veertig uur
per week aan het werk, mag men
hiervan niet verwachten.
Veeleer dient men de micro-elek
tronica te beschouwen als een
stroomversnelling in het procens
van vervanging van menselijke
arbeid door machines, dat zich in
feite reeds vanaf de Industriële
Revolutie aan het eind van de
18e eeuw bezig is te voltrekken.
Om de gedachte te bepalen: stel
dat de werkweek tegenwoordig
even lang zou duren als ruim een
eeuw geleden, dan bedroeg de
werkloosheid nu ongeveer de
helft van de beroepsbevolking.
Dankzij een aanpassing van de
arbeidstijd van zestig naar veer
tig uur is een dergelijke arbeids-
uitstoot voorkomen.
De toepassing van de micro-elek
tronica in het produktie-proces
noopt in feite tot een soortgelijke
arbeidstijdreductie, nu echter
niet gespreid over een periode
van een eeuw maar binnen enke
le decennia. Een exacte voor
spelling van het jaarlijks verlies
aan arbeidsplaatsen is niet moge-
Meindert Leerling is geen goed
Tweede Kamerlid. Tenminste
wanneethet gaat om zijn handel
wijze met betrekking tot naak-
trekreatie.
Hij stelde de verantwoordelijke
ministers namelijk vragen over
de verschillen in vervolgingsbe
leid van naaktrekreanten op Ne
derlandse stranden. Hij wil dat
iedere vorm van naaktrekreatie
wordt verboden.
Dit is een slechte handelwijze.
Want er wordt geen rekening ge
houden met de meningen en ge
voelens van mensen, die naakt
willen rekreëren. Een Tweede
Kamerlid dient belangen af te
wegen en evenwichtige oplossin
gen na te streven. Een botte bijl
hoort in de kamer niet thuis! Een
volstrekt verbod zou zo'n bijl
zijn.
Hoe zit het probleem nu eigenlijk
in elkaar? Steeds meer mensen
willen kennelijk zonder kleren
van zon en zee genieten. Er zijn
evenwel slechts weinig plaatsen
waar dat ook echt is toegestaan.
Vaak is het ook nog zo, dat die
plaatsen moeilijk te bereiken
zijn.
Neem de situatie in de Leidse re
gio. Er is vlakbij deze stad wel
een strand, maar geen naakt
strand. Je moet 22 kilometer ver
om in Scheveningen van het
dichtstbijzijnde naaktstrand ge
bruik te kunnen maken. Uiter
aard niet zo leuk, zeker niet als
het heel warm is.
Dan maar topless of helemaal bloot
op de stranden die dichterbij
zijn? Maar dat levert klachten op
en geeft aanstoot. Verboden hel
pen niet. Verboden wekken irri
taties bij alle betrokken partijen.
Wanneer er overal voldoende grote
en goed bereikbare naakt- én
textielstranden komen, dan zul
len de problemen snel verdwe
nen zijn. Een naaktrekreant
komt niet meer op het textiel-
strand, en een mens die aanstoot
neemt aan bloot, komt niet op
een vrij strand.
Ja, Leerling, regelen is beter dan
verbieden. Trek je eerder gestel
de vragen maar in en vervang ze
door een verzoek aan de betref
fende minister om een aanwij
zing in deze zin te doen uitgaan
naar de kustgemeenten, die tot
op heden nalieten een goede re
geling te treffen.
F.M. Boon. Pr. Frederikstraat 28,
Leiden.
Meningen op deze
pagina zijn voor re
kening van de au
teurs
lijk, maar in feite ook niet nood
zakelijk, Zeker is dat het er veel
zullen zijn.
Vanuit een beleidsoogpunt bete
kent dit, dat gelijktijdig met
het bevorderen van innovatie -
de vermindering van de arbeids
tijd, resp. de herverdeling van de
resterende arbeid krachtig ter
hand dient te worden genomen.
Met dit laatste moet in feite nog
worden gestart en dat is veel te
laat. Een onnodig verlies aan ar
beidsplaatsen is hiervan het ge
volg: Voor de betrokken werkne
mers schetst de Innovatienota
een te rooskleurig beeld: i.p.v.
een verbetering van de kwaliteit
van de arbeid verdwijnt hun ar
beid.
Kwalitatieve gevolgen
De richting waarin de kwaliteit van
de resterende arbeid zich zal ont
wikkelen is, ondanks het vele
verrichte onderzoek, buitenge
woon moeilijk te voorspellen. De
literatuur hierover kenmerkt
zich dan ook door een gebrek
aan eenstemmigheid. Sommige
auteurs benadrukken de moge
lijkheden tot kwaliteitsverbete
ring, anderen zien vooral nega
tieve gevolgen. De aard van de
diagnose lijkt in feite te variëren
met de bron van de publicatie:
vakbonden zijn over het alge
meen pessimistischer gestemd
dan overheidsinstandies, terwijl
uit rapporten van werkgeversor
ganisaties en/of ondernemingen
over het algemeen een uitgespro
ken optimistisch visie naar voren
komt.
Voor een goed begrip van het kwa
liteitsvraagstuk dient men zich
te realiseren dat werkomstandig
heden, afhankelijk van tijd en
plaats, verschillend worden
beoordeeld. Ten tijde van de in
voering van de "Kinderwet" van
Van Houten in 1874 golden ge
heel andere maatstaven dan die
welke zijn neerslag hebben ge
vonden in de "Arbeidsomstan
dighedenwet" anno 1982. Zo ook
gelden in ontwikkelingslanden
andere maatstaven dan in het
hooggëindustrialiseerde Westen.
"Kwaliteit van de arbeid" is dus
niet een statisch, objectief, maar
een dynamisch, subjectief be
grip, waarvan de inhoud in de
loop der tijd evolueert. In feite
hebben de als "normaal" ervaren
kwaiteitsdimensies in de afgelo
pen eeuw een steeds humanere
vorm aangenomen, ook al werd
hieraan in het productieproces
niet steeds voldaan.
Sociaal-cultureel
Waar het nu om gaat is te zien dat
de plaatsgevonden verhoging
van de kwaliteitsmaatstaven niet
zo maar uit de lucht is komen
vallen, maar deel uitmaakt van
een evolutionair proces, waartoe
ook de technologisch-weten-
schappelijke ontwikkeling be
hoort. Tezamen met wetenschap
en techniek veranderen ook de
normen en waarden van de sa
menleving, niet alleen op het ge
bied van arbeid maar ook op dat
van andere basisinstituties, zoals
het gezin, de kerk, de staat.
Technologische innovatie gaat
steeds gepaard met sociaal-cul
turele innovatie. Dit laatste pro
ces voltrekt zich overigens niet
pijnloos. In tegendeel, vooral
wanneer het veranderingsproces
snel gaat, zoals in de na-oorlogse
periode, ontstaan toenemende
stress, identiteitsproblemen, ge
neratieconflicten, strijd lussen
belangengroepen en wat dies
meer zij.
Toegespitst op de normen en waar
den rond arbeid is het innovatie
proces te typeren als een veran
dering van de traditionele "ar
beid is plicht" mentaliteit naar
modernere opvattingen, waarin
arbeid steeds meer wordt gezien
als middel tot zelfontplooiing.
Zelfstandigheid, verantwoorde
lijkheid. medezeggenschap -
kortom: humanisering - worden
in dit verband steeds meer als
"normale kwaliteitseisen" be
schouwd.
De arbeidsomstandigheden van
vandaag voldoen dikwijks niet
aan deze eisen, hetgeen onder
meer valt af te leiden uit het snel
gestegen en tot meer dan 600.000
opgelopen aantal wao-ers. Afge
zien van de verborgen werkloos
heidscomponent, bestaat de
overgrote meerderheid van dit
De toepassing van de chip in muziekinstrumenten us al redelijk ingebur
gerd. Zelfs een "robotkan door een eenvoudige druk op de knop de meest
fraaie melodieën uit dit orgel laten klinken.
aantal uit "psychisch" arbeids
ongeschikten. d.w.z. uit mensen
die om moeilijk verklaarbare,
medisch niet-zichtbare redenen
zich niet in staat voelen hun
werk te verrichten.
Kwaliteitseisen
By de invoering van de micro-elec-
tronica in het produktieproces is
het derhalve van groot belang er
voor te waken dat de kwaliteit
van de arbeid er niet op achteruit
gaat. In feite is een verbetering
noodzakelijk, indien men zich
realiseert dat - evenals m het
verleden - de kwaliteitseisen
zullen toenemen. Kan dit in prin-
cicpe? Zeker wel. Met de micro
electronics kan je meerdere kan
ten uit: zowel centralisatie als de
centralisatie kan ermee worden
bevorderd; zowel aan sociale als
aan economische overwegingen
Een veel te weinig gehoord argu
ment voor kwaliteitsverbetering
is het volgende. Wil Nederland
niet achter raken m de "chip"-ra-
ce dan is in allerlei sectoren van
het productieproces een grote in
zet vereist. Alleen met gemoti
veerde mensen is dit een haalba
re kaart. Een "nieuw industrieel
élan", zoals de commissie Wag
ner voorstaat, is een kwestie van
mentaliteit, niet alleen van ma
nagers maar vooral van werkne
mers. Kwaliteitsverbetering van
arbeid is hierbij een noodzakelij
ke voorwaarde.
(De auteur van dit artikel U als socio
loog-econoom verbonden aan de eco
nomische faculteit van de Rijksuniver
siteit in Groningen. In 1980 deed hij
een ondersoek naar de maatschappelij
ke gevolgen van de chiptecbnologiei.